VERSLAG VAN
EEN ZOMER
Teleurgestelde auteur
neemt het initiatief
PANDA EN DE IMP
Van Mierlo
preekt in mis
POLLE, PELLI EN PINGO
Opel coupé
Simca
Taunus
ngestipt
r7 v
Emplooi voor
geweigerde
manuscripten
Geheimzinnige
arrestant in
Indonesië
Rijksdiensten gaan
dit jaar nog niet
verhuizen
kaas
uit het
vuistje
de f van
fijne
hap voor
tussen
de middag
DONDERDAG 17 OKTOBER 1968
Ons vervolgverhaal
IS
V2-?-y
N.V. Automobielbedrijf
OVERVEEN
Kees Stip
KAREL1
B
R
A
M
M
E
T
J
P
O
K
V %k
IMUMMHXWUMUWUMU>^
E*n Peruaans* roman door
Julio Ramón Ribeyro
47)
besluiteloos in een kring om ons
heen. Het was Lola.
Zijn jullie dat? vroeg zij weife
lend. Ik kan de schakelaar van
het licht niet vinden. Ik zocht tastend
de wand af naar de schakelaar. Toen
draaide ik het licht aan. Lola was ge
huld in haar mantilla. Haar ogen
hadden rode randen. Zij had gehuild
en zag er triest uit.
Waarom moet ik van de hacienda
weg? vroeg zij. Niemand heeft hier
toch last van me? Ik heb juist een
gesprek gehad met papa en tante
Erna. Ze zeggen dat ik zaterdag na
het verlovingsfeest weg moet.
Op dat moment hoorden we buiten
op de weg het getrappel van paarde-
hoeven.
Nee maar, zei Leticia verbaasd.
Op deze tiid komt er nooit iemand op
de hacienda.
En ik ben hier nog geen maand,
ging Lola verder. Ik mag niet
eens tot de oogst blijven.
Ik wilde haar troosten maar kon de
juiste woorden niet vinden. Ik vond
dat Leonardo er niet veel tijd over
heen had laten gaan, voordat hij
maatregelen trof.
Leticia en Lola zwegen.
Opeens zei Lola: Waarom blijven
we eigenlijk hier buiten in de kou
staan? Waarom gaan we niet naar de
sala?
We deden zoals zij verlangde.
Gisteravond kon ik maar niet in
slaap komen, klaagde Lola terwijl we
ons naar de sala begaven.Er was
iemand buiten op de gang. Ik zou
wel eens willen weten wie.
Het zullen spoken zijn geweest.
antwoordde Leticia luchthartig.
We traden de sala binnen.
Alle gasten waren vertrokken. In
de zaal bevonden zich slechts fami
lieleden, die stonden te wachten tot
het maal in de eetkamer zou wor
den opgediend. Leonardo en Felipe
stonden aan het raam geleund met
elkaar te praten. Ik meende te ho
ren dat zij het over Jacinto hadden.
Alles weer erop, dat Leonardo van
plan was om alle interne problemen
van de hacienda kort en krachtig af
te doen. Felipe hield een glas in de
hand en was het eens met alles wat
Leonardo zei: zijn snor gaf intussen
aan zijn gezicht een uitdrukking van
onverholen ironie. Ik bewonderde de
onbeschaamdheid waarmee hij zich
in de tegenwoordigheid van Leonar
do gedroeg. Een keer klopte hij hem
zelfs in de grootste onbevangenheid
•op de schouder.
Er kwam twijfel bij mij op of tan
te Erna werkelijk het doel van zijn
nachtelijk uitstapje was geweest. De
enige die me daarover kon inlichten
was Alfredo. Zijn wonderlijk gedrag,
zijn aanvallen van woede, de manier
waarop hij zichzelf kwelde schenen
een nieuwe verklaring te hebben ge
vonden. Ik besloot hem na het avond
eten uit te horen.
Tante Erna zat in een hoek te
breien. Ook uit haar gezicht was niet
wijs te worden. Ik merkte alleen dat
zij telkens van Leticia naar mij keek.
En nog iets, vervolgde ik. Vroe
ger ergerde ik me eraan dat je je
•vilde verloven. Nu wil ik het zelfs
graag heus waar. Denk eens in,
dat je zo oud zou zijn als Lola en
nog geen verloofde zou hebben. Dan
zou je niet weten wat je moest be-
:iennen, met je bestaan, met je han
den - ik bedoel, nu ja met alles.
Ik ben er ook blij om, zei Leticia.
Weet je, ik zal een bruidsjapon
maken waar je van zult staan kij
ken. Met een sleep zo lang, dat alle
dienstmeisjes bij elkaar hem niet zul
len kunnen dragen. De kerk moet vol
bloemen zijn en overal zullen er kan
delaars moeten staan met kaarsen.
Wanneer ik twaalf kinderen krijg
noem ik ze allemaal naar de aposte
len. Wanneer het er veertien zijn
naar de inca's. Maar waarom zou ik
er zoveel nemen? Drie is al genoeg.
Die noem ik dan naar de heilige drie
koningen.
Zij lachte geforceerd. Nog voordat
de echo haar gelach van de over
kant had teruggekaatst zweeg zij al
weer. We zeiden een hele poos niets.
Toen ik naar haar keek zag ik nog
slechts een onduidelijk vlek. Ik stak
voorzichtig mijn hand uit, als vreesde
ik dat Leticia al weg was en ik in
het niets zou grijpen. Maar tegen alle
verwachting in raakte ik haar arm.
aan. In plaats van haar arm terug te
trekken nam Leticia mijn hand tussen
haar handen en legde haar in haar
schoot.
Je beeft, zei ze verwonderd. Met
haar zachte vingertoppen streelde zij
de rug van mijn hand. Je hebt
een kleine hand, bijna een vrouwe
hand. Haast net zo'n hand als ik heb.
Heb je de handen van vader al eens
bekenen of van Tuset? Die zijn groot
en rood. En behaard. Alleen mensen
die werken hebben zulke handen. De
jouwe zien eruit alsof je ze verstopt
hebt. Alsof je ze voor iets hebt be
waard. Ik weet niet voor wat.
Ze zei dit alles op verstrooide, bij
na berustende toon. Ik voelde me he
vig ontroerd. Onder invloed van mijn
verwarde gevoelens, waarbij dank
baarheid de voornaamste rol speelde,
had ik Leticia dolgraag omhelsd;
maar ik was bang dat zij het zou uit
leggen als een beloning voor wat zij
had gezegd.
Leonardo heeft me voorgesteld om
als boekhouder op de hacienda te blij
ven, zei ik zacht.
Ik heb nog niet toegestemd, maar
nu geloof ik toch, dat ik zal blijven.
Leticia liet man hand los en deed
er het zwijgen toe. In het licht van
de eerste bliksemstraal tekenden zich
de omtrekken van de bergen scherp
af.
Kom, zei ze, opstaande. We
hadden heel goed door de bliksem ge
troffen kunnen worden. Dat is vorig
jaar nog gebeurd met de schaapher
der Pauca. Wat zouden de mensen
wel hebben gedacht, wanneer ze ons
hier dood hadden aangetroffen - hand
in hand. Mijn voeten zijn al helemaal
nat.
Toen ik opstond hoorden we in de
gang voetstappen. Een schim doemde
op. Deze bewoog zich enkele malen
(Wordt vervolgd).
i
(Van onze correspondent)
AMSTERDAM. Onvoorstelbaar
groot is het aantal mensen dat vele
avonden lang heeft zitten werken aan
manuscripten over allerlei onderwer
pen. Voor alle aspirant auteurs ligt er
echter geen loper gereed die hen in de
wereld der uitgeverijen voert. Inte
gendeel, dagelijks gaan er bij de grote
uitgeverijen in Nederland vele brief
jes de deur uit die ongeveer luiden:
„Met belangstelling hebben wij uw
manuscript gelezen. Het onderwerp,
leek ons echter niet geschikt voor onze
fondsen". Beduimeld keert het manu
script na een lange ronde langs de
uitgeverijen terug naar de teleurge
stelde afzender die zijn pogingen op
geeft.
De vellen papier die „het boek van
het jaar" hadden moeten worden, ver
dwijnen in een la: Een van de velen
die zijn creativiteit niet beloond zag
is de 26-jarige Amsterdammer Herman
Poelman. Om de vele anoniemen een
kans te geven hun werk toch door an
deren te laten lezen heeft hij het
initiatief „vergeelde manuscripten" ge
nomen.
Zijn plan is om via advertenties de
vergeelde manuscripten op te sporen,
een ruimte in de binnenstad te huren
en daar een leeszaal annex koffiebar
in te richten.
De oorspronkelijke manuscripten kun
nen niet worden geleend maar slechts
worden gelezen door de belangstellen
den voor onuitgegeven werk. De initia
tiefnemer heeft contacten met Horeca
bedrijven in de binnenstad van Am
sterdam en hoopt zijn idee tegen het
einde van het jaar te kunnen verwezen
lijken. Dat er mogelijkheden bestaan
bewijst wel het feit dat slechts enkele
dagen na het verschijnen van de eer
ste advertentie twintig „thuisschrij-
vers" hadden aangeboden hun manu
scripten af te staan.
Niet commercieel
De schrijvers moeten hun litteraire
produkten in triplo opsturen omdat bij
voldoende belangstelling opening van
filialen in Utrecht, Den Haag en Rot
terdam in het vooruitzicht gesteld
wordt. „Er zit geen commerciële opzet
ichter", aldus Poelman, „de mensen
moeten het gevoel krijgen dat hun crea
tiviteit niet voor niets is geweest. Het
gaat niet om een bepaalde kwaliteit,
alle manuscripten zijn welkom". Ei
genlijk zou hij graag willen zien dat
leze privé-onderneming wordt gesteund
of wordt overgenomen door een cultu
rele raad omdat juist op litterair-crea-
tief gebied zoveel teleurstellingen wor
den ondervonden.
Uitgevers worden niet bij de zaak
betrokken, al zal niemand er bezwaar
tegen hebben dat de een of andere
uitgever eens komt kijken of er toch
niet wat voor een van zijn fondsen
bij zit. „Ik geloof dat wij goed werk
doen. Het doel van het werk is toch
dat het gelezen wordt", besluit Poel
man die al een aanbieding heeft gehad
van een voortvarend meisje dat graag
als secretaresse op de leeszaal wil
dienst doen. Het ligt echter nog niet
in de bedoeling dat de manuscripten
worden opgestuurd naar Bloemgracht
172 in Amsterdam. Een briefje met
opgave van het beschikbare mate
riaal is voldoende. Later volgt een uit
gebreide circulaire waarin de schrijver
alles vindt over de plaats waar hij
zijn werk kan deponeren. Gezien het
animo waarmee vele duizenden hun
ontboezemingen aan het papier toever
trouwen, en het sterke verlangen om
door anderen te worden gelezen, lijkt
de organisatie „vergeelde manuscrip
ten" een „goude" toekomst eegemoet te
gaan.
ADVERTENTIE
rt
3HÖÖ1.:- Q
(Van onze correspondent)
ROTTERDAM De fractievoorzitter
van D'66 in de Tweede Kamer, mr. Van
Mierlo, zal zondag in de Spijkenisser
Emmauskerk tijdens de diensten vanaf
de preekstoel de kerkgangers toespreken
over het onderwerp: Wat is er met de
mens gebeurd?"
Eerder voerde minister Udink tijdens
een eucharistieviering het woord. Dat was
enige maanden geleden in de Verrijzenis
kerk in Rotterdam-Schiebroek. De mi
nister sprak toen over ontwikkelings
hulp.
DJAKARTA De Indonesische auto
riteiten hebben meer bijzonderheden vrij
gegeven over een geheimzinnige commu
nistenleider van Nederlandse afkomst, die
vorige week te Bogor in West-Java is ge
arresteerd
Volgens hèt persbureau Antara had de
man, die geïdentificeerd wordt als „B
F H" een Nederlandse vader en een Indo
nesische moeder. Hoewel hij nooit voor
kwam op de lijst van hoogste partijfunc
tionarissen van de verboden PKI, onder
hield hij met hen zeer nauwe relaties en
was hij hoofd van de afdelingen Canada
Europa, Australië en Nieuw-Zeeland van
het centraal partijcomité. Hij zou vloei
end Engels, Frans en Duits spreken.
„B F H" werd lid van de communisti
sche partij toen hij nog middelbare scho
lier in Apeldoorn was. Hij is nu ongeveer
veertig jaar oud, aldus Antara.
31. Panda keek wat aarzelend rond in de donkere
ruimte van de elektriciteitscentrale, waar allerlei met-
werkende machines stonden. „Z-zou de Imp die wel
kunnen maken?" vroeg hij zich af. „Ik weet niet of.
Maar het kleine apparaatje had zijn woorden al ge
hoord, en sprong op de grond. Daar haalde het allerlei
gereedschapjes uit z'n binnenste en begon aan de ge
neratoren te frutselen. Het bleek al spoedig dat Panda
zich geen zorgen had hoeven maken. Want^na enkele
minuten begonnen de grote machines te zoemen en te
draaien, en de lichten floepten aan. „Dat heb je knap
gedaan!" riep hij opgelucht. „Daar zal iedereen blij
mee zijn! Kom - we gaan terug naar huis. Ik ben be
nieuwd wat Jollipop zegt!" Hij nam de Imp onder zijn
arm en stapte blij naar buiten. Daar fonkelde het van
de lampen die langs de wegen en in de huizen brandden
en Panda werd daar helemaal vrolijk van. Het was
jammer dat hij niet om keek. Want dan had hij kunnen
zien, hoe een groter wordende watermassa langzaam
over het land achter hem aan kroop.
Wl
ONDER oe
DOUCHE
VDANK JË, WE
WILLEN LIEVER
NIET MEER...
KIJK NU NAAR DEZE V06EL EN
IACH, IK MOET JULLIE TOCH
F0T06RAFE REN, 101AN6 JULLIE
PJ06 SCHOON ZIJN
PI B
2794-S
ADVERTENTIE
1900 L 1967, 44.000 km, schuif-
dak en radio. Kleur wit met
zwart leder. Niet van nieuw te
onderscheiden.
1000 GLS. Afgeleverd november
1967. Kleur wijnrood met beige
skai interieur. Weinig gereden.
17 M super 2-deurs, 1966. 50.000
km. Kleur wit met rood interieur.
TELEFOON 0 23 - 1 19 26
(Van onze correspondent)
DEN HAAG. Dit jaar zal nog geen
enkele rijksdienst geheel worden ver
plaatst. Wel zal in november een begin
wordert gemaakt met het verplaatsen van
het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds.
Dan komt er in Heerlen een dependance.
Het aantal voorgenomen verplaatsingen
is inmiddels tot 13 verminderd.
Dit heeft minister Beernink van Bin
nenlandse Zaken aan de vaste Kamer
commissie voor Binnenlandse Zaken mee
gedeeld. Welke verplaatsingen in 1969 vol
ledig zullen plaatshebben is nog niet te
voorzien, aldus de minister. Wel zullen
dan in elk geval een aantal kleinere dien
sten worden verplaatst. In de loop van
1970 zal de verplaatsing van de Rijks
centrale voor Mechanische Administratie
een feit worden.
EXAMENS
UTRECHT. Kandidaatsexamen dier
geneeskunde G. C. Guldemond, Lisse.
Kandidaats sociologie mej. C. H. M. Worp,
Heemstede, Doctoraal diergeneeskunde
J. P. Vrij, Overveen.
AMSTERDAM. Kandidaats economie
A. M. Freywald, Haarlem.
O
Een gewetensvraag: Bent u wel
eens blijven zitten? En lag dat aan
die stomme school? Dan hoop ik voor
u dat uw kinderen hun lager onder
wijs in Den Haag zullen genieten. Ge
nieten is het juiste woord, want als
wethouder Wilzer zijn zin krijgt zul
len alle leerlingen die dit jaar in de
eerste klas zitten volgend jaar over
gaan naar de tweede. Dom of knap,
dat doet er niet toe. En dat is pas
het begin. Op den duur zal in Den
Haag het zittenblijven volledig worden
afgeschaft.
Het verbazingwekkende van dit plan
is niet dat het er is, maar dat het nu
pas kans krijgt te worden uitgevoerd.
Totnogtoe is de school er van uitge
gaan dat de knappen niet onder de
dommen mochten lijden. Het lijden
van de dommen is daardoor een apart
hoofdstuk geworden in onze vader
landse geschiedenis, waarvan ze toch
al zo weinig begrepen.
Om alle argumenten van de voor
standers van het zittenblijven te smo
ren geef ik hier de levensloop van
een dom jongetje dat wij Jantje zul
len noemen. Dit is een schuilnaam.
Tot op de dag dat zijn moeder hem
naar school brengt heeft niemand ge
merkt dat hij dom was. Maar dat ver
andert zodra hij de jufffrouw heeft
gezien. Hij herkent haar dadelijk als
een verbeterde uitgave van zijn moe
der, met wie hij het voornemen koes
terde in het huwelijk te treden na
zich op onopvallende wijze van zijn
vader te hebben ontdaan. Het lijkt
verwerpelijk, maar zo zitten kin
derzieltjes nu eenmaal in elkaar. In
plaats van zijn moeder kiest hij de
juffrouw tot zijn bruid. Dat de juf
frouw een mevrouw is die al een man
heeft mag hem het schoolpetje niet
drukken. Ook zij kan zich hebben ver
gist. Met open mond beluistert hij de
woorden uit de hare. Hij is zo verliefd
op de klank alleen, dat de inhoud niet
tot hem doordringt.
Deze instelling is uiteraard niet be
vorderlijk voor het maken van vorde
ringen. Terwijl de andere kinderen al
aan heel behoorlijke hanepoten toe zijn,
schildert hij kalkoendijen zoals dieren
vrienden ze in de diepvries voorradig
houden voor het geval dat hun kal
koen onvoorzichtig de rijweg mocht
oversteken. Het blijft behelpen, want
zo'n reservebout betekent tot Kerstmis
toe koude poten. Maar Jantje houdt
'n warm hart en 'n dom hoofd, waar
uit de juffrouw aanraadt de amande
len te laten snoeien. Dat wil bij dom
me kinderen wel eens helpen. Zo dom
is Jantje echter niet of hij begrijpt
heel goed dat hij, als hij zou over
gaan naar de tweede klas. de juffrouw
zal moeten ruilen voor een meester.
Dat zou de derde overtollige man in
zijn leven worden. Zo wordt de habi
tuele zittenblijver geboren. En dat
zou niet gebeurd zijn bij het nieuwe
systeem, waarbij de juffrouw met de
klas meegaat tot zij haar pupillen
aan het einde van het laatste leerjaar
op de stoep van de maatschappij af
levert.
Terwijl Jantje zich dus aan de kal
koendijen blijft vastklampen zonder
dat wij daar iets van mogen denken
ontkomt hij na zijn tweede jaar bij de
juffrouw toch niet aan de meester. En
zijn protesthouding maakt hem tot een
leerling die tenslotte de lagere school
verlaat zonder deze met vrucht te heb
ben gevolgd.
Nu heb ik niet eens een tragisch ge
val gekozen. Want de duidelijke po
litieke aanleg van Jantje opent voor
hem de weg naar een van die toppo
sities waarvoor geen diploma's ver
eist zijn. Hij is minister. Als er niets
tegenzit, blijft hij nóg wel even zitten.
ADVERTENTIE
gaf de nieuwe REMOVA
'n uitgekiend prettig mondstuk
en genoeg rookkanalen om licht lr
,te trekken en nooit bitter te t
'worden. Brandt krijtwit. £7 Ct i
IK HOOP VOOK
H£M OPT HU
weer wannur
hu emee af-
fjokk&j voer.
H£rM06
P, DAVY-
HOUD N06 evm
IK B£6tN AA06-
tiwordw,hquy.
WAT C£N eOF',
DAAR H6T-ie'!
.UHU'
1269. Lang hoefden de schippers niet te
wachten. De jongen in het nest op de brug
groeiden zo snel. dat ze snel zouden kun
nen wegvliegen. Maar één van de jongen
in het nest groeide sneller dan de ande
re jonkies. De snavel werd stukken gro
ter, de hals veel langer en de poten sta
ken al over het nest uit toen de andere
kleintjes nog struikelden over een stroo
tje.
De jonge vogel was overigens zo lui als
hij groot was. Als de andere kleintjes
probeerden te fladderen keek hij het
met lodderogen aan, en toen ze aarzelend
de eerste wiekslagen uitvoerden gaap
te het reusachtige jong alleen maar met
een wijdopen snavel, waar ruw geschat
een mud aardappelen kon worden uitge
stort. Bram keek het hoofdschuddend aan.
„Zo groot als-ie is, is het eigenlijk maar
een stumperd", zei hij. „Gekheid is gek
heid, maar op die luiwammes kunnen we
de schippers niet laten wachten".