Honderd jaar geleden bouwde „hofsmid" Burgers in Deventer de eerste Nederlandse velocipede. Zijn „vermetele" initiatief werd een onvoorstelbaar succes dat tot op de dag van vandaag (met 7^ miljoen fietsende Nederlanders) voortduurt. ZATERDAG 3 AUGUSTUS 19 68 *k Erbij 15 MHKIPRi IEjl» 1 04^ Élïli 4 I mmmgm- - i M NOG SLECHTS een eeuw geleden is het dat de eer ste Nederlanders de „velo", de onmogelijk hoge en on gemakkelijke aartsvader van de moderne fiets, bestegen. Maar toen deze pioniers hun „vermetele" daad ge steld hadden, volgden er spoedig meer en binnen en kele jaren was het bezit van een rijwiel de wens droom en het statussym bool van heel Nederland geworden: de triomftocht van de fiets was begonnen en niets kon haar meer tegenhouden. ïlf; 5 >V# -\-s :>•-• v Als de veloclub erop uittrok moest een trompetter als voorrijder de burgers waarschuwen voor het gevaar. DE TRIOMF VAN HET STALEN ROS (Van een onzer redacteuren) IN 1868 WAS MEN in Pruisen druk bezig aan de militaire op leiding van de negenjarige kroon prins Wilhelm. In Zweden sprak men over de geweldige uitvinding van Alfred Nobel: het dynamiet, dat enorme gaten in bergen kon slaan en dat dus leiden kon tot snellere tunnelbouw. In Londen reden in datzelfde jaar 1868 reeds 3.431 „cabs" en 1.303 omnibussen. Het eerste stuk ondergrondse tus sen Farrington Street en Padding- ton was al vijf jaar in gebruik. De Verenigde Staten herstelden zich moeizaam van de verschrikkelijke burgeroorlog, die 15 miljard dollar had gekost en waarin 600.000 doden gevallen waren. Zonder veel moei lijkheden hadden zojuist de negers er burgerrechten gekregen. In Frankrijk probeerde men een uit- beton, reeds in een paar gebou- de beton, reeds in een paar gebou wen. In Duitsland beproefde men met succes de zojuist door ir. Sie mens uitgevonden dynamo-motor. IN DEVENTER werkte in datzelfde jaar 1868 een 26-jarige smid aan een vreemd voorwerp, waarnaar zijn bu ten urenlang stonden te kijken. Smid Hendrikus Burgers, hofleverancier (omdat hij het smeedijzeren hek voor paleis Soestdijk had gemaakt) werkte maandenlang aan een verbeterde uit gave van de velocipède. Op een tentoonstelling in Amster dam had hij een Frans model van Pierre Michaux gekocht: een houten tweewieler. Onder de nieuwsgierige blikken van zijn stadgenoten, die maar niet wilden en konden geloven dat een mens zich op 2 wielen kon voort bewegen zonder om te vallen, maakte Hendrikus houten spaakwielen met een ijzeren velg. Het voorwiel van zijn velocipède maakte hij belangrijk gro ter dan het achterwiel en hij zette pedalen aan de vooras. Burgers was niet de eerste, die zich met een velocipède bezig hield. In strumentmaker Roelof Hommema uit St. Annaparochie maakte reeds in 1850 houten driewielers, waarmee men een maximum snelheid van acht kilome ter per uur kon halen. En uit Parijs waren reeds een paar houten tweewie- Iers naar ons land geëxporteerd. Toen Pierre Michaux zijn velocipède op de wereldtentoonstelling in Parijs exposeerde bleek dat er ook in ons land belangstelling voor zijn produkt was. Baron Groenix van Zoelen kocht er een en nam de velocipède mee naar Zo lieten de stoere velocipedis- ten zich gaarne „photogra- pheren": in spanbroek en met groot vertoon van spierballen naast hun stalen ros. met de loopfiets, die in 1817 door de Mannheimer Karl von Drais was uit gevonden. Onafhankelijk van elkaar monteerden zij „trappers" aan het voorwiel, toen bleek dat men zich al dus met enig balanceren veel sneller kon voortbewegen dan op de reeds be staande loopfiets. Nadat Hendrikus Burgers zijn ver beterde uitgave van de Franse velo cipède had gedemonstreerd, stroomden de klanten naar zijn smidse, zodat hij zijn arbeidsdag van 14 tot 16, ja zelfs tot 19 uur moest verlengen om aan de vraag te kunnen voldoen. Maar 24 arbeidsuren per dag bleken reeds na een paar maanden onvoldoende om al len die een velocipède wilden hebben te bedienen. Daarom stichtte Burgers reeds na 1 jaar de „Eerste Nederlandse Fa briek van Veloeipèden". In Deventer (in de tachtiger jaren toch al een sportstad bij uitnemendheid waar o.a. de eerste cricket- en voetbalclub U.D. was opgericht)., kwam al heel snel een wielerclub van de grond. Een club met een wel heel vreemde naam „velocipè de club Immer Weiter". Die club hield ook snelheidswedstrijden, waaraan een maal liefst 41 wielrijders deelnamen. De snelste reed 150 meter in 12 se conden precies. Een onderafdeling van „Immer Wei ter", „De Houten Doordraaiers" hield zich bezig met wielrijden in een zaal. Het clubkostuum van de eerste Neder landse wielerclub was ronduit indruk wekkend: ronde hoed, pandjesjas met sjerp over de borst, witte rijbroek, zwarte glimmende beenkappen of hoge laarzen. VOOR CLUBTOCHTEN moest steeds een speciale vergunning bij de plaat selijke politie worden aangevraagd, op dat deze de nodige veiligheidsmaatre gelen kori nemen. Ter meerdere vei ligheid ging ook een trompetter of hoornblazer voorop. Uiteraard reden aanvankelijk alleen mannen velocipède. Maar Hendrikus Burgers was van mening dat ook het zwakke geslacht in het zadel geholpen moest worden, waardoor zijn verkoop nog groter zou worden. Samen met Piet Hoedenmaker, die Burgers' houten velocipèdes schilder de en biesde, bedacht hij een stunt, die het laatste beetje angst bij de deftige Deventer meisjes wegnam. Hoedenmaker liet zijn twee zusjes een lange zwarte sleepjapon op zijn maat maken, alsook een hoed en een witte voile. Burgers besprak een ka mer in hotel Bloemink in Twello „voor een Engelse dame, die per velocipède uit Deventer naar Twello zou rijden". Niet vreemd, want men had hier reeds in de dagbladen kunnen lezen dat in Engeland verschillende jongedames velocipède reden. Ridderkerk, waar hij zomers verbleef. Daar maakte smid Van Kooten het „instrument" na voor een dorpsgenoot, Johan Smit. Ook in Leeuwarden keek men de ogen uit, toen stukadoor Martens van Pa rijs een „velocipède" meebracht en daarop rondreed zonder dat hij omviel. PIERRE MICHAUX was gelijk met de Engelsman Sawyer en de Duitser Fischer begonnen te experimenteren Een paar dagen later peddelde een statige „dame" dwars door de koek- stad. Een paar meter achter „haar" reden Hendrikus Burgers en Caspcr v. d. Beid, die ook in het komplot zat. Beiden gekleed in zwarte lange jas en hoge hoed op. Duizenden toeschou wers keken hun ogen uit, naar de da me, die rustig naar Twello reed en daar spoorloos verdween. In hotel Bloemink vroeg iedereen zich af, waar de Engelse dame was gebleven. Piet Hoedenmaker verkleed de zich snel op het toilet en Burgers wist listig alle vragen te pareren. Nog geen dag later had hij de eerste order van een Deventer dame. Het was het begin van een stroom bestellingen welke zijn stoommachine iedere dag tot middernacht druk bezig hield. NA HET SUCCES in Deventer wer den overal demonstraties gegeven. In Den Haag voor de eerste maal in 1869. Belangstellenden konden er te gen betaling van een geringe entree prijs een demonstratie bijwonen. In Amsterdam kon men toen reeds velo cipèdes huren voor twee kwartjes per uur. De nieuwprijs van een veloci pède was ongeveer 80, driewielers kostten 85.- en kinderdriewielers 27.50. Moeilijkheden waren er voor de „ve- locipedisten" echter nog genoeg. Er bestonden nergens wetten, die hun sta tus regelden. Het dorp Oldebroek dacht daar niet lang over en verbood iedere velocipède op zijn grondgebied. Deventer stelde slechts een paar straten open voor het nieuwe vervoermiddel. Verschillende gemeenten ontwierpen de vreemdste verordeningen, zoals een afstapgebod wanneer men een paard en wagen naderde. AL SPOEDIG werden er ook wed strijden gehouden, zelfs internationale. Hierin onderscheidde onze landgenoot A. E. Derkinderen zich bijzonder. Hij werd in 1879 zelfs kampioen van En geland op de weg met een tijd van 4 uur 55 minuten over de 50 mijl. Hij Veelvoudig kampioen Pim Ki- derlen op weg naar een nieuwe nationale titel driewielrennen. reed dus gemiddeld 16.5 kilometer per uur op een rijwiel dat zo'n 30 kilo woog. In 1883 richtten drie verenigingen, „De ooievaars" uit Den Haag, de Haarlemse Velocipede Club en „Immer Weiter, 'n landelijke bond op, de NVB. Reeds twee jaar later (1885) veran derde de bond zijn naam en werd de ANWB geboren. DE GROTE wielrijder uit die dagen was Pim Kiderlen uit Delfshaven, de eerste kampioen van ons land, kam pioen van Europa op de bicycle en kam pioen van Europa en Engeland op de driewieler. Tot zijn 25ste jaar ze- gevi":de' hij in 42 prijsritten en ein digde 24 maal als tweede. Een „knie tje" na een aanrijding met een rijtuig schakelde hem uit voor de wielersport. De opmars van de velocipède was begonnen. Het houten frame verdween, holle stalen buizen kwamen er voor in de plaats. Luchtbanden in de eerste jaren „worstbanden" genoemd kwamen om de ijzeren velgen, ko gellagers deden de wielen soepeler en sneller lopen. Ook de naam velocipède verdween. De Leidenaar Buys bedacht in 1869 de termen „rijwiel" en „wiel rijders". Professor De Vries, in dat zelfde jaar bezig met het („De Vries en Te Winkel)-woordenboek, maakte er „wieier" van, een ander „snelvoeter". Geen van deze namen hield stand. Het werd .fiets", een woord, waarvan zelfs taalkundigen de oorsprong niet weten. Maar de fiets is nog altijd Nederlands populairste en meest verbreide vervoer middel. Er rijden er 7,5 miljoen over duizenden, kilometers rijwielpaden. Een ogenblik dreigde de fiets verdrongen te zullen worden, toen de auto een paar jaar geleden gemeengoed werd maar nu gaat de opmars weer voort, ook van de broertjes en zusjes: brom- mo tor- en vouwfietsen. Vrouw aan het stuur: ook toen een dankbaar onderwerp voor spotprenten. 4

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1968 | | pagina 15