IJmuider C.ourant
I
H
52
i
li
Rotterdamse Laurenskerk uit
de as herrezen
I
■n
;1
■ma
V
mm*/-** j lik
i,
Orgel
Wolkenkrabbers
Een boeiend detail is het hangende orgel. De kerk is alweer vermaard
om haar orgelconcerten.
Ws%/,
Doopvont met drie figuurtjes,
voorstellende de herrijzenis. Deze
fraaie plastiek dateert uit 1959 en
is vervaardigd door Han Petri.
De imposante bronzen deur van
de Italiaanse kunstenaar Giacomo
Manzu, die ook enkele deuren voor
de Sint Pieter in Rome gemaakt
heeft.
j
De kerk m het stadsbeeld. In
1972 zal zij weer het grootste
orgel van Nederland herbergen.
Op 14 december wordt de gerestaureerde Laurenskerk in Rotterdam
in tegenwoordigheid van prinses Beatrix en prins Claus officieel in ge
bruik genomen. Zoals bekend is, werd deze vijftiende-eeuwse laat-gotische
kruiskerk bij het Duitse bombardement op 14 mei 1940 op Rotterdam in
puin gegooid. Alleen de toren stond nog, als was het een symbool van
onverzettelijkheid tegen de terreur van de overweldiger, overeind. De
Rotterdammers wisten evenwel wat zü met de brokstukken, die nog over
waren zouden doen: de Laurenskerk herbouwen, al zou het vele miljoenen
kosten en vele jaren vergen voordat zij hersteld zou zijn.
VOOR DE ROTTERDAMMERS, die
met veel energie hun stad tot metro
pool, tot grootste haven ter wereld her
bouwden, is de Laurens een kostbaar
bezit. Want deze kerk en het in 1665
voltooide Gemeenlandshuis zijn de eni
ge historische gebouwen, die de Maas
stad nog resten. Wel treft men thans
nog enige oude bouwwerken in Rotter
dam aan, maar deze liggen in feite in
oude stadskernen van vroegere zelf
standige gemeenten, die later bij de
Maasstad zijn gevoegd.
OP 19 mei 1952 legde koningin Juliana
de eerste steen voor de herbouw van
de Laurens. Dat was precies vier
eeuwen nadat de Sint Laurens in zijn
oorspronkelijke opzet tot stand was ge
komen.
De grote man van het herstel van
de Laurenskerk is geweest de architect
Een deel van het fraaie interieur.
J. C. Meischke Tot zijn dood in 1966
heeft hij met onverflauwde toewijding
en eindeloos geduld de restauratie ge
leid. Er kwam bij de werkzaamheden
heel wat kijken. Zo moesten bijvoor
beeld de oude bouwtekeningen en plat
tegronden nauwkeurig worden bestu
deerd. Tal van onderdelen moesten mi
nutieus worden gerestaureerd of ver
nieuwd, van andere moest de construc
tie worden gewijzigd met het oog op het
toekomstig gebruik van de kerk.
BIJ DE verwoesting van de kerk ging
het vermaarde, uit 1828 stammende or
gel verloren. In 1971 echter zal de Lau
rens er zich weer op kunnen beroemen
het grootste orgel van Nederland te
bezitten, vervaardigd door de befaam
de Deense orgelbouwer Marcussen. De
kerk heeft aan dit vermaarde orgel-
bouwatelier m het Deense stadje Aa-
benraa al twee instrumenten te danken,
te weten een transeptorgel en een koor
orgel. Het transeptorgel heeft een bij
zondere plaats gekregen. Het is als
wandorgel aangebracht op dezelfde plek
waar tot 1720 het kleyn- of koororgel
heeft gezeten. Dat is nog te zien op
een uit. 1657 daterend schilderij van A.
de Lorne.
EEN ANDER bijzonder aspect van
de Laurens vormen de bronzen deuren
van de kerk, gebeeldhouwd door de
Italiaanse kunstenaar Giacomo Manzu.
Aan de buitenzijde zijn twee taferelen
weergegeven, die vrede en oorlog voor
stellen. Een onderwerp dat in dit door
oorlogsgeweld verwoeste bouwwerk wel
bijzonder aanspreekt. Manzu won in
1947 een door het Vaticaan uitgeschre
ven internationale prijsvraag. Het ging
toen om deuren voor de Sint Pieters
kerk in Rome.
De deuren voor de Laurenskerk zijn
aangebracht in de toren. Aan het de
finitieve ontwerp voor de deuren is een
hele reeks tekeningen en schetsen in de
periode 1964-'68 vooraf gegaan. Hier
van is een tentoonstelling ingericht in
het Rotterdamse Museum Boymans
van Beuninigen, die tot 19 januari 1969
is te bezichtigen.
De oorsprong van het gegeven oor
log en vrede is al vroeg in het werk
van Manzu te vinden, en wel in de
reeks van acht passietaferelen, die da
teren uit 1938-1939. Het thema oorlog
strekt zich in één ononderbroken com
positie uit over de beide deurvleugels
beneden, en daarmee contrasterend met
de uitbeelding van de vrede, die het
boogvormige timpaan daarboven vult,
met een spel van onbekommerende le
vensvreugde. Een stil neerhangende dra
perie in het midden, die als het ware
de synthese tot stand brengt van het
tragische motief van de lijkwade op de
deurvleugels en de triomfantelijke voor
stelling van de vrede op de timpaan,
vormt de verbinding tussen deze twee
thema's. Zijn de deuren geopend dan
zijn doodslag en geweld aan het gezicht
onttrokken en gaat men onder de hymne
van de vrede de kerk binnen. Het oog
valt dan op twee oud-christelijke sym
bolen, die aan de achterijze in het mid
den van de deurvleugels zijn aange
bracht: een pelikaan, die volgens de
overlevering zijn jongen met eigen
bloed voedt en hierdoor het symbool
van Christus, en de duif, symbool van
de heilige geest.
TOEN NEGEN jaar na de eerste
steenlegging door koningin Juliana de
toren geheel was hersteld klingelde het
nieuwe carillon de gasten een wel
komstlied toe. Maar toen al lang niet
meer hemelhoog boven de stadsomge-
ving uit. Voor de verwoesting in 1940
begon Rotterdam al met de bouw van
wolkenkrabbers iets waarmee men na
de oorlog met dubbele energie is door
gegaan.
Bij het bombardement immers ging
nagenoeg de hele oude stadsdriehoek
met zijn voornaamste winkelstraten in
de vlammen op Woningen, cafés, scho
len, ziekenhuizen, bioscopen, schouw
burgen, dagbladbedrijven en nog meer
gingen teloor. Opmerkelijk hierbij is
dat naar verhouding de havenwerken
in deze meidagen weinig hebben gele
den. Maar in 1944 begonnen de Duit
sers met de stelselmatige vernietiging
hiervan. Kaden voor zeeschepen wer
den opgeblazen, kranen, laadbruggen,
pakhuizen en loodsen vernield.
Het silhouet van het meer dan 600
jaar. oude Rotterdam is dat van een
geheel nieuwe stad geworden. Rotter
dam kreeg een heel nieuwe „skyline"
met als hoogste toppen de Euromast
en het nieuwe laboratoriumgebouw
van de medische faculteit.
Maar nimmer zal men kunnen ver
geten dat de schitterende herbouw van
Rotterdam, die zo duidelijk is gericht
op de toekomst mogelijk is geweest
door de totale ontreddering en ver-
wöesting die de stad in de oorlog heb
ben getroffen.
F. K.