SINT BRACHT
FIJNE KOOK
BOEKEN MEE
VE@ÜWi
Santpoorts medicus concludeert:
ALS ALLES NORMAAL IS,
LIEFST THUIS BEVALLEN
NIETS DAN GOEDS OVER TANTE AGENTE
Kookboeken
4
ZATERDAG 30 NOVEMBER 1968
Erbij
21
r™ tigg
- A I
fel <»- <1
i. ---"-ft*
„High-risk "-groep
v,-
Meer samenzverking
11
^W1
iiniiiiiimiiiiiiiniiiiimiHiiiiinuuiiimiiisimimiuniiiniiimiiiiiiiimni
Gaston Gourmet
Misschien vindt de Sint dat er
maar matig en fantasieloos ge
kookt wordt in Nederland. In
elk geval oracht hij ditmaal een
groot aantal kookboeken met
in- en uitheemse gerechten mee
in zijn stoomboot-uit-Spanje, en
in enkele daarvan hebben wij
alvast een „voorkijkje" mogen
nemen.
CHINEES KOOKBOEK door Hsu
Hui Min (uitg. Zomer Keunings
te Wageningen). De schrijfster, wier
naam „Stralende Wijsheid" bete
kent, heeft van haar hobby, het
koken, een professie gemaakt. Zij
wordt nu „Honkongs koningin der
kookkunst" genoemd en nog niet zo
heel lang geleden werd zij uitge
nodigd voor een wereldtoernee door
Amerika en Europa, waar zij in
de centra der culinaire kunst haar
Chinese kookkunst demonstreerde.
In Zwitserland, waar zij ondermeer
demonstraties gaf in de kookstudio
van het Schweizerisches Kulinari-
sches Informationszentrum, ont
stond het idee voor dit boek en men
is er toen daar meteen aan begon
nen.
VIERENVEERTIG recepten telt
het boek, plus een even groot aan
tal kleurenfoto's, waarop men kan
zien hoè het gerecht moet wor
den indien men de aanwijzingen
heeft opgevolgd. De receptuur is
zeer duidelijk en overzichtelijk. Ook
geeft de schrijfster een aantal nut
tige wenken voor wat kruiden en
oliën betreft. En vertelt zij belang
wekkende dingen over kook- en
braadtijden en over de samenstel
ling van Chinese maaltijden. Door
het kloeke formaat en de stevige
ringband, is het mijns inziens de
forse prijs alleszins waard. De
zeer luxe uitvoering van het Chi
nees Kookboek verplicht de ge-
bruikster eigenlijk om tevoren het
recept over te nemen, indien zij
tenminste niet over veel ruimte in
de keuken beschikt. Een waardevol
geschenk waarvan de kookster-
met-plezier-in-haar-taak oprecht
kan genieten.
BIJ DEZELFDE uitgever ver
scheen in de serie stokpaardjes:
Rijstgerechten uit alle windstreken.
Het werd oorspronkelijk geschreven
door de Japanse kooklerares Tomi
Egami, en nu vertaald en bewerkt
door mevr. A. G. J. Flach- te Vel
de. Wie dit boekje met ruim zestig
recepten doorbladert ziet weer
eens zwart-op-wit, dat met „rijst
eten" niet alleen Chinese of Indi
sche kost wordt bedoeld.
Als voorbeeld koos ik voor U
Melange Espagnol" (herkomst
Frankrijk (Spanje). Ingrediënten:
2 kopjes rijst, gewassen en uitge
lekt, IVs eetlepel boter, 125 gr. gar
nalen in stukjes van 1 cm, 125 gr.
kip (in dobbelstenen van ca. 1 cm)
2 flinke uien grof gesneden, 75 gr.
wortelen aan schijfjes. 125 g. cham
pignons „gevierendeeld", 50 gram
jonge boontjes. 50 gr. tomaten van
vel en zaad ontdaan en in dobbel
steentjes. 500 gr. verse mosselen in
schaal (ZVz uur in zout water we
ken), 3 kopjes bouillon, zout, snuf
je peper.
De boter smelten en de rijst voor
zichtig roerend lichtbruin fruiten.
Vervolgens alle ingrediënten bij de
rijst doen, de pan goed sluiten en
het geheel op groot vuur snel aan
de kook brengen. Door laten koken
op iets getemperd vuur totdat al
le vocht is opgenomen. Tenslotte
op de spaarbrander het gerecht ver
der gaar laten worden. Zo nodig een
asbestplaatje gebruiken om aan
branden te voorkomen. Vóór het
serveren de rijst met een vork los
roeren.
HET BOEKJE IS voorzien van
goede zwart-wit foto's, waarop men
kan zien hoe een bepaalde hande
ling moet worden uitgevoerd, of
hoe het gerecht er uiteindelijk uit
moet zien.
Bij de Arbeiderspers verscheen
„Eet, goed. al goed", dat als onder
titel „psychologisch" koken mee
kreeg van de schrijfsters Harriet
Freezer en Wina Bom. Het is een
grappig boekje geworden, met kook
recepten die passen bij zoveel mo
gelijke humeuren en gebeurtenissen
dat men het wel een stuk toege
paste psychologie zou mogen noe
men, dat geld voor pillen en psy
chiaters kan uitsparen. Peter Vos
heeft dit boekje heel fijntjes ge
ïllustreerd. Verwacht geen grote
keuken. Het zijn vrije eenvoudige
recepten die u altijd succes garan
deren.
EEN UNIEK boekje is De vrouw
<fc Haar Huis Recepten gewor
den, onder redactie van mevrouw
R. Lotgering-Hildebrand. Zij vroeg
aan de abonnees van DVHH om
originele recepten in te zenden. En
de daaruit gemaakte selectie ligt nu
voor ons. De illustraties zijn van
Rein van Looy. De recepten voor
de verscheidene gerechten zijn
streng gerubriceerd ondergebracht,
zodat een gemakkelijk te hanteren
kookboekje is ontstaan, waarvan
ook zeker is dat elk recept aan de
praktijk is getoetst.
In de serie tv-kookboekjes van
Ben. J. Kuyper (uitgave Zomer
Keunings te Wageningen) zijn nu de
volgende deeltjes verschenen: 50
gevogelte-recepten, 50 streekgerech-
ten en Lekker eten op zijn Spaans.
Het boekje met de streekgerechten
vond ik het boeiendste. Wie het
zorgvuldig leest merkt plotseling
meer te weten van typische gerech
ten uit de Spaanse keuken dan bij
voorbeeld van bollebeusjes, brader-
(Vervolg zie laatste kolom)
-
BEVALLING THUIS of in het ziekenhuis? Met deze vraag worden
echtparen voor de geboorte van een kind geconfronteerd. Vrouwen
die de baby liever in het ziekenhuis krijgen zeggen: „Dan heb ik
eindelijk eens tien dagen rust", of „Het is ons eerste kind, het lijkt me
veiliger". Soms moeten aanstaande moeders noodgedwongen naar een
ziekenhuis of kliniek. „We hebben geen huis, alleen één kamer, het kan
niet anders". Voorstanders van de bevalling thuis vinden: „Het gezin
is er meer bij betrokken, het is thuis zo veel menselijker „In een zieken
huis voel je je net in een fabriek".
HOE IS DE MENING van des
kundigen over deze kwestie? Kort
na elkaar zijn er in Noord-Holland
twee artsen gepromoveerd op
proefschriften over dit probleem.
Dr. A. Verboom, huisarts in Haar
lem, toonde zich met zijn in juni
verschenen „Verloskunde in de
huisartsenpraktijk" een duidelijke
voorstander van de bevalling thuis.
Dr. H. P. Verbrugge uit Sant
poort promoveerde 27 november
op „Kraamzorg bij huisbeval
lingen", zoals wij donderdag al
meldden. Dit laatste werk is een
landelijk onderzoek dat de bij de
Stichting Moederschapszorg en
Kinderhygiëne in Noord-Holland
werkzame arts heeft verricht.
OOK DR. VERBRUGGE is van me
ning dat bevallingen thuis de voorkeur
verdienen boven die in een ziekenhuis
of kraamkliniek, tenminste in norma
le gevallen. En dat zeker niet alleen
omdat het thuis gezelliger is, man en
kinderen er meer bij betrokken zijn,
of de baby in de nabijheid van de moe
der blijft.
„Het sterftecijfer bij huisbevallingen
is zeer gunstig", zegt dr. Verbrugge,
„vooral bij de groep die interne kraam
zorg ontvangt."
Dr. Verbrugge heeft geconstateerd
dat in Nederland 34 percent van de be
vallingen in ziekenhuizen plaatsheeft.
In andere Westeuropese landen, voor
al de geïndustrialiseerde, is dit zeven
tig tot honderd percent. Toch steekt
Nederland, met het dominerende aan
tal huisbevallingen gunstig af wat be
treft de doodgeboorte en sterfte in de
eerste week van het kind en de sterfte
van de moeder.
Ziekenhuisbevallingen zijn natuurlijk
nodig als er complicaties zijn of ge
vreesd worden, de zogenoemde „high-
risk" groep, onder meer bij moeders
boven de veertig.
Een proefschrift ontkomt niet aan
cijfers. Enkele simpele cijfers uit
„Kraamzorg bij huisbevallingen".
In 1920 bedroeg de perinatale sterf
te (doodgeboorte en sterfte in de eer
ste levensweek) in Nederland 45 per
duizend van alle geborenen. In 1967
was dit 21 per duizend.
De perinatale sterfte van huisbeval
lingen bedraagt met 10,5 promille de
helft van de landelijke sterfte. De huis
bevallingen met interne kraamzorg to
nen een nog lagere perinatale sterfte
dan de groep die deze hulp niet ont
ving, namelijk 9,5 per duizend.
ENKELE ANDERE opmerkelijke
conclusies van dr. Verbrugge: de pe
rinatale sterfte is op het platteland
vrijwel even hoog als in de steden.
Terwijl in de steden het percentage
ziekenhuisbevallingen twee maal zo
hoog is.
Bij de 4500 in 1965 buitenechtelijk ge
boren kinderen is de perinatale sterf
te vrij hoog, 35 promille, dat wil zeg
gen 150 kinderen. Daarvan stierven er
100 in een ziekenhuis en 50 thuis.
Onder tweelingkinderen is de perina
tale sterfte bijna vier keer zo hoog als
onder eenlingkinderen. Dr. Verbrugge
vindt dan ook dat tweelingbevallingen
steeds in een ziekenhuis moeten plaats
hebben.
Dr. Verbrugge vindt het niet nood
zakelijk om alle kraamvrouwen en pas
geborenen die in een ziekenhuis ver
blijven acht tot tien dagen te ver
plegen. De meeste risico's liggen im
mers rondom de bevalling zelf.
Het lijkt dr. Verbrugge heel goed mo
gelijk om, als het gevaar is geweken
moeder en baby kort na de bevalling
weer naar huis te laten gaan.
Bij de kwestie thuis of in het zieken
huis speelt ook geld een rol. Een ver-
pleegdag in een ziekenhuis kost meer
dan 100. Bij alle bevallingen in een
ziekenhuis en een verblijf van acht
tot tien dagen, zou landelijk een uit
breiding van ongeveer 5000 ziekenhuis
bedden voor verloskunde nodig zijn.
Dat komt neer op een kapitaalsinves
tering van een half miljard gulden, en
exploitatiekosten van 150 a 200 mil
joen.
De kosten van de interne kraam
zorg laten zich voor dit jaar schatten
op 60 per dag (inclusief subsidies).
Dat houdt in dat de kosten van alle
170.000 huisbevallingen per jaar onge
veer honderd miljoen gulden zouden
bedragen. In beide berekeningen zijn
de kosten van de verleende verloskun
dige hulp niet opgenomen.
ft
„Aanbiedingen van een goedkoop
all-in tarief door ziekenhuizen wekken
de schijn dat de ziekenhuis-bevalling
nieit duurder zou zijn dan de kraam
zorg", zegt dr. Verbrugge. „Maar in die
gevallen gaat 't erom lege ziekenhuis
bedden uit financiële overwegingen
door kraamvrouwen te laten innemen
en de opleiding van leerling-verpleeg
sters te houden."
De eindconclusie van het onderzoek
van dr. Verbrugge is dat in normale
gevallen bij redelijke zorg vóór en tij
dens de geboorte de huisbevalling, met
daarna kraamzorg, de voorkeur ver
dient boven in een ziekenhuis bevallen.
Daarbij wil hij de groep kraamvrou
wen met een te voorziene grote kans
z.z-/
op complicaties tijdens de geboorte
aparte en nog grotere aandacht geven
dan nu het geval is. Deze vrouwen moe
ten beslist in een ziekenhuis bevallen.
NA DE BEVALLING komt onmiddel
lijk de kraamzorg zelf aan de orde.
De kraamzorgorganisatie, aldus dr.
Verbrugge, is niet zonder gebreken.
Het totaal aantal uren dat de kraam
verzorgster in het gezin werkzaam is,
kan niet ongestraft dalen. Hij vindt
dat op de wijkkraamzorg zowel de dis
trictskinderartsen als de staf van de
kraamcentra supervisie moeten uit
oefenen.
Verder acht dr. Verbrugge verbete
ringen op organisatorisch gebied mo
gelijk door meer samenwerking tussen
de kraamcentra.
EEN BELANGRIJKE plaats bij de
bevalling thuis neemt ook de vroed
vrouw in. Zij heeft altijd een eervolle
plaats ingenomen, maar zal in de toe
komst waarschijnlijk steeds minder
in een zelfstandige praktijk willen wer
ken omdat bestaanszekerheid ontbreekt,
veronderstelt dr. Verbrugge.
Om de huisartsen te ontlasten en de
verloskundige zorg te verbeteren zul
len er meer vroedvrouwen moeten
worden opgeleid, aldus dr. Verbrugge.
Dan zal de vroedvrouw bovendien in
dienstverband van kraamcentra. kruis
vereniging, gezondheidsdienst of ver
loskundige kliniek haar werk moeten
doen om meer zekerheid te hebben.
(Van een medewerkster)
VIJFTIEN JAAR geleden zijn
de eerste vrouwelijke politie
agenten in het Nederlandse straat
beeld verschenen. Het waren er
drie en ze werden onlangs, in een
radio-uitzending over het werk van
de politie, de „drie dames van het
eerste uur" genoemd. Sinds dat
eerste uur is het aantal vrouwe
lijke politieagenten in Nederland
niet bepaald spectaculair, maar
toch wel gestadig gegroeid. Op het
ogenblik zijn er honderdvijftig
vrouwen-in-uniform bij de politie,
verdeeld over zesentwintig korpsen
gemeentepolitie. Bovendien zijn er
momenteel zestig vrouwelijke aspi
ranten in opleiding.
Minister Beernink van Binnenlandse
Zaken vindt dat aantal nog aan de
lage kant. Hij heeft het deze dagen
duidelijk gezegd. De Nederlandse po-
lititiekorpsen zouden nog veel meer
vrouwelijke politieagenten kunnen in
schakelen, ook al omdat het perso
neelstekort bij de politie voorlopig nog
wel een probleem zal blijven.
In de historie van de Nederlandse
politie hebben vrouwen aanvankelijk
vooral het .politiewerk met een bij
uitstek sociaal karakter" gedaan. De
eerste vrouw op dit terrein werd in
1911 bij de Rotterdamse zedenpoli
tie aangesteld. Ook bij de kinderpoli
tie vond (en vindt) de vrouw dank
baar werk. Zoals in veel andere beroe
pen zijn ook bij de politie de grenzen
tussen de typisch-mannelijke en de ty
pisch vrouwelijke taken verschoven en
vervaagd, al zal men de vrouwelijke
politieagent niet zo gauw aantreffen op
een plaats waar „opgelegde konflikt-
situaties" te verwachten zijn en het
wellicht op mankracht zal aankomen.
ER BLIJVEN ECHTER genoeg ta
ken over die de vrouwelijke politie
agent even goed kan verrichten als
haar mannelijke collega. Er zijn ook
werkzaamheden die zij beter doet dan
de man, en er zullen altijd bepaalde
taken blijven waarvoor men uitslui
tend vrouwen inschakelt. In elk geval
lijkt het erop dat Nederland de vrou
wen bij de politie veel meer kunnen
doen dan men aanvankelijk dacht, al
is er nog wel verschil van inzicht over
de vraag „hoe ver men kan gaan".
Zelf hebben de vrouwelijke politie
agenten daar ook verschillende me
ningen over. Het werk dat vrouwelijke
agenten in de diverse politiekorpsen
doen loopt dan ook vrij sterk uiteen.
Het nieuwe „werkkostuum" (links), is aanzienlijk minder streng dan het
oude uniform (rechts).
welijke politieagent wel voor honderd
percent geacoepteerd heeft.
Het „revolutionaire" van de vrouw-
in-uniform is eraf, in het straatbeeld
van diverse gemeenten (en zeker in dat
van de grote steden) is ze 'n vertrouw
de verschijning geworden, en op de
afdeling politie van het ministerie van
Binnenlandse Zaken zegt men niets dan
goeds over de vrouwelijke politieagent.
De praktijk heeft geleerd dat vrou-
Voorlichtingverkeer en het werk
met de jeugdverkeersbrigadiers wor
den vaak genoemd als terreinen die
bij uitstek geschikt zijn voor de vrou
welijke politieagent. Vooral voor het
werk van de verkeersregeling blij
ken vrouwen soms bijzonder geschikt
te zijn, evenals voor het surveillance-
werk met betrekking tot jeugdigen.
DE HELFT VAN de vrouwelijke
agenten die op het ogenblik in dienst
Moeder en kind een van de
vele vertederende foto's die Jet
Stikkers maakte voor het zo
juist bij N.V. Gebr. Zomer en
Keunings te Wageningen ver
schenen boekje „9 Maanden
anders dagboek van een
vrouw in verwachting", door
let CohenRoos
„Het zal nodig zijn om hun bestaans
zekerheid te garanderen „concurren
tie" met de huisartsen om te zetten
in samenwerking en gunstige secun
daire arbeidsvoorwaarden te schep
pen", zegt de Santpoortse arts.
DE GUNSTIGE sterftecijfers in Ne
derland mogen niet tot zelfgenoegzaam
heid leiden, concludeert hij. want in
alle onderdelen van de geboortezorg
blijven verbeteringen noodzakelijk.
In de stellingen van het proefschrift
zegt dr. Verbrugge ondermeer: „Veel
vrouwelijke artsen en verpleegsters
zouden voor medisch werk ter beschik
king komen indien hun werktijden wer
den aangepast aan gezinssituaties, op
ruime schaal creches werden geëx
ploiteerd en het arbeidsinkomen van
de gehuwde vrouw niet onevenredig
zwaar zou worden belast."
Marianne van der Zee
zijn is nog geen eenentwintig jaar oud.
Een van de problemen bij het aan
trekken van vrouwelijk personeel is dan
ook het sterke verloop door het huwe
lijk. De vrouw die in geüniformeerde
politiedienst is en op zeker ogenblik
trouwt, krijgt namelijk eervol ontslag
„op datum, volgend op die van het
huwelijk".
Een bepaling waaraan men desge
wenst kan ontsnappen, want er is een
mogelijkheid om de minister om ont
heffing te verzoeken. Van deze gele
genheid is echter nog nooit gebruik
gemaakt. Misschien zal deze situatie
binnenkort veranderen, want de minis
ter vindt dat in ieder geval bekeken
moet worden, of vrouwelijke agenten
ook na het huwelijk dienst kunnen blij
ven doen als zij dat willen.
Voor het overige wordt het begrip
„gelijke rechten voor man en vrouw"
konsekwent in de praktijk gebracht.
De vrouwelijke agent krijgt dezelfde
opleiding als haar mannelijke kollega,
haar salaris wordt met gelijke maat
gemeten, ze heeft dezelfde be
vorderingsmogelijkheden en moet bij
haar sollicitatie aan dezelfde eisen vol
doen.
DIE EISEN ZIJN, evenals de oplei
ding, vrij zwaar en na de selektie
blijft dan ook hoogstens tien percent
van de gagadigden over. Wie naar een
van de zeven Nederlandse opleidngs-
scholen wil, moet in elk geval over het
volgende beschikken: een mulodiploma
of gelijkwaardige opleiding, een per-
fekte lichamelijke gezondheid, de Ne
derlandse nationaliteit, een lichaams
lengte van minstens 1.72 meter, onbe
sproken gedrag, en een leeftijd die
tussen de zeventien en vijfentwintig
jaar ligt. Plus nog een aantal aange
boren hoedanigheden en eigenschappen
die voor het politiewerk onmisbaar zijn.
Een paar stemmen uit de praktijk
over het werk van de vrouwelijke poli
tieagent in Nederland:
Vrouwen kunnen heel goed werk doen
waar het de verhouding met de bur
gerij betreft. In situaties waarin het
publiek tegenover mannelijke agenten
waarschijnlijk een minder prettige hou
ding zou aannemen, staat het vaak
welwillend hulpvaardig en positief te
genover het optreden van de vrou
welijke politieagent.
U hebt maar voor het kiezen uit
gekke kapsels die speciaal voor de
feestdagen bestemd schijnen te zijn.
Wat een verrassing als u zo de kal
koen opdient.
(Slot van eerste kolom)
tjes, zeuvenschaft postroo of pooter-
smoken.
Tenslotte het boek „feest" tips en
recepten voor partijtjes thuis en
buiten (uitgave Meijer Pers N.V.).
De recepten werden verzameld,
en bewerkt door Wina Born, Lily
van Pareren en Hugh Jans. De kos
telijke kleurenplaten zijn van Ed.
Suister. De illustraties in het boek
zijn net als een deel van de recep
ten van Hugh Jans.
In dit boek vindt u tips voor fees
ten bij verloving en huwelijk, maar
ook voor kerstmis en pasen. Bar
becue, picknick en house warming-
party zijn niet vergeten. Het zijn
geen starre voorschriften, want het
belangrijkste is, volgens de sa
menstellers van dit werk, dat het
pas écht feest kan worden indien u
er uw eigen stempel op hebt we
ten te zetten.
Behalve nuttige wenken ook vele
recepten. De alcoholvrije cocktails
voor tienerfuif. of voor gasten die
nog moeten rijden zijn niet, ver
geten. Een aanwinst voor de boe
kenkast, zou ik al deze nieuwe
kookboeken willen noemen.