uiai nnoc
KNIPSELKRANT
PANDA EN DE SUPERSCHAT
N>?:!
POLLE, PELLI EN PINGO
P.1
Paus
ngestipt
m
11
Rggjjfflr
ft
WOENSDAG 31 JULI 1968
Feuilleton door
JAMES GOLDMAN
Klok terug
Nadere bestudering
Kees Stip
KEUKENCENTRUM
„1JMU1DEN"
•N
64)
Ze verlieten de weg en baanden
zich snakkend naar adem een weg
door het kreupelhout. De nachtelijke
hemel was verdwenen achter het dich
te gebladerte. In het donker voelden
ze zich veel veiliger. Ze bleven staan.
„H°e lang nog?" vroeg ze.
„Voordat ze achter ons aan gaan?"
Ze knikte. Wainwright moest Cow-
les nu toch wel gevonden hebben. Hij
had de achtervolging zeker al inge
zet. „Nog lang niet".
„Laten we gaan, Bobby".
„Goed". Cowles stond op. Wain
wright controleerde zijn pistool terwij
hij de trap beklom.
Hij had gerust niet geslapen;
hij viel moeilijk in slaap en voelde
zich weer volkomen de oude. Het
was zijn idee geweest om ze te la
ten ontsnappen.
„Ze gaan regelrecht naar Guerrera"
„Ik kan ze dwingen ons te vertel
len waar hij is". Cowles had geen
vertrouwen in Demerol. Hij had een
graveernaald, een fijn precisie-instru-
ment van Duitse makelij; daar had
hij vertrouwen in. „Ze sturen ons mis
schien uit op een nutteloze jacht en
daar hebben we de tijd niet voor".
Hij had Cowles aan het werk gezien.
Die jongen had de handen van een
chirurg. Wainwright schudde gedeci
deerd zijn hoofd. „We zullen het
op mijn manier doen". En daar bleef
het bij.
Boven gekomen, keken ze nog even
naar Clark en Tuttle. Ze waren bei
den in diepe slaap gedompeld. Het
was nog te vroeg om iets te kunnen
zeggen van de hersenschudding, maar
de kogelwond zou genezen. Wainwright
knikte kort, en liep naar de deur.
Cowles stond in de hal op hem te
wachten. „Vronsky!" De schreeuw
kwam uit de kamer achter hem. In
één snelle beweging trok Wainwright
zijn pistool, draaide zich vlug om en
liet zich vallen. Tuttle zat rechtop in
bed. Hij ijlde, zijn blonde haar glom
van het zweet en in zijn grijze ogen
lag een wezenloze blik van schrik en
verbazing.
„Vronsky ik ben jouw agent.
Herken je me niet? Vronsky
De trekker woog duizend pond en
Wainwright kon hem niet overhalen.
Het schot kwam uit de hal, van
Bobby en hij zag dat een deel van
Tuttle's voorhoofd werd weggescho
ten. Wainwright zakte ineen en sloot
zijn ogen.
„Meneer" Ze hadden hun dubbel
spion te pakken gekregen en gestraft.
En Welles was tenslotte toch Vronsky.
Dat zou hem toch een gevoel van op
winding moeten geven. „Meneer". Hij
vroeg zich af wat het wilde zeggen
dood te zijn. Hij zou het eens moeten
proberen. „Meneer". Hij stond op.
„Het gaat wel weer".
„Meneer - die schoft heeft zijn ver
diende loon".
„Zo gaat het altijd. Staan de hon
den klaar?"
„Ja meneer".
„Mooi. Laten we dan gaan".
Met grote stappen en boordevol
energie ging hij op weg. Hij voelde
zich weer prima. En dat was maar
goed ook want het was laat en hij
moest nog vele mijlen lopen.
Ze strompelden door het hoge gras.
van de savanne toen de bom ontplofte.
Tenminste het klonk als een bom. Ze
pakte zijn arm.
„Wat is dat?"
„Een soort bom, denk ik".
„Verweg?"
„Een mijl misschien?" Ik weet het
niet".
Wat zou het te betekenen hebben?"
Voordat hij kon antwoorden hoor
den ze de schoten. Eerst ver
spreid en in de verte, maar toch
duidelijk hoorbaar. Geweren en daar
na iets dat sneller vuurde. Links voor
hen uit, werd gevochten. Het kon on
mogelijk Wainwright zijn. Anderen
waren bezig elkaar uit te moorden.
„Denk je dat ze om Guerrera vech
ten?".
Hij haalde zijn schouders op. „Wij
zijn vanavond niet het enige doelwit.
Dat is belangrijk". Hij liet zich er
gens neervallen en ging op zijn rug
liggen. „Zou het niet heerlijk zijn als
ze elkaar opvraten?". Ze keek op hem
neer en glimlachte. Zijn borst ging
op en neer en zijn overhemd leek in
het donker zwart van de transpiratie.
„Je ziet er verschrikkelijk uit, Wal
dorf".
Hij rolde wat opzij en maakte een
hoffelijk gebaar naar het hoge gras
dat hij zojuist had platgelegen. „Voor
jou", zei hij. Ze ging zitten. Ze hoor
den weer een salvo, langer dan de
eerste. Daarna was het stil. Waldorf
bemerkte dat hij zijn adem inhield.
Hij ademde uit en voelde zich ont
spannen worden. Er waren belang
rijker dingen aan de orde dan Apple-
ton en Grauer; ze zouden nu wel vei
lig zijn.
„Wil je hier de nacht doorbrengen?'
vroeg Waldorf.
„Denk je dat het veilig is?"
„Veilig genoeg".
Ze ging naast hem liggen. Ze lag
zacht op het gras. Ze hield van
gras en ze wist dat ze het goed kon
schilderen. Ze vroeg zich af wat gras
voor haar betekende.
Ze streek er met haar hand over
heen, zuchtte en voelde zich kalm
worden. Toen hoorde ze de honden.
„Kom mee". Hij stond al; hij had
ze ook gehoord.
„Denk je dat ze achter ons aanzit
ten?"
„Je hebt geen honden nodig voor
iemand, die je kunt zien en beschie
ten".
„Welke kant op?"
„Rechtuit".
Ze renden
De vegetatie was één verwarde mas
sa. Aan hun rechterhand was moeras-
land waar ze voortdurend in verzeild
raakten. Boomvarens en mangroven
stonden her en der verspreid, als pa
len in het hekwerk van lianen die
naar beneden hingen en hen vastgre
pen. Ze zagen de hemel niet. Ze haal
den hortend en pijnlijk adem. Ze
zouden spoedig halt moeten houden.
Het kon hem bijna niets meer schelen
wat er gebeurde, hij had alles over
voor wat rust. Hij hoorde een zachte
kreet, draaide zijn hoofd om en liep
tegen een boom. Hannah lag languit
op de moerassige bodem. Hij leunde
tegen een boom totdat hij zich weer
in staat voelde zich te bewegen.
„Wat is er?" Hij ging naast haar
zitten. Het kostte hem nog steeds
moeite om te praten.
„Mijn been".
„Welk?" Ze raakte haar linkerbeen
aan.
„Waar?"
(Wordt vervolgd)
Het pauselijk verbod van „de
pil" heeft niet alleen in rooms-
katholieke kringen maar ook daar
buiten zeer vele reacties verwekt,
waaruit dikwijls verbazing en ook
verontwaardiging spreekt. Er blijkt
ook verontrusting uit over de ge
volgen welke deze historische be
slissing van de paus voor de oecu
mene kan hebben.
DE VOLKSKRANT zegt in haar
commentaar;
Het kan in het Vaticaan niet onbe
kend zijn, dat de meeste christelijke
kerken op het standpunt staan dat ge
boorteregeling een gewetenszaak is,
maar dat de middelen daarbij ethisch
niet relevant zijn Het zal in de niet-
rooms-katholieke kerken zeker als een
moeilijk te verteren pretentie worden
ervaren, dat Rome thans zonder over
leg een ander standpunt urgeert, alsof
deze kerk het monopolie zou bezitten
van alle wetenschap omtrent Gods be
doelingen met de mensen".
Verder zegt het blad:
„Het is bekend dat het Vaticaan bij
de profane wereldorganisatie tot nog
toe steeds grote invloed heeft gehad
wanneer 't er om ging, geboortenrege-
lingsprogramma's voor ontwikkelings
landen tegen te houden. Als deze toe
stand ook in de toekomst blijft be
staan, is de nu gepubliceerde ency
cliek politiek, economisch en sociaal
van veel grotere invloed dan alleen het
individuele leven van 'n aantal rooms-
katholieken: het welzijn van de hele
wereld kan er mee gemoeid zijn.
Al deze gevolgen zijn nog niet te
overzien. Wel voorspeld kan worden
dat dit pauselijk document door velen
eenvoudig beschouwd zal worden als
een onhaalbare kaart. Met andere
woorden: met deze encycliek niet te
beschouwen als een „onfeilbare", wel
als een zeer belangrijke uitspraak
stelt de paus stoutmoediger dan ooit
zijn eigen gezag in de waagschaal. Op
dit ogenblik ziet het er niet naar uit
dat de schaal gemakkelijk naar zijn
kant zal doorslaan"
HET PAROOL ziet ook vèrreikende
gevolgen van de encycliek.
„Grote aantalle n rooms-katholieken,
vooral in de westelijke landen maar
waarschijnlijk niet daar alleen, zijn
zeker niet van plan hun leven terug te
brengen naar oude vormen van ont
wrichtende onzekerheid. De praktijk
van de geboortebeperking had vooral
op sociale motieven maar ook door er
kenning van het recht van vrijmaking
van verouderde en onhoudbare regels
de instemming van veel geestelijken
van parochiepastoors tot bisschoppen
en kardinalen.
Wanneer de paus staat op onverkorte
handhaving van zijn encycliek, lijkt
een schisma niet uitgesloten. Maar ook
wanneer hij afwijkingen van de ency
cliek oogluikend toestaat, moet dat
grote veranderingen met zich mee
brengen die wel eens een definitief ein
de konden betekenen van de in begin
sel nog altijd monolithische structuur
van de rooms-katholieke kerk in de
wereld".
Ook het ALGEMEEN HANDELS
BLAD ziet gevaren voor de oecumene
„Wanneer maar de helft van de ka
tholieken door deze uitspraak in ern
"SF
32-99
32. Toen het schip het richtingbord gepasseerd was,
bereikte het al spoedig het strand van San Destelero.
„Wie had dat kunnen denken prevelde Joris Goed-
bloed, die een handvol zand opraapte, en peinzend be
keek. „Zo blijkt toch maar weer dat werkelijkheid en
verdichtsel vaak één zijn.Hier sta ik, op San Deste
lero En nu verwachten die twee natuurlijk dat ik
hen naar een schat toe breng. Ach, het leven is ver
warrend." „Een mooi plaatje!" riep Bill Dollar, die
hem had gefotografeerd. „Kom laten we nu dan even
naar die schat toe gaan." Joris zuchtte diep, en ging de
anderen voor 't oerwoud in. „Wanneer ik ze nu sierlijk
kan afschuddenvervolgde hij zijn gedachtengang.
„dan hoef ik straks niet uit te leggen dat hier geen rijk
dommen bestaan. En dan kan ik eindelijk genieten van
het geld, dat Bill Dollar me voor deze reis heeft gege
ven. Toen kreeg hij plotseling een idee. „Lopen jullie
maar vast door," zei hij, terwijl hij zich haastig om
draaide. „Ik moet nog even naar het schip terug. Ik
ben m'n schatkaart vergeten."
HARTELIJK 8EDANKT VOOR JEJ
BRIEF - WAT EEN 1=11",
EEN >1 JA, HU Wil WETEN WAAROM
BRIEF VAN] ZIJN VRIENDJES NIET MEER
POtLEl A BIJ HEM OP BEZOEK KOMEN
BOVENDIEN
HEEFT HIJ
IK6A6AUW NAAR HEM
TOE, DAN VOELT HIJ
HE, ZEEROB,
ACHTER
AANSLUITEN]
ZELFS EEN BEL
ZICH NIET ZO EENZAAM
MOOIE
<e pt b
stig gewetensconflict komt, moet dat
een onrustwekkend effect hebben op
een groot deel van de samenleving.
Vervolgens distantieert de r.-k. kerk
zich met dit besluit van andere kerk
leen die, als zij dan al geen positieve
voorstanders zijn van actieve geboor-
tenregeling, de beslissing hierover toch
aan het geweten van het individu over
laten. Deze encycliek zal de samen
werking van de christelijke kerken be
slist niet bevorderen.
Het is allerminst waarschijnlijk, dat
de andere christelijke kerken hun
reeds in genomen houding op gezag
van de paus zullen wijzigen of dat de
internationale lichamen, die het ont
wikkelingswerk behartigen, hun koers
zullen afstemmen op het woord van de
pontifex in Rome. Welk effect deze
terugkeer naar de meest conservatieve
houding binnen de kerk zal hebben,
moeten we maar afwachten. De klok
is in Rome hiermee wel teruggezet tot
ver voor het tweede Vaticaanse Con
cilie. Na al het rumoer de laatste jaren
vraagt men zich af, of dit nog wel
kan."
De pauselijke encycliek lijkt op een
geschrift uit ver vervlogen jaren,
schrijft het ALGEMEEN DAGBLAD.
„De argumenten die ter ondersteu
ning van het verbod worden gebruikt
gevaar voor ontrouw in het huwe
lijk. verlies van eerbied voor de vrouw
doen zo klassiek aan, dat men had
mogen veronderstellen dat zij ook door
Rome als volkomen uit de tijd zouden
worden beschouwd. Het is alsof alle
technische, geestelijke, sociale en psy
chologische ontwikkelingen aan de lei
ding van de wereldkerk voorbij zijn
gegaan.
Verheugend is dat enkele gezagheb
bende rooms-katholieken in Nederland
onmiddellijk na het verschijnen van de
encycliek een verklaring hebben afge
legd, waarin zij de uitspraak van de
paus „niet-onfeilbaar" noemen. In we
zen is er volgens hen niets veranderd.
In ronde woorden: de rooms-katholie-
ken kunnen voortleven met de vrijhe
den die zij zich in de afgelopen jaren
op dit gebied hebben verworven.
De vraag is echter of de pauselijke
boodschap niet in onnoemelijk vele ge
zinnen grote onrust zal brengen
zelfs in Nederland, waar ondanks alle
vooruitstrevendheid van de landelijke
kerkleiding, het laatste woord niet zei
den wordt gesproken door de parochie
pastoor, die vooral in de kleine plaat
sen met deze problematiek ook maar
moeilijk raad weet".
DE VOLKSKRANT geeft deze ver
ontrustende raad
„Zij zullen er goed aan doen te be
denken dat het eigen geweten volgens
aloude christelijke traditie de laatste
norm is voor ieders handelen en dat
zij zich veilig kunnen achten wanneer
zij hun eigen beslissing toetsen aan de
mening van paus én kerkgemeenschap.
Dat zij hierbij de grootst mogelijke
steun zullen krijgen van de eigen pries
ters en bisschoppen, mogen zij hopen
en verwachten".
En de N.R.C.:
Paus Paulus heeft nu handhaving ge
kozen van de klassieke opvatting,
waarvan hem bekend moet zijn dat mil
joenen mensen haar niet zullen volgen.
Hij zou bisschoppen, theologen en le
ken die voorstander zijn van de eigen
verantwoordelijkheid van de echtpa-en,
in grote geestelijke nood brengen, ware
het niet dat velen de werking van het
eigen verstand niet langer laten stil
houden door de roomskatholieke leer.
In deze geest schrijft ook het
UTRECHTSCH DAGBLAD:
„Het zal voor velen uiterst moeilijk
welhaast onmogelijk zijn zich bij deze
uitspraak neer te leggen. De kerk blijft
in hoofdzaak staan op het standpunt
van 1930, geformuleerd door paus Pius
XI. Maar de wereld is in die volgende
38 jaren op revolutionaire wijze ver
anderd. En in die samenleving wonen
en werken de katholieken, die van hun
kerk de leidraad in hun leven verwach
ten. Als nu de paus verklaart dat hij
uit naam van de continuïteit van de
pauselijke leer geen wijzigingen in die
leer kan aanbrengen, valt hij terug op
een conservatief standpunt, waar veel
van zijn geloofsgenoten eenvoudig geen
raad mee weten. Daardoor ondermijnt
de paus zijn aanzien en gezag en schept
verwarring en onzekerheid onder de
katholieken".
Voor TROUW is de vraag belang
rijk of de paus gelijk heeft.
„Het vraagstuk van de geboortebe
perking is een moeilijk vraagstuk. Het
heeft allereerst met het huwelijksle
ven van man en vrouw te maken. En
dat is iets waarvoor die beiden dus
ook allereerst verantwoordelijk zijn.
We zouden niet willen zeggen dat de
kerk daar nooit iets over zou mogen
zeggen, maar dan moet de kerk er
zich toch voor hoeden om de verant
woordelijkheid van de allereerst be
trokkenen over te nemen. Want de
kerk kan wel van alles zeggen, maar
de gevolgen komen op anderen neer.
In de tweede plaats is het vraag
stuk van de geboortebeperking een
politiek vraagstuk van de eerste orde.
Het standpunt van de paus dat iedere
huwelijksdaad moet openstaan voor
het doorgeven van het leven betekent
de onmogelijkheid van het voeren van
een bevolkingspolitiek. En die is in
een steeds voller wordende wereld on
misbaar. Trouwens als men die zin van
de paus goed doorvoelt, is het onbe
grijpelijk dat de techniek van de pe
riodieke onthouding wél aanvaardbaar
geacht wordt. De uitspraak van de
paus lijkt ons principieel onhoudbaar
en in de praktijk niet haalbaar.
Voor ons besef hangt dit samen met
een traditionele opvatting over de na
tuur en de natuurwetten die men in
sommige r.-k. kringen iets te gemak
kelijk meent te kunnen formuleren en
met de geboden van God identificeert"
DE GELDERLANDER erkent dat de
beslissing van de paus enorme conse
quenties heeft voor heel de wereld
met name ook voor de bevolkingspo
litiek in de ontwikkelingslanden. Maar
„Nadere bestudering zal ons de me
rites van de encycliek duidelijker voor
ogen stellen dan momenteel nog, bij
eerste kennisneming van de inhoud kan
geschieden. Daarbij is met name ook
van belang duidelijkheid over de vraag
of deze encycliek als een uitspraak „ex
cathedra" te zien is.
De paus zelf zegt ervan, dat het
vraagstuk van de geboorteregeling
waar het gaat over de beginselen van
de natuurwet, wel degelijk tot de com
petentie van het leergezag behoort. En
mgr. Zwartkruis (bisschop van Haar
lem) heeft al laten weten dat het con
cilie in de dogmatische constitutie over
de kerk heeft bepaald dat de gelovi
gen op heel bijzondere wijze aan het
authentieke leergezag van de paus in
stemming verschuldigd zijn, ook wan
neer hij niet „ex cathedra" spreekt.
Dit betekent aldus mgr. Zwart
kruis dat zij zijn hoogste leergezag
met eerbied dienen te erkennen en de
door hem gedane uitspraak oprecht die
nen te aanvaarden volgens de zin en
de wil die hij te kennen geeft. Bij een
diepgaande bestudering van de nieuwe
encycliek zal dit dus uit de aard ervan
of uit het herhaald voordragen van
Op een terrasje in de zon zit ik met
een krant en 'n kop koffie. Waarom ik
die krant heb gekocht weet ik niet. Ik
denk als een soort alibi voor een dag
dief. Onbewust hoop ik dat de mensen
die zich bedrijvig langs mij heenspoe-
den niet zullen geloven dat hier een
nietsnut zijn dag in ledigheid zit te
verdoen. Ik kan toch een wetenschap
pelijk stafmedewerker zijn die moet
kijken of de drukinkt tegen zonlicht be
stand is? Of iemand van de krant die
de fouten moet tellen om ze af te trek
ken als de corrector opslag vraagt?
Of desnoods gewoon een man die van
zijn vrouw moet uitkijken naar een
tweedehands vierpitsgaskomfoor, om
dat haar driepits te weinig pit heeft.
Dit schuldgevoel maakt dat ik stug
blijf doorlezen, ook als ik een bericht
tegenkom waar ik niets van begrijp.
In de RAI heeft Hdkkerup verklaard
dat hij ontslag neemt als secretaris
van de IUSY, omdat hij getracht heeft
bij de FY SA financiële steun te krij
gen voor de deelneming van de IUSY
aan het wereldjeugdfestival in Sofia.
Omdat het een publiek geheim is dat
de FY SA gesteund wordt door de
CIA, heeft hij de FY SA gevraagd het
benodigde geld over te maken aan de
AUF, waarna de AUF het weer zou
storten op de bankrekening van de
IUSY.
Ik lees dit bericht driemaal en kom
tot de conclusie dat ik, als ik Hdkke
rup was, ook ontslag zou hebben geno
men.
Tot mijn vreugde zie ik een paar ta
feltjes van mij af een man zitten die
dezelfde krant heeft gekocht en die de
pagina met hetzelfde bericht voor zich
heeft uitgespreid.
Als ik te weten kom welke reactie
het lezen daarvan bij hém teweeg
brengt is mijn plaats in de zon voor
geruime tijd gerechtvaardigd.
De pagina naast de IUSY is van bo
ven tot onder gevuld met komische
strips, waarvan het lezen hem blijk
baar door de dokter is voorgeschre
ven. Hij leest ze met de gelaatsuitdruk
king waarmee zijn vader in 1929 moet
hebben vernomen dat de New-Yorkse
beurs was ingestort.
Hij neemt een slok koffie om de
smaak weg te spoelen en stort zich dan
argeloos op Hdkkerup. Nauwelijks is
hij echter begonnen te lezen of hij ver
strakt en kijkt schichtig langs de
krant heen. Is hij een agent van de
CIA? Of een stroman van de AUF?
Heel langzaam vouwt de man de
krant dicht. Met minimale bewegingen
brengt hij hem terug tot de toestand
waarin hij hem in zijn zak kan steken
Maar hij steekt hém niet in de zak. Hij
slaat er mis mee naar een bromvlieg
gooit de krant op het tafeltje en ver
dwijnt.
Als de man weg is lees ik nog in
mijn krant hoe Axel Springer, de Duit
se krantenmagnaat, zijn succes ver
klaart. Door zijn journalisten 1 richt
lijn te geven: Zo te schrijven dat ieder
een het begrijpt.
ADVERl FN L It
Wij tonen u in onze 150 m2 toonzaal
een keur van Hollandse en Duitse im
port keukens, zie verder onze enorme
sortering hang-legkasten, buffetten,
aanrechten enz.
Kennemerlaan 165 - Tel. 0 2550 - 11428
Geopend van maandag t/m zaterdag
van 96 uur.
dezelfde leer of uit de manier van spre
ken, stèllig duidelijk aan de dag tre
den".
Het ALGEMEEN DAGBLAD cqnclu-
deert:
„Het wachten is voor Nederland op
een zeer duidelijke uitspraak van de
bisschoppen, liefst in de duidelijke taal
die enkele jaren geleden een mgr. Bek
kers wist te vinden".
f ALS IK DÉ ZAAK MOET
l SLUITEN, HÉÉFT HU VRIJ
SPEL MET KEU-Y.
6EUJK HEB JE,
OAUY. BREN6
OOK ÉEN VISJE
VOOR DERTIEN
IK VRA46 ME AF... ZOU HET
CHRIS KNOCKERSOCKER ZIJN,
DIÉ MIJ UIT DE JACHTHAVEN
WIL WEGTREITEREN
DIT VERGEEFSE WACHTEN
OF KLANTEN GAAT OP MUN
ZENUWEN WERKEN. IK
6A VISSEN, MARGO,
SAm Leef
ASIWuiabs
1202. Zodra Brammetje op de stook
plaat was aangekomen, werd hij als een
oude bekende begroet door meester Wil
lem.
„Welkom op de Vlampijp. Brammetje"
zei hij monter en zijn gezicht glom van
zweet en voldoening.
„Kom je een ritje meemaken?"
„Ik kom je vertellen, dat je terug moet
keren naar het museum"zei Bram ern
stig. „De Vlampijp is je eigendom niet."
„O, die breng ik heus wel terug",
zei oude Willem zorgeloos. „Ik werd ziek
van die verhalen, die de zeelui me steeds
verteldenik moest er nodig eens
uit. Ik moest altijd naar hun avonturen
op zee luisteren, zie je, maar ze luister
den nooit eens naar mij. DusBram
had vele woorden gereed om de ander
duidelijk te maken, dat hij verkeerd ge
handeld had. Maar de woorden bestier
ven hem op de lippen toen hij de geluk
kige glans zag in de ogen van de machi
nist. Hij zei dus niets, en pakte gehoor
zaam 9e kolenschop toen de machinist
hem vroeg het vuur in de ketel wat op te
stoken