i
fliüW
WASMIDDELFABRIKANTEN
VECHTEN OM (GRILLIGE)
GUNST DER HUISVROUWEN
.VROUWEN DIE WILLEN, KUNNEN
IN ONS LAND CARRIÈRE MAKEN
Hollands meisje op
's werelds enige
doven-universiteit
Jonge Rotterdamse met vele functies stelt vast
ZATERDAG 10 AUGUSTUS 1968
Erbij iAr
li «V llll 1
Vijf groepen
Laatste ontdekking
(Van een onzer redacteuren)
ER WORDT DOOR de wasmiddelenindustrie ontzettend veel
geld uitgegeven aan het uitbrengen van steeds weer nieuwe
merken, en begeleid door grootscheepse reclamecampagnes
om de magische namen van steeds witter, helderder, stralen
der makende wonderpoeders er bij het publiek in te hameren.
Naast het normale pak kwam het reuzenpak, daarna
naar het voorbeeld van de plastic-zak van Dobbelman de
gezinskoffer. De poeders bevatten steeds nieuwe met cryp
tische namen aangeduide stoffen, die dan niet in de pro-
dukten van de concurrentie zouden zijn te vinden.
Voor de koper, die niet alles gelooft wat er op de verpak
kingen staat is nog niet zo lang geleden het allernieuwste
uitgevonden: de gekleurde korrel, die vanuit reclame-oog-
punt grote mogelijkheden in zich bergt. De blauwe spikkels
wassen zus, de groene zo en de rode doet het nog eens dun
netjes over, kortom ongelovige Thomassen moeten nu wel
tot de conclusie komen, dat de producenten van allesreinigers
het goed met hen voor hebben.
DE VOOR DE BURGER niet erg doorzichtige politiek van
de wasmiddelenmakers berust op twee feiten: namelijk de
zware concurrentie en de grillige huisvrouw. Daardoor wor
den de producenten gedwongen veel aan research te doen,
vele nieuwe merken uit te brengen (en merken, die het niet
zo goed (meer) doen in te trekken) en deze krachtig te pous
seren via alle media. Want er zijn (al) zo veel merken, dat
een nieuwkomer flinke publiciteit behoeft om op te vallen.
wordt globaal ge-
De Nederlandse wasmiddelenmarkt
sproken door vijf groepen beheerst:
1. Unilever, (voornamelijk via haar dochteronderneming
Lever Zeep Maatschappij in Vlaardingen).
2. Kon. Zout-Organon Dit concern verwierf de laatste
jaren een steeds grotere greep op de markt door het kopen
van familiebedrijven.
S. De kleinere (nog) zelfstandige ondernemingen. De belang
rijkste in deze categorie zijn Dobbelman (Nijmegen) en
Klokzeep (Heerde). De twee andere concerns, die een
groeiend deel van de Nederlandse markt voor wasmid
delen controleren zijn buitenlandse bedrijven, die in het
Beneluxgebied eigen bedrijven hebben opgezet. Deze zijn:
4. Nederlandse Persil Maatschappij (Amsterdam), deze
dochter is opgericht door de Westduitse Persil in Keulen.
5. Proctor and Gamble Benelux n.v. (Rotterdam). Het ge
lijknamige Amerikaanse concern bediende zich tot 19H6
van een importeur, die de Nederlandse markt moest be
werken. Dat ging niet zo erg goed; de man was voor die
tijd gespecialiseerd in de.zuidvruchtenhandel.
Dit grote aantal bedrijven brengt
rond de honderd soorten reinigers
waarvan de meeste voor de was op
de markt.
HET GROTE AANTAL komt niet
alleen door de betrekkelijk geringe
merkenvastheid van de huisvrouw,
maar wordt ook veroorzaakt uit an
dere overwegingen; de ontdekking van
steeds krachtiger wasmiddelen en het
ontwikkelen van merken, die reclame-
technisch gezien voordelen bieden.
In de ontwikkeling van het speci
fieke wasmiddel uit de zeep, die vroe
ger als universele allesreiniger dienst
deed (buiten VIM dan) zijn tot nog
toe ruwweg drie stadia te onderschei
den. De hoogschuimende middelen
stonden nog dicht bij het blokje zeep
in de klopper, alleen was het makke
lijker hanteerbaar. Daarna kwamen
de laagschuimende poeders, die door
de fabrieken werden ontwikkeld, om
dat er met hoogschuimende wasmidde
len niet te werken was in de was
machines.
De laatste ontdekking het bio
logische wasmiddel werd in Neder
land voor het eerst onder de naam
Biotex op de markt gebracht door
Kortman Schulte n.v. in Rotterdam.
Kort daarop werd deze fabriek door het
Kon. Zout-concern overgenomen.
Nog steeds besteden de (grote) be
drijven grote sommen aan het vervol
maken van hun wasprodukten. Geen
wonder dus, dat de fabrieken zich in
spannen om de resultaten van de re-
Zo vlot en vrolijk wordt de huis
vrouw voorgesteld in de reclame
voor reinigingsmiddelen. Met een
handomdraai of hezemzwaai heeft
zij alles van zolder tot kelder helder
in huis. Daarbij ziet zij er dan zelf
uit om door een ringetje te halen in
haar door een super-super-sopje
gehaald flatteus werkjaponnetje.
search ook in de presentatie van een
nieuw produkt te benutten, omdat de
reclamekosten nu al ruim een kwart
van de kostprijs van de wasmiddelen
uitmaken
Er zit beweging in de wasmiddelen-
markt: gezegd kan worden dat her
aandeel van Persil en Proctor and
Gamble de laatste jaren is toegenomen.
De omzetten van de kleinere bedrijven
Dobbelman en Klokzeep in het binnen
land zijn teruggelopen.
Wijken de vele reinigingsmiddelen
nu wezenlijk van elkaar af? Als de
drie stadia hoog schuimend, matig
en laag schuimend, biologisch wer
kend terzijde worden gelaten, kunt
u er rustig van uitgaan, dat de overige
verschillen van ondergeschikte beteke
nis zijn.
Hieronder volgt een geen volle
digheid pretenderende lijst van
synthetische was- en reinigingsmid
delen, die door vijf groepen onder
nemingen worden gemaakt:
1. UNILEVER:
a.) Lever Zeep Maatschappij: All
(met korrels), Omo, Omo-Matic (de
toevoeging „matic" of „o-matic"
betekent, dat het middel bij uitstek
geschikt is voor de wasmachine),
Sunil, Luvil (bio-chemisch), Lux
Vloeibaar, Ruiten Andy (glas),
Comfort, Dual (schoenen), Sun (af
was), Presto.
b.) De Haas en Van Brero (Apel
doorn): Swift, Swift-o-Matic, Swif-
tex (bio), Deb.
c.) Fenix (Zwolle): Abro, Dubro,
Radion.
2. Nederlandse Persil Maatschappij
(zetel en verkoop in Amsterdam,
bedrijf in Jutphaas): Witte Reus,
Dixan, Pre, Dato, Henc-o-Matic,
Sil, Pril, Silan.
2. Proctor and Gamble Benelux NV
Dreft, Spie and Span, Fuz.
4. Kon. Zout-Organon (de bedrijven
ressorteren onder Zwanenberg):
a). Kortman c Schulte N.V. (Rotter
dam): Biotex, Dritex (wasmiddel,
gebaseerd op zeep, niet synthetisch)
b.) Loda (Breda): Lodaline.
c.) Echfa (Enschede); indertijd
gekocht van de Kon./Shell: Echfa
wit, Echfalon.
5. Kleine ondernemingen:
a). Dobbelman (Nijmegen): Cas-
tella Vaatwas, Castex (bio), Cas-
tella Gezinswas Blauw, Caslella Pa
rels, Castella voor Nylons, Castella
Wolwas, Castella-Matic, Castella
Actief Blauw.
b.) Klokzeep (Heerde): Klok Wol-
was, Kloksop, Klokwit, Klok Zelf
werkend Wasmiddel, Klok Snelwer
kend Sneeuwwit, Klok Matigschui-
mend.
(Van onze correspondent)
ZE IS PAS 26 JAAR, mevrouw N. Smit-Kroes, maar toch
is ze doctoranda in de economie, assistente van een buiten
gewoon hoogleraar aan de Nederlandse Economische Hoge
school in Rotterdam, directielid van een transportbedrijf, en
het enige vrouwelijke lid van de Kamer van Koophandel.
Ze is ook getrouwd met een marine-officier en zijn
afwezigheid wordt door haar talrijke bezigheden voldoende
opgevuld. Aan de Hogeschool helpt ze de studenten met de
vervoers- en haveneconomie, wat voor de studenten een
keuzevak voor het doctoraalexamen is.
Mevrouw N. Smit-Kroes
NU LIJKT vervoers- en havenecono
mie niet bepaald een vak voor een
vrouw, maar voor mevrouw Smit was
het helemaal niet vreemd, dat ze dit
vak koos. Van kindsaf was ze ver
trouwd met de problemen van een
vervoersbedrijf, het bedrijf van haar
vader. En vandaar dat ze na haar
kandidaatsexamen vervoers- en haven
economie er bij ging doen.
MET HAAR BEROEPEN en taken
van dit moment is mevrouw Smit zeer
tevreden. „Alleen wetenschap is zo
zweverig, nu kan ik wetenschap en
praktijk combineren, in uitvoering
brengen wat de wetenschap heeft ont
dekt".
In het bedrijf van haar vader houdt
ze zich bezig met de planning op lan
gere termijn, haar werk ligt volkomen
in het economische vlak, met de dage
lijkse gang van zaken houdt ze zich
niet bezig. Op de Economische Hoge
school bestaat haar werk uit het voor
bereiden van de colleges voor de hoog
leraar, het bezoeken van congressen,
het „bijblijven" door het lezen van
allerhande litteratuur.
Haar werk als directie-lid plus haar
werk aan de Hogeschool geeft haar een
volledige dagtaak, zodat het lezen vaak
in de avonduren moet gebeuren. Daar
bij komen dan nog vijf a zes verga
deringen van de Kamer van Koophan
del in de maand.
HAAR ONTSPANNING VINDT ze in
het weekeinde, als ze gaat tennissen
of zeilen. „Verder probeer ik cultureel
te wezen door de schouwburg zo nu
en dan te bezoeken".
In al haar functies, die men toch
wel „mannelijk" mag betitelen onder
vindt ze geen discriminatie. Zoals
blijkt uit alle gesprekken met vrou
wen die een „hoge of zelfstandige po
sitie" hebben, is ook zij van mening
dat het in Nederland niet uitmaakt of
je nu man of vrouw bent, als je de
capaciteiten en het doorzettingsvermo
gen hebt om iets te bereiken en niet
als hoogste doel het moederschap en
het huishouden ziet. Die vrouwen kun
nen hun doel bereiken en worden vol
ledig geaccepteerd. Mevrouw Smit is
lid van de V.V.D. en zit uiteraard
in de verkeers- en vervoerszaken-
commissie. Voor de Vereniging van
Vrouwenbelangen, Vrouwenarbeid en ge-
lijk Staatsburgerschap houdt ze wel
eens een enkele keer een lezing, maar
al te diep in de politiek duiken doet
ze niet.
Het spreken in het openbaar, wat
ook in de Kamer van Koophandel na
tuurlijk wel eens wil gebeuren, vindt
ze niet vervelend. Tijdens haar studen
tentijd zat ze twee jaar in het bestuur
van een studentenvereniging en leerde
spreken in het openbaar.
MEVROUW SMIT, ZELF toch nog
zeer jong, vindt wel dat de volgende
generatie vrouwen al weer veel meer
voelt voor het werk, voor een eigen
baan, een eigen betekenis hebben dan
de huidige generatie. Maar nog steeds
zullen de vrouwen uit hun hoekje moe
ten komen. „Als je blijft zitten, kom
je nergens, maar kom je er uit, dan
vindt je geen barrières", aldus deze
voortvarende Rotterdamse.
Dat vrouwen die gespecialiseerd zijn
in hun vak niet zo dol zijn op het huis
houden klopt ook heel vaak. Ook bij
mevrouw Smit die een flat in het cen
trum van Rotterdam bewoont, en die
daar vaker het hoofd buigt over een
boek met moeilijke economische pro
blemen dan over de afwas.
Annelies Jansen krijgt haar Amerikaanse bul
(Van een onzer verslaggeefsters)
„JOHANNA ELISABETH JANSEN of Amsterdam, The Nether
lands, received the bachelor of Arts Degree in Spanish at the 104th
Commencement of Gallaudet College, Worlds only liberal art Col
lege for the Deafs. Washington D.C. June 3 1968".
Dit vermeldt een communiqué van de kleine algemene universiteit
Gallaudet voor doven in Washington. Hoe kwam „Johanna Elisabetn
Jansen of Amsterdam" op de enige universiteit ter wereld voor
doven in Washington?
TERUG IN AMSTERDAM vertelt mejufforuw Annelies Jansen, een bijna
dove jonge vrouw van 30 jaar: „Toen ik zeven jaar geleden van het Spinoza-
lyceum in Amsterdam kwam. kon ik niet aan de slag komen. Het was twaalf
ambachten en dertien ongelukken. Tot ik op een gegeven moment van het
Gallaudet College hoorde. Ik wilde daar voornamelijk naar toe omdat het
er kleiner is dan op een andere universiteit".
Nu kan mejuffrouw Jansen behalve het eerstgenoemde diploma laten
zien dat zij vijf maal een cum-laude-examen, de „Dean List", aan het einde
van de semesters heeft behaald. Bovendien was zij onder meer presidente
van de club voor buitenlandse studenten van het Gallaudet College. Verder
haalde zij brevetten voor dameshockey en basketball.
DE ENGELSE TAAL was voor haar niet het grootste probleem, moeilijker
had zij het met de gebaren- en vingertaai. In Amerika werd de zogenoemde
combine-language" gebruikt, Zij spraken Engels met de lippen en met
gebaren. Om hier wegwijs mee te worden, werd voor de aanvang van het
semester een cursus van twee weken géhouden.
Annelies: „De woorden spel je in Amerika met de vinger van één hand.
In Engeland gebruiken ze hiervoor twee handen", en met een lach, Dat
lijkt me wel erg lastig bij het autorijden".
ANNELIES JANSEN spreekt vrijwel vlekkeloos Nederlands, met de
juiste intonatie en klemtonen. Alleen aan de uitspraak van bepaalde mede
klinkers is te merken dat Annelies aan het ene oor volkomen doof is en het
andere oor een zwaar decibelverlies van zeventig heeft.
Haar moeder vindt dat Amerika haar heel goed heeft gedaan. „Zij is veel
onafhankelijker geworden", aldus mevrouw Jansen, die vertelt hoe haar
dochter in de oorlog ruim drie jaar in een Japans concentratiekamp beeft
gezeten en dat later bleek dat zij daar een droog oedeem heeft afgelopen
dat een verschrompeling van de oorzenuw heeft veroorzaakt.
TOEN DE FAMILIE JANSEN terug kwam uit Indonesië was nog niet
bekend dat Annelies doof was. Het kind was wel apathisch. Annelies was
negen jaar toen haar moeder met haar naar een arts en vervolgens naar
een specialist ging. Die specialist raadde de moeder van Annelies aan het
kind ondanks haar doofheid een harde opvoeding te geven. „En dat heb ik
gedaan", zegt mevrouw Jansen.
Annelies: „Ik heb meegehad dat ik hersens had. Nou ik erop terugzie
ben ik het met mijn strenge opvoeding eens. Pas in de eerste klas van de
mulo kreeg ik een gehoorapparaat. Na twee klassen mulo ben ik naar de
tweede van het gymnasium gegaan. Zes jaar later haalde ik het eind
examen. Het was moeilijk dat ik in de klas niet kon horen, ik kon bijvoor
beeld niet op voorzeggen afgaan. Doofzijn sluit je af".
MAAR ANNELIES HEEFT nu bewust gekozen dat zij zich niet wil af
sluiten. Met haar verblijf op de universiteit voor doven in Washington is zij
de goede weg opgegaan. In de tijd dat zij daar was maakte zij de mars van
de negers naar Washington mee. „Wij zaten in de campus, het terrein met
het gebouwencomplex van de universiteit, en wij mochten dat terrein niet
af, tien dagen lang. Als wij buitenkwamen floot de politie en dat konden
we natuurlijk niet horen. Je liep de kans te worden doodgeschoten. De
negers hebben rondom de campus grote branden gesticht. Omdat de stu
denten niet konden horen leerden de soldaten, voornamelijk oud-Vietnam-
gedienden, de vingerspelling".
WAT KAN ANNELIES nu doen met haar Amerikaanse diploma, dat per
soonlijk is getekend door president Johnson, de patroon van de Gailaudet-
universiteit?
„Het grootste percentage studenten komt als leraar of adviseur voor
dovenwerk terecht. Verder zijn doven erg geschikt voor baantjes waar
machines teveel lawaai maken. De IBM-computers nemen in Amerika bij
voorbeeld veel doven aan".
Annelies heeft zich nu opgegeven voor de universiteit van Illinois in
Amerika, om daar Educations of Deaf te studeren en Master of Arts te
worden, te vergelijken met ons doctor. Zij wacht echter op een beurs van
die universiteit. Zonder beurs zou Annelies het niet kunnen redden, ook
niet als zij zoals in Washington naast haar studie nog een baantje zou
hebben.
HAAR LIEFSTE WENS is lesgeven aan dove kinderen in Nederland, maar
hoewel aan dergelijke medewerkers groot gebrek is, haar Amerikaanse
diploma zou hier niet gelden.