VERSLAG VAN EEN ZOMER Migratie van achtduizend] jonge werklozen mislukt «gestipt Vrees voor de „grote stad" ■elna ENGEL PANDA EN DE SUPERSCHAT Spaarsysteem voor leden vakbonden Ons vervolgverhaal m WEINIG KANS Schoolboeken toch op tijd klaar 7^ DINSDAG 10 SEPTEMBER 19 68 ONDANKS GUNSTIGE REGELING GEEN SUCCES IN DE PROVINCIE Grote stad Rotsen De naaimachine voor de kritische huisvrouw Samen met giro Italianen Kees Stip Examens Kerkelijk nieuws metjetweeen. öoeo zo, poue...je W66T TOCH OOK tfMMJMMIilA Een Peruaanse roman door Julio Ramón Ribeyro 15) Tja, maar wat kun je eraan doen? Zij kan niet lopen. En hier in de sierra is er geen rolstoel te krij gen. Wanneer we haar op de patio zetten wordt zij misschien ziek. Soms denk ik, ze moest maar dood gaan. Hebben ze je je manzanilla al ge bracht? vroeg hij weer op luider toon, terwijl hij zich naar haar toe keerde. De oude vrouw gaf geen antwoord Haar hoofd had zij naar mij toe ge draaid. De manier waarop zij haar hoofd hield scheen een zekere nieuws gierigheid uit te drukken, alsof zij had gemerkt dat er een vreemde bij was. Dat is mijn neef Lucho, zei Ja cinto. Hij is uit Lima gekomen om je op te zoeken. Het doet hem ge noegen kennis met je te maken, zegt hij. Hij wil je graag een hand geven. Onmiddellijk daarop voelde ik haar ijskoude klauwtje in mijn hand. In stinctmatig liet ik haar hand weer los. Ik had het gevoel alsof ik door de dood zelf was aangeraakt. De ou de vrouw had iets aan zich, dat niet meer hoorde bij de wereld van de le venden. Nu begreep ik waarom de anderen over haar spraken als over een griezelig wezen, dat weliswaar nog hier op aarde sliep maar zich reeds had toegedekt met haar graf steen. Jacinto bleef nog een poosje met haar praten. Hij vertelde haar wat hij de vorige dag had gedaan, over zijn pleziertjes, zijn zorgen. Ten slotte begon hij zelfs te vertellen van zijn motoren en legde hij haar uit hoe een dynamo functioneert. De ou de vrouw knikte bij alles wat hij zei, maar het was wel duidelijk dat zij er niets van begreep. Met kleine stapjes week ik naar de deur toe. Het toneeltje was me te pijnlijk. Soms scheen het, dat Jacin to vooral tegen zich zelf zat te beto gen. Misschien was het allemaal slechts een poging om te voldoen aan zijn behoefte tot vertellen en was zijn gesprek met de zwijgende vrouw een voorwendsel. Toen ik eindelijk bij de deur was, rukte ik die open en ik maakte dat ik wegkwam. Op de patio waar alles volop scheen te leven door het stralende licht van de zon kreeg ik zin in een lange wan deling. Op hetzelfde ogenblik daagde bij mij de betekenis van Leticia's boodschap: ik moest met haar naar de rivier om het hardst lopen. Ik voelde me enthousiast worden. Maar daarna kwam de twijfel op. Ik was nog niet helemaal bekomen van het gevecht van daags ervoor. Mijn spie ren deden me nog pijn wanneer ik me maar even inspande. Vergeefs zocht ik naar Leticia om uitstel van haar te verkrijgen. Zij was spoor loos verdwenen. Pas onder het middageten zag ik haar. De cura had zoals gewoonlijk een royale hoeveelheid bier naar binnen gegoten. Hij was in een heftige dis cussie met Felipe gewikkeld. Ik luis- sterde ternauwernood naar hun op gewonden gesprek, hoewel het met tal van krachttermen werd gekruid. Ik had slechts oog voor Leticia, die met gebogen hoofd aan tafel zat. Aan haar haren kleefde een strohalm Ik concludeerde daaruit dat zij zich de hele ochtend op de graanzolder had verborgen gehouden. Zij keek slechts één keer naar me, maar met zulk een vastberadenheid dat ik ver legen voor me keek. Oom Leonardo scheen in een zeer ernstige stemming te zijn. Hij sprak op zachte toon met tante Ema. Een paar keren keken zij onderzoekend de rij van eters langs, als zochten zij naar een bepaald iemand. Toen de.maaltijd bijna ten einde was tikte Leonardo op de tafel en verzocht om stilte. Hij had iets ernstigs mede te delen. Uit mijn kantoor is een groot be drag aan geld verdwenen, begon hij. Een gedeelte daarvan was sala ris voor de peones in de mijn. Wan neer iemand iets weet, laat hij het me dan zeggen. De diefstal is ver moedelijk een paar dagen geleden gepleegd, maar ik heb haar pas van morgen bij het opmaken van de kas ontdekt. Er volgde een gespannen zwijgen. Iedereen keek iedereen achterdoch tig aan. Jisha, die juist de koffie binnenbracht, bleef verstard in de deur staan. Alleen het gezicht van Daniël drukte meer uit dan alleen maar verbazing: hij leunde tegen de rugleuning van zijn stoel en keek om hoog naar het plafond. Ik herinnerde me dat hij indertijd, bij de jachtpartij, steeds aarzelend was achtergebleven en voortdurend naar de hacienda had omgekeken. Maar het meest verbaasde me, on middellijk daarop, het gedrag van Letila; zij stond plotseling op en ver liet snel de eetkamer. Een uur later zat ik onder de arcanda en liet mijn voeten op de patio hangen. Ik hield de poort die naar de weiden voerde onafgebroken in het oog. Ik had Le ticia sinds het middagmaal niet meer- gezien, maar wanneer onze wedstrijd nog zou doorgaan zou zij door deze poort moeten komen. Daar begon namelijk de weg naar de rivier. Het nieuws van de diefstal had iedereen nadenkend gestemd. Het verhinderde evenwel niet dat de alcohol flink werd aangesproken. Achter mij lie pen Leonardo en Felipe heen en weer. Tot mijn verwondering hoorde ik Felipe op een toon van vaderlijke bezorgdheid over Ollanta en Alfredo spreken. Hun opvoeding mag niet verwaar loosd worden, zei hij. Je moet ze nu toch gauw eens naar Santiago naar school sturen. Leticia kwam uit haar kamer. Zij liep naar de poort en ging naar bui ten. Ik wachtte een paar seconden, stond dan op en liep haar achterna. Zij was al bij het pad. Zij raapte bij tussenpozen steentjes op. Toen zij mij hoorde bleef zij staan, met haar ogen op mij gevestigd. Ik merkte dat zij rode wangen had. Heb je het briefje meegebracht? vroeg zij, haar hand uitstrekkend. Natuurlijk, antwoordde ik, haar bij de vingers pakkend. (Wordt vervolgd). (Van onze correspondent) AMSTERDAM. Voor de 8.000 werk loze jongeren in ons land geldt een gun stige migratieregeling indien zij buiten de eigen streek aan het werk gaan en zich in de praktijk scholen. De jeugdmi- gratie blijkt echter ondanks het rijks subsidie en ondanks de sociale begeleiding een mislukking. Eén van de grote bedrijven in het westen, die hooggespan nen verwachtingen koesterden ondanks mislukte wervingsacties het vorig jaar, is de Nederlandsche Dok- en Scheepsbouw Maatschappij (NDSM) in Amsterdam. Op de bedrijfsschool is plaats voor 120 jon gens. Er zijn er nu 36 geplaatst onder wie 12 jeugdmigranten. De heer G. Gijsen van de personeelsaf deling: „Als ze alle honderdtwintig uit de werkloosheidsgebieden waren gekomen was het ons ook best geweest. Op veer tig jongens hadden we zeker gerekend". De N.D.S.M. beschikt over fraai druk werk, dat uiteengezet hoe met de diplo ma's van L.T.S., M.U.L.O. en H.B.S. in het bedrijf carrière is te maken. Op spe ciale tournees in den lande leggen NDSM mensen op voorlichtingsavonden aan ouders en jongens uit welke mogelijkhe den het bedrijf heeft te bieden en welke tegemoetkomingen het rijk verleent. Soms vaart er een speciale „voorlichtingsboot" door de provincie. Advertentiecampagnes bereiden de komst van de personeelswer- vers voor. De N.D.S.M. schat dat het vorig jaar iedere nieuwe leerling drieduizend gulden heeft gekost. Het zijn nu vooral de Gewestelijke Arbeidsbureaus die in de werkloosheids gebieden de jongeren wijzen op de moge lijkheden bij de N.D.S.M. maar ook bij andere Amsterdamse bedrijven. „Onze verwachtingen waren hoog gespannen", zegt de heer Gijsen, „vooral ook omdat de arbeidsbureaus die we afgereisd heb ben de plaatsing van jongeren in de eigen streek somber inzagen. De verbeterde mi gratieregeling, die zover tegemoetkomt in de pensionkosten dat er voor de werk nemer zelf even acht gulden per week overblijft om te betalen, alsmede de gra tis wekelijkse reis naar huis en de kos teloze scholing, was in onze ogen een gro te stimulans". ADVERTENTIE Dat de inspanningen van de arbeidsbu reaus desondanks een te verwaarlozen re sultaat tot gevolg hebben gehad, wijt de heer Gijsen vooral aan de streekgebon denheid van de jongeren en vrees van de ouders voor de „grote stad". Overigens is hij er niet zeker van dat alle arbeids bureaus een gerichte voorlichting geven over de mogelijkheden van migratie. ,Het bureau in Emmen, dat zorgde voor de plaatsing van tien van de twaalf migratie leerlingen is erg actief, of dat van andere bureaus kan worden gezegd is de vraag Het is een voorzichtige formulering. Is er sprake van regelrechte tegenwerking? „In een geval zei men ons ronduit dat het werk maar naar de mensen gebracht moet worden", aldus de heer Gijsen. „In andere gevallen hebben wij sterk de in druk dat vakbonden en directeuren van technische scholen niet voor zijn. In Gro ningen en Limburg zei men ons dat de L.T.S.-en het leerlingental tracht uit te breiden door jongens op school te hou den". Bij de twintig arbeidsbureaus waar dit voorjaar de vrees bestond voor een over schot van L.T.S.-ers liet men de N.D.S.M in juli weten dat er geen overschot meer was. Op dat moment vlogen de werkloos heidscijfers echter omhoog. Het ministerie van sociale zaken, dat maandelijks de cij fers van de arbeidsbureaus vergaart en interpreteert, zei eind juli dan ook dat de stijging van de werkloosheid vooral te wij ten was aan de golf van schoolverlaters op de arbeidsmarkt. Het is te gek om daaruit de conclusie te trekken dat de vraag naar en het aan bod van scholieren wel op de Gewestelijke Arbeidsbureaus in evenwicht zijn, maar dat tijdens de reis van de cijfers naar Den Haag het evenwicht wordt verstoord. Het lijkt echter voor de hand te liggen dat „de provincie" het bestaan van de migratieregeling liever niet signaleert. Het intern rapport van de personeelsafde ling over de werving van jeugdigen in de provincie besluit dan ook met de opmer king dat „wij tegen windmolens hebben gevochten en op rotsen hebben gezaaid". Voor een gunstige personeelsopbouw moet de N.D.S.M. alleen al 400 tot 500 personeelsleden kunnen aantrekken. De behoefte aan scheepsmetaalbewerkers en Dealer voor Haarlem en omstreken GROTE HOUTSTRAAT 181 HAARLEM Ook voor reparatie aan alle merken. léll Vrtll MrtUHtciuicu w uiu - ;uuuu „mnnnnnnnn (Van onze correspondent) DEN HAAG. In de loop van deze maand zullen de 1,3 miljoen leden van de drie vakcentrales gebruik kunnen gaan maken van een loonspaarsysteem, dat door de vakbondsspaarbanken in samen werking met de postcheque- en girodienst 1 is ontwikkeld. Het wordt mogelijk aan een giroreke ning een rentegevende spaarrekening bij een van deze spaarbanken te koppelen. jNaar verkiezing kan dan het spaargeld worden bijgeschreven op een rekening met een rente van 3,5 percent, waarvan het tegoed direct opvraagbaar is, dan wel op een termijnspaarrekening, waarop 4,5 percent of 5,5 percent rente wordt gege ven. De vakbondsspaarbanken hebben reeds in januari van dit jaar het plan voor een eigen loonspaarsysteem gelanceerd, zij vinden deze nieuwe vorm van dienstver lening noodzakelijk nu steeds meer be drijven de betaling van lonen en salaris sen via banken en giro laten lopen. Aan het eind van het schooljaar lie pen de cijfers van de werkloosheid steil op: onder de 64.000 werklozen, die bij de arbeidsbureaus staan ingeschreven, bevinden zich nu bijna 8000 jongens voor wie geen plaats is. Vooral in het noorden, het oosten en het zuiden is de kans gering dat deze ex-scholieren snel aan de slag komen. In het westen van het land is de vraag naar jongeren het grootst. Vele ondernemingen zien geen kans hun be- drijfsscholen, het reservoir waaruit de vaklieden moeten worden geput, vol doende bevolkt te krijgen. De jongeren, zonder baan en zonder kans zich in de praktijk verder te ontwikkelen, geven geen gehoor op de dringende oproepen uit het westen. elektrisch lassers is het grootst. Van hen en van plaat- en constructiewerkers, pijp- bewerkers, machinebankwerkers, metaal draaiers en scheepsbeschieters zijn er jaarlijks ongeveer 250 nodig. Indien de zen kunnen worden aangetrokken is er eveneens plaats voor een zelfde aantal minder en ongeschoolden, omdat bij iede re vakman vrijwel een „maat" kan wor den geplaatst. Van de 2700 mensen in de „produktie- sector" komen er ongeveer 600 uit het buitenland. De werving van Italianen is twee jaar geleden stopgezet omdat steeds minder geschoolden beschikbaar waren. Thans werken er bij de N.D.S.M. onge veer 180 Italianen, 280 Joegoslaven, 120 Turken, 30 Spanjaarden, enkele Portuge zen en Grieken. De radiatorenfabriek van de N.D.S.M. is, na de overname van een deel van het Van Heijst-bedrijf, overgeplaatst naar Wierden. Van de 15 Hagenaars die bi] de N.D.S.M. een plaats hebben aanvaard zijn slechts enkelen in Amsterdam geble ven. De anderen zijn naar Wierden ge gaan. Het totale personeel van de radia torenfabriek is geplaatst binnen de NDSM in Amsterdam. GRONINGEN De alarmtoestand bij de Nederlandse uitgeverijen en scho len van enkele maanden terug, toen werd gevreesd dat men niet op tijd klaar kan komen met nieuwe leerboeken voor de Mammoetwet, is geluwd. In vele geval len zijn noodmaatregelen genomen, om de scholen toch nog in staat te stellen al thans met de lessen te beginnen. Daartoe zijn dikwijls de eerste drie of vier kater nen van de nieuwe leerboeken vast bui ten de boekhandel om naar de scholen gestuurd. Wolters-Noordhoff in Groningen heeft dat, zo zei men desgevraagd, gratis ge daan. Woordvoerder Bontsema van Wol- ters meent, dat door deze oplossingen nauwelijks vertragingen bij het onder wijs zijn opgetreden, tegen de aanvanke lijke verwachting in. Wel heeft 'deze ma nier van werken de uitgeverijen op extra kosten gejaagd. Pas dit voorjaar kwamen de defi nitieve studieprogramma's op het minis terie van Onderwijs en Wetenschappen gereed, zodat de voorbereidingstijd voor auteurs en uitgeverijen wel erg kort is geweest. „In geval van nood aan de hand greep trekken. Misbruik wordt ge straft". Ik weet niet aan welke ver leidingen deze veelgelezen tekst van de Nederlandse Spoorwegen uw jeug dige gemoed heeft blootgesteld, maai de uitwerking op het mijne was zo geprikkeld dat wij bijna mogen spreken van spoornografie. De opstandigheid tegen het gezag die in alle school gaande jongelieden is ingebouwd kreeg hier een wapen voor de neus gehan gen waarmee zij het raderwerk van de maatschappij, althans van de spoor wegmaatschappij, met één ruk konden stilleggen. Door deze uitdaging werden de ka rakters duidelijk herkenbaar geschei den in dapperen en laffen. In de laatste categorie nam ik een vooraan staande plaats in. Ik piekerde mij suf over het scheppen van situaties waar in ik aan de noodrem zou kunnen trekken zonder te worden gestraft. Slechts éénmaal deed zich iets der gelijks voor, namelijk toen de trein door een defect aan de remleiding met geringe vaart op het eerste per ron in Amersfoort door het stootblofc liep, waardoor enige reizigers, die net hun bagage uit het net wilden graaien, bloedneuzen opliepen. Had iemand dit tijdig zien aankomen, dan had hij een dubbele kans gehad om straffeloos aan de noodrem te trekken. Ten eerste omdat de situatie dit rechtvaardigde en ten tweede omdat de remmen toch niet werkten. De dapperen onder mijn medescho lieren toonden diepe verachting voor dit wetsgetrouwe denken en verklaar den dat het pas flink was aan de noodrem te trekken wanneer er geen enkel excuus voor was. De meesten beweerden dat ze het herhaaldelijk ge daan hadden, maar als je zei: „Doe het dan nog eens" vervielen ze in de kin derachtigste uitvluchten. Sinds jaren kijk ik dus met span ning uit naar iemand die echt aan de noodrem durft te trekken zonder zich te laten weerhouden door de eventuele gevolgen. Eindelijk is ze dan gevon den, want het is natuurlijk een meisje. De vijftienjarige Irene heeft in de trein tussen Rotterdam en Gouda aan de noodrem getrokken toen zij wérd be laagd door een twintigtal jongelui. Ze had de knapen gewaarschuwd dat ze dit zou doen als ze niet van haar af bleven, maar haar belagers hadden dit als aanmoediging beschouwd. Toen de trein stilstond werd tegen twee jonge mannen procesverbaal opgemaakt we gens wangedrag. Maar ook tegen Ire ne „wegens het zonder noodzaak trek ken aan de noodrem". De rechter moet nu uitmaken of hier sprake is geweest van een ge val van nood. Mocht hij menen dat dit niet het geval was, dan kan Ire ne, afgezien van de boete waartoe zij wordt veroordeeld, door de N.S. aan sprakelijk worden gesteld voor de scha de die door de vertraging is ontstaan. De trein kwam namelijk tot stilstand op een brug waar geen elektrische be drading was en moest weggeduwd worden. Het tarief voor zoiets be draagt drie gulden per minuut vertra ging per rijtuig. Advies aan treinreizigers: Wordt u belaagd, tel de rijtuigen en overweeg hoeveel zakenlieden er in de trein kun nen zitten die u met één ruk aan de handgreep een miljoenencontract door de neus boort. Advies aan de spoorwegen: Veran der de tekst bij de noodrem in: „In geval van nood aan de handgreep trek ken. In geval van twijfel uit het raam springen". AMSTERDAM Geslaagd voor het doc toraal examen Duits: R. J. P- Maruk Haarlem. Beroepen te Delfzijl G. Lievaart te Oostenwolde. Christ. Geref. Kerken Beroepen te Maassluis P. van Zonne veld te Papendrecht. Geref. Kerken Vrijgemaakt Bedankt voor Berkum R. Hoogsteen te Den Ham; voor Hoogvliet A. Kooij te Emmen. Christ. Geref. Kerken Beroepen te Apeldoorn-Zuid C. Bos te Spijkenisse. 67. Zodra Panda de sleutel had gepakt, opende hij de kluis en nam de kostbare kroon daar uit. „Zullen we hem naar een museum brengen, meneer Dollar?' stel de hij voor. „Daar kunnen ze hem veilig bewaren." „Een goed idee, vriendje!" zei Bill prijzend. „Kom maar mee!" Joris had intussen de schade-vergoeding aan de scheeps-eigenaar betaald en stapte nu droevig heen. Daar gaat mijn hard-verdiende geldpre velde hij. „Gezwoegd en gesloofd heb ik en wat is het resultaat? Zelfs het kostelijke bezit van de kroon is me niet beschorenMaar zo erg was het nu ook weer niet. Want toen hij eenmaal uit het gezicht van de anderen was, stond hij stil en trok een bundeltje bankbiljetten tevoorschijn. „Ik heb nog iets overgehou den," vervolgde hij zijn gedachtengang. „Maar het had meer kunnen zijn scHietoraaan^ /fcee&RNPBesr dat jullie alleen WILLEN zijn, KALMPJES AAN, KELLY - AN DEUS STRANDEN WE NOG OP W/DOWMAKERS RtFi ATE, AYE, KAP'TElN,, LIEVELING NU6AJE NETJES ZITTEN TOT WE IN OPEN WATER HIER HEB IK JIJ SENT EEN ROMAN TISCHE SOW, MARCO IK IWIL 6RAAG MET JE GAAN DUIKEN, KEI LY. MAAR IK KAN MAR CO NIET METAL HET, WERK OPKNAPPEN WEKEN NAAR VERLANGD,DAVY, I SamUfk I l—©PIB J we M06T6N AAAAAMI6 HELPEN PC 6R0T6 WAS OP 76 HAN66N OH MAMMie, HE6T U H6M NU JUIST N0DI6 AHA, 0US JULLIE H6886W MIJN WAS MJW' OVÊRAL RAAD OP 1237. Nog slechts één voorwerp had Bram bij zich, dat hij uit de brievenbus kon werpen om een spoor voor zijn vr, en den te maken. Het was het boekje met de waterstanden, waarvan hij ongaarne afstand deed. Hij had het papier kunnen versnipperen, maar hij merkte, dat er een tikje wind was gekomen en daarom leek het hem beter geen stukjes papier naar buiten te gooien, die toch maar zou den wegwaaien. „Weg ermee", dacht hij dus. „Voorlo pig zal ik toch de waterstanden niet nodig hebben." Maar daarin vergiste Bram zich, want nauwelijks had hij op deze manier zijn spoor beëindigd of de mannen, die hem droegen, zwiepten hem met brievenbus en al het water in. „Dat is gebeurd", zei één van hen. „Nu gauw wegwezendat heerschap zien we niet meer terug." Gebukt renden zij weg langs de walle- kant. En de brievenbus dobberde weg op de stroom

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1968 | | pagina 9