IJmuider Courant FRIEDENSDORF: SYMBOOL VAN DUITSE OFFERZIN a WANKEL PARADIJSJE VOOR 32 JONGE VIETNAMESE OORLOGSSLACHTOFFERS -S'JSM fi V- fS I üiil 1F^ is ■■lil mmrn wf il:ÜSl Illil DUIZENDEN Vietnamese kinderen zijn door het oorlogsgeweld ver minkt, verlamd, blind geworden. Heeft het zin, enkelen van hen te helpen en de rest aan hun lot over te laten? In het Vredesdorp in Oberhausen denkt men van wel en terecht, zoals deze reportage van onze correspondent in West-Duitsland moge aantonen. (Van onze correspondent in Bonn) OBERHAUSEN Een bescheiden complex van keurige witte bungalows nabij deze Westduitse stad is het liefderijke, tijdelijke tehuis voor 32 Vietnamese kinderen, allen slacht offers van de afschuwelijke oorlog die in hun land woedt. Zij hebben het er goed, beter zelfs dan menig Duits kind thuis. DIE 32 „GELUKKIGEN" ontbreekt het aan niets. Zij worden per minibusje naar de lagere of middelbare school gebracht en weer opgehaald. Een Chinese kok en een Joegoslavische kokkin verwennen hen met de heerlijkste maaltijden die in een ruime, lichte eetzaal gebruikt worden. De slaapkamers zijn voorzien van alle denkbare com fort. Er is speelgoed in overvloed; er is radio, tele visie, platenspelers. Geen kind zou zich een pret tiger home kunnen wensen, een betere verzorging. Maar toch. TWEE VIETNAMESE vrouwen en een Vietnamese leraar zorgen voor de 32 landgenootjes, wier leven in blijkbaar volledige har monie verloopt. Aan het hoofd van dit „Friedensdorf" staat de dertig jarige ex-ontwikkelingsdeskundige Manfred Przybylski (spreek uit: Sjibiski), die met vrouw en drie kleine kinderen terzijde van het complex in een even wit en even vierkant bungalowtje woont. Hoe lang deze 32 bevoorrechte kin deren in Oberhausen zullen blijven, is een open vraag. Ze zijn allemaal zwaar getroffen door de oorlog in hun land. Hun toestand was zo ernstig, dat de organisatie „Terre des Hommes" hen in samenwerking met de Zuidvietna- mese regering naar Europa mocht stu ren voor herstel. Maanden, sommigen jaren, lagen ze in Duitse ziekenhuizen, waar zij ontelbare operaties ondergin gen. Het bescheiden complex in Ober hausen is een revalidatiecentrum, en een klein paradijs tegelijk. Over hun heimwee zijn de kinderen heen, de eerste tragische periode die op hun onherstelbare verwondingen volg de, met alle conflicten die daaruit voortkwamen, is overwonnen. Ze voe len zich niet langer de „ontoonbaren", die hun geestelijk evenwicht danken aan een schijnmaatschappij buiten de werkelijke samenleving. Dat komt om dat zij iedere dag weer in deze samen leving worden gebracht en daar ge accepteerd zijn. UIT DE SLAAPKAMERS van de grote jongens klinkt Vietnamese mu ziek grammofoonplaten zijn door de ambassade in Bonn ter beschikking ge steld. Aan de muren in de kamers van de grote meisjes hangen reclamepla ten van Vietnamese reisbureaus, ont worpen in de gladde trant waarop over de hele wereld toeristen worden gewor ven. Ook de verzorgsters en de leraar spreken Vietnamees met de kinderen, maar de 32 spreken bovendien al vlot Duits en onvermijdelijk neemt het „Wirtschaftswunder" bezit van hen. Cp hun kamertjes liggen fototoestellen en speelgoed. De vloeren zijn met nylon kleden bedekt (tegen het uitglij den). In de eetzaal staat een televisie toestel, een piano, een voetbalspel. DE VIETNAMESE regering heeft Terre des Hommes en de organisato ren van het kinderdorp ertoe verplicht, de kinderen na hun genezing terug te sturen. En dit zou wel eens het groot ste drama in hun leven kunnen wor den. Want hoe zullen zij daarginds, na al deze zorgeloze luxe en overvloed, weer kunnen wennen en gelukkig worden, zelfs als tegen die tijd mis schien de vrede in Vietnam hersteld zou zijn? IN DE DUITSE pers is het dorp vooral in het nieuws gekomen door de berichten over de voortdurende geld zorgen waaronder de organisatie zou lijden. Deze berichten hebben op hun beurt weer voor een zekere constante toestroming van geld gezorgd, die het dorp tot nu toe van de ondergang heeft gered. Maar als het onderwerp voor de pers en de tv „dood" zal zijn aldus de dorpsleider Przybylski dan wordt het pas moeilijk. Rond Kerstmis was het dorp een prachtige smartlap voor de kranten. Van de „Bildzeitung" tot „Die Zeit" schreven er ontroerende reportages over. Het resultaat: een op brengst, in december, van 118.000 mark. MAAR HET KAMP kost iedere maand 20.000 mark, waarvan de helft door de bijna 4.000 leden van de Ver eniging Vredesdorp wordt bijeenge bracht. Het bestaande gebouwencom plex is afbetaald en in maart wordt met de bouw van een nieuw gedeelte begonnen. Er komt een voor deze ge handicapten noodzakelijk zwembad en andere voorzieningen, die de revalida tie bevorderen. De leiding wil het aan tal kinderen dan tot vijftig verhogen. De nieuwbouw zal een half miljoen kosten. Ook hier laat het optimisme het verenigingsbestuur niet in de steek. Het wijst daarbij met een zekere deemoed op haar rekening nummer 1218 „Postcheckkonto" Essen. Tijdens de zesdaagse Israëlisch-Ara bische oorlog werd het plan voor het vredesdorp geboren. De evangelische pastor Berghaus was de initiatief nemer. Hij kreeg medewerking van een katholieke collega, pater Schafers, van grote Duitse industrieën, van de v -..v.v.v.v gemeente Oberhausen, zelfs van de Bundeswehr. Geld en steun kwamen van tal van instanties en particulieren. Dagelijks leider Manfred Przy bylski voor kindertekeningen in zijn bureau. ■'I- :\s Een Vietnameesje fotografeert een blinde jongen en een meisje met een beenprothese. En zo groot was het enthousiasme, dat meteen al de vrees moest worden ge koesterd, dat dit enthousiasme en deze gulheid even snel weer ineenstorten zouden. De continuïteit was moeizaam maar dankbaar. Ook toen de Israelisch-Ara- bische oorlog sneller afliep dan men gedacht had en in eerste instantie al leen nog Vietnam overbleef, waarvoor het dorp oorspronkelijk niet bedoeld was. Het was opgericht „voor alle kin deren over de hele wereld, wie bui ten hun schuld ernstig leed was aan gedaan." IN AUGUSTUS 1967 werd de eerste steen voor het dorp gelegd. Op 6 augustus van het vorig jaar konden de eerste kinderen „Friedensdorf" betrek ken. WIE VAN DE 32 kinderen er het ergst aan toe is, valt moeilijk te zeg gen. Er is de jongen met de plastic schedel en een nieuw gezicht, die bo vendien zijn linkerhand mist. Er zijn twee blinde jongens, voor wie iedere hoop moest worden opgegeven, dat zjj ooit beter zullen worden. Een andere Voor het eten (voorgrond). Voetbalspel in de eetzaal. jongen miste zijn onderkaak, die in eindeloze en geduldige operaties door een kunstkaak moest worden vervan gen. Een meisje heeft een geblakerd, verbrand gezicht met kleine ver schrompelde oren. Dan zijn er de jongens en meisjes die een been of een arm moesten mis sen en de slachtoffers in de rolstoelen, die door de abominabele hygiënische toestanden in hun land kinderverlam ming kregen. Anderen werden door bom- of granaatscherven in de rugge- graat getroffen, waardoor ze van het middel af verlamd zijn. Degenen die lopen kunnen, slepen zich voort op krukken en stokken, of worden recht op gehouden door beugels en andere ingewikkelde en dure constructies, die veel geld kosten en voortdurend moe ten worden vernieuwd, omdat de kin deren groeien als kool. EEN MEISJE van vier snelt door de eetkamer met een beenprothese, bijna onzichtbaar verborgen onder een grij ze maillot. Buiten speelt een blinde jongen van tien met een verminkt ge zicht, voortdurend geloodst door een knaapje van vier. Grotere meisjes in rolstoelen komen uit hun kamertjes, die los van het hoofdgebouw staan, om naar de eetzaal te gaan. Iedere dag moeten de verlamden uit bed wor den geholpen en aangekleed. Een gepensioneerde man uit de buurt brengt de kinderen van en naar school, hijst ze zo nodig uit de bus en helpt ze er later weer in. De kinderen die kunnen, helpen daarbij. Op kruk ken duwen ze eetwagentjes voort en dragen daarbij een witte jas, waar ze trots op zijn. VOOR DE organisatoren snijdt het mes van hun actie aan twee kanten, hoewel de zorg voor de kinderen na tuurlijk in de eerste plaats komt. Zij willen de bevolking metterdaad laten meedoen aan de leniging van een nood, waarover men zich maar al te vaak geheel „vrijblijvend" opwindt. Daarom wil men ook geen hulp van de staat of van de bestaande liefdadige instellin gen. Het „Friedensdorf" moet een sym bool blijven van de hulpvaardigheid en c ferzin van de bevolking, aldus de geestelijken en hun helpers. Of dit zal blijven lukken, moet worden afge wacht. Tot nu toe lukt het. MEN KAN STELLEN dat wat er aan deze 32 kinderen wordt „goedge maakt", in geen enkele verhouding staat tot het leed van de ongetelde duizenden Vietnameesjes die, gemuti leerd en verminkt door de oorlog, geen kans krijgen om de hel der vernieling te ontsnappen. Maar als symbool en, wie weet, als begin van een grotere hulpactie is Friedendorf" een lich tend voorbeeld.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1969 | | pagina 15