AUTOMOBILISTEN BEVRIJD VAN
PSYCHEDELISCHE EFFECTEN"
„Ideale oplossing: continue lijnverlichting
nu in Velsen financieel niet meer haalbaar"
I
2t
ZATERDAG 12 OKTOBER 1968
Kosten
Geen voorbeeld
Bewustzijnsdaling
Miljoenen
Verontrusting1
Gemis
ïcept
slot
be
lden,
'oma
poe-
vra-
laas,
'erse
epel
ven-
llon.
a ter
ken.
in.
jden
pa-
oem
uree
ge-
ver
gen,
lipte
ilde-
den.
)ma,
^oor
Wat
illen
nog
igen
raks
ko-
eine
oon-
l op
een
ver-
- en
iend
leed
een
ter-
loor
een
bo-
:out
end
,een
met
'ote
oter
end
die
'go-
er
^er
en
aar
ïur.
ze-
•en.
uin
de
een
erd
Ion
'de
lies
lan
ist-
en
bij.
ran
es-
es,
ol-
De-
;p-
;u-
>or
nd
re
de
)r-
bit
an
iug-
zo'n
im-
en
ïien
iin-
(en-
irin
iter
van
een
nen
aak
>ien
irs-
luis
lan.
die
/rij
of
ute
een
;ld.
val
na
eer
?en
:'eit
uis
len
eer
be-
id-
le-
ig-e
de
Uk
;n-
>at
le-
jn.
>m
an
in.
;el
de
li
et
de
EINDELIJK (NA ELF JAAR DOKTEREN) EEN
VEILIGER VERLICHTING IN VELSER TUNNEL
De Velsense autotunnel: in:
ieder opzicht een technische
prestatie van de eerste rang, be
halve op het punt der verlich
ting. Om economische redenen
werd een verlichting gekozen
waarvan men van tevoren wist
dat zij nooit ideaal kon zijn; een
politiek die weer eens de juist
heid van het oud-Hollandse
spreekwoord over de zuinigheid
en de wijsheid illustreert.
J (Van een onzer
HAARLEM Elf jaar is het geleden dat de Vel
sense autotunnel geopend werd. Maar pas in de afge
lopen weken is definitief de laatste hand gelegd aan
de verlichting in de beide tunnelbuizen, die Rijks
waterstaat nimmer geheel bevredigde. En deze dienst
niet alleen. Legio waren, vooral in de eerste jaren, de
klachten van automobilisten die het als buitengewoon
hinderlijk ervoeren dat men, rijdend in de tunnel, als
het ware „met een klap" van het schijnsel van de ene
lamp in dat van de volgende lichtbuis kwam. Klachten
ook van het bestuur van de Nederlandse Federatie
voor Epilepsiebestrijding dat zich, enige jaren geleden,
ernstige zorgen maakte over het effect van de tunnel-
verlichting op lijders aan vallende ziekte. Daarvoor
erslaggevers)
gevoelige personen zouden de verlichting als een soort
psychedelisch knipperlicht kunnen ervaren, waardoor
volgens genoemde Federatie „bij hen mogelijk zelfs
een epileptische aanval zou kunnen worden ont
ketend". Al deze bezwaren, plus nog een paar prak
tische overwegingen, voerden tot de slotsom dat hier
iets zou moeten veranderen. Elf jaar lang zijn dan ook
ettelijke proeven genomen en studies opgezet om tot
een beter verlichtingssysteem te komen. De oplossing
bleek een soort ei van Columbus. Thans is dat ei dan
eindelijk gepeld. Men heeft alle 1600 TL-armaturen nu
horizontaal gehangen waardoor het knippereffect tot
een minimum beperkt is doordat de bundels elkaar
ietwat „overlappen".
Er wordt altijd naar gestreefd,
de verlichting in een tunnel zo ge
lijkmatig mogelijk te maken. Dat
zelfde geldt voor de overgang tus
sen de lichtsterkte binnen en bui
ten. In de Coentunnel en de Schip-
holtunnel kon dit worden bereikt
door een zogenoemde lijnverlich-
ting met diminstallatie, die bij de
bouw is aangebracht. Om econo
mische redenen heeft men in de
Velsertunnel destijds bij de bouw
800 afzonderlijke lichtbakken met
elk twee TL-buizen aangebracht.
AL IN HET NAJAAR van 1961 stelde
de secretaris van de Federatie voor
Epilepsiebestrijding dr. O. Magnus, de
toenmalige minister van Verkeer en
Waterstaat drs. H. A. Korthals er
schriftelijk van op de hoogte dat deze
verlichting een sterk zogenoemd stro-
boscopisch effect veroorzaakte bij per
sonen die in een auto of op een motor
door de tunnel reden. Een strobosco-
pisch effect is het verschijnsel dat
lichtindrukken op het netvlies van het
oog korte tijd blijven voortbestaan.
Afgezien van het feit dat dit effect
onaangenaam was voor automobilisten
wees dr. Magnus echter op nog iets
belangrijkers, namelijk dat bij perso
nen die hiervoor gevoelig zijn onder
invloed van een dergelijke verlichting
een bewustzijnsdaling kan optreden en
in bepaalde gevallen zelfs een epilep
tisch toeval. Dit was met name geble
ken bij het electroencephalografisch
onderzoek met rhythmische lichtflits
prikkeling van patiënten die aan epi
lepsie leden.
Namens de genoemde federatie ver
zocht dr. Magnus de minister de ver
lichting te vervangen door aaneenge
sloten lampen, die geen stroboscopisch
effect zouden hebben.
Het antwoord dat dr. Magnus onge
veer zes weken later van de directeur-
generaal van de Rijkswaterstaat ont
ving was vrij kort: de ervaring die
Rijkswaterstaat had opgedaan bij de
verlichting van de tunnel in Velsen,
had aanleiding gegeven de verlichting
van tunnels nog eens te bestuderen en
had er toe geleid dat men bij volgende
tunnels naar een continue verlichting
zou streven.
OP 6 DECEMBER 1962 vestigde dr.
Magnus nog eens per brief de ministe
riële aandacht op het stroboscopisch
effect van de verlichting. Tevens deel
de hij daarbij de minister mee dat een
van de bestuursleden van de federa
tie had ontdekt dat ook de brug over
de IJssel in de Rijksweg 12 naar de
Duitse grens een soortgelijk effect had.
Op 4 januari van het volgend jaar
ontving dr. Magnus in antwoord op
deze brief een schrijven van de advi
seur voor de verlichting van Rijkswa
terstaat, wijlen professor dr. ir. N. A.
Halbertsma.
Deze deelde mee dat de huidige ver
lichting ongeveer vijftig percent min
der stroom kost dan een lijnverlichting
en dat om deze reden geen lijnver
lichting was aangebracht. „Nu men
hogere verlichtingsniveau's in de tun
nels gaat toepassen en men bereid is
de meerdere stroomkosten te dragen,
geeft men ter wille van een betere op
tische geleiding echter de voorkeur
aan lijnverlichting", zo schreef profes
sor Halbertsma.
OVER DE IJSSELBRUG liet de pro
fessor weten dat de zogenoemde inter
mitterende verlichting hier eveneens
om economische redenen was toege
past, omdat een lijnverlichting aan de
brugleuning op ruim 200.000 was ge
komen, terwijl nu de kosten niet meer
dan vijftien percent hiervan waren ge
weest.
EEN JAAR LATER, op 24 septem
ber 1964 liet professor Halbertsma aan
dr. Magnus weten dat de intermitte
rende verlichting op de IJsselbrug
was verwijderd. Verder schreef hij:
„Het in de Velser tunnel aangebrach
te verlichtingssysteem zal geen voor
beeld zijn voor verdere tunnels, inte
gendeel, het is mogelijk dat op den
duur deze verlichting zal worden ver
vangen door de verlichting met twee
rijen TL-lampen, die een aaneengeslo
ten geheel in de richting van de tun-
nelas vormen."
Dit is er echter nooit van gekomen.
Rijkswaterstaat heeft er de voorkeur
aan gegeven de oorspronkelijke ver
lichting te handhaven en na vele ja
ren van proefnemingen deze verlich
ting nu zo „prettig en veilig mogelijk"
te maken.
ervaren en dat zij ook voor mensen
met migraine bijzonder onaangenaam
was.
Sommige van de artsen antwoordden,
dat het hun echter niet zou verbazen
als de verlichting ooit aanvallen zou
provoceren en onderschreven daarmee
het vermoeden dat dr. Magnus had
geuit in zijn brief aan de minister.
DE HUIDIGE directeur van „Meer
en Bosch", dokter L. M. K. Stoel zegt:
„Bij de methode met lichtflitsprikke
lingen waarmee wij het electro-ence-
AMAMMMWIMMUWIMUUIMMIIMMMAIUIMMMMMMMMAMIMAMMMMMMUyMMAMWMMMMAMMMM
IMAMMMMAMMUIMAAMMMIMAAMIMMMIMWMMMMMMyiMMIMMMMIAMMMMMMUMMMMMIAMM
Ettelijke nachten hebben de mannen van Rijkswaterstaat de handen vol gehad om de 1600 lichtbuizen in een
gunstiger stand te fixeren.
De verlichting in de Velser tunnel
is bij de laatste verbeteringen meer
op het gevoel beoordeeld, omdat er
geen exacte criteria bestaan, zo zegt dr.
Vermeulen.
„NU ALLE TL-buizen in de tunnel
horizontaal hangen weten wij niet
meer hoe we de verlichting nog zou
den kunnen verbeteren. Misschien dat
een complete nieuwe lijnverlichting
dan nog wel beter zou zijn, maar daar
is de Velser tunnel niet op gebouwd.
Het zou tenminste enkele miljoenen
kosten om de tunnel daarvoor geschikt
te maken. Met het huidige systeem
zijn wij in elk geval uitgesproken nu
de stand van alle armaturen is gewij
zigd", zegt het hoofd van de rijkselek
triciteitswerken in het Noordzeeka-
naalgebied, de heer E. ter Meulen, die
de practische leiding heeft bij de uit
voering van alle werkzaamheden aan
de verlichting in de tunnel.
Hij vertelt dat vooral in autobussen
met een doorzichtige kap het effect
van de ongelijke verdeling van het
licht het meest wordt gevoeld. In een
ritme dat afhankelijk is van de snel
heid van de bus flitst het licht in de
bus van donker naar licht.
Ook in auto's met een panorami
sche voorruit en een glimmend dash
board dat het licht reflecteert kan het
nog al eens voorkomen dat de chauf
feur wordt „gebombardeerd" door de
lichtflitsen. Bij auto's met een rechte
voorruit is het effect veel minder.
De heer Ter Meulen zegt: „Maar
hoe vaak doet dit soort effecten zich
niet voor als men gewoon ergens bui
ten op een weg rijdt. Bijvoorbeeld als
het heeft geregend. Of als men bij zon
onder een bladerdak rijdt, waardoor
men afwisselend in licht en schaduw
komt".
DE VERONTRUSTING bij het be
stuur van de Federatie voor Epilep
siebestrijding, was inmiddels enigs
zins weggenomen.
De toenmalige directeur van het
epilepsiecentrum Meer en Bosch in
Heemstede, wijlen dr. A. M. Lorentz
de Haas die tevens voorzitter van
de federatie was had namelijk een
rondschrijven gestuurd aan tien ze
nuwartsen in Haarlem. Heemstede,
Overveen, Alkmaar en Beverwijk om
te informeren of zij in hun praktijk
wel eens gevallen hadden meege
maakt van patiënten waarbij door het
flikkereffect van de verlichting in de
tunnel epileptische aanvallen werden
geprovoceerd.
Geen van de zenuwartsen was in
zijn praktijk echter ooit een dergelijk
geval tegengekomen. Wel bleek uit
de antwoorden op die brief van dr. Lo
rentz de Haas dat veel mensen de ver
lichting in de tunnel onprettig vonden,
dat het effect met name door epilep-
sie-patiënten als zeer hinderlijk werd
phalografisch onderzoeken verrichten,
kan men bij een bepaalde frequentie
van flitsen de gehele opbouw van een
epileptische aanval volgen. Zouden de
flitsen worden voortgezet dan zou dat
voor de patiënt zeer gevaarlijk kunnen
zijn. Eén op de hondervijftig Neder
landers lijdt in een of andere vorm
aan epilepsie. In het meest onschuldi
ge geval wordt de patiënt enkele se
conden afwezig. Een behandeling voor
de epilepsie is dan echter toch nood
zakelijk. Anderzijds is zeker niet ieder
een gevoelig voor lichtflitsen".
Het stroboscopisch effect dat zich in
de Velser tunnel voordeed was uiter
aard sterk afhankelijk van de snelheid
waarmee men reed.
Dokter Stoel: „De frequentie waar
mee de lichtflitsen op het oog moeten
komen om bij personen die daarvoor
gevoelig zijn een bewustzijnsdaling of
een epileptische aanval te provoceren
is individueel sterk verschillend. De
hinderlijke lichtflitsen die zich bij het
rijden door de tunnel aan de auto-
moblisten voordeden konden naar on
ze overtuiging inderdaad bij gevoelige
personen inderdaad een bewustzijnsda
ling veroorzaken. Een rit door de tun
nel duurt echter maar kort en men
wordt ook maar korte tijd aan de licht
flitsen blootgesteld. Als de tunnel lan
ger was zou het gevaar aanmerkelijk
groter zijn geweest".
„UITERAARD wordt er bij het ont
werpen en uitvoeren van de verlichtin
gen altijd rekening gehouden met de
lichtflitsprikkelingen en de zogenoem
de lichtklappen die zich kunnen voor
doen. Het is heel vervelend als een
medicus zegt wat er zoal zou kunnen
gebeuren. Aan de verlichting van de
Velser tunnel is door de jaren heen
continu gewerkt om haar aan te pas
sen aan de groei van het verkeer, maar
niet omdat er enige aanduiding zou
zijn dat zij epileptische aanvallen ver
oorzaakt", zo zegt de huidige adviseur
voor de verlichting van Rijkswater
staat, dr. D. Vermeulen in Eindhoven.
Dr. Vermeulen is van mening dat de
verlichting thans „zeer behoorlijk" is.
Op lijnverlichting is tot dusver niet
overgeschakeld vanwege de hoge kos
ten en het ongemak dat het verkeer
gedurende maanden hiervan zou onder
vinden.
Dr. Vermeulen geeft toe dat het een
gemis is dat de verlichtingen in tun
nels nog nooit werkelijk grondig zijn
bestudeerd.
Weliswaar is er enige jaren geleden
in Nederland een proefschrift hierover
verschenen maar hierin is geen aan
dacht besteed aan de epileptogene wer
king van lichtflitsen in tunnels.