FILATELIE
MIK.MIII26N
Dammen
Bridge
I. 4m. lH
i w>.
27
AUSTRALIA
a P
ZATERDAG 19 OKTOBER 1968
Erbij
I
75 I v;
mmmmmm wmmv
B. Dukel
d mk, mm. s
ff. Wm wm
Filar ski
m mm. wm. VVm. mm.
m 'tim*
m
ff. mff/. ^üi '$f// ^nn js
HlWm.
iri
Dit diertje
Wat zegt de bezem in
de rookwolkjes
Oplossing
Form ulezveds trijd
Esther
LIECHTENSTEIN. Op 5 december
zal een serie van drie worden gewijd
aan pioniers van de filatelie: 20 rp. Sir
Rowland Hill (1795-1879)30 rp. Philip
pe de Ferrari (1848-1917) en 1 fr.
Maurice Burrus (1882-1959). De zegel
van 20 rp. beelden wij af.
HONGARIJE. Ter gelegenheid van
de Dag van de postzegel 1968 is een
serie van vier uitgekomen, alle in de
waarde 1+50 ft. De zegels tonen
Hongaars aardewerk uit de zeventien
de tot de negentiende eeuw. Ook een
blok, bevattende vier zegels van 2 40
't.
IJSLAND. Het Tionderdvijftigjarig
bestaan van de Nationale bibliotheek
te Reykjavik zal op 30 oktober worden
herdacht met twee postzegels 5 en 20
kr. Beide zegels geven een kijkje op de
leeszaal van de bibliotheek.
JOEGOSLAVIË. Honderd jaar gele
den werd de dichter A. Santic (1868-
1924) geboren. Dit feit is herdacht door
de uitgifte van een postzegel van 1 din.,
waarop diens portret is voorgesteld
(afbeelding).
BULGARIJE. Om de aandacht te
vestigen op de samenwerking van dit
land met de Scandinavische landen
zijn twee postzegels uitgekomen: 15 rp
het observatorium en sterrenhemel en
30 rp. de wereldbol, koepel van het
observatorium en sterrenhemel.
OOST-DUITSLAND. Verschillende
soorten orchideeën zijn afgebeeld op
een serie van zes waarden, die 27 no-
vermber zal worden uitgegeven: 5, 10,
15, 20, 40, en 50 pf.
FOEJEIRA. Ter gelegenheid van de
Internationale correspondentieweek zal
24 oktober een serie van acht waarden
in omloop worden gebracht: 25 dh. (af
beelding) „De brief' van Ver
meer, 50 dh. „Meisje leest brief' van
J. Raoxx, 75 dh. „Dame plakt postze-
rl.
gel op brief" van J. Chardin. 1
..Moorse boodschapper" van P.Longhi,
1.50 ris. „Liefdesbrief" van H. J. Fra-
gonard, 2 ris. „La Tirana" van Goya
3 ris. „Mrs. Douglas" van T. Gainsbo
rough en 5 ris. „De brief" van C.
Corot.
TSJECHOSLOWAKIJE. Ter viering
van het vijftigjarig bestaan van de re
publiek zullen 28 oktober twee postze
gels worden uitgegeven in de waarden
van 30 en 60 h. De eerste zegel toont
de Tsjechoslowaakse vlag met linden-
blad en de tweede zegel een kaart van
ie republiek met symbolen van Praag
en Bratislava, alsmede lindenbladeren.
Ook een blok van 5 kr.
UMM AL QIWAIN. Een serie van
tien waarden is uitgegeven, waarop
stillevens en bloemenschilderijen van
de volgende kunstenaars zijn gerepro
duceerd: 25 dh. P. Cézanne, 50 dh. E.
Bischinis, 1 rl. M. Caravaggio. 1.50 ris..
F. Zurbaran, 2 ris. J. Chardin, lucht
postzegels: 1.25 ris. P. A. Renoir, 2.50
ris. V. Van Gogh, 3 ris. J. Breughel
3.50 ris. H. Matisse en 5 ris. E. Manet.
AUSTRALIË. Als propaganda voor
de Olympische Spelen 1968 in Mexico
zijn twee postzegels in roulatie ge
bracht. Het zijn een 5 cents (afbeel
ding) met een fakkelloper en een 25
cents met de zonnesteen van de Azteken
en de Mexicaanse vlag.
Wsömm&mM
In de jaarlijkse wedstrijd om het club-
kampioenschap van Noord-Holland is de
ontmoeting tussen Heemstede en IJmui-
den altijd een van de hoofdpunten. Was
de uitslag van de ontmoeting in het vorig
seizoen 1010, ditmaal behaalden de
IJmuidense dammers een grote overwin
ning. Hier volgen enkele leuke frag
menten.
Aan het derde bord tussen P. Belien
(wit) en T. Tielrooy (DCIJ) de volgende
stand, na de 29ste zet van zwart.
X> JOQtV lOTXY'OOOOOOO' <oonooooooooooooooooooonocxxx>Dori<-ioooo
3
45-50 wint) 50-39 nu 31-36 of 37 25-20
36 of 37-41 39-28 moet 29-33 38x29 41-47
29-24 wint.
De overige varianten zijn nu door de
lezers wel te vinden.
Een bijzonder fraai eindspel en leer
zaam voor partij spelers.
ACTIEF CITLEMBORG
De BC Culemborg heeft de laatste jaren
veelvuldig van zich doen spreken. Dit niet
alleen door de fraaie resultaten die ver
scheidene zijner spelers op nationaal en
internationaal niveau behaalden, maar
ook door de goed georganiseerde club- en
oefenavonden die daar regelmatig op het
programma staan. Onlangs was ik er toe
schouwer bij een driehoeks-viertallen-
wedstrijd, waaraan diverse der Deste
dames- en herenspelers van Nederland
deelnamen. Het fraaiste partijtje dat zich
aandiende en dat tot allerlei interessante
speelfiguren aanleiding gaf, zag er als
volgt uit:
H B 2
HB
O A B 8 2
H B 9 3
1 WW. 'V//
OOOCionoooooooo<Yxyxxxx>ooor*YYyxxxv>-xxNYytoc>onorx^>oooc>oor
Zwart: 3, 4, 6, 7. 9, 12, 14, 18, 19, 20,
23. 26.
Wit: 25, 27, 28 30, 32, 38, 42, 43, 44, 45,
47, 48.
Wit aan zet vervolgde 30) 38-33, in de
mening dat 20-24 niet kon wegens 28-22.
Toen Tielrooy de stand goed doorrekende
en toch 20-24 speelde, volgde er dam
door. 31) 28-22 24x35. 32) 22x24 23-28.
33) 33x22 35-40. 34) 44x35 26-31. 35)
27x36 14-19. 36) 24x13 9x49. Op A 45x34
volgt na 26-31 en 14-19 ook de winstgeven
de slag naar 29. De witspeler verklaarde
na afloop de combinatie wel te hebben
doorzien doch dat het offer 35-40 hem
totaal verraste.
Van Leuffen kwam uit tegen Dukel.
10
8 7 6 5 3
V 10 7
8 7 4 2
V 9 8 4
A V 10 4
6 4
V 10 5
)OC<XXX)OOOOOOOOCOOOOO XXXXDOOOOOOOC COXXXJOOOOOOOOOOOOOC
Zwart: Van Leuffen, stukken op 3, 17,
18 19 20 22
Wit: Dukel, stukken op 28, 29, 31, 32,
33, 35.
Zwart staat nadelig doch kan het met
een offer wit nog lastig maken. Alleen
met een tegenoffer kan wit een winst in
alle varianten bereiken. Eerst het spel-
verloop: 1) 3-9 2) 35-30 9-14. 3) 30-
25 17-21. 4) 28x26 19-23. 5) 26-21 23x34.
6) 33-29 34x23. 7) 21-17 23-29. 8) 17-11
29-34. 9) 11-7 34-40 en na 7-1 door zwart
opgegeven wegens overmacht.
Bij analyse blijkt dat na 3-9. 2) 35-30
het offer 19-23 3) 28x19 17-21 nog kansen
biedt. Alleen het tegenoffer 32-27 21x32
en 30-25 geeft wit een winst. Maar voor
het bord moet de speler het toch maar
kunnen berekenen en zien.
Voor eindspelliefhebbers nu een eind
spel, samengesteld door de sterke Rus
Agafonov naar aanleiding van een door
deze gespeelde partij.
oooooorvv-v ooocxyx xmooor
y//////.
A 7 6 5 3
92
O H 9 5 3
A 6
Noord gever, allen kwetsbaar. De fam.
Westerveid bereikte in NZ drie Sansa-
tout: noord één SA zuid twee klaver
(Stayman) noord twee SA (geen vier-
kaart schoppen of harten, wel een maxi
male Sans) zuid drie SA. Met 28 pun
ten samen leek dat een gemakkelijke op
gave, maar toen mevrouw Hubar (oost)
de zéér geïnspireerde uitkomst vond van
hartenaas en de hartenvrouw na, stond
mevrouw Westerveid (noord) voor oe
taak negen slagen te maken zónder nog
van slag te mogen gaan. Het werd feil
loos afgewerkt: slag 2 dus voor harten
heer, slag 3 een kleine ruiten naar de
heer (oost kan de vrouw sec hebben),
slag 4 schoppenaas, slag 5 schoppen en
toen west daarop klaver afgooide, de
schoppenheer. Hierna een kleine klaver
naar het aas, ruiten drie en gesneden met
de boer: 9 slagen voor een score van
600 punten.
Aan tafel II bereikten NZ vier schop
pen: noord één SA zuid twee klaver
noord twee ruiten zuid drie schoppen
noord vier schoppen waarop me
vrouw Van Heusden (oost) een goed be
oordeeld doublet plaatste. Het lijkt dat
west had kunnen vermoeden dat oost
sterke hartens achter noord moest heb
ben en bij hartenstart gaat vier schoppen
kansloos tenminste één down. West speel
de echter schoppen tien voor, wat zuid
een kansje gaf. De winnende speelwijze
is: slag 1 voor schoppenheer op tafel
(noord), dan klaveraas en klaverheer,
hierna klaver negen troeven, terwijl hij
oost klavervrouw valt. Nu ruiten snijden
naar de boer (de vrouw moet tóch goed-
zitten) en als dat lukt moet noords vrije
klaverboer worden gespeeld die oost mag
introeven met schoppen acht, maar waar
op zuid een hartentje opruimt. OW krij
gen nu niet meer dan één harten, een
aftroever en één troefslag.
De spelleidster begon goed door in slag
twee een kleine klaver van tafel te spe
len. Oost speelde de tien bij, wat vrij-vel
zeker op Vrouw-tien enz. wees, maar
zuid negeerde die aanwijzing want zij
nam met klaveraas, speelde klaver na en
sneed met de boer. Oost maakte klaver
vrouw, incasseerde hartenaas en kreeg
later nog twee troefslagen: één down.
Interessant is het nog de vraag te stel
len, wat oost, als de westspeelster met
harten zou zijn uitgekomen en OW be
ginnen twee hartenslagen te maken, het
beste in slag 3 kan naspelen. Het ant
woord luidt: harten, want hoewel dit in
dubbel renonce speelt biedt het de beste
kansen aan OW dat NZ de troefcontrole
over het spel verliezen en méér dan één
down gaat. Zoals de kaarten liggen kan
zuid er bij zorgvuldig spel dan echter
toch nog wei met één down afkomen,
maar het kleinste foutje zal OW een
tweede downslag opleveren.
Bridgevraag dezer week: Oost gever,
niemand kwetsbaar, parenwedstrijd. De
zuidspeler heeft:
VB83 <?8 V 8 4 A9752
Oost één harten zuid past west
twee harten noord past oost past.
Moet zuid nu passen of nog een bod
doen?? Antwoord elders op deze pagina.
laten deze hier volgen en vragen in het
bijzonder de aandacht van de lezer voor
het eindspel met uitsluitend de zware
stukken. Daarin gaven zwarts betere
pionnenstelling en meerdere ruimte vrij
snel de doorslag.
Wit: Kortsjnol. Zwart: Spasski.
Engelse opening
1) c2-c4 e7-e6. 2) g2-g3 d7-d5. 3) Rfl-
g2 Pg8-f6. 4) Pgl-f3 Rf8-e7. 5) 0-0 9-0.
6) b2-b3 b7-b6. 7) Rcl-b2 Rc8-b7. 8) e2-e3
c7-c5. Meer over dit systeem, dat hoge
eisen stelt aan het zelfstandig denken
van de spelers, kan men vinden in de
..Losbladige" en in een bekende partij
BotwinnikLarsen. 9) Ddl-e2 Pb8-c6.
10) Tfl-dl Ta8-c8. II) d2-d3 Dd8-c7. Oi.k
Tc8-c7-d7 werd hier wel geprobeerd.
12) Pbl-c3 Tf8-d8. 13) Pf3-h4! Met
de bedoeling, op d5 te ruilen en vervol
gens het paard op f5 te posteren. Vandaar
dat zwart zelf op c4 gaat ruilen. 13)
d5xc4. 14) b3xc4 Wit heeft nu een
centrummeerderheid, zwart een op de
damesvleugel. Wat zwaarder telt, lijkt
nauwelijks te zeggen; doorslaggevend is
de schaakkracht. 14) a7-a6. Niet zo
zeer tegen Pb5 gericht als wel om te
zijner tijd de pionnenmeerderheid in be
weging te kunnen zetten. 15) Tal-bl Pc6-
a7. Met hetzelfde doel. Misschien had wit
de oomars b6-b5 wel moeten bemoeilijken
met Ral. 16) Rg2xb7 Dc7xb7. 17) Phl-f3
Bij analyses door enige Hollandse
topspelers overwoog men hier 17) f4 om
pas daarna Ph4-f3-e5 te spelen. Prof.
Euwe keurde deze suggestie echter ge
voelsmatig af, omdat het pionnenkwartet
c4-d3-e3-f4 zwak kan worden. Een tiental
zetten later ontstaat deze constellatie toch
en wordt de juistheid van Euwes gevoel
bewaarheid. 17) b6-b5. 18) Pf3-d2
Db7-d7. Met aanval op d3, dus: 19) Pd2-
e4 b5-b4. Hiermee is de zwarte pionnen-
meerderheid op de damevleugel be
langrijke factor voor het eindspel een
feit. 20) Pe4xf6f Re7xf6. 21) Pc3-e4 Rffix
b2. 22) Tblxb2 f7-15. Om Pc6 mogelijk
te maken zonder dat c5 in staat. 23) Pe4-
g-5 Pa7-c6.
SPASSKI
OOOOC*"* vwy-oooooor vy ^ooQOOOOOnoOOOOOCXDOOOOOOC
jooooooooooooooajoooocxxxxxx-oooooooooooooooooooooouoocoo
Zwart: 22, 29, 39.
Wit: dam op twee stukken op 25 en 38.
Eerste zet wit 2-11 waarna 22-27 is ge
dwongen.
Voor probleemliefhebbers een vraag
stuk van T. H. de Zwart uit Sassenheim.
OCXXXXXTOOOOfïOOO' OoOOOOOOOCT'"* ^XttOOOOOOCCOOOOOOOOOOOODC
Y////A
wy/.y fflwfy/., .Wwy/.
jÓOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOCiOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOO
Zwart: 7, 12, 13, 15, 18, 21, 35.
Wit: 16, 23, 25, 27. 29, 34, 45.
Wit speelt en wint. De heer De Zwart,
onze dank voor het beschikbaar stellen
van dit probleem.
Oplossing eindspel Agafonov: Wit slaat
11x50 dwingt 27-31 (op 29-34 50-45 34-39
SPASSKI OP DE DREMPEL
We weten het al: met de duidelijke
cijfers 6'/?3'/t heeft Spasski gewonnen
van Kortsjnoi en daarmee de dremDel
van de wereldkampioenschapsburcht be
reikt. Deze wordt thans nog bezet door
Petrosian, maar zal die er in slagen, zich
te handhaven? In 1966 gelukte het hem:
met 11'»/!12»/i werd Spasski op het nip
pertje afgeslagen.
Er zijn stellig zeer vele schakers die
hopen, dat Spasski het zal halen, omdat
Petrosian het niet erg „doet" bij de goê-
gemeente. Zijn successen zijn niet bijzon
der imponerend, zijn stijl niet spectacu
lair en hij lijkt, zo uit de verte gezien,
geen grote persoonlijkheid. Zijn voor
gangers waren dit allen wel, door bun
wetenschappelijke prestaties naast het
schaken, door hun bruisende levenswijze,
door hun sociaal optreden. Wij laten nu
even buiten beschouwing op wie deze
etiquetten moeten worden geplakt en vol
staan met het noemen van de namen
Lasker, Capablanca, Aljechin, Euwe, Bot
winnik en Tal.
Nu de zojuist beëindigde match: Rus
sische grootmeesters beweerden dat
Spasski na zes partijen de Achilleshiel
van Kortsjnoi zou hebben ontdekt. Waar
die dan wel in zou bestaan, vertelden ze
er niet bij. Feit is, dat Spasski na 3'/!
2»/j beslissend uitliep tot 5'/!2Vj, daarbij
met zwart de achtste partij winnend. Wij
OCOOOOOOOOOOC\X)OOOOOOCXDOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOO
KORTSJNOI (aan zet)
24) f2-f4(?) Hiermee aanvaardt
wit toch de bij de 17de zet besproken
pionnenconstellatie en het is leerzaam
te zien, dat zulks toch minder juist is. In
plaats van de tekstzet had wit 24) d4
moeten proberen, teneinde aldus zijn
centrummeerderheid te stellen tegenover
die op de damevleugel van zwart. Een
van de pointes is, dat zwart dan niet
mag slaan. Zie 24) d4 cd4:. 25) ed4: Pd4
26) Td4: Dd4:. 27) De6:f en mat door het
overbekende stikmatmanoeuvre Pf7+-
Ph6t-Dg8f-Pf7 mat. Na 24) d4 moet
zwart voorts oppassen, dat wit niet, na
d5, zijn paard op e6 gaat nestelen. Een
mogelijk vervolg is derhalve 24) h6.
25) Pf3 e5! en nu niet 26) d5 wegens e4
benevens Pe5. waarna het zwarte paard
zelfs op d3 kan binnendringen, doch
26) Tbd2 e4. 27) Ph4 Df7 met zeer moei
lijk positioneel gemanoeuvreer. 24)
e6-e5! De sleutel tot het geheim onder
mijning van de witte centrumpionnen.
25) De2-h5 h7-h6. 26) Pg5-f3 Dd7-e6.
Dreigt ef4: De3t 27) Pf3xe5 Pc6xe5.
28) f4xe5 De6xe5. Bezien we deze stel
ling in het licht van Euwes theorie van
de „pionnenblokjes", dan komen we tot
de conclusie dat zwart in het voordeel
moet zijn. Hij heeft twee aaneengesloten
blokjes, terwijl de pionnen van wit in
drie afzonderlijke groepjes uiteenvallen.
Bovendien heeft zwart meer ruimte. Op
imponerend-eenvoudige wijze buit Spass
ki deze voordeeltjes uit. 29) Tb2-e2 Tc8-
c6. Bereidt verdubbeling voor. 30) Dh5-f3
Tc6-d6. 31) Te2-d2 a6-a5. Wit is vastge
legd en heeft geen „Lebensraum". Spasski
versterkt nu eerst rustig zijn voordeel.
32) Df3-f4 De5-e6. 33) Kgl-f2 a5-a4. 24)
Kf2-e2 g7-g5. 35) Df4-f2 Kg8-g7. 36) h2-
li4(?) Afwachten was beter geweest,
daar lijnopening aan de actiever opge
stelde zwarte stukken ten goede komt.
36) De6-e5. Om na 37) hg5: hg5:
38) Thl Td3:l te kunnen spelen, bijvoor
beeld 39) Td3: Db2t en zwart bereikt
een gewonnen toreneindspel. 37) Df2-f3
Td8-e8. Dreigt f5-f4. 38) Ke2-f2 g5xh4!
39) g'3xh4 Td6-g6! Dreigt Dh2f enz. 40)
Tdl-hl f5-f4! 41) e3xf4 Ook 11) e4
Tg3 benevens Dd4f ziet er hopeloos uit.
41) De5-d4f en wit geeft het op. Zie
42) Kfl Tf8 en na 43) f5 Tgf6 enz., of
43) Tf2 Dalf. 44) Ke2 Te8f. 45) Kd2 Dc3t.
46) Kdl Tge6 met de dreigingen Telt of
Te3.
Een beste partij, maar wat was nu
Kortsjnoi's Achilleshiel?
Mr. E. Spanjaard
OH snuiui sje jeejs pjaapjeeAvag
jajeq qfquaizuee qfqjnnjeu 001 snjd uba
aaoas ap uijbeav 'pft jjspaMuajed uaa ui
saoons jooiii uag uaSuiS umop uaa aip
'uaj.ieq aüp jeeu do sjapuejsuaSaj ap jaq
jaa.ip |sm jee ui uajajqnop aj jaiu jaq piA
'ueq uMop uaa uaddoqas aa/Aj jaywaoq ua
tSA* S 9 O H HAO 86H
pjoou peq qftjqejd ap uj uaddoqas uaa
jam uagjoA uauunq je uajjeq uaa jaAó
sjauiuii pinz peq uep 'qjajs jnajquaddoqas
ap sbjvï uaAaguee jjeeqjfiA agqeui jaaz
jo jJEeqjaiA uaa uep sjapue jaiu qfqaj
-raj ueq poq jiq uaddoqas aaA\j jeeu qn
jeeg jnaqjooA uftui jbbui 'uazaiqjaA jajq
-nop uaa jaiq aip sjapds uftz .13 -uapds
ua;e[ uajjeq aaMj sje afjae.ijuoa dooqpaog
uaa.3 sjapuejsuagaj ap pfujspaMuajed
uaa ut uaqaz ua uaui jaoui uaqajq
-ag si uapaiq jaq qn sjaioz ejpoz qqiqas
-aq jqaejq agiua jbao qoo jajadspjoou
ap jep qfquftqasjeeM jaaz jaq st 'uaj
-leq aaMj sjqaajs uep ufiz ueegag .iagoq
jaiu jVJO AM :SeejAaSpuq do pjooMjuy
Dit dier dankt zijn
naam aan de witte
vlek, die volwassen
dieren op hun rug
hebben. De zadelrob,
zo heet dit dier, is
een prima zwemmer
en leeft met andere
robben op het drijfijs
ln de Noordpoolzeeën.
HET WAS woensdag en alle kin
deren hadden vrij van school. Karin
en Joke renden uit school vlug naar
huis, want 's middags mocht Joke bij
Karin spelen. Karins moeder had
hun beloofd, dat ze pannekoeken
mochten gaan bakken. Karin en Joke
aten snel hun brood op. Joke hielp
nog even met de afwas en ging toen
op een drafje naar Karin toe: Het
feest kon beginnen!
Karins moeder pakte meel, boter,
suiker en eieren en Karin haalde een
fles melk uit de ijskast. Joke kreeg
een prachtig rood schort voor en
Karin een fel geel. Eerst moest het
beslag geklopt worden. Moeder deed
het voor, maar Karin en Joke konden
het al heel gauw zelf ook en er vlo
gen niet eens zo veel spetters door
de keuken. Het werd een fantastisch
pannekoekenbeslag. Niet te dun en
niet te dik. Karin en Joke leken wel
echte koks. Karin zette de pan op
het vuur en Joke deed er een klontje
boter in. Met bibberende handen en
vuurrode hoofden werd het beslag in
de pan gegoten: „Psss psss
De pannekoek siste lekker bruin.
„Kijk", zei Karins moeder, „en als
Wil je het weten? Zoek dan eerst
het kleinste wolkje en schrijf de let
ters op. Dan zoek je het één na
kleinste wolkje en zo door tot het
grootste.
De prijswinnaars zijn:
Tineke Langeveld, Bennebroeicer-
dijk 33, Haarlemmermeer, Post
Hoofddorp, en Marjanne Jonge-
jeugd, Evertsenstraat 13, IJmuiden.
De prijzen worden thuisbezorgd.
aft 5
jullie straks goed pannekoeken kun
nen bakken, kun je ze in de lucht
gooien en dan weer opvangen, zo!"
Moeder pakte de koekepan en gooide
de pannekoek in de lucht. Keurig op
z'n kop kwam hij weer in de koeke
pan terecht. Karin en Joke keken
elkaar aan: zou dat erg moeilijk zijn?
Straks als moeder naar de kamer
ging moesten ze het maar eens gaan
proberen. Er werden nog twee pan
nekoeken netjes met het mes omge
draaid en daarna ging moeder even
weg om een boodschap te doen. Nu
konden Karin en Joke hun gang
gaan. Weer ging er een klein klontje
boter in de pan en een flinke schep
beslag. Ze deden er extra veel in, dan
werd het een lekkere dikke. Lang
zaam werd de pannekoek aan de on
derkant bruin. „Zeg Karin", fluister
de Joke, „ik zal hem het eerste om
hoog gooien, dan mag jij straks".
Karin vond dat niet zo'n goed idee:
zij wilde hem ook het eerst omhoog
gooien. „Weet je wat?", bedacht Ka
rin, „we pakken allebei de steel van
de koekepan vast, ik tel tot drie en
dan gooien we de pannekoek bij drie
in de lucht!" Dat was goed. Joke en
Karin pakten de steel van de koeke
pan vast en bij drie gooiden ze de
pannekoek in de lucht. Maar in
plaats van in de pan kwam hij met
een grote boog boven op het hoofd
van Joke, brak in tweeën en de helft
viel op Karins truitje. Tot hun
schrik kwam Karins moeder ook nog
thuis.
Ze deed de keukendeur open en
bleef stokstijf staan. Ze trok een heel
raar gezicht en begon toen te lachen:
„Ha, ha, wat zien jullie er gek uit.
Ik zal een foto van jullie nemen en
dan zet ik er onder:
„Wij bakten geen pannekoeken,
maar de pannekoeken bakten ons
een poets!"
Op de berg,
die grote berg,
woonden eens twee muizen,
en in de berg,
die grote berg,
hadden ze hun huizen.
Naast de berg,
die grote berg,
lag eens een kat te slapen,
en in de berg,
die grote berg,
hoorden de muizen hem gapen.
Achter de berg
die grote berg,
legden de muizen een namaak-muis,
en in de berg,
die grote berg,
werd alles daarna weer pluis.
WANT....
Voor de berg,
die grote berg,
bezeerde de kat z'n tanden,
en in de berg,
die grote berg,
wreven de muizen hun handen!
E. T.
-.—y—nnrirtnrtr|rtannnnfmnrinnriflftr[|nrtnrLru