Teddy Pieters Graafland ADO eindelijk bij de toppers, maar de kloof is al groot Sportcarrière en gezinsleven gaan heel best samen Feijenoord-ma tiager GUUS BROX WE HEBBEN VAN DE FOUTEN GELEERD De top bij Feijenoord was te smal HOBBY'S GEMAKKELIJKE MAN Voetbalkrant 1968 5 - ii| -18 Transfersysteem "fr PSV ook Bijten VIJF JAAR HAPPEL GEEN TONNEN '-x'- x-v v .x.N.-ixvij (Van een speciale verslaggever) ROTTERDAM Manager-zijn bij een club als Feijenoord: een uiterst moeilijke baan. Want het grote publiek, het machtige legioen is pas te vreden, als het allerhoogste bereikt is: het landskampioenschap dus. Een tweede plaats telt eenvoudig niet mee. Daarom heeft manager Guus Brox een enigszins grimmige trek om zijn mond wanneer hij zegt: „Feijenoord had vorig seizoen zonder meer een goed jaar. Het B-elftal werd lands kampioen. Ons eerste amateurelftal, Feijenoord 3. en de geselecteerde jeugd ook. En toch is ons publiek niet tevreden. En daar kan ik nog in komen ook. Want Feijenoord-één moet weer landskampioen worden. Voor een club als Feijenoord is alleen het allerhoogste goed genoeg. Hiermee bedoel ik niet, dat we van verbeelding naast onze schoenen lopen. Integendeel. Maar Feijenoord, dat zo veel mogelijkheden heeft, mag zijn publiek niet teleurstellen. En daarom hebben we nu maar één doel: kampioen worden". de naam Ajax naar voren. Dat kan bij Feijenoord nu eenmaal niet anders. Guus Brox: „toch is de kans groot, dat het dit keer eens niet een echte twee kamp tussen Feijenoord en Ajax wordt. Ik sla bijvoorbeeld PSV ook erg hoog aan. In Eindhoven hebben ze prima spelersmateriaal wat is overigens „materiaal" een naar woord als het over mensen gaat en een vakkundige trainer, Kurt Under. Het zou me niet verbazen als PSV met de top mee gaat doen. En dat zou ik zonder meer fijn vinden. Want hoe breder de top in de eredivisie, hoe beter. Daar is iedereen mee gebaat". Tenslotte eindigt Guus Brox in een tikje sombere stemming. „Ik vraag me wel eens af, zou ons voetbal dezelfde kant opgaan als in Frankrijk? Daar is het ook totaal verkeerd gegaan. En hoe kwant dat? Door de krankzinnig hoge transferbedragen. Het transfer systeem is de schuld van alles. Daar door kunnen vele clubs het financieel niet redden. Daardoor moeten de toe gangsprijzen omhoog. Daardoor is voet bal zo'n dure zaak. Want ga maar na: een speler, waar een club zo'n vier ton voor betaalt, wil zelf ook wel een veer tig, vijftigduizend gulden verdienen. Een trainer, die zo'n dure jongen onder zich krjjgt. verlangt dan ook een vor stelijk salaris. Ook begrijpelijk. En al die mensen, die bjj een club in dienst zijn, denken dan: „hij 50.000 gulden waard? Dan ik minstensen dan komt er wéér een kolossaal bedrag. Werkelijk de hoge transfersommen schroeven alle andere bedragen op. Maar helaas verandert er maar steeds niets. Het transfersysteem blijft, de hoge transfersommen ook. Mevrouw Teddy Pieters Graafland- Driessen op het balkon van haar huis in Barendrecht met echtgenoot Eddy Pieters Graafland, dochter Monique (acht jaar) en zoon Michel (vijf jaar). Monique is niet zo ge steld op de publiciteit die de sport- carrière van haar vader meebrengt. „Maar Michel houdt wel van zo'n beetje belangstelling", zegt zijn moeder. Guus Brox heeft uit het afgelopen, teleurstellende seizoen voor Feijenoord heel veel geleerd. „Duidelijk kwam tot uiting, dat er vorig jaar fouten zijn ge maakt. Allereerst was onze top niet breed genoeg. Al werd ons reserve-elf- tal dus kampioen van Nederland, toch hadden wij niet voldoende klassespelers achter de hand, die konden inspringen, als anderen een inzinking hadden. En in zo'n lang seizoen krijgen de meeste spelers zo nu en dan een inzinking. Maar toen Coen Moulijn vorig seizoen een dieptepunt meemaakte, moesten we hem handhaven. We hadden geen goede vervanger voor hem. Wat een Kindvall en een Samardzic betreft, van hetzelfde laken een pak. Ook Ove en Paja had den vorig seizoen wel eens een weekje rust mogen hebben. Maar we konden het ons gewoon niet permitteren. Ver der hielden we ons hart vast voor Eddy Pieters Graafland. Stel dat hij gebles seerd was geraakt, een klassekeeper achter hem was er niet. De fout van het gebrek aan goede vervangers hebben we nu goed gemaakt. stuk zijn het jongens die er voor kun nen knokken. Nu denkt het grote publiek misschien, dat het gedaan is met het mooie voet bal bij Feijenoord, maar dat we tot een soort krachtvoetbal overgegaan. Dat is natuurlijk niet zo. Goed voetbal is bij ons punt nummer één. Alleen vraag ik me af, of het droomvoetbal, dat een Henk Schouten bijvoorbeeld speelde, in deze tijd nog een haalbare zaak is? Maar goed. mooi voetbal dus. Maar als we het met mooi voetbal niet kunnen redden, hebben we thans een team, dat er mei stug. gedegen spel ook kan komen. Als we het over het komend voetbal- avontuur hebben, komt natuurlijk ook ADO-manager Hartman met trainer Happel. We hebben uit de gang van zaken van vorig seizoen nog meer opgesto ken. We ontdekten ,dat ons elftal niet hard genoeg was. En met „hard" be doel ik nu niet „stevig voetbal". Nee, we misten spelers, die zich in een wed strijd door een moeilijke periode heen konden bijten. Het is toch onbegrijpe lijk geweest, dat we vier, vijf punten voorsprong hebben laten schieten. Maar dat kwam mede, doordat we geen of liever, niet genoeg, knokkers in ons elf tal hadden. Knapen ook, die anderen over hun moeilijkheden konden helpen. Toen dit seizoen de transferperiode begon, hebben we bij de aankopen ge dacht: a. Het moeten spelers zijn, die je op vele plaatsen in kunt zetten. Daardoor zouden we dan een flexibel team krij gen. Een elftal, waar je vele kanten mee uit kunt. b. Het moesten spelers met een goed karakter zijn. Jongens, die een klap kunnen incasseren en uitdelen, indien het nodig is. c. De klassespelers die we al hebben (Kindvall! zien te houden. In Eddy Treytel hebben we een prach tige plaatsvervanger voor Eddy Pieters Graafland. Theo Laseroms is een fi guur, die je als centrale verdediger, op het middenveld en desnoods in de aan val kunt gebruiken. Wim van Hanegem is van origine een linksback, verder kun ie hem op het middenveld en in de voorhoede inzetten. Henk Wery voelt zich op alle plaatsen in de voorhoede thuis. In een jongen als Frans van der Heiden hebben we ook iemand, waar je vele kanten mee opkunt. En stuk voor (Van een speciale verslaggever) DEN HAAG Nimmer nog ging ADO een zo belangrijk seizoen tegemoet. De ambitieuze Haagse vereniging reali seerde pas in de vorige competitie de plannen die al vele jaren het beleid in het Zuiderpark bepaalden: doorstoten naar het niveau van het serieuze internationale clubvoetbal. ADO mag zijn zucht naar contact met het buitenland zelfs op twee fronten belijden. De Hagenaars, die de laatste vier jaar in de Nederlandse competitie steeds bij de eerste vier eindigden, mogen als bekerwinnaar eindelijk Europa-Cup wedstrijden spelen en nemen bovendien deel aan de tweede, zeer sterk bezette ronde van de internationale nacompetitie Niettemin beseft ADO dat de eredivisiecompetitie voorop dient te staan. Manager Eddie Hartmann verzekert: „De competitie en de Europa-Cup acht ik van gelijke rangorde. Eigenlijk acht ik de eredivisie belangrijker. In het Europa- Cuptoernooi ben je vaak maar afhankelijk van twee wed strijden". De plaats die ADO eindelijk aan de poort van het Europese clubvoetbal veroverde, vervult de club met zeer grote te vredenheid. Hartmann: „We hebben het al zo lang gepro beerd. In de intertoto hadden we vele successen. Vorig jaar kwamen we zelfs in de halve finale. Maar die wedstrijden spraken bij het publiek niet aan. De namen van de tegen standers zeiden te weinig. Dat is om te beginnen in de na- competitie al anders. In de volgende ronde spelen we met clubs als Internazionale, Nürnberg, München 1860, Ander- lecht, Atletico Madrid en Dukla Praag. Dan komt er de Europa-Cup nog bij. Eindelijk dus kunnen wij het Haagse publiek bieden wat wij al zo lang hebben gewild: het spelen van wedstrijden tegen internationaal gerenommeerde tegen standers". ADO is niet zomaar zover gekomen. De populaire Haagse club gaat met recht prat op het bezit van een van de aller beste trainers uit het vaderlandse voetbalbestel. Voor de nu al vijf jaar in het Zuiderpark arbeidende Oostenrijker Ernst Happel geldt vooral de verdienste dat hij uit het weinige kwaliteitsmateriaal dat hem in Den Haag ter beschikking stond een zeer homogeen, strijdlustig en binnen de Neder landse verhoudingen geregeld uitstekend voetballend team heeft gemaakt. De mentaliteit van Happel, die inzet en discipline vóór alles stelt, bleek al in zijn eerste Haagse seizoen. Nukkige coryfeeën als Schuurman, Clavan en Den Engelse moesten plaats maken voor zeer jonge krachten, in wie Happel vooral de wil tot energie-ontwikkeling herkende. Op dat punt is het beleid van Happel in de afgelopen jaren niet veranderd. Manager Hartmann weet: „Onze inzet is natuurlijk vrese lijk goed. Vroeger was er vaak veel meer techniek. Maar toen waren we geregeld in degradatiegevaar. Nu hebben we ons een, dacht ik, toch wel vaste plaats bij de top veroveid" Wat voornamelijk gebeurde met een wel zeer „goedkoop" elftal, bestaande uit eigen kweek, van Haagse amateurclubs aangetrokken jong talent en maar schaarse „echte" aankopen. Van de laatste groep was doelman Ton Thie, in 1964 voor een ton overgenomen van Hermes DVS, de enige wiens koop van financiële importantie was voor het op de transfermarkt nimmer opvallend aanwezige ADO. Eddie Hartmann: „Wij kunnen geen tonnen voor een speler neerleggen. Een man als Wery hadden wij wel willen hebben. Maar tegen Feijenoord kun je nooit op. Èn wij weigeren een ton of meer te betalen voor een speler, wiens kwaliteiten wij niet in overeenstemming zien met zo'n bedrag". Grootmachten als Feijenoord en Ajax gedragen zich min der standvastig als het op het versterken van het elftal aan komt. Wat ADO, dat terwille van de aantrekkelijkheid van de competitie zo graag de aansluiting wil behouden, zeer verdriet. Hartmann: „Tussen Ajax en Feijenoord en de rest gaapt nu al een kloof. Voor ADO, maar ook voor de andere clubs, is die niet meer te overbruggen. Gaat het zo door, dan gaat het betaalde voetbal in Nederland de mist in". Zodat ADO niet de erkenning uit de weg gaat dat de nu gevonden aansluiting met het internationale elubvoetbal een tijdelijke kan zijn. De manager: „Ook voor ADO kan de toe komst somber zijn. Onze jeugd bezit mogelijkheden. Maar dat garandeert nog weinig". Een bezwaar, dat ADO zeer dwars zit, wordt geuit: „Alles moeten we in Den Haag doen. De gemeente doet niets. Van de industrie hoor je ook niets. Er is indertijd een actie geweest om de industrie tot finan ciële steun aan het eredivisie voetbal te bewegen. We ont vingen f 20.000". ADO, dat zijn begroting het komende seizoen verhoogt van acht ton tot een miljoen, weet zich gerust bij de zekerheid dat de vereniging geen schulden kent. Desondanks kende het afgelopen seizoen vele financiële zorgen. ADO heeft een ge middelde van 16.000 betalende bezoekers nodig om „rond" te komen. Het vorige jaar was dit cijfer echter niet hoger dan 11.000. Bovendien leverden de bekerwedstrijden en de deel neming aan de nacompetitiewedstrijden een verlies op van respectievelijk vijftien en tien mille. Het komende „Europa- Cup-seizoen" kan de geldelijke zorgen ten goede doen keren. Desondanks staat voor Herman Choufoer, voorzitter van de sectie betaald voetbal, vast: „Wij willen onze positie zo graag verbeteren. Enig gemeentelijk aandeel in onze exploitatie rekening zou daarom enorm welkom zijn". (Van een medewerkster) ROTTERDAM. Bekende sport lieden hebben tegenwoordig nog maar weinig „privacy". Het pu bliek kent hen bij naam en toe naam, ze worden vaak onbekom merd getutoyeerd en bij allerlei ge legenheden zonder veel omhaal door vreemden aangesproken. Situaties die niet alleen voor de betrokkenen maar ook voor zijn gezin wel eens onaangenaam moeten zijn. Drukken roem en verplichtingen in de sport wereld erg zwaar op het gezinsle ven van de man, die zich tol top sporter" heeft opgewerkt? „Bij ons valt dat allemaal nogal mee" zegt mevrouw Teddy Pieters Graafland-Driessen, blonde en goed lachse echtgenote van Feijenoords doelman Eddy Pieters Graafland. „Je leeft natuurlijk wel heel anders, je kunt nooit samen afspraken ma ken. Als je eens bij uitzondering samen ergens heen kunt is dat ge- wel niet en op de avond voor een wedstrijd komt er nooit alcohol op tafel. Wat wel veel tijd en orga nisatie kost: het vijf keer per week twee uur trainen. Verder tennissen we en op winteravonden lopen we samen hard. Langs de spoorbaan in Barendrecht". Getrouwd zijn met de doelman van Feijenoord betekent dat alle zondagen voor het voetballen zijn. „Dat gaat bijna het hele jaar door" zegt de vrouw van de „voetballen de ridder in de orde van Oranje- Nassau". „Ik juich dan ook altijd als er in de winter eens een wed strijd wordt afgelast. Zo'n vrije zon dag vind tk heerlijk". In de nu zeventien jaar oude voet balcarrière van haar man zijn er maar een paar momenten geweest waarin Teddy Pieters-Graafand het voetballen wel eens heeft ver wenst. „Tweemaal heeft mijn man een ernstige blessure gehad, een woon even gek. Er zijn ook altijd wel dingen die je terwille van de voetbalcarrière moet omzeilen. Als je met een sportman getrouwd bent kun je bijvoorbeeld niet verwach ten dat hij tijdens het weekend de kinderen eens even opvangt. Maar zulke dingen moet je gewoon leren oplossen". Teddy Pieters-Graafland, ontspan nen pratend in de ruime, met rus tige smaak ingerichte zitkamer van haar huis in Barendrecht, maakt niet de indruk dat het „dubbele le ven" van haar man onoverkome lijke problemen voor het gezin op levert. „Ik wist immers van tevo ren dat hij zou voetballen. Boven dien hebben we vreselijk veel gezel ligheid aan de sport te danken. Er zijn bepaalde plezierige dingen die je je financieel kunt veroorloven. Daar staat tegenover dat je als vrouw vaak overal alleen naar toe moet, veel alleen moet opknappen. Mijn man heeft tenslotte twee ba nen: de zaak en de voetballerij". De zaak en de voetballerij: de volgorde is willekeurig, want voor het echtpaar Pieters Graafland is de zaak in sportartikelen in Rot terdam-Zuid een even grote hobby als de sportcarrière. Een hobby overigens, waar behoorlijk hard aan moet worden gewerkt. Teddy Pieters Graafland weet daar alles van: ze heeft actief meegewerkt in de zaak, springt nog wel eens in als dat nodig is, doet de inkoop van de afdeling textiel en verzorgt de hele administratie. Het valt haar altijd weer op dat de buitenwereld dit werk ziet als een soort verlengstuk van de sportcarrière. „Men denkt dat zo'n zaak vanzelf wel drijft op de naam, maar de klanten komen echt niet in de winkel om het ge zicht van Eddy te zien. Dat is na twee of drie keer wel over hoor. Dan gaan ze letten op de kwaliteit van je artikelen. Als je je naam niet waarmaakt blijven ze weg". Heeft een topvoetbalier een stren ge dagindeling, met uitgekiende rusttijden en diëten? Mevrouw Pie ters Graafland schiet in de lach: „Mijn man staat gewoon vroeg op, want hij moet op tijd in de zaak zijn. Voor speciale diëten hoef ik niet te zorgen, wel voor veel vlees, veel groente en fruit. We roken vrij- zware hersenschudding. Toen heb ik gezegd: houd er nu alsjeblieft maar mee op. En dan die zeven jaar reserve-tijd bij het Nederlands elftal, met maar twee wedstrijden als onderbreking. Dat langdurige reserve-staan heeft me ook wel eens geweldig geïrriteerd. Nu moet ik wel eens lachen als jongere voetballers met een verongelijkt gezicht zitten te klagen dat ze al een jaar re serve staan". Vroeger ging mevrouw Pieters Graafland elke week naar het voet ballen van haar man kijken. Ze ging ook mee als er uitwedstrijden wa ren. „Ik dacht dat geen wedstrijd zonder mij door kon gaan. Maar als de kinderen op zeker ogenblik gaan zeggen dat mama altijd weg is, moet je een keus maken. Ik geloof niet dat het goed is om kinderen iedere zondag maar uit te besteden bij de grootouders. Nu ga ik nog wel eens naar avondwed strijden, die vind ik gezellig. En soms naar een belangrijke zondag- westrijd". Een voetbalcarrière en een ge slaagd gezinsleven kunnen ook heel best naast elkaar bestaar., is de mening van de vrouw die al elf jaar getrouwd is met één van Ne- derland's bekendste voetballers. „Bij ons kan het tenminste wel. Maar ik heb, geloof ik, wel een enorm gemakkelijke man. Je hoort wel eens over kinderen die op de och tend van een wedstrijd de deur wor den uitgewerkt, omdat pa zich op de wedstrijd moet concentreren. Dat kennen wij helemaal niet. Het komt wel eens voor dat ik voor een wed strijd zenuwachtig ben. Hij niet. Hij speelt gewoon met de kinderen". Om naast een sportcarrière het priveleven even geslaagd te houden heeft men onder meer sterke be nen nodig, gelooft Teddy Pieters Graafland. Sterke benen en het in zicht dat populariteit, bewieroking en adoratie maar tijdelijke en boven dien zeer betrekkelijke laken zijn. „Je moet vooral nooit vergeten dat het eens allemaal voorbij zal zijn. Het is belangrijk om naast de sport veel andere interessen te hebben. Gelukkig hebben wij de zaak als grote hobby".

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1968 | | pagina 19