Haarlemse dokter P. Lens:
Huisleraar der huisartsen
„OPENBARE" NASCHOLING VAN MEDICI VIA T.V.:
VIER VAN DE VIJF HUISARTSEN WILLEN KIJKEN
DE LEGENDE ROND
HET HEILIGE HOUT
VAN PARADIJSBOOM
TOT JEZUS' KRUIS
ijNormale Teleac-
ij cursus, iedereen
kan meekijken!"
OJoaUuauDcnTfjoutc
ZATERDAG 28 MAART 1970
Erbij
27
-
Patiënten
Dr. Kildare
In opspraak
Schande
HET WAS in de oorlogsjaren
dat Martinus Nijhoff „om zoveel
mogelijk jeugdige personen af te
houden van zekere ongewenste
organisaties die in oorlogstijd
woekeren" op verzoek van de
Vrijzinnig Christelijke Jeugd
Centrale (V.C.J.C.) een drietal
lekespelen schreef: een Kerstspel
De Ster van Bethlehem, een Paas
spel De Dag des Heren en een
Pinksterspel Des Heilands Tuin.
Later zijn de drie spelen gebun
deld uitgegeven onder de titel
Het Heilige Hout. Nijhoff publi
ceerde ze, zoals hij in de inleiding
schrijft, in dankbare herinnering
aan en ter voortzetting van het
levenswerk van zijn moeder.
C9it ia dat boet uanöm fioucc
Dm bouteöaer ane ffetf
1 iWxnuigtjctfonemUeöcrf
icgclefai tjoet getoim.
-jftu oermatten uitgoDcOtco
%ac b» mp (Ulbclmr ücünöc
vPancftmuanDcbcgtim rotrcpnöe
XUe otepnnrcn moourrcrtim
JbonDrrlogijelthtulcdieu
Uor laglier am Dane ucrroglic
[Dam roas Dccrtte man
jptmmmfrtimfbimgtictöan
€n bot bi bp fijne tmjfo raöe
«6root uernopnammDelraDe
«fnöcbircnrrdmirefppfc
«êbmjtjtt foao ti ren paraDtfc.
3>atttrefenmeeftalleDtclieDe
toatfabm Datjgbefcbtóie
Folio 1 en 2 uit „Tboec vanden Houte", Antwerpen (1496).
(Van een onzer
HAARLEM Tenminste 2.500 huisartsen veren maandag
de 20ste april op, als op hun beeldbuis de eerste les verschijnt
van de cursus nascholing voor huisartsen van Teleac. Niet
minder recht gaat een onbekend aantal niet-huisartsen
zitten. De vraag is echter of zij als leek iets zullen hebben
aan de les. „Het studiopersoneel zei al: We begrijpen er niets
van", aldus dokter P. Lens, de Haarlemse huisarts die de
cursus zal presenteren. Er is al veel te doen geweest over
de openbaarheid van de televisiecursus. Het leek erop, dat
de lessen op listig gekozen tijdstippen zouden worden uitge
zonden, opdat alleen de tevoren geïnformeerde huisarts er
van zou kunnen profiteren. Geheimzinnigheid is echter nooit
de bedoeling geweest van het Nederlandse Huisartsen Insti
tuut (NHI), noch van Teleac. De lessen worden gewoon aan
gekondigd als elke andere Teleac-cursus. Iedereen kan er
naar kijken.
DOKTER LENS, 37 jaar, oefent zijn
praktijk uit in Haarlems duurste wijk:
Zuid. Hij heeft een modern bungalow
achtig huis annex praktijk. En dat
past bij hem. Lens is een nieuw type
huisarts. Zijn wachtkamer telt geen
Panorama's, wel een prikbord met kin
dertekeningen en kranteknipsels,
waarin staat dat huisartsen geen geld
wolven zijn. Moderne kunst hangt aan
de bakstenen muur en zijn knappe
vrouw brengt thee in schotelloze gla
zen kopjes.
Waarom, dokter Lens, is nascholing
voor huisartsen nodig?
P.L.: Je kunt tijdens je studie on
mogelijk alle vaktechnische zaken ge
leerd krijgen. Bovendien gaan de ont
wikkelingen in de geneeskunde zeer
snel. Je moet jezelf wel nascholen en
de behoefte daaraan zal steeds meer
toenemen.
Heeft het dan nog nut aan de uni
versiteit veel vaktechniek te geven?
P.L.: De basis moet er wel gelegd
worden, maar op het ogenblik worden
louter vaktechnische zaken behandeld.
Ik hoop, dat er meer aan medische
psychologie en medische sociologie ge
daan zal worden. Het is heel moeilijk
de huisarts in die intermenselijke re
laties na afloop van zijn studie te la
ten nascholen door vakliteratuur of te
levisiecursussen. Op televisie had ik
graag bijvoorbeeld gesprekstechniek
willen doen, maar dat is in een korte
serie haast onmogelijk. Dergelijke vak
ken zouden op de universiteit moeten
worden gegeven.
Is er behoefte aan nascholing op de
televisie?
P.L.: We dachten dat die behoefte
bestaat, hoewel er veel betere metho
den tot nascholing zijn: congressen, de
Boerhaave-cursussen, klinische mid
dagen op ziekenhuizen. Die zijn veel
instructiever, omdat je de mogelijk
heid hebt van weerwoord. Maar niet
iedere arts heeft deze mogelijkheden
in zijn directe omgeving. Juist die
artsen hopen we met T.V. te bereiken.
En dan heb je je vakliteratuur; er zijn
een paar heel goede huisartsenbladen.
Is de behoefte tevoren onderzocht?
P.L.: Het Nederlands Huisartsen In
stituut heeft geënquêteerd. We wilden
weten hoeveel artsen naar de cursus
gaan kijken. We hebben 4638 formulie
ren naar alle ons bekende artsen ver
stuurd. We kregen er 3041 terug. Daar
van wilde 82 percent de cursus volgen.
Let wel, daar zitten ook tegenstanders
van een televisiecursus bij. Ze zeggen:
Wij móéten wel kijken, want mijn pa
tiënt kijkt ook. Dertien percent was
niet van plan te kijken en vijf percent
wist het nog niet.
Wat zijn de argumenten van de men
sen, die bezwaar tegen de cursus heb
ben?
P.L.: Het waren er ongeveer hon
derd. Die hebben we bij elkaar geroe
pen. We hebben hun de programma's
laten zien, die we klaar hadden. Ze
blijven echter tegen. Hun voornaam
ste bezwaar is, dat het op het open net
zou worden uitgezonden. Natuurlijk zie
ik wel een bezwaar bijvoorbeeld dat
patiënten ménen iets begrepen te heb
ben. Dat geldt vooral voor neurotische
patiënten. Ze kunnen zeggen als ze een
ziektebeeld op de tv zien: Dat heb ik
ook. Nu is dat niet zó erg, wanneer
ze dat ook tegen de huisarts zeggen.
Maar het is erger als ze er niét mee
naar de huisarts gaan en met onge
gronde vrees blijven rondlopen. Als
dit op grote schaal zal voorkomen,
dan moeten we stoppen.
Dat wordt onderzocht?
P.L.: Na de eerste serie van
zes uitzendingen komt een evaluatie.
Het is tenslotte een probeersel. Je
moet nagaan of de huisarts er iets aan
heeft gehad. Als ze unaniem zeggen
van niet, dan stoppen we.
Welke onderwerpen worden behan
deld?
P.L.: Ook daar hebben we naar ge
ënquêteerd. Als eerste twee onderwer
pen kwamen eruit: de ritme-stoornis
sen van het hart en de depressieve pa
tiënt. De vier eerste uitzendingen gaan
nu over het eerste onderwerp.
Wie doen mee?
Voor deze serie de cardioloog dr.
Vonk en een patiënt. Het liefst wer
ken we met échte patiënten, maar het
is heel moeilijk die te vinden. Ze krij
gen tevoren de hele uitzending te zien.
Maar ook al hebben de patiënten geen
bezwaar, dan nog kunnen ze vaak de
consequenties niet overzien.
Is zo'n cursus in het buitenland wel
eens ondernomen?
P.L.: We zijn naar Engeland ge
weest. In Newcastle hebben we uit
zendingen gezien, maar dat was erg
gedramatiseerd. Helemaal op de Doc
tor Kildare-toer; met sirenes, opera
ties en verpleegsters. Dat doen wij
helemaal niet.
Wat voor vorm krijgt zo'n les?
P.L.: We willen het liefst een spon
taan gesprek met de patiënt om aan
de hand daarvan m.et een specialist
van gedachten te wisselen. Hier zijn
we nu nog niet in geslaagd. Het is mij
nog te schools. We willen af van wat ze
noemen „talking heads". Twee, drie
hoofden. De hele tijd. Dat is niet in
teressant. Natuurlijk komen er teke
ningen en grafieken bij.
De specialist legt dus iets uit?
P.L.: Dat is een van de moeilijkhe
den. Specialisten zijn gewend te doce
ren, maar ze zijn niet gewend in ge
spreksvorm iets op huisartsen over te
brengen. We hebben wel eens bijeen
komsten met hen en dan willen de
huisartsen antwoord op een aantal ge
richte vragen. Maar dat antwoord
krijg je niet. Dan zegt de specialist:
voor ik u daarop antwoord, moet u
eerst dit nog weten en dat. En dan
krijg je een heel ander verhaal. Ja,
er is nog steeds de leraar-leerling
verhouding. Ook dat werkt eraan mee,
dat specialisten op een voetstuk staan,
wat ie zelf vaak helemaal niet willen.
Het doel van de cursus is óók: de
huisartsen een meer wetenschappelijk
prestige te geven. Je zou in de huis
artsgeneeskunde moeten kunnen spe
cialiseren. Gelukkig hervindt de huis
arts zijn eigen „gezicht" We hebben
aan de universiteiten nu ook onze
eigen leerstoel in de huisartsengenees-
kunde.
De huisarts is de laatste tijd in op
spraak gekomen, door verhoging van
het honorarium en fouten die in de
openbaarheid komen. Wat vindt u
daarvan?
P.L.: Ja, wat betreft de verhoging
van het honorarium: door het misver
stand dat je als huisarts een ton zou
verdienen zijn wij wel in opspraak
gekomen. Als het veel is kan dat, laat
ik zeggen de „omzet" zijn, maar na
aftrek van alle onkosten: dat zijn af
lossing van de enorme schulden ont
staan door praktijkovername en de
bouw van een praktijkhuis als dit
hier, en na aftrek van pensioenreser
veringen en belasting blijft daar hoog
stens 20.000 van over om van te le
ven. Dat lijkt me toch niet onredelijk.
Het is een zwaar beroep, met veel
verantwoordelijkheid, ongeregeld
werk, ook 's nachts en weekenddien
sten. Nu zeggen sommigen: Lens, je
woont wel erg mooi. Mag dat alsje
blieft. Door je beroep ben je zeer aan
huis gebonden. Door bevallingen en
weekenddiensten kun je heel vaak niet
weg. Je moet je vertier dus in eigen
huis en op eigen erf zoeken.
Over de fouten die in de openbaar
heid komen: als dit inderdaad nala
tigheid van de arts betrof dan is het
juist. Vaak gaat het echter over pa
tiënten die ménen niet goed behandeld
te zijn, en zich dan gaan beklagen.
Overigens geloof 'k ook dat dit in op
spraak komen het gevolg is van de
heersende mode om tegen de geves
tigde orde te schoppen. Ook degene
die ongewild als autoriteit gezien
wordt krijgt klappen. In ons geval zie
ik het als reactie op het kaste zijn
van artsen.
U bent voor het doorbreken ervan?
P.L.: Ja, daar ben ik voor. Ik zou
afwillen van het idee dat er een me
dische ethiek is. Er is maar één
ethiek, de ethiek van mens met de
mens zijn. Dat het bestaande boekje
over de medische ethiek niet wordt
herdrukt, dat verheugd me. Ik ben er
nooit erg voor geweest. Je moet als
arts naast je patiënt staan. Dat voet
stuk hoeft van mij niet. Overigens
werken de patiënten er net zo goed
aan mee. dat dit nog niet zo is.
Heeft u altijd huisarts willen wor
den?
P.L.: Ja, omdat het mij het leukste
leek. Contact met mensen. Ja, mis
schien wel een romantisch idee,
maar dat gaat er wel af als je
's nachts uit je bed moet.
Bent u voor groepspraktijken?
VWAWMWWWWtWWWWWWW\IMWUWWWMW\/l
P.L.: Daar ben ik erg voor. Ik hoop
dat het in Haarlem lukt Het is een
schande dat het gemeentebestuur van
Haarlem er niet méér aan doet.
Schalkwijk zou een prachtige kans
zijn, als je een paar jongere artsen
zou kunnen vinden. Maar er wordt
hier niets aan gedaan. Mensen, die in
Schalkwijk een praktijk willen begin
nen, moeten tegen exorbitant hoge
prijzen grond ropen of ruimte huren.
Op het ogenblik 100 gulden per m2.
Verder moet het allemaal passen in
het stedebouwkundig plan, en wat
voor plan.
Zij er voor patiënten nadelen aan
een groepspraktijk?
P.L.: Neen. Vanuit de patiënt ge
zien misschien dit: de ongegronde
vrees dat de band tussen hem en zijn
arts minder sterk zal zijn, zakelijker.
Toch is het de bedoeling dat in een
groepspraktijk iedere arts zijn eigen
patiënten heeft. Juist door het inscha
kelen van paramedische medewerk
sters krijg je als huisarts meer tijd
voor de patiënt. Voorwaarde voor het
slagen van een dergelijke groep is een
goede teamgeest. Het werkt enorm
stimulerend. Ik ben zelf geassocieerd.
We kunnen gemakkelijker over een
patiënt praten. Er bestaat toch ook
een soort competitie Je zal toch niets
willen missen. Maar ik begrijp wel
enkele bezwaren, die vooral van de
oudere artsen komen Als je eenmaal
zoveel geïnvesteerd hebt in een solo
praktijk dan kan ie haast niet meer
aan een groepspraktijk beginnen.
JAC. HEIJER
>/VWMMWWWWWWWMWVW
Dboec vanden Houte
HET LIJKT MIJ waarschijnlijk,
dat de dichter, toen hij in de Am
sterdamse universiteitsbibliotheek
ter voorbereiding van zijns werk t.al
van oude geschriften raadpleegde,
kennis heeft gemaakt met een Mid
delnederlands gedicht Dboec vanden
Houte, dat naar men aanneemt uit
de dertiende eeuw stamt en dat vroe
ger ten onrechte is toegeschreven
aan de bekende middeleeuwse schrij
ver Jacob van Maerlant. Wie de
auteur van het merkwaardige, onge
veer 800 versregels tellende dichtwerk
is, weten wij niet. nu Maerlant is
geëlimineerd. Waarschijnlijk is het
een bewerking van een Latijns ge
dicht. Het behelst niet meer of min
der dan het verhaal van de oorsprong
en de lotgevallen van het hout waar
uit het kruis werd gemaakt waaraan
•Jezus op goede vrijdag stierf.
Het is wel duidelijk dat de Middel
eeuwer niet kon geloven dat de Za
ligmaker het leven zou hebben gela
ten aan een paar gewone balken uit
een eenvoudige boomstam gezaagd.
Hij moest wel overtuigd zijn dat dit
hout zoals Nijhoff het noemde „heilig
hout" was. heilig van oorsprong en
heilig van bestemming. De middel
eeuwse hang naar het wonderdadige,
het mystieke, het symbolische deed
de dichter verband leggen tussen de
boom van het Paradijs en het Kruis
hout, tussen Adam en Christus, tus
sen de zonde en de vergiffenis. En
zo is, waarschijnlijk in de tijd der
Kruistochten, die zovelen uit het wes
ten in aanraking brachten met de hei
lige plaatsen in het oosten, een ver
haal ontstaan dat deels stoelt op me
dedelingen van het Oude Testament,
deels op apocriefe geschriften en
deels op de Historia Scolastica van
een zekere Petrus Comestor. De
naam betekent: Piet de Boeken-
DBOEC VANDAN HOUTE maakt
deel uit van een onzer belangrijkste
Middelnederlandse verzamelhand
schriften, dat naar zijn voormalige
eigenaar Karei var Hulthem het
Hulthemse handschrift wordt ge
noemd. Van Hulthem was een biblio
fiel, ja zelfs een bibliomaan. Waar
hij kon kocht hij boeken Zo verwieri
hij in 1811 op een actie voor de
prijs van vijf en een halve franc,
een verzameling handschriften geti
teld Poësie Flamand. Pas later ont
dekte men welk een schat aan Mid
delnederlandse dichtkunst het bevat.
In 1838 kocht de piepjonge Belgi
sche staat de gehele bibliotheek van
Van Hulthem aan en sinsdien berust
het handschrift in de Koninkliike Bi
bliotheek te Brussel. Een der 209
stukken die het bevat is Dboec van
den Houte.
DE LEGENDE luidt in verkorte
vorm als volgt:
Toen Adam, de eerste mens, hon-
derdtwintig jaar oud was schonk
Eva, aldus verhaalt ons het boek
Genesis, hem een zoon. De ouders
noemden hem Seth. Hij groeide op
en hielp zijn vader op het land. Toon
Adam negenhonderddertig jaar was,
riep hij Seth tot zich en zei: „Ik
ben oud en vermoeid van de arbeid.
Trek naar het oosten, zoek het para
dijs en vraag de engel die daar
wacht houdt om de olie der barm
hartigheid, die God mij beloofd heeft
hem die onder Adams tong te leg
gen zodra hij gestorven zou zijn.
Toen Adam dit hoorde, lachte hij: de
enige maal in zijn leven, zegt de
dichter. Drie dager later stierf hij.
SETH begroef hem, volgens som-
toen hij mij uit het paradijs ver
dreef. De engel stond Seth toe, een
blik in de Hof van Eden te werpen
en hij zag daar een hoge dorre boom.
Een slang kronkelde zich om de
stam en in de bovenste takken lag
een kind te schreien. De engel zeide
nu tot Seth dat dit kind te zijner
tijd Adam de olie der barmhartig
heid zou verstrekken. Daarop gaf
de engel Seth drie pitten mee van
de vrucht waarvan zijn ouders in het
paradijs hadden gegeten en beval
migen in Hebron, volgens anderen
op Golgotha. Uit het graf sproten
drie loten op die met elkaar ver
groeiden en 3200 jaar onveranderlijk
bleven. Toen vond Mozes ze op een
aanwijzing van God en verplantte
ae. Eveneens op goddelijk bevel
bracht Koning David ze over naar
zijn tuin. Daar groeiden de loten uit
tot één geweldige boom waarom Da
vid dertig zilveren ringen sloeg.
Maar toen Salomo de tempelbouw
ondernam, had hij oen ongewoon lan
ge balk nodig. Daarvoor werd de
boom omgehakt en verzaagd Maar
de balk bleek, ofschoon men hem
nauwkeurig gemeten had, te kort.
Hij was. zegt de dichter, tot een an
der doel voorbestemd. Men liet hem
nu ergens in de tempel liggen en ge
bruikte hem daarna als brug over
een beek jzodat getreden iverd met
voeten het hout daar onze zaligheid
aan hangt" De koningin van Sche-
ba echter openbaarde het geheim
van het hout aan Salomo die daarop
alle toegangen tot de tempel liet
dichtmetselen op één na Daarin zet
te hij het hout dwars neer zodat ie
der die het heiligdom betrad er het
hoofd voor moest buigen. Onder een
latere koning werd de balk evenwel
weggehaald en begraven. Tweehon
derd jaar lag het hout daar tot het
op de gezette tijd tevoorschijn werd
gehaald om te dienen als kruis voor
Christus. Dan, tijdens de kruisiging,
nadert een ridder en steekt Jezus
met een speer in de zijde ..dat er
uyt ran ten -.elven tide d'olie der
ontfermicheit, daer Adam over was
geseit dar Hi' lev do - er los
sen soude'En als zovele middel
eeuwse gedichten «undie^ ook dit
met de bede dat de Heer die met
zijn bloed het mensdom heeft ver
lost. ons in zijn hoede moge nemen.
EEN MERKWAARDIGE legende
die op typisch-middeleeuwse wijze
een brug wil slaan tussen het Oude
en het Nieuwe Testament, tussen de
boom der kennis van goed en kwaad
en het kruis. In het paradijs ligt
reeds in de gedachtengang van de
onbekende dichter de belofte van het
door Christus te brengen heil. Adam
was schuldig, maar desondanks ont
kiemden in zijn mond de pitten waar
uit het hout der verlossing zou groei
en. Als de boom wordt omgehakt
werpt men de dertig zilveren ringen
achteloos in een hoek van de tempel.
Daar liggen ze tot de overpriesters er
Tudas mee betalen voor zijn verraad
Het zijn de bekende zilverlingen die
dus, evenals het hout, voorbestemd
waren voor het lijden van Christus
ZOALS vrijwel iedere legende heeft
ook deze varianten. Een ervan ver
haalt dat Adam toen hij uit het para
dijs werd verdreven een tak van de
verboden boom meenam als staf. Hij
liet die aan zijn nakroost na en het
was Jozef die hem naar Egypte
bracht. Zo kwam hij in handen van
Mozes, de man die Israel verloste, zo
als Christus later het gehele mens
dom verlossen zou.
OM TERUG te keren tot Nijhoffs
trilogie: het komt mij waarschijnlijk
voor dat de moderne dichter de ge
dachtengang van de Middeleeuwer
heeft gevolgd, al is er geen sprake
van dat hij ergens zinspeelt óp de ge
beurtenissen die in da legende wor
den verhaald Niiboff laat evenwel ir
De Ster van Bethlehem
waarin Jezus' geboorte wordt ver
haald. Eva van het oaradijs optre
den Zij volgt de dorpsvroedvrouw
als die bij een bevalling gaat helpen
steunend op de staf die Adam haar
toen hij uit het paradijs verdreven
werd. had gegeven Telkens als een
kind geboren wordt, schudt zii neen
en volgt dan weer de vroedvrouw
Wanneer evenwel -Jezus in de kribbe
door herders en koningen aanbeden
wordt, breekt Eva de staf in tweeën
en vormt van beide stukken een kruis
Ook hier wordt dus een brug gesla
gen tussen het paradiisverhaal en de
komst van Christus Het is zoals Nij
hoff in zijn inleiding tot Het Hei
lige Hout zegt. alsof oud en nieuw
zich mengen alsof overlevering en
argeloosheid uit dezelfde bron voort
vloeien. Nijhoffs bron kan het mid
deleeuwse Boer varden Houte
geweest zijn, waarheen ook de tite
van zijn trilogie verwijst.
DR P H SCHRöDER
Xkjwvmwwvmwvwiiwwwvwwwwwvwwmwwvwwvwvwvwwwwvmvwvwvx
VWtfWWWWtrt/WWWWWWM
l#WWWVWWW