WALDORF
PANDA EN DE SUPERSCHAT
POLLE, PELLI EN PINGO
centrale
verwarm!
n
■HAAR JOURNAAL
Kostbaar bloemenkapse
A. MERKX
VAA^
«gestipt
Ons vervoigverhaat
Meisje slachtoffer
van epilepticus
P5§
WOENSDAG 17 JULI 1968
15
Feuilleton door
JAIWES GOLDMAN
Brandgevaar
Eis vijf jaar
W. H. Crouwel aangezocht
voor Expo in Osaka
Aardgas
Oliestookinstallaties
Bedrijfsinstallaties
Luchtverwarming
Sprinklerinstallaties
JÊ
53)
„Ik moest leren liefde te krijgen
voor het zwemmen", zei Hannah.
„Waar ik opgroeide, was geen wa
ter. Ik moet een jaar of tien geweest
zijn toen Pappie gasthoogleraar werd
aan Harvard en wij de zomer aan
zee doorbrachten. Alleen wij twee
tjes. Pappie en ik Waldorf kreeg
een schuldig gevoel. Hij had haar op
haar broekje na uitgekleed en ver
geleek haar met Carla. Schouders,
borsten, taille: Carla verloor elke
keer. Carla was te rijp; over een jaar
of twee zou ze beginnen te rotten,
als de meloenen die haar vader in
november verkocht. Hij zag haar rot
ten het liet hem koud richtte
zijn aandacht weer op Hannah, had
haar broekje al half uitgetrokken en
kreeg toen een schuldgevoel. Nu was
ze, verdorie, bezig hem haar levens
verhaal te vertellen en hij kleedde
haar uit. Had zijn verdorvenheid
geen grenzen? Hij sloeg zijn ogen
neer.
Dat is aardig van hem, dacht Han
nah. Neergeslagen ogen; dat is een
vriendelijke man. Ze deed nooit een
poging om over zichzelf te praten,
zelfs niet tegen zichzelf. Hij wist hoe
moeilijk dit was; Ze voelde dat hij
zich ervan bewust was. Ach, maar
niet te vriendelijk. Daar had ze ge
noeg van. En als ze hem verliet, en
dat zou ze zeker, zou hij haar moe
ten volgen. O. volg me; je moet, asje
blieft.
Ze keek hem aan. Hij sloeg lang
zaam zijn ogen op. Monster: ze was
nog steeds ontkleed. Erger nog, ze
keek hem aan. Hij durfde haar niet
in de ogen te kijken. Ze zou weten
wat hij dacht, ze zou hem doorzien.
Waldorf wendde zich af en keek uit
over zee naar de grijze horizon om
de richting te bepalen.
Op ongeveer een mijl afstand be
vond zich een boot.
„Kijk. We hebben gezelschap". Hij
trachtte zijn stem kalm te doen klin
ken.
„Wie denk je dat het is?"
Laten we gaan kijken". Ze had niet
gezegd dat Whit moedig was; dat had
ze voor hem overgelaten.
„Denk je dat het verstandig is?"
„Wat kan er nu gebeuren? Ze zijn
naar ons komen kijken en dat moe
ten ze dan maar doen".
De boot bleek die van de Cubaanse
vissers te zijn. Ze lagen vijf mijl
uit de kust en hadden in het holst
van de nacht hun netten uitgezet.
„Nou ze verdienen een tien voor
hun moeite", zei Waldorf met een
glimlach.
„Kijk, ze zwaaien".
„Wuif terug". Hannah gehoorzaam
de. „Vraag ze hoe de vangst is".
Cómo anda la pesca?" riep Hannah.
„Muy bien", klonk het antwoord uit
de verte.
Een poosje later zagen ze Ferron.
Dat dachten ze tenminste. Iemand,
die een uniform leek aan te hebben
lag lui in de kajuit van 'n Chris-
Craft. Ze kwamen niet te dichtbij;
zeker niet na wat ze Ferrón hadden
zien doen.
„Nu dan blijven alleen de Chine
zen en de Russen nog over. Hoe
laat is het?"
Hij keek op zijn horloge. „Net elf
uur".
Als ze niet binnen een uur wat
van Wélles hoorden betekende dat
moeilijkheden. Maar de tijd verstreek
langzaam en het was een mooie
nacht.
Waldorf dacht dat hij zich wel gauw
ongerust zou maken, maar nu nog
niet.
Ze waren in een boog teruggevaren
en Ferron en de Cubanen waren grijze
stippen aan de horizon. „Heb jij zin
om het stuurrad eens over te nemen?"
vroeg hij.
„Nee, niet bepaald". Ze zat ineen
gedoken op een kussen bij de achter
steven en steunde met haar kin op
de knieën.
„We kunnen de boot laten drijven
en nog een biertje nemen". Hij zette
de motor af, rekte zich uit en maak
te de flessen open. Ze was helemaal
afwezig.
„Hier".
„Bedankt".
Hij ging naast haar zitten, maar niet
te dichtbij. Ze scheen niet te willen
praten, maar er was een vraag die
hem, vanaf het moment dat hij haar
ontmoet had, op de lippen brandde.
Hij had er zich het hoofd over ge
broken en geen antwoord gevonden.
Ze moest gek geweest zijn toen ze lid
werd van die lekengemeenschap: ten
minste, 'n beetje. Misschien was ze
het nog. Als dat zo was, wilde hij
het niet weten.
Maar hij stelde de vraag tpch.
„Hannah?"
„Mmmm?"
„De manier waarop jij je werk
signeert".
„Ja?"
„Niemand weet dat jij het bent;
zelfs Thalheim niet. Iedereen denkt,
dat H. Grauer je vader is".
„En?"
„Weet je dat?" Hannah knikte.
„En wil je het zo?" Hannah knikte.
„Waarom?"
Ze scheen het niet te horen. „Ik
begrijp het niet. Waarom, Hannah?"
„Het is een lang en smakeloos ver
haal dat ik je nooit zal vertellen".
Hij wachtte af of ze verder ging.
Maar dat was niet het geval. In
plaats daarvan ging ze op het kus
sen liggen en keek omhoog naar de
hemel. Het bier smaakte naar hooi,
verschaald en flauw. Hij keek rond
en zocht een bezigheid. Hij kon met
die metertjes in de kajuit gaan spe
len, maar hij zou vermoedelijk de
boot in de lucht laten vliegen. Hij
kon een sandwich eten, maar hij had
geen honger.
Eerlijk gezegd, wilde hij maar een
ding. Hij keek naar haar. Alleen, in
het maanlicht, drijvend op een kalme
oceaan. Het mocht niet. Het zou alles
bederven. Zijn handen lagen op zijn
knieën. Hij keek ernaar. Wat hield
ze in bedwang? Hij zelf? Kon hij dat?
En als ze nu eens bewogen? Bewogen
ze nu? Hij keek er ingespannen naar.
Ja, ze bewogen beslist. Hij sprong
overeind „Ik ga zwemmen". Ze keek
hem onderzoekend aan. „Zwemmen.
Ik ga een duik nemen". Ze knikte.
Hij liep met grote stappen naar de
boeg en kleedde zich uit, met de ka
juit decent tussen hen in. Hij zweette
en zijn handen waren onvast. Gebukt
liep hij naar de rand van het dek,
liet zich aan de zijkant zakken en
gleed het water in. Het hielp. Hij
haalde diep adem, boog zich voor
over en dook zo diep als hij kon.
Hij dreef, ging watertrappen en
zwom op alle manieren die hij kende.
Ze gingen hem geen van alle bijzon
der goed af; hij had méér de neiging
om te spatten dan een goede zwem
mer. Toch genoot hij ervan.
(Wordt vervolgd)
BRANDBARE TEXTIEL blijft
nog steeds een groot risico. Van
Nederland zijn geen cijfers bekend,
maar in Engeland vielen in de tijd
van vijf jaar 1.214 slachtoffers van
het in brand raken van textiel.
Daarvan waren 249 kinderen be
neden de vijftien jaar en 865 per
sonen boven de 65 jaar. Roken in
bed is een van de oorzaken waar
door textiel in brand kan raken.
In de Verenigde Staten verliezen
jaarlijks 150.000 mensen hét leven
doordat hun kleding, beddegoed of
ander textiel vlam vat.
Het gebruik van kunststoffen heeft
dit gevaar nog vermeerderd. Vuur-
werende impregnering van alle textiel
is mogelijk, maar wordt nog te weinig
toegepast en zal wel kostbaar zijn.
In vele landen zijn wettelijke maat
regelen getroffen om de verkoop van
brandbare textiel aan banden te leggen.
In Engeland is het nu verboden nacht
kleding voor kinderen te verkopen die j
niet op de een of andere manier brand
vrij is gemaakt. Maar dat geldt niet
voor kinderkleding die voor de export
is bestemd. Dat zou de concurrentie
positie van de Britse textiel verminde
ren.
In PARIJSE WARENHUIZEN wor
den bikini's verkocht die uit kantpapier
zijn gemaakt. Ze komen in pakjes van
drie stuks in de handel. Of ze tegen
water bestand zijn kunnen we niet
vertellen. Dat wordt dus voor alle
zekerheid alleen maar zonnebaden in
deze weggooi-bikini's.
VOOR HET GEVAL u de moed er
in moet houden, de 23ste Herenmode-
beurs wordt gehouden op 2, 3 en 4
september. Dat is dus wat om naar
uit te kijkén. In het RAI-gebouw in
Amsterdam zal de Nederlandse man
weer onder de loep genomen worden.
STEfJ TOONDE"
20. Kapitein Jorissen had het kennelijk heel moeilijk
met de besturing van het schip. Hij draaide tenminste
krampachtig het rad heen en weer., terwijl het klamme
zweet hem in de handen stond.
„Waarom slingeren we zo?" vroeg Panda ongerust.
„Dit lijkt me niet de kortste weg naar de schat in San
Destelero".
„Eh.hemm?" vroeg de gezagvoerder afwezig, ter
wijl hij een nieuwe ruk aan het stuurwiel gaf. „Kortste
weg. zei je? Eh.inderdaad. Ik was slechts eventjes
de eh.roergang aan het uitproberen. Maar nu mag
jij de besturing van me overnemen. Ik ga me even
terugtrekken. Joho en zo!"
Dat vond Panda best leuk. Hij pakte het rad beet en
probeerde keurig netjes rechtdoor te varen. Daar had
hij het zo druk mee, dat hij de slimme blik niet zag
waarmee de kapitein zich verwijderde.
„We zitten nog dicht genoeg bij de kust.mom
pelde hij. „Het moet me toch niet moeilijke vallen om
terug te keren. Met het reisgeld van deze beide pas
sagiers natuurlijk.
Ik heb daar enkele heel leuke plannen mee.
Zo prevelend begaf hij zich onopgemerkt naar een
rubbervlotje dat aan boord lag
DAT WIST IK.
no6 niét!
ALS JE EEN KLAVERTJE
\JIER VINDT!
ZEEROB, HIER IN 'T 80EK STAAT
HET NIET ALTIJD6ELUK. 8REN6T
Met dit kapsel, versierd met juwelen-
bloemen ter waarde van f 30.000, zou
den de Haarlemse Bloemenmeisjes
zeker opzien wekken. Het is een crea
tie uit de nieuwe haarmodecollectie
van Femme Sistina in P.ome.
Even wat cijfers, want zonder cijfers
kan een rubriek niet bestaan, in het
jaar 1967 heeft de Nederlandse man
2,6 miljoen kostuums, 1,5 miljoen kol-
berts en 8,6 miljoen pantalons ge
kocht. Daarbij schafte hij zich nog 14
miljoen overhemden en 2 miljoen re
gen- en overjassen aan.
Toch zal de Nederlandse vrouw
meer jurken, bloesjes en rokken heb
ben gekocht.
IN BADEN-BADEN is mevrouw I.
de Haan uit Milsbeek bij Gennep (Nrd.
Brabant) tweede geworden in de strijd
om de titel „Naaldprinses van Europa".
We vertellen dit maar even omdat zij
daarmee een reis naar Rio de Janeiro
en 1500 Marken kreeg.
De hoofdprijs, een auto ging naar een
inwoonster van Denemarken. Dus niet
alleen met schoonheid maar ook met
vlijt valt er nog wat te winnen.
ZWOLLE Vijf jaar gevangenisstraf en
terbeschikkingstelling van de regering
luidde de eis, die de officier van Justitie
bij de Zwolse rechtbank uitsprak tegen
een 38-jarige textielarbeider uit Dedems-
vaart, die op 23 november de 15-jarige
Neeitje de Haan in een bietenland in de
buurtschap Den Oosterhuis (gemeente
Avereest) met een steen had neergeslagen.
Dr. J. Zeldenrust, de gerechtelijk des
kundige, verklaarde dat het meisje de ver
wondingen had kunnen overleven, als haar
binnen redelijke tijd hulp had kunnen
worden verleend. Haar dood was onge
twijfeld versneld door de kou, waaraan
zij, half ontkleed, was blootgesteld.
De officier van Justitie, mr. P. J. Stigter,
liet de aanklacht moord vallen, maar acht
te zware mishandeling de dood ten gevol
ge hebbend en voorwaardelijke opzet be
wezen. In zijn overwegingen betrok hij
het feit dat de dader sinds zijn jeugd epi
lepticus is. Onder invloed van deze ziekte
had hij eens brand gesticht en eens iemand
met een mes mishandeld. Voor het laatste
kreeg hij vier maanden gevangenisstraf en
werd hij tien maanden in een inrichting
verpleegd. Na zijn vrijlating was er geen
medische begeleiding. Hij verborg zijn
ziekte voor zijn vrouw en zelfs voor zijn
huisarts. Uit vrees in herhaling te vallen
droeg hij nooit meer een mes en lucifers
bij zich. Slechts sporadisch kreeg hij een
toeval, maar op grond van de medische
rapporten achtte mr. Stigter het noodza
kelijk de verdachte definitief aan de maat
schappij te onttrekken.
De verdediger, mr. S. Ie Poole, achtte
opzet tot zware mishandeling niet bewe
zen. De straf moet overeenkomen met de
mate waarin men de verdachte zijn daad
kan verwijten en niet worden afgemeten
naar het afschuwelijke gevolg. Mr. Le
Poole vroeg een straf gelijk aan het voor
arrest en terbeschikkingstelling van de re
gering. Op 30 juli doet de rechtbank uit
spraak.
DEN HAAG. De commissaris-gene
raal van Nederland voor de wereldten
toonstelling 1970 in Osaka, mr. J. Cals,
heeft de heer W. H. Crouwel aangezocht
deel uit te maken van het team, dat de
vormgeving van de Nederlandse inzen
ding zal verzorgen.
Dit team bestaat al uit de architecten
prof. J. B. Bakema en ir. C. Weeber en de
cineast Jan Vrijman. De heer Crouwel was
in 1957 lid van het team dat het ontwerp
maakte voor de tentoonstelling „Het
Atoom" in Amsterdam. Op de wereldten
toonstelling in Brussel werkte hij mee aan
de inrichting van het interieur van het
Beneluxpaviljoen.
ADVERTENTIE
VERWARM1NGS- EN STOOKTECHN1SCH BEDRUP N.V.
BEVERWIJK
Laan der Nederlanden 2, Tel. (02510) 31247
Vestigingen te Apeldoorn en Bussum
C
Een Amerikaanse mevrouw heeft
een klacht ingediend tegen een dokter
in Hoek van Holland, omdat haar zoon
tje, dat door hem op neus- en keel-
klachten werd onderzocht, zijn spreek
kamer met wangklachten verliet. Vol
gens de beschikbare gegevens was de
dokter twee uur lang bezig geweest het
kereltje te bewegen hem naar zijn huig
je te laten kijken. Daar het ventje
alles bewoog wat er aan hem zat, leid
ie dit niet tot het gewenste resultaat,
zelfs niet toen de dokter erin slaagde
hem twee tikken toe te dienen op de
olaats die daartoe het meest uitnodig
de. Hierop verliet de moeder het ver
trek, omdat zij de strijd niet langer
kon aanzien. Dat hielp. De dokter haal
de diep adem en gaf de patiënt een ge
weldige klap om de oren, waarna deze
zich gewillig liet behandelen. Daarna
excuseerde hij zich bij de moeder voor
de sporen die de overdosis oorvijg op
de wang van het knaapje hadden ach
tergelaten. Maar deze liet de excuses
voor wat ze waren en liep rechtstreeks
met de vingerafdrukken van de dokter
op de wang van haar zoontje naar
de politie.
Dit vooral is bijzonder leerzaam voor
studenten in de medicijnen die nog niet
beseffen dat elke arts een gespeciali
seerde kinderpsycholoog dient te zijn
en grotemensenpsycholoog tegelijk.
Die dokter in Hoek van Holland heeft
het er lang niet slecht afgebracht.
Maar het kan beter. Uit eigen ervaring
weet ik hoeveel beter.
Als kind sukkelde ik met mijn aman
delen. De oorzaak hiervan was, dat ik
een amandelboompje in de keel had,
dat op geregelde tijden moest worden
bijgesnoeid. Achteraf lijkt dit een een
voudige diagnose, maar het heeft heel
wat doktoren gekost om hem te stel
len. Zodra mij namelijk verzocht werd
mijn mond te openen voor een ander
doel dan het tot mij nemen van ver
snaperingen, weigerde ik. De weige
ring was beleefd maar beslist. Ver
scheidene doktoren hebben dit niet be
grepen. Het gevolg was dat ze te vroeg
of te laat overgingen tot geweld. Als
ik de morele nederlaag buiten beschou
wing laat, kwamen de inbraakpogingen
in mijn mond hun te staan op het ver
lies of de onherstelbare beschadiging
van.de navolgende voorwerpen: vier
metalen lepels, waaronder één lekkere
zachte zilveren, een schroevedraaier,
een taartschep, twee kachelpoken en
een stukje duim van de dokter zelf, dat
allerakeligst naar jodium smaakte.
Toen de doktoren vrijwel op waren
en het amandelboompje maar bleef
doorgroeien, besloot mijn vader er een
laatste specialist tegenaan te gooien.
Hij werd willekeurig uit het telefoon
boek van Arnhem geprikt en woonde
op Sonsbeek, hetgeen niet te verbazen
was want in deze buurt zijn zoveel
specialisten samengebald, dat het lijkt
alsof het heerlijke landschap daar een
bron is van de meest bijzondere ziek
ten. De vreemde dokter ontving mijn
ouders die mij vergezelden alsof het
oude kennissen waren en betrok mij
pas na een kwartier in het gesprek
door te vragen of ik wel een flikje zou
lusten.
Ik had de flikken bij mijn binnen
komst ni op het schaaltje zien liggen.
Verleidelijke flikken met een zeilschip
erop dat gereedlag het zeegat uit en
het keelgat in te varen. Ik knikte dus
gretig. „Dan zullen we even moeten
meten of ze erdoor kunnen", sprak de
dokter. Met een duimstok deed hij di
verse opmetingen in mijn gewillig open
gespalkte mond. „Het gaat nog net",
zei hij. ..Maar morgen moet het boom
pje eruit".
Ook dat is gelukt. Onder verdoving.
Waarschijnlijk zijn er nu studenten die
menen dat ze lastige kleine jongetjes
het best onder verdoving kunnen onder
zoeken. Dat kan ook. Met een gaspis
tool. Als je maar op de moeder mikt.
Kees Stip
Auto's met radio. Blijkens een recent on
derzoek van Philips heeft 27 percent van
alle personenauto's in Nederland een
radio. Voor vrachtwagens, die niet in
het onderzoek waren betrokken, wordt
een zelfde percentage geschat.
zwarte rover, ik doop jou
DERTIEN Misschien
8REN6 JS ONS 6 ei UK.'
WÉ ZOGENAAMDE GRIEZE
LIGE VERSCHIJNINGEN KUN
NEN ONS ZAAKJE MASSA'S
SCHADE BEROKKENEN.
MAAR WAT KUN
WE ERAAN DOEN?
ACCES DIJKT MIS X ARM POESJE -JU
TE 6AAN SINDS DIE,KRIJGT VAN ACCES
KAT HIER OPDOOK!DE SCHULD
LEFF
L©PIB_
1190. Zoals we reeds vertelden, gaf het
luiden van de bel een teken aan de pin-
guins, dat het moment was gekomen om
op een knopje te drukken, aan een wiel
te draaien of een hendel over te halen.
Het meisje, dat Albertina heette naar
haar grootmoeder, die ook Albertina heet
te, bond nu een zakdoek om de klepel
van de klok. Zo kon de bel niet luiden.
Dat was het simpele, maar goedgevonden
plannetje van Brammetje Fok.
Heftig bewoog de klepel, maar niemand
kon iets horen. Op het moment, dat
iedereen druk bezig had moeten zijn, ble
ven de pinguins suffend staan. Zachtjes
dommelden zij in. terwijl de wieltjes on
beweeglijk bleven en de knopjes niet
werden ingedrukt.
Heel het ingewikkelde raderwerk stond
stil, zoals Bram het wilde. Lang zou het
niet duren of de geleerde zou bemerken,
dat er iets niet in orde was