WALDORF
HAAR JOURNAAL
PANDA EN DE SUPERSCHAT
POLLE, PELLI EN PINGO
Burgemeesters
benoemd
^^ngestipt
i
NIET
VERMACEREN
MET MARGARINE
De „gouden" ogen van Marie
Ons vervolgverhaal
Loos bankalarm
in Delft
Daders overval op
kasloper C. en A.
veroordeeld
11
y
DO N DER DAG 15 AUGUSTUS 1968
mêMmm-m
Feuilleton door
JAMES GOLDMAN
JAi wees maar
BIJ DAT IK ALTIJD
van t>ie6oec>&
je Heer eau jk, Die
MAND IS ZO LICHT AIS
een veeme!
ALS we HEM SAMEN
DRAGEN, IS HIJ NI£T
20 ZWAAR
ZOU MIJN ANKER IN JOUW
MAND KUNNEN LIGGEN,
pouez
INVALLEN HEB!
Kees Stip
ik vermoed dat ik
weer me ER voor on
speett maar hoe
IK HET BEWIJZEN
oer,.. Die verdraaide
iVWMIIWWWMWHWI
77)
De zonde zit in
de gedachte, niet in de daad, zeggen
wij. De wereld is vol moordenaars
die nooit een mes aanraken. Let op
de geest. Het gaat om het motief".
Waldorf had al een uur lang niets
gezegd. „Ik wilde dat Mclntyre zou
sterven", fluisterde Waldorf. „Ik
haatte hem. Ik vond het heerlijk hem
te vermoorden".
De zon was ondergegaan en ze
wachtten tot de laatste gloed zou
vervagen.
De kleuren aan de hemel waren
prachtig. Reino ontvouwde, op zachte,
dreigend.e toon, het plan de cam
pagne.
„Er zijn aan hun kant veel slacht
offers gevallen", zei hij om hen ge
rust te stellen. Het was waar; de
rijen van de tegenstanders waren uit
gedund. Er waren geen Cubanen
over, de Russen hadden zeker enige
verliezen geleden in dat gevecht.
Wainwrights groep was voor het
grootste gedeelte permanent buiten
gevecht gesteld en de Chinezen wa
ren bij de ontploffingen omgekomen.
Maar dan waren er nog altijd Wain-
wright en zijn studentikoze helper,
Vronsky, Ferrón en misschien wat
lagere, maar uiterst vakbekwame
collega's: nog steeds het neusje van
de zalm. „Ze zullen onze lichamen
niet in het puin gevonden hebben",
vervolgde Reino. „Ze zullen ons niet
op het strand gezien hebben en ze
zullen zeker vastgesteld hebben dat
er geen boten zijn uitgevaren. Dan
blijft alleen nog New Skye over. Op
dit eiland, kinderen, zijn veel scher
pe ogen".
„De Cubanen hebben ergens een
trawler", zei Waldorf. Hannah voelde
zich opgelucht; Waldorf praatte en
leek weer een beetje de oude. Ze
knikte en wees naar de kust. „Daar
in het botenhuis".
„De scherpe ogen zouden ons zien
als we er heen zwommen. Nee.
Vronsky was van plan mij stilletjes
te laten verdwijnen. Dus moet er hier
iets zijn waarmee dat kon".
„Hij heeft een kleine boot".
Reino schudde zijn hoofd. „Ik denk
dat het iets beters moet zijn. Een
grote, zeewaardige boot. Hij moet
voor anker liggen in een inham; net
jes verborgen". Hij glimlachte. „We
hoeven hem alleen maar te vinden".
De kleuren waren verdwenen. Ze
gingen op weg. Reino liep voor hen
uit. Bijna dubbelgebogen kroop hij
voort langs de rotsachtige kust. Na
een tijdje vond hij een soort pad en
begon de steile, naar het land toege
keerde, rotswand van het eiland te
beklimmen. Het was een gevaarlijke
klim. Reino wachtte boven op hen
en liep toen langs de rand van de
rots verder.
„Pst".
Dat was Reino. Hij liet het geluid
weer horen „pst" en liet zich
geruisloos op de grond vallen. Ver
volgens lieten eerst Hannah en daar
na Waldorf, die zoals gewoonlijk
achteraan liep, zich zo zachtjes mo
gelijk vallen. Ze luisterden. Ze hoor
den veel geluiden: het kloppen van
hun hart, hun ademhaling, het ge
krijs van zeevogels, en, op de kust
beneden hen, het schurende geluid
van kiezelsteentjes, die door de korte
golfslag aan het rollen werden ge
bracht. Geruisloos, als een rups op
fluweel, kroop Reino op zijn buik
over de rotsen naar hen toe. Ze
moesten zich inspannen om hem te
kunnen verstaan. „We zijn niet al
leen", zei hij.
„Wie?" Reino haalde zijn schou
ders op.
„Wat moeten we doen?"
„Waar?" Reino knikte landin
waarts.
„Verder gaan", zei Reino.
„Maar
„Jullie gaan verder. Jullie funge
ren als lokaas. Ik zal wachten. Hij
zal achter jullie aan gaan. En verder
zullen we wel zien wat er gebeurt".
Hij nam het mes tussen zijn tan
den en schoof weg in de duisternis.
Hannah bevoelde de revolver die
Reino haar had gegeven. Hij stelde
haar helemaal niet gerust. Ze over
handigde hem aan Waldorf. Hij nam
hem aan alsof hij zijn hele leven
met Smith en Wessons te maken had
gehad en stak hem achter zijn
broeksband. Hij stond al en hielp
haar overeind. Ze gingen op weg.
Het ergste van zo'n afleidingsma
noeuvre was dat je niet wist waar
het gevaar eventueel vandaan zou
komen. Reino had slechts naar het
binnenland geknikt. De achtervolger
kon zich zowel voor als achter hen
bevinden; alleen de zeezijde was vei
lig. En als de vijand van voren
kwam, hoe kon Reino hen dan nog
helpen? Hij liep achter Hannah tot
hij dat plotseling laf vond. Hij ging
voor haar lopen; net zo erg. Tenslotte
nam hij haar hand, plaatste zich tus
sen haar en de duisternis in het bin
nenland en zo slopen ze zij aan zij
verder. Het terrein was allesbehalve
gemakkelijk. Onverwachts doemden
de rotsblokken voor hen op of ston
den ze voor een afgrond; steil, maar
nooit onoverkomelijk steil. Hij zou
zich prettiger gevoeld hebben als een
rotswand hen verhinderde verder te
gaan, dan zouden ze zich daarmee in
eok geval in de rug kunnen dekken.
Hij verbeeldde zich voortdurend
dat hij geluiden hoorde. Voetstappen,
het geklik van revolvers, onderdrukt
genies, gefluister. Als Reino faalde,
zou het allemaal op hem neerkomen.
Hij moest het hoofd koel houden.
Als Reino niet faalde, wat zou hij
dan horen? Een schreeuw; er zou
zeker een schreeuw te horen zijn en
waarschijnlijk een wee-makende,
doffe slag. Op zo'n moment als dit
werd je misselijk van elke doffe slag.
„Waldorf?" Ze bleven staan. „Ik
geloof dat Reino dood is".
„Onzin".
„Het duurt te lang. Ze hebben hem
te pakken gekregen".
„Kom mee". Hij trok haar ruw met
zich mee. Een stap, twee en toen
stapte hij, zonder zelfs, maar een gil
te slaken, in het niet. Er bestaat geen
vergelijkbare gewaarwording.
Als hij haar handen niet had vast
gehouden, als ze niet achter hem had
gestaan, als ze niet had tegengestrib
beld, zou Waldorf zijn doffe slag
niet zijn misgelopen. Zoals de zaken
nu stonden, verstijfde Waldorf en
draaide hij zich met een ruk om.
Hannah trok. Hij liet een soort hij
gend gegrom horen toen hij met zijn
ribben hard op de rand van de af
grond terecht kwam, en als een dol
geworden dier naar voren kroop.
„Tjonge". Toen kwam de reactie en
hij begon te beven. „Tjonge, Tjonge,
tjonge". Ze ging naast hem liggen.
(Wordt vervolgd)
DE ZOVEELSTE ILLUSIE omtrent
de kunst van het vermageren wordt ons
ontnomen door het Voorlichtingsbu
reau voor de Voeding. De zogenoemde
plantaardige- en dieetmargarines zijn
geen „mager.e" margarines.
Vele consumenten denken dat deze
produkten minder vetrijk zijn dan an
dere margarinesoorten of roomboter.
Helaas, het vetgehalte is ten minste
tachtig percent. Wie wil vermageren
hoeft dus geen aparte margarine te
gaan eten.
VROUWEN DIE OM principiële (of
andere) redenen geen echt bont willen
dragen, hoeven niet aan de kant te gaan
staan om andersdenkenden dames in
weelderig luipaard voorbij te zien
schrijden.
De fabrikanten van synthetische ve
zels zorgen voor allerlei zeer aanvaard
baar namaakbont. De grote Franse pro
ducent op dit gebied belooft mantels,
vesten, bloesons en duffelcoats in imi-
tatiebontvezels. Kortgeschoren, lang
harig, glad en gekruld. In allerlei kleu
ren en zelfs in Schotse ruiten. Daarmee
maakt de fabrikant het wel wat al te
bont.
WIE RUIM VIJFDUIZEND pond
(ruim 42.000 gulden) per jaar kan uit
geven aan kleding, opmaak en alge
mene schoonheidsverzorging maakt een
goede kans op de lijst van de best-
geklede vrouwen ter wereld te komen,
aldus het Britse maandblad Nova. En
wij maar denken dat we er in een
zelfgemaakte jurk ook best aardig uit
zien.
AMERIKAANSE VROUWEN SCHIJ
NEN in herenzaken beter te kunnen
kopen dan in damesmodewinkels. De
herenkleding geeft de vrouwen met
kleine maten speciaal voor vrijetijds-
kleding veel meer mogelijkheden.
Bovendien vinden de dames dat ze in
een herenzaak beter worden bediend.
IN WEST-DUITSLAND worden proe
ven genomen met inrichtingen waar
men een baby kan verzorgen tijdens
autoreizen. Deze „luierkamers" komen
bij de aan de autosnelwegen gelegen
rustplaatsen.
WIE DIT JAAR laat op vakantie
gaat en een land met een mild klimaat
opzoekt moet toch eens aan de vroe
ger zo hevig verafschuwde bermuda
short denken. De grote Parijse mode
magazijnen brengen deze typisch Ame
rikaanse dracht in pastelkleurige rui
ten.
Ook in ons land zijn ze in de vakan
tiemaanden gesignaleerd, meestal ef
fen donkerblauw. Alleen voor slanke
vrouwen.
HOERA, het Voorlichtingsbureau
voor de Voeding heeft weer drie fol
ders vol (w)etenswaardigheden te ver
spreiden. Voor enkele stuivers te be
stellen bij het bureau aan de Laan Co
pes van Cattenburch 44, Den Haag.
„Wintergroenten"„de voeding voor
kleuters en peuters" en „Rondom ons
brood" verdienen weer alle belangstel
ling. Wat die kleuters en peuters be
treft, een kind van twee jaar heeft da
gelijks ongeveer nodig:
Halve liter melk, karnemelk of
yoghurt; 10 gram kaas, 35 gram
vlees of 50 gram vis of 1 ei of 35
gram peulvruchten. Honderd a 200
gram groente, afhankelijk van de
soort, van slinkgroente meer natuur
lijk.
Vijftig a 100 gram vruchten, lever
traan of een vitamine D-preparaat in
najaar en winter
Uit „Rondom ons brood" nog even
het recept voor kruidenboter, tenslotte
schaffen we ons niet voor niets krui
denrekjes met sierlijke potjes aan.
Voor ongeveer tien boterhammen:
50 gram boter, margarine of een half
pakje zachte witte kaas, zout, peper,
1 volle eetlepel fijngesneden verse
kruiden of uit potjes bijvoorbeeld peter
selie, bieslook, kervel en dragon. Alles
gewoon mengen. Het brood lekker dik
besmeren of juist dun en dan beleggen
met kaas, tomaat, ham, radijs, kom
kommer of hardgekookt ei.
„Als ik zing doe ik dat voor mijn kin
deren. Ik wil dat ze een heel rijke moe
der krijgen", zei filmactrice Marie La-
foret in het Franse weekblad File.
Behalve chansonnière en filmster is
Marie, die hier schalks over haar óiote
schouder kijkt, ook fotomodel voor de
oog make-up van Guerlain. Want zij
staat bekend als het meisje met de
„gouden" ogen. Ogen die kennelijk ook
graag veel goud zien.
MfWWIWWHWIlWlflIWWWWWIMIIWWWU
DELFT Zeventien met karabijnen
bewapende politieagenten hebben dinsdag
in Delft binnen vier minuten het bank
gebouw van Mees en Hope aan de Oude
Delft omsingeld, nadat het bankalarm
was gegeven. Het bleek loos alarm te
zijn. Een monteur die in het bankge
bouw reparatiewerkzaamheden aan de
elektrische installatie verrichtte, had de
verkeerde kabel uitgezocht en daardoor
het alarmsignaal in werking gesteld.
HO-99
45. De dochter van de hoofdman was helemaal onder
de indruk van Joris. En omdat ze nu eenmaal altijd
alles gedaan kreeg van haar vader werd de gevangene
snel losgemaakt!
„Heb dank, goede lieden!" sprak deze laatste. „De
kennismaking was me een groot genoegen en uw dans
je was alleraardigst. Maar nu roepen zaken mij. Vaart
U allen wel!
Zo sprekende stapte hij opgelucht heen. Maar dat
was helemaal niet naar de zin van het opperhoofd.
„T ha na dah po!" riep die, terwijl hij de wandelaar
staande hield en hem een soort platte grond toonde.
„We chaska ee onke, How?"
„Umps.prevelde Joris geschrokken. „Als ik
het goed begrijp, wil deze ruwe figuur een wedloop met
mij gaan houden. Dat lijkt me een terreinkaart toe!
Wat naar is dat nu toch
1 f L 'SS 's/'
DEN HAAG Met ingang van 1 sep
tember 1968 is benoemd tot burgemees
ter van Erp, mr. R. Q. M. Smits van
Oyen, referendaris ter provinciale griffie
van Noord-Brabant; tot burgemeester van
Luyksgestel mr. F. J. M. Houben, secre
taris-ambtenaar te Tegelen; tot burge
meester van Hoogeloon, Hapert en Caste
ren de heer H. J: L. Wouters, referen
daris ter gemeente-secretarie van Zoeter-
meer; tot burgemeester van Hellevoet-
sluis de heer J. A. A. Aarse, raadslid
te Amstelveen. De laatste is lid van de
P.v.d.A. De eerder genoemde drie bur
gemeesters zijn K.V.P.-lid.
Mr. M. M. L. G. M. Custers, burge
meester van Venray, wordt zo goed als
zeker de opvolger van ex-burgemeester
mr. R. G. A. Höppener van Roermond.
AMSTERDAM De Amsterdamse
rechtbank heeft woensdag de drie Amstel-
veense daders van totaal vier opzienba
rende roofovervallen, waarbij de mislukte
op een kasloper van C. en A. in de hoofd
stad, veroordeeld tot aanzienlijke lageie
straffen dan de officier van Juistitie had
geëist.
Een 21-jarige barkeeper en een 20-ja-
rige vertegenwoordiger tegen wie vijf
jaar met aftrek was geëist, kregen ieder
drie en half jaar gevangenisstraf. De oom
van de barkeeper, een 48-jarige etaleur
tekenaar, volgens de officier de hoofd
schuldige, kreeg vijf en half jaar gevan
genisstraf. Tegen hem was acht jaar met
aftrek geëist.
In augustus hebben de ministers va
kantie. Ze mogen dan naar het buiten
land, behalve de minister van Buiten
landse Zaken, die naar het binnenland
moet. Dit jaar was hij er zelfs al eer
der. en hij kreeg toen de vraag te be
antwoorden of hij bereid was aan de
Kamerleden een lijst te verstrekken
van de landen waaraan Nederland wa
pens levert. „Welke wapens?" had ik
gedacht dat de minister zou vragen.
Maar nee, de minister zei dat hij die
lijst niet kon geven, omdat het Ne
derlandse bedrijfsleven schade kon lij
den als we wisten aan wie we alle
maal wapens leveren.
Dit is een onthulling die voor mijn
gevoel slechts overtroffen zou kunnen
worden door een mededeling van het
VPRO-bestuur dat Phil Bloom een jon
gen was. Zo zo, stiekeme kleine Krupp-
jes zijn we dus, die aan iedereen
kanonnen verkopen terwille van het ba
tig salvo. Pistolen Paultje rechtvaar
digt het feit dat hij wapens verkoopt
met de opmerking: „Als ik het niet
doe, doet een ander het". Maar onze re
gering is al zover dat ze denkt: „Als
een ander het niet doet, doen wij het".
Uiteraard heeft het antwoord van de
minister mij niet bevredigd, en daar
om heb ik getracht inlichtingen te krij
gen van zijn chef, Pistolen Pietje, doch
deze was met een klein snorkel-appa
raatje in de Waddenzee gesignaleerd,
zodat ik mij moest wenden tot een zegs
man. Zegsmannen zijn dikwijls heel
spraakzaam, omdat iemand weet wie
het gezegd heeft. De zegsman in kwes
tie toonde zich zelfs bereid mij rond te
leiden de voornaamste produktiecentra
van de Nederlandse wapenindustrie.
Onze reis voerde ons eerst naar het
vlakke land van Noord-Holland. „Gaan
we naar de Hembrug?" vroeg ik, want
uit mijn diensttijd weet ik nog dat ze
daar monddeksels voor karabijnen re
pareerden. Mijn leidsman geworden
zegsman glimlachte fijntjes. „De Hem
brug is een camouflagebedrijf"sprak
hij. „Ze maken er kaneelstokken en pe
permuntballen. Nee, let maar eens op".
Ik lette zo hard op dat ik gewekt
moest worden in Alkmaar, waar we
voor een ophaalburg stonden. Bekijk
die maar eens goed", sprak mijn met
gezel. Daarna gaf hij vol gas en reed
in één ruk over de afsluitdijk naar
Drente. Wij hielden halt bij een stapel
uit hun kracht gegroeidé keistenen.
„Hoe noemt u zoiets?", vroeg hij.
„Een hunebed", zeik ik, „maar slecht
opgemaakt."
De zegsman glimlachte opnieuw. „Er
heerst een onuitroeibaar misverstand
omtrent de slaapgewoonten van onze
voorgangers", sprak hij. „Wij maken
daar een dankbaar gebruik van voor de
camouflage van onze munitieproduktie.
Deze trotylklompen vormen, in combi
natie met de werpblijde die u zojuist
voor een ophaalbrug hebt aangezien,
een machtig wapen dat wij binnenkort
aan een van de jonge Afrikaanse sta
ten hopen te slijten, hoewel het onver
slijtbaar is. Dat zal een blijde dag zijn.'
Ons voortspoedend door de kop van
Overijssel passeerden wij grote sta
pels vers gemaaid riet. Blaasroeren
fluisterde mijn begeleider. „De rege
ring distantieert zich hiervan, m.aar
het schijnt dat de Papoea's in de me
ning worden gebracht dat ze moeten
stemmen door hiermee op de Indone
sische regering te richten".
Even later stopten wij bij een Lim
burgse champignonkwekerij. „En dit"
sprak de zegsman, terwijl hij een
klein champignonnetje tussen duim en
vinger nam, „is ons wapen om een
einde te maken aan alle wapens. Wilt
u zien hoe het werkt?"
Hij wierp het weg, maar de wind
dreef het terug. Ik had nog nooit zo'n
grote knal uit zo'n klein dingetje ho
ren komen.
„Ik heb het gezien", zei ik, als een
champignon uit de Limburgse aarde
verrijzend. „Het werkt als een boeme
rang".
Voor Biafra. De koningin en prins Bern-
hard hebben een bijdrage gegeven aan
het Comité Vluchtelingenhulp Biafra-
conflict. Ook prinses Beatrix en prins
Clgus hebben het comité een bijdrage
doen toekomen.
HEDAAR, Jt- REtO
bij/va Ne kat dood!
een beetje voor
ZICHTI6BR GRAA6,
MAKKER.
O.K.! NOU /S
he MAAT vol.!
HIJ GAAT NAAR
fier ASIEL - l'AM
MA6 N06!
DERWATER'MONSTER
KAT,., DAT STUK ON6E
LUK!
s
CPIB V
1215. Lang en woest was de tocht, die
Bram en de rovers door het gebergte
moesten maken om bij het hoofdkwa-tier
te komen. Maar eindelijk waren ze dan
toch, waar ze wezen moesten. Voor de in
gang van een ruime grot dommelde een
schildwacht, die wakker schrok en snel in
de houding ging staan, zodra het gestamp
van paardehoeven tot hem doordrong.
Achter de anderen aan slenterde Bram
naar binnen.
Hij hield zich afzijdig om niet op te
vallen; het werd hem gemakkelijk ge
maakt, doordat de mannen alleen maar
oog hadden voor de kist, waarin zij het
goud verwachtten. Het gaf Bram de ge
legenheid ongemerkt rond te kijken in de
grot, waar een muffe geur hing van aarde
en oude soep. Er hing een paard ehoofd-
stel aan de muur, en bovendien een reeks
biljetten met „Opsporing verzocht", waar
mee de bandieten probeerden het een
beetje huiselijker te maken. Het opspo
ringsbiljet van de hoofdman hing in een
gouden lijst, hem door zijn dankbare me
deplichtigen bij zijn zilveren jubileum
aangeboden.