WALDORF
Regeling van schadevergoeding
onschuldigen is onvoldoende
PANDA EN DE SUPERSCHAT
POLLE, PELLI EN PINGO
ft
Statistiek
ïgestipt
Kwestie door moordzaak-Donse
thans aktueel geworden
Ex-verdachte trekt
aan kortste eind
R'damse metro
vervoerde al
16.7 miljoen
passagiers
Opmars van de
zelfbediening
zet zich voort
11
ft—
S-ï -v<-
WOENSDAG 14 AUGUSTUS 1968
Feuilleton door
Maatstaven
vvfc
Beknibbelen
586ste STAATSLOTERIJ
VIERDE KLASSE
Kees Stip
tune hij is.
76)
Hij kwam hoestend bo
ven water en zonk weer weg. Het
enige wat hem interesseerde was het
ding dat hij in zijn handen had. Zijn
krachten raakten uitgeput, hij zou
het niet vol kunnen houden. Een
snik voer door hem heen. Hij kwam
weer boven. Deze keer bleef hij bo
ven water.
Iemand hield hem vast. Waldo,
Madre de Dios, Waldo laat los". Toen
trok iemand zijn handen los van iets
dat nooit meer zou glimlachen. Han
nah zag hen dobberen en zwom naar
hen toe. „Reino". „Niet kijken", zei
Reino tegen haar. „Kijk een andere
kant op". Ze wendde haar blik niet
tijdig af. „Heeft heeft Waldorf
het gedaan?"
„Ben je in staat om te zwemmen?"
vroeg Guerrera.
„Ik voel me best". Dat was niet zo,
maar het deed er niet toe.
„We zullen hem een poosje op
sleeptouw moeten nemen". Hannah
aarzelde niet. Ze pakte sen arm en
Reino de andere en zo gingen ze, in
het licht van de ondergaande zon.
zwemmend op weg naar New Skye.
„Iets in de lucht laten vliegen is
heel eenvoudig. Vuurwerk, dynamiet;
dat kan een kleine jongen met een
lucifer. Maar het opblazen van be
paalde onderdelen vereist vakman
schap".
Ze zaten dicht tegen elkaar onder
een rotsachtig vooruitsteeksel aan de
noordkant van New Skye en wacht
ten tot de zon onder was. Hetwas
fris in de schaduw. Er stond weinig
wind. de zee was vrij kalm en het
zou een heldere nacht worden.
Ze konden het puin zien dat een
uur geleden nog het Palazzo was ge
weest. Er stegen nog steeds kleine
stof- en rookwolkjes uit op. Het
strand was verlaten. Het was niet
verlaten geweest toen ze op weg gin
gen naar New Skye. Onder de ge
stalten die over het strand naar de
explosie holden, hadden ze Wain-
wright en Ferron ontdekt. Het enige
dat ze nog hadden kunnen doen was
naar het eiland te gaan. Op het
strand blijven betekende dat ze ge
vangen genomen zouden kunnen
worden.
„Ik heb nogal wat in de lucht laten
vliegen: wegen, bruggen, muursafes,
leden van de oppositie, artilleriestel
lingen, lunchrooms, locomotieven,
drukpersen, kleine kathedralen,
zwembaden. In het begin blies ik ze
gewoon op.
Daarna begon ik, naarmate ik ge-
routineerder werd in mijn vak, het
belang in te zien van een nauwkeu
rige vernietiging". Reino zweeg. Hij
sprak met een zekere nonchalance,
maar hij was zeer gespannen. „Twee
staven hier, een daar, wat korte en
wat lange lonten en dah glijdt, als
een schip dat te water wordt gelaten,
het gebouw de zee in". Hij veegde
met zijn hand langs zijn droge lip
pen. „Het was natuurlijk van belang
dat ik jullie niet tegelijkertijd in de
lucht liet vliegen". Hij aarzelde.
„Waldo? Waldo, heb jij misschien
de sleutelring?"
Waldorf zat in elkaar gedoken en
had zich zo klein mogelijk gemaakt.
Hij scheen het niet te horèn.
„Ik heb je de sleutels toegegooid
om de kist bij het raam open te
maken".
Waldorf knikte onmerkbaar, tastte
in een zak en haalde de sleutels te
voorschijn. Reino slikte. „Waldo als
ik een ziel heb, dank ik je uit de
grond ervan". Hij pakte de sleutel
ring uit Waldorfs hand. „Ik heb geen
vertrouwen in banken, zelfs niet in
de Zwitserse. Maar ik geloof wel in
safeloketten". Enorme vingers zoch
ten een kleine sleutel uit. „Dertien
miljoen En hij schudde zijn
hoofd. De zon stond lager. Spoedig
zouden ze het erop kunnen wagen
weg te gaan. Hannah stond op en
- sloeg met haar armen om het warm
te krijgen. „Reino?"
„Liefje?"
„Hoe wist je dat we gevangen ge
nomen waren?"
„Ik zag de boot".
„Nogal eenvoudig". Reino knikte.
„Reino?"
Si?"
„Ik weet dat Mclntyre dood
is". Het was stuitend geweest; ze
wilde dat ze haar blik had afgewend.
„Wat is er met de and.ere Chinezen
gebeurd?"
„Hebben jullie die kleine ontplof
fing niet gehoord?" Reino keek te
leurgesteld. „Die voor de grote
kwam?"
„Dat waren handgranaten".
„Heb je ze opgeblazen met hand
granaten?"
„Ik heb er alleen de pinnen uitge
trokken en ze gegooid. Voor het ove
rige moet je E. I. Du Pont bedan
ken". Hij grinnikte en zij grinnikte
terug. Het was werkelijk een ontzet
tende man. „Maar waar had je die
granaten vandaan?"
„Amerika, natuurlijk. Ik verkoop
niet alles aan Fidel".
Reino raapte de kleine rugzak op
die hij uit de woonboot had meege
nomen. Hij was niet zo zwaar meer.
Hij keerde hem om op de rotsen
aan zijn voeten. Met een kletterend
geluid rolden er een mes en een re
volver uit. Hij hield zelf het mes,
overhandigde haar de revolver en
stond op. Ze keken beiden neer op
Waldorf. Hij zat nog steeds ineen
gedoken. Zij hoofd rustte op zijn
knieën en zijn ogen waren gesloten.
Zijn spieren waren gespannen. Hij
sliep niet.
„Waldorf?" Ze stak haar hand uit
en raakte zijn schouder aan. Hij hui
verde toen ze hem aanraakte.
„Je hebt je niet tot hun peil ver
laagd. Je hebt ze bevochten, dat is
het enige. Zij zijn de moordenaars,
jij niet".
Hij bewoog zich niet. Guerrera
hurkte naast hem neer. „En zijn sol
daten dan moordenaars?" Waldorf
keek hem aan. Zijn gezicht was
grauw. „Aangenomen dat jij nog
geen veertig bent, heb ik in een
week, in een enkele week, meer man
nen gedood dan jij jaren telt. Ben ik
een moordenaar?" Waldorf knikte
traag. „Nee. Je verwart degene die
doodt met het slachtoffer. St. Joris
is geen monster omdat hij de draak
overhoop schiet, als je een slecht
mens doodt, maakt dat je nog niet
slecht".
Waldorf schudde zijn hoofd.
„Ik ben katholiek, Waldo en voor
mij is het een wonder dat een ge
loof dat tot zoveel verschrikkelijke
vergissingen aanleiding is geweest,
het zolang heeft uitgehouden. Maar
in bepaalde opzichten hebben wij het
bij het rechte eind.
(Wordt vervolgd)
(Van onze correspondent)
DEN HAAG. In hoeverre heeft de
justitie iets goed te maken wanneer een
verdachte tijdens het vooronderzoek in
een strafzaak onschuldig blijkt te zijn
vastgehouden? Deze kwestie is thans ac-
cuteel door het bericht dat de Utrechter
A. de Vries, die vijftien dagen onschul
dig heeft vastgezeten in verband met de
moordzaak-Donse, 26,24 heeft ontvan
gen. Hij zal dit bedragje schenken aan
de Biafra-actie. Dat geeft te denken, met
name over deze kernvraag: voldoet de
huidige schadevergoedingsregeling voor
dergelijke gevallen? Het antwoord is een
duidelijk „nee".
Voorop staat dat er in het strafrechte
lijk vooronderzoek drie manieren van
vrijheidsberoving mogelijk zijn, ieder met
verschillende wettelijke vereisten:
1. Bij „aanhouding en voorgeleiding"
kan de verdachte maximaal zes uur
op het politiebureau worden vastge
houden, de uren van de nacht (0
tot 9 uur) niet meegerekend.
2. Daarna is in bepaalde gevallen „in
verzekeringstelling" mogelijk. Duur:
tweemaal 24 uur, eenmaal te ver
lengen.
3. Tenslotte is er het voorarrest. Dit
kent verschillende fasen: 6 dagen
(eenmaal te verlengen) en daarna
30 dagen. Deze laatste termijn kan
zo nodig een onbeperkt aantal malen
worden verlengd.
De wettelijke schadevergoedingsrege
ling slaat alleen op onschuldig onder
gaan voorarrest. Het eerste bezwaar
wordt daardoor dat een onschuldig on
dergane in verzekeringstelling erbuiten
valt, terwijl dat altijd nog vier dagen
kan duren. Dit lijkt bovendien in strijd
met het voor Nederland bindende Euro
pese Verdrag voor de Rechten van de
Mens. Want dat maakt niet een dergelijk
onderscheid.
Het tweede probleem zijn de maatsta
ven die worden aangelegd. Volgens de
wet beoordeelt de rechter een verzoek
tot schadevergoeding onder meer op
„gronden van billijkheid". Hij houdt ver
der rekening met „het vroegere levens
gedrag" en ook met de houding van ver
dachte vóór en tijdens het voorarrest.
Hier rijst dus met name de vraag hoe
het is gekomen dat iemand onschuldig
is vastgezet.
In het Tijdschrift voor Strafrecht be
toogde prof. mr. W. C. van Binsbergen
uit Utrecht in 1965 dat het er niet toe
doet of de justitie al dan niet een fout
heeft gemaakt. Ook als de justitie geen
blaam treft doet dat niets af aan de rea
liteit dat het voorarrest achteraf (objec
tief) gezien ten onrechte is toegepast. De
onschuldige verdachte blijft in ieder ge
val met de gebakken peren zitten, en
daar gaat het om.
Anders is het natuurlijk met de vraag
of de verdachte het voorarrest al dan
niet aanzichzelf te wijten heeft. Als bij
voorbeeld iemand zichzelf in strijd met
i
44. Nadat de indianenhoofdrnan duidelijk had laten
zien wat hij allemaal met Joris ging doen keerde hij
zich dreigend tot zijn gevangene.
Hè-he schijnt nu mijn beurt te zijn.sprak deze
ongerust tot zichzelf. „Het is merkwaardig, manr ik
zal toch nooit kunnen wennen aan deze vreemde ge
bruiken. Men heeft hier een heel andere opvatting
over gastvrijheid.
Het opperhoofd kromde het hoofd tussen de schouders
uitte een brul en trappelde de grond aan om een goede
aanloop te kunnen hebben. Maar toen werd hij ge
stoord door zijn dochter die uit een van de hutten
kwam en met een dromerige blik naar de ongelukkige
Joris keek.
„How, Wee Chin-Cha?" vroeg haar vader, vertederd
naar het meisje kijkend.
„Dai Geet E Ka Okee Chin Cha" zei ze. „Owanyche
Waste". Met die woorden stapte ze op Joris af om
hem te omhelzen. Het was duidelijk dat de vastgebon-
dene een diep indruk op haar had gemaakt
(sEI/UKKlö.MN js At. HET6E VAAR
GEWEKêN!
HOE ZU HET NU
EIGENLIJK, 8EN
JB P/N60 0F BEN
JE EEN BOK 2
JA, JE 6EDR4A6T
JE lA/Et HEEt-
VREEMD!
JUttte HEBBEN HETAttEMAAL VER
KEERD BEGREPEN - PIN60 VERSTOPT
ZICH ALDOOR. AtS HIJ MIJ 2IETJ
/TkHEBERTRÖtKVËNS
GENOEG VAN OM
^*P|3SPo/JU(.Ue STEEDS OP DE
HORENS te nemen
de waarheid als dader meldt, vraagt hij
er zo te zeggen zelf om. Toch moet men
hier oppassen. De verdachte heeft immers
het wettelijk recht om te zwijgen. Hij
mag zelfs liegen en hoeft in ieder geval
niet mee te werken. Moet er dan de
„straf" op staan dat hij bij gebleken on
schuld geen vergoeding krijgt omdat zijn
houding niet zó was als de justitie het
misschien wel zou wensen?
Een ander bedenkelijk punt is dat de
wet spreekt van een tegemoetkoming in
de werkelijk geleden schade, dus nooit
het volle pond. En nooit smartegeld. Ook
hier is er, op zijn minst naar de geest,
strijd met het Europees Verdrag dat
voorziet in volledige schadevergoeding
en niet alleen maar tegemoetkoming.
Tegen deze achtergrond zou het bo
vendien niet misplaatst zijn ook ideële
schade te vergoeden. Temeer daar er, ze
ker in maatschappelijk opzicht, een pa
rallel is te trekken met de „aantasting
van eer of goede naam". En daar heeft de
burgerrechtelijke schadevergoeding mede
een onstoffelijk karakter. Het zou ook
voor het aanzien van de justitie niet ver
keerd zijn als zij zich op dit punt royaal
kon betonen.
De beknibbelarij die thans praktijk is
heeft overigens een historisch tintje. In
het begin van deze eeuw maakte men in
alle ernst bezwaar tegen invoering van
een wettelijke schadevergoedingsregeling
omdat de toch al niet te zeer gevulde
staatskas dan zou moeten bloeden. Vlak
na de invoering van de wet in 1926 con
stateerde prof. Simons dat zij in de prak
tijk niet veel te betekenen had.
Uit bijgaande statistiek valt af te lezen
dat de rechtspraak de weinig royale hou
ding van de wet is blijven volgen. Ook
de laatste jaren valt er nauwelijks een
verbetering te bespeuren. In ieder geval
blijft een „grand total" van 26,24 be
neden het gemiddelcje, hetgeen niet zegt
dat zo iets niet vaker gebeurt. Hoe men
nu tot dit bedrag is gekomen, kunnen
wij niet beoordelen en daar gaat het 'ook
niet om. Het gaat erom dat een wet
en de mede daarop gebaseerde praktijk
verandert, die zoals hier in be
langrijke mate de kracht ontneemt aan
De justitiële statistiek geeft de vol
gende gegevens over schadevergoeding
voor ten onrechte ondergaan voorarrest
in de laatste tien jaar:
Voor
Ver
Toege
To
Jaar
arresten
zoeken
wezen
taal
1957
6291
9
3
2055
1958
6278
7
4
4076
1959
6703
11
6
3055
1960
6236
15
5
904
1961
6319
13
5
3274
1962
6393
10
1
800
1963
6452
12
4
2389
1964
6484
13
6
5044
1965
6350
9
5
4559
1966
6519
4
2
2353
een justitieel gebaar dat zo belangrijk
kan en moet zijn voor de onschuldig
vastgehouden verdachte, de publieke opi
nie en de justitie zelf.
ROTTERDAM. De Rotterdamse me
tro heeft in het eerste halfjaar van zijn
bestaan 16,7 miljoen passagiers vervoerd,
dat is een gemidelde van circa 93.000 per
dag. 20 percent maakt van de metro in
de spitsuren gebruik.
In de maanden juni en juli hebben tien
duizenden toeristen een bezoek aan de
metro gebracht. Dit bewijzen de cijfers
over deze maanden, die gezien de seizoen
invloeden. een daling van zeven percent
hadden moeten vertonen. Die daling deed
zich in het spitsuur (woonwerkverkeer)
wel voor, maar tijdens de overige uren
werden zoveel passagiers vervoerd, dat
het totaalcijfer zelfs een stijging van acht
percent te zien gaf.
ADVERTENTIE
woensdag 14 augustus 1968
Prijzen van
20 zijn gevallen op de nummers eindigende op 8
50 zijn gevallen op de nummers eindigende op 75
100 zijn gevallen op de nummers eindigende op 42
200 zijn gevallen op de nummers eindigende op 63
400 zijn gevallen op de nummers eindigende op 479
f 1000 zijn gevallen op de nummers eindigende op 991
2000 zijn gevallen op de nummers eindigende op 8541
Een prijs van 5000 is gevallen op het nummer 070059
Een prijs van 5000 is gevallen op het nummer 039906
Een prijs van 5000 is gevallen op het nummer 028770
Een prijs van 5000 is gevallen op het nummer 081156
Een prijs van 5000 is gevallen op het nummer 084406
De prijs van 10.000 is gevallen op het nummer 020977
De prijs van 20.000 is gevallen op het nummer 075001
De prijs van 25.000 is gevallen op het nummer 074688
De prijs van 50.000 is gevallen op het nummer 058190
De prijs van 100 000 is gevallen op het nummer 030815
LET WEL Op dit nummer zijn twee prijzen gevallen.
Niet alleen op de grond is het druk,
maar ook in de lucht. Boven het New-
yorkse vliegveld Kennedy Airport
hangt de hele dag een file van hon
derden vliegtuigen op landingspermis
sie te wachten. De piloten durven nog
geen eitje te eten uit angst dat ze hun
voorganger zout op de staart zullen
strooien. Waar moet dat heen? Naar
New York natuurlijk. Maar je moet
er de tijd voor hebben, anders kun je
beter de diligence nemen.
Daarmee is de romantiek in de lucht
vaart teruggekeerd. Romanschrijvers
die daaruit hun stof willen putten, heb
ben deze voor het opscheppen. Ter in
spiratie volgt hier de korte inhoud van
een toekomstroman, getiteld: „Jan en
Marietje, of het geduld beloond
Op een mooie meidag in het jaar
1978 is Jan Jansen uit Boston per
vliegtuig onderweg naar New York,
om daar zijn bruid Marietje Pietersen
uit Houston, Texas, te huwen. In een
ander vliegtuig met dezelfde bestem
ming bedient zich Marietje. anders had
het allemaal geen zin. Door een ge
lukkige toeval komen de twee vliegtui
gen in de landingsfiledie twintig rijen
breed is, een ogenblik naast elkaar te
vliegen, zodat ze elkaar door het
raampje kunnen toewuiven. Dat is
voorlopig het laatste wat ze van el
kaar zullen zien.
Want de gemiddelde landingstijd is
door het toegenomen luchtverkeer ver
hoogd tot een half jaar. Hun huwelijks
kansen zouden dus gunstiger liggen
wanneer ze waren gaan lopen. Ze heb
ben echter allebei een reden om een
langzamer weg te kiezen. Jan kent een
heleboel aardige meisjes en hij is er
nog niet helemaal van overtuigd dat
Marietje de aardigste is. Enige be
denktijd is dus welkom. Marietje, van
haar kant, kent een heleboel aardige
jóngens, en. wat erger is, zij kent nog
een heleboel aardige jongens niet, zo
dat ze niet weet of er geen aardiger
zijn dan Jan.
Daar het aanpassingsvermogen van
de mens zeer groot is, zijn de vlieg
tuigen berekend op een langdurig ver
blijf in de lucht. Ze hebben voor een
jaar brandstof aan boord en sommige
zelfs voor twee, een belangrijk voor
deel, want wie terugkeert naar het
vertrekpunt om bij te tanken moet
weer achter in de file aansluiten. Op
het gebied van levensmiddelen is met
eenzelfde termijn rekening gehouden
en ook alle andere voorzieningen zijn
daaraan aangepast. Allereerst is er te
levisie, die dezelfde narigheid vertoont
als beneden en daarmee de inzittenden
elk eventueel heimwee naar de aarde
beneemt. Verder bevat ht vliegtuig
alles wat er in een kleine dorpsge
meenschap te, vinden is, van een
ambtenaar van de Burgerlijke Stand
af tot een dokter en een kraamver
pleegster toe. In een dergelijke beslo
ten gemeenschap bestaat namelijk de
zekerheid dat huwbare personen zich
uit de aanwezige voorraad een partner
kiezen.
Als het vliegtuig eindelijk landt is Jan
Jansen getrouwd met de stewardess.
En in het andere vliegtuig is Marietje
Pietersen de vrouw van de piloot ge
worden, Ik bedoel maar, als je ge
duld hebt komt alles terecht.
(Van onze economische redactie)
ARNHEM. Op 1 januari 1968 waren
er in on9 land 7741 zelfbedieningszaken en
supermarkten tegen 6719 van dit soort
bedrijven op 1 januari 1967, een stijging
derhalve van ruim vijftien percent. Dit
deelt de Vereniging van Zelfbedieningsbe-
drijven mee in haar maandblad.
Van de nieuwe zaken had rond negentig
percent betrekking op de groep „zelfstan
digen". De 7741 zelfbedieningszaken en
supermarkten hadden een gezamenlijke
verkoopoppervlak van 850.000 m2 tegen
over 664.000 m2 per 1 januari 1967.
HU isook\
ent MOtAJK
DAT IK DE MANKEN CUE
ZO/lllST IN UW ZAAK
MISSCHIEN KAM IK
£A NU ACHTERKOMEN
O, DAT MAS ROT
RASPER, EEN
MAKELAAR IN ON
ROEREND 606t>.
BSOANKT.
DAT BEGINT
ERGENS OP TE
UJKEN,
EEN ERVAREN
LON6DOIKER
AJMu
PIS
ctninna
1214. Slimmeriken hebben al begrepen,.,
dat Brammetje zich inplaats van de ro
ver, die hij gepakt had, bij de bende
had gevoegd. Te paard reed hij mee en
door de doek voor zijn mond was hij on
herkenbaar Zo ging het precies als
Bram had gewild: hij wilde namelijk
graag er achter komen, waar het hoofd
kwartier van de rovers was gevestigd en
wie er allemaal bij betrokken waren.
Willem van de Vlampijp glunderde in
tussen over zijn hele gezicht, terwijl hij
de blokken van de rails verwijderde. Tra
nen van plezier liepen uit zijn ogen
..Als ik er aan denk." zei hij hijgend,
„als ik er aan denk hoe die kerels zul
len opkijken, als ze die kist openmaken
en inplaats van het goud alleen maar
eierkolen vinden. Het zwarte goud
hihihi.
De vrienden van Bram konden er niet
zo over meelachen. Bezorgd dachten zij
aan Bram, die zich nu tussen de r« prs
bevond en die groot gevaar zou lopen,
als door een of ander toeval het bedrog
zou worden ontdekt.