„PHILADELPHIA HERE I COME"
Verrassende uitschieter bij
de Nederlandse Comedie
De veilige
manier
van sparen
Rijkspostspaarbank
altijd safe!
POLLE» PELLI EN PINGO
m
m
de vijf populieren
a
igestipt
1
I
Ons vervolgverhaal
Transplantatie
van tand
PANDA EN DE
SS-er in Hamburg
voor rechter
ZATERDAG 4 MEI 196 8
Beter
Simon Koster
Schildering
P
Kees Stip
r
f
B
B
A
M
M
E
T
J
K
F
O
imwwwwwiiiiihhiiimih
«wwMWMWMmiwmiMmii
Ew vsrvolQviwfcMl
door Ursula Curtisa
54)
Iemand had hier beslist gewoond;
woonde hier nóg! Op een richel in
een van de verlaten stallen lag een
pakje sigaretten dat nog bijna vol
was, met een doosje lucifers dat er
keurig bovenop was gelegd, en nie
mand die alleen maar onderdak voor
de nacht had gezocht, zou die heb
ben achtergelaten evenmin als de de
ken die keurig opgerold tegen de
muur lag. Wie het ook was, hij was
van plan terug te komen om het
huisje te bespioneren? Er in te bre
ken? Harriet huiverde opeens, hoewel
ze juist in een bundel zonnestralen
stond vol dansende stofjes. Het be
lachelijke idee kwam opeens bij haar
op dat ze de deur wel eens versperd
zou kunnen vinden als ze zich om
draaide en ze zei ongewoon scherp:
Kom, laten we weggaan, James,
en direct daarop stond ze weer bui
ten met het gevoel of ze op het nip
pertje ergens aan ontsnapt was.
James zei gewichtig: Ga je het
tegen mrs. Mrrable zeggen? en Har
riet kwam weer tot de werkelijkheid
terug. Ik weet het niet.ja. Ga
daar intussen niet meer naar toe, Ja
mes.
Ze zou het mrs. Marrable moeten
vertellen natuurlijk, maar om de een
of andere reden zag ze er tegenop
wéér een nieuw probleem aan de or
de te stellen. Achter haar klonk de
stem van James, die tot haar gerust
stelling alweer ergens anders aan
dacht. Hij wilde zijn frijze flanellen
broek aan.
De broek was zo smal dat hij er
mee uitzag als een langpotige spin en
hij was bij ongeluk in Harriets kof
fer gepakt. Ze zocht geduldig voor
hem haar koffers door omdat het
voor hem kennelijk een sociale ge
beurtenis van de eerste orde was. Ze
verzekerde hem dat zijn overhemd-
blouse bijzonder netjes stond onder
zijn sportcolbertje en gaf ten slotte
toe om een ander voor hem op te
persen. Dit begon te lijken op een
voorstelling aan het hof, dacht ze ter
wijl ze zich verkleedde voor Ja
mes was hét waarschijnlijk ook iets
dergelijks.
En wié zou er kunnen zeggen wat
er in zo'n kinderhoofdje omging? De
mogelijkheid dat mrs. Marrable op
haar sterfbed plechtig zou zeggen te
gen degenen die om haar heen ston
den: Ik heb nooit James Crewe
kunnen vergeten. Ik wil dat hij mijn
diamanten krijgt of honderd dol
lar of vijftig misschien zelfs vijf?
Het was drie minuten over zes en
er waren nog steeds geen voortekenen
van bijzondere gebeurtenissen. De
avond was kalm en sereen, de pas
zwartgeverfde hemel bezaaid met
sterren, toen Harriet en James de
weg overstaken naar het huis van
mrs. Marrable.
Mrs. Marrable had al een poosje
op hen zitten wachten. De komst van
Julia was bijzonder weinig welkom
geweest. Op deze bijzondere dag wil
de ze haar post eigenlijk niet verla
ten of Harriet ook maar een halfuur
uit haar ogen laten gaan, maar het
zou eigenaardig aan doen, nu ze geen
wagen had, om een ritje naar het
dorp voor wat inkopen te weigeren.
Met een stugger gezicht dan anders
ging ze haar haar even opkammen
en haar mond uitspoelen met peper
muntwater want Julia's neus was
even scherp als aristocratisch en
haar mantel aan doen.
Toen ze uit haar slaapkamer
kwam, liep ze voorbij de halkast met
zijn blinkende, oneindig gevaarlijke
geheim: de rolstoel. George en Julia
wisten van zijn bestaan, maar de
mensen die er conclusies uit konden
trekken, Harriet Crewe en de politie
man Armijo, niet. Was het denkbaar
dat iemand die de beide vrouwen sa
men had gezien, zou kunnen veron
derstellen dat de veel zwakkere en
oude mrs. Marrable die stoere, blo
zende mrs. Dimmock de dood in zou
hebben gestuurd door haar in half-
verdoofde toestand in de wagen te
tillen en achter het stuur te zetten?
Armijo had niet de minste verden
king dat er ook maar een motief
voor zoiets aanwezig was, niettemin
moest hij toch als politieman die met
het onderzoek belast was, wel even
zijn gedachten hebben laten gaan
over mogelijk opzettelijke handelin
gen die de dood van mrs. Dimmock
hadden veroorzaakt, al had hij maar
automatisch de twee vrouwen die in
één huis samenleefden lichamelijk
met elkaar vergeleken. Zou Harriet
Crewe zich ook zo gemakkelijk door
die vergelijking van het spoor laten
afbrengen?
Er was geen slot op de kastdeur.
Haastig bepoederde mrs. Marrable
de binnenkant van de knop met talk
poeder en ging toen naar Julia toe.
Toen ze naar huis reden, merkte
ze op dat Julia er aantrekkelijker
uitzag dan gewoonlijk; een licht blos
je kleurde haar wangen, iets noncha
lants in haar houding achter het
stuur flatteerde haar ook. Mrs. Mar
rable fronste de wenkbrauwen naar
het dashboard; moest ze haar niet
eens nodig aan haar toestand herin
neren? Ze kon het niet laten en zei
bestraffend: Hoe erg is de situa
tie eigenlijk, Julia? O, ik heb het wel
uit George gekregen, maar hoe lang
is dat eigenlijk al aan de gang en
wat is eigenlijk de volle omvang?
Het is zuiver iets van tijdelijke
aard, zei Julia een tikje té optimis
tisch, en ontweek een obstakel op
de weg dat er niet werkelijk lag.
George heeft een tikje te impul
sief gehandeld bij een belegging en
achteraf bleek dat die maatschappij
in kwestie fraudeerde. En omdat zijn
geld nogal vast zit
(Wordt vervolgd)
AMSTERDAM. De Nederlandse Co
medie heeft donderdagavond in de Am
sterdamse Stadsschouwburg met een ver
rassende voorstelling het nogal lage ge
middelde niveau van het op zijn eind lo
pende toneelseizoen een flinke duw om
hoog gegeven. De opvoering van „Phila
delphia, here I come!", een stuk van de
in ons land nog niet eerder gespeelde
Ierse schrijver Brian Friel, behoort tot
het beste wat het Nederlandse schouw
burgpubliek dit jaar te zien heeft gekre
gen.
Het stuk is een gevoelige komedie met
een minimum aan handeling, die beperkt
blijft tot het afscheid dat een Ierse jon
geman Sean O'Donnell, neemt van zijn
dorp en zijn huiselijke omgeving, van
zijn vrienden en van het meisje dat hij
uit verlegenheid nooit ten huwelijk heeft
durven vragen. Het is zijn laatste avond
thuis, want de volgende ochtend zal hij
naar Amerika emigreren, waar hij dank
zij de hulp van een rijk geworden tante
een baantje in een hotel in Philadelphia
kan krijgen. Die laatste avond doorgrondt
Sean de schamelheid van wat hij in het
Ierse dorpje achterlaat: een zwijgzame,
in zichzelf gekeerde vader met wie hij
geen contact heeft, leugenachtige op
scheppers als kameraden, een overigens
eenzame en vreugdeloze jeugd die hem
nooit enige voldoening heeft gegeven. En
vol illusies stort hij zich in het wachten
de avontuur Amerika, waarvan hij zich
gouden bergen voorstelt.
Wat het stuk aan handeling mist, heeft
de schrijver gecompenseerd door de fi
guur van de weinig spraakzame Sean op
originele en amusante manier te ontle
den in twee afzonderlijke personages die
door twee acteurs worden gespeeld: de
één vertolkt de uiterlijke Sean, die óf
zwijgt óf braafjes zegt wat er van hem
verwacht wordt, de ander diens innerlijk
dat hardop maar voor zijn omgeving
onhoorbaar uitspreekt wat binnenin
Sean leeft maar niet over zijn lippen
komt. Brian Friels stuk is geen psycho
analytisch drama, zoals O'Neills „Strange
interlude" waarin een soortgelijke tech
niek werd gebruikt, maar een vriende
lijke, door haar alledaagse menselijkheid
treffende komedie; het is dus logisch en
aanvaardbaar dat die gedachtenmonolo-
gen hier meer aan de oppervlakte liggen
en het vaak van de amusante contrast
werking tussen innerlijk en uiterlijk moe
ten hebben.
Philadelphiahere I come!", ko
medie van Brian Friel. Vertaald door
E. C. Kamerman-Ruimschotel. Pre
mière bij de Nederlandse Comedie op
2 mei in de Amsterdamse Stads
schouwburg. Regie: Han Bentz van den
Berg. Hoofdrollen: Julien Schoenaerts,
Cor van Rijn, Nell Koppen, Wim van
den Brink. Decor: Wim Vesseur.
ste onbeholpen poging doet om het ijs
tussen hen te laten breken. En als Sean
het opgeeft, concluderend dat zijn vader
hem nooit heeft begrepen en niets heeft
onthouden van de mooie momenten die
zij heel vroeger toch samen hebben be
leefd, volgt er een verrassende wending:
de vader verzucht dat zijn zoon- hém
nooit heeft begrepen en alles vergeten
is van de mooie ogenblikken die hij
de vader zich nog wel herinnert.
De Ierse schrijver heeft met dit stuk
niet hoog gegrepen en ook bepaald niet
geprobeerd er iets mee bij te dragen tot
de hedendaagse toneelvernieuwing. Maar
in zijn genre het genre van het levens-
ware en levenswarme Ierse toneel is
„Philadelphia, here I come!" een onder
houdend, pakkend en dikwijls ontroerend
stuk, dat bovendien onder de regie van
Han Bentz van den Berg bijna over de
hele linie perfect wordt gespeeld. De pre
mière leed onder het feit dat Julien
Schoenaerts wanhopig worstelde tegen
een hevige keelaandoening, maar deson
danks wist hij de „uiterlijke Sean" voor
treffelijk te karakteriseren. Niet minder
treffend was de „innerlijke Sean" van
Cor van Rijn. Verder waren er mooie
vertolkingen van Wim van den Brink
als de vader, Nell Koppen als de moeder-
vervangende huishoudster, Kommer
Kleyn als een aan de drank geraakte
schoolmeester, Anita Menist als de met al
haar Amerikaanse rijkdom en opscheppe
rij in wezen ongelukkige tante en Dick
Swidde als een komische kanunnik.
Ook het decor van Wim Vesseur voldeed
uitstekend.
TWEE JAAR GELEDEN heb ik „Phila
delphia, here I come!" in een van de
Broadway-theaters te New York gezien.
Ik ben blij, te kunnen berichten dat de
opvoering van de Nederlandse Comedie,
vooral dank zij de regie van Bentz van
den Berg, het stuk beter tot zijn recht
laat komen dan de New Yorkse opvoe
ring dat deed.
ADVERTENTIE
DE GROTE CHARME van het stuk is
de treffende schildering van wat er om
gaat in een stille, gevoelige jongen die
hunkert naar enig menselijk contact met
zijn vader, de alleen maar aan zijn win
kel denkende dorpskruidenier, omdat hij
zijn jonggestorven moeder nooit heeft
gekend. Een hoogtepunt is danook het
moeizame gesprek tussen die twee, mid
den in de nacht, wanneer Sean een laat-
BURSA (Reuter). Een tandarts in
het Turkse Bursa heeft kennelijk ge
meend temidden van de steeds veel-
vuldiger voorkomende transplantaties
van allerlei organen niet met de han
den in de schoot te mogen blijven zit
ten. Hij verrichtte vorige week de eer
ste transplantatie van een tand in
Turkije, waarbij een tand van een jong
meisje in de kaak van een 24-jarige
huisvrouw werd gezet.
OSTSPA
SPAARBANK!
JU - VOIGN
Uw spükcrrketwMg i> BekctvX
Sfrós. <m vv>l#>wrttt>K*r Vcrrtfcld
<i* 6>r>mrf><rTe:5 voor inlcg a
fwtCKM. Wftkf u .Mtt <h* tWh
*4b do Jfcijk>tK<st<ptK<rtaRk-
STA 4 T
<u»t ,k' frliktw'xfspuorbitrtft.
t'fPfCH hue* iitaihk>K<
Er zijn 2200 vestigingen. Op de postkantoren kunt u de hele dag terecht.
Een aantal daarvan is zelfs ook op vrijdagavond of de plaatselijke koopavond
geopend. Voor de postagentschappen gelden aparte openingstijden.
Wandelend door Utrechts fraaie dre
ven zag ik een rode auto boven van
een flatgebouw storten. Wandelaars
om mij heen bleven van schrik stil
staan en liepen daarna op een sukkel
drafje in de richting van het onheil.
„Hoe krijgen ze hem erop", zei een
vrouw. Dat was ook een manier om
het te bek ijken.
Toen wij dichtbijkipamen hoorden
we dat niemand zich bezeerd had.
Want er had niemand ingezeten en
niemand ondergestaan. Het was expres
gebeurd op last van de meneer die de
ze auto's verkocht. Dat was dan zeker
wat ze de harde verkoopmethode noe
men.
De auto lag op zijn kop, die hele
maal was ingedrukt. „Splinternieuw",
zei iemand. Kilometerstand 00137.9".
Op de een of andere manier speet het
me van die laatste honderd meter. „De
afstand die de auto naar beneden heeft
afgelegd, mocht gerust dubbel tellen",
dacht ik, „net als Indische dienstja
ren." Maar ik schaamde mij over mijn
medelijden met de auto toen ik een
vrouw hoorde zeggen: „Daar hadden
ze tenminste nog een invalide mee
kunnen helpen."
Spoedig bleek mij echter dat ik het
allemaal te klein had gezien. De eige
naar van het nieuwe wrak maakte in
een toespraak duidelijk dat de Europe
se geest over hem vaardig was gewor
den en dat hij zich daarbij niet be
kommerde om een ellendige auto. De
val van deze auto symboliseerde de
val van Engeland zoals De Gaulle zich
die had gedroomd: Te pletter geslagen
op zijn veto om toe te treden tot de
EEG. Maar eenmaal", riep de auto
vernieler, „zal Engeland herrijzen. In
onafzienbare rijen zullen zijn prima
kwaliteit klassewagens het vasteland
opstromen, en de hand van De Gaulle
zal machteloos zijn ze tegen te hou
den."
Ik verwachtte dat de neergestorte
auto nu symbolisch zou herrijzen en
ongedeerd op het dak springen, zoals
in films soms gebeurt. Maar hij had
daarvoor blijkbaar geen instructies. Ik
spoedde mij daarom naar huis en stel
de mijn vrouw voor, een reisje naar
Parijs te maken. Want ik wou wel eens
zien of De Gaulle daarvan terughad
en bovendien is Parijs in de lente niet
iets om van het dak te gooien. Mijn
vrouw trok dadelijk een oude jurk
aan om een nieuwe te moeten kopen.
En dezelfde avond flaneerden wij over
de Champs Elysees, met duizend ogen
tekort voor duizend lichtjes te veel.
Heel Parijs was er en ook De Gaulle
ontbrak niet. Als een verplaatste Eif-
feltoren stond hij opgesteld naast de
Are de Triomphe. En waarachtig, daar
had die meneer uit Utrecht toch ge
lijk gekregen. Uit het westen, over de
Avenue de la Grande Armee, naderde
de volledige Britse automobielproduk-
tie in een onstuitbare opmars. Voor
het eerst zag ik dat de weg aan die
kant rechtstreeks naar de top van de
triomfboog voerde. Een vrij steile hel
ling. Maar een Brits kwaliteitsprodukt
heeft daar geen moeite mee. In rijen
van twintig bereikten ze het hoogte
punt in hun bestaan. De Gaulle stond
er stokstijf bij. Zijn hand scheen
machteloos ze te stoppen, zelfs toen
ze aan de andere kant naar beneden
stortten.
HAMBURG (DPA). In Hamburg is
een proces begonnen tegen de voormali
ge SS-Untersturmführer en politiefunctio
naris Wilhelm Rosembaum, die wordt be-
huidigd van medeplichtigheid aan moord
op meer dan honderdvijftig Poolse joden.
De 53-jarige Rosenbaum' zou van mei
1942 tot januari 1943 in Bad Rabka als
lid van de Sicherheitspolizei op eigen ini
tiatief opdracht hebben gegeven tot het
doodschieten van tweehonderd joden en
zelf ook enige slachtoffers hebben gedood.
Onder de slachtoffers bevond zich vol
gens het openbaar ministerie ook een vier
leden tellende familie Rosembaum, die
wegens de overeenkomst van naam door
de beklaagde eigenhandig werd gedood.
14. Agent Klabbers vond het helemaal niet prettig
dat hij op z'n hoofd geslagen werd. Hij werd erg dui
zelig en moest nodig gaan zitten om te bekomen van
de klap.
Maar zijn aanvaller had geen medelijden met hem.
Hij sleepte hem een klein steegje in, dat naast de ju
welierszaak van Schinkel en Zonen liep.
„Je lag me daar in de weg!" gromde hij. „Ga
hier maar verder sterretjes tellen!"
Daarop liet hij de politieman alleen in de duisternis
achter en verdween.
„Oempf!" mompelde Klabbers na een tijdje, voor
zichtig naar een buil tastend die op zijn kruin ontstond.
„Au! Een m-misselijke streek! W-waar is die schurk
ge-gebleven? Ik g-ga hem inrekenen!"
Hij krabbelde moeizaam overeind en stapte voor
zichtig het steegje uit. Maar er was niemand meer te
zien die hij kon arresteren. De straat lag er eenzaam
en stil bij en het enige spoor dat de misdadiger had
achtergelaten was een kapotte winkelruit.
„Vreselijk!" riep de agent geschrokken. „Schinkel en
Zonen zijn bestolen! De hele etalage is leeggehaald!"
NOG EEN
SCHILDER
DIE HET UW
GEMAKKE
LIJK HEEfT
GEMAAKT
JE MAG EEN EMMER
VOL BLADEREN TE LEEN
HEBBEN, MN VAL JE
zacht!
0, MIJN
ARME HOOFD.'
KEER ALS IK IN
SLAAP, VAL IK NAAR
BENEDEN
MB-S 20 TE "ZIEN HEEFT
HET HEM WEL HOOFD
PIJN BEBORGD
2645-K
ATE AYE, SIRf HET
BIJDRAAIEN KUK
ER NIET BEST UIT.'
UIT NAAR OREN
RELINGEN:
IN EEN RAZENDE
STORM ONTKE
TENT EEN KOPPI
GE KAPITEIN VAN
EEN VRACHTSCHIP
EEN TRAGEDIE,,.
ii.rrrrrrrrrr
1129. Jan-Joost was slim genoeg om
niet te laten merken dat hij Brams plan
netje ontdekt had. Hij liet zich met een
armvol kokosnoten uit de boom glijden
en vroeg Frans-Frits om hem te helpen.
Toen zij vlak bij elkaar stonden, fluis
terde Jan-Joost zijn neefje toe:
„We zijn bedrogen. We hebben hele
maal geen schipbreuk geleden. Die Bram
Fok heeft ons alleen een lesje willen le
ren. De Kokanje ligt in de baai gewoon
voor anker".
„Hoe bestaat het.viel zijn neef uit,
maar Jan-Joost beet hem toe stil te zijn.
Bram mag niets merken; we gaan er
met de Kokanje vandoor, zodra we de
kans krijgen. Dan zullen we hém eens
een lesje geven".
De kans kwam eerder dan zij verwacht
ten. Bram scheen er geen vermoeden van
te hebben, dat hij doorzien was.
„Ik ga met Karo en Tutu eens het
eiland verkennen", zei hij. „Blijven jul
lie hier, jongens, om op de boel te passen".
„Heel goed", zei Jan-Joost onderdadig,
maar zijn ogen glunderden van voorpret.