moeder van de
zeven zeeen
Marineschepen, waar ook ter
wereld, blijven „spreken
met Noordwijkerhout
Goed bewaakt en
diep verscholen
in de duinen
DINSDAG 31 MAART 1970
(Van een onzer verslaggevers)
NOORDWIJKERHOUT Voor een argeloze wandelaar zal het zeker
een verrassing zijn, wanneer hij, dwalend in de brede duinen bij Noord-
wijkerhout, plotseling op een omheining stuit, en door een geüniformeerde
man wordt aangehouden die hem enkel bars naar een bordje met daarop
„Streng verboden toegang" wijst. Niet begrijpend zal hij dan wel vragen
naar het waarom van die omheining, maar vermoedelijk enkel ten ant
woord krijgen: „Militair terrein, meneer". Nederlanders hebben het aureool
goedmoedig te zijn, dus is de kans groot, dat de wandelaar enkel „oh" sta
melt, en zijn steven naar een andere horizon wendt. Misschien met een
tikkeltje onbevredigend gevoel over zich. Het militair kampement waar
het om gaat, is een radiostation van de Koninklijke Marine, in dè volks
mond beter als NORA bekend. Een zoet klinkende vrouwennaam, die in
dit geval enkel de afkorting is van Noordwijk Radio.
99
ANTENNES
ONZICHTBAAR
CURACAO
THUISFRONT
BINNEN VRAGEN
ÉÉiiÉÉÉiÉÉË iüM
NORA:
De weg er heen te vinden tussen
Noordwijkerhout en Langevelderslag
voert over een mul zandpad met ruiter-
sporen. Een verbodsbord aan het begin
vermeldt uitdrukkelijk dat auto's en
motoren niet welkom zijn. „Dat is enkel
om ons van overbodige storing te vrij
waren", wordt ons later verteld. De ge-
uniformeerde man van het marinebewa
kingskorps bij de hefboom, die toegang
geeft tot het kampement, weet dat we
komen. Op een vel papier in het wacht
huisje staat onze naam vermeld.
De bewaker vraagt de perskaarten.
Op een doorlaatbewijsje worden naam,
adres en autonummer genoteerd. „Ze
weten er van, ga uw gang". De boom
gaat voor ons open. „Als u het betonnen
pad afrijdt, komt u bij een barak, daar
tweede deur rechts". Het bezoek aan het
radiostation werd mogelijk na een tele
foontje naar de Marinevoorlichting in
Den Haag, van wie we, na „gescreend"
te zijn, een „welkom" hoorden.
Wat doet het marinekampement met
zijn veelheid aan antennes in het Noord-
wijkerhoutse duinlandschap? Officier-
beheerder, luitenant ter zee (van vak
diensten) der tweede klasse H. J.
Schrier: „Wij onderhouden de contacten
met de Nederlandse marineschepen
waar ook ter wereld". En daarmee is
dan de aanwezigheid van de marinemen
sen verklaard. Voor de rijen ontvangers
die in de barak staan opgesteld, vangt
een negental verbindingsmensen de „le
venstekens" van de buitengaats zijnde
oorlogsschepen op.
Een onzichtbare draad verbindt hen
met hun kameraden ergens op de we
reldzeeën. Een erg „sec" contact dat
in formele termen gesteld, kort en zake
lijk is. De bewegingen worden geregi
streerd. vanaf het moment dat de tros
sen aan de Nederlandse kade worden
los gegooid.
De middag van ons bezoek, en op alle
andere middagen, morgens of nachten
die er zijn, weet NORA precies waar die
ene onderzeebootjager zich bevindt, op
hoeveel graden westerlengte en noorder
breedte. En al even precies hoeveel
brandstof het schip op dat moment er
gens op de Atlantic nog in zijn tanks
heeft. Ook weten ze hoever het Neder
landse vlagvertoon nog van het wereld
tentoonstelling vierende Osaka verwij
derd is.
Niets ontgaat ze, zo lang de telexen
van de grotere schepen (vanaf het fre
gat) en de seinsleutels aan boord van
de kleinere schepen zich maar blijven
melden. De routiniers daar in de Noord
wij kerhoutse duinen zijn geboren door
de precisie waarin alles verloopt. Bij on
ze vraag of er een vorm van paniek ont
staat, wanneer een sein, langer dan ver
wacht, uitblijft, zegt luitenant ter zee
Schrier schouderophalend dat dat dan
ongetwijfeld zijn oorzaak zal hebben en
dat het bijvoorbeeld aan de golven of
aan het weer zal kunnen liggen. Ook
geen ongerustheid wanneer een sein van
een onderzeeboot wat langer uitblijft:
„Ik heb het hier nog nooit meegemaakt".
In het lokaal waar de ontvangers zijn
opgesteld, staat ook de rechtstreekse te>
lexverbinding met de Nederlandse An
tillen, waar het landstation is opgesteld
in het stafgebouw op de marinebasis Pa-
rera op Curagao, waar de marinestaf
zetelt. Luitenant ter zee Schrier toont
zich een routinier als geen ander. Onze
vraag of het met de ongeregeldheden
vorig jaar mei het verkeer met de sub
tropische eilandengroep niet zeer inten
sief was, beantwoordt hij gelaten met:
„Het was natuurlijk wel wat drukker1
Op NORA wordt enkel ontvangen. Ant
woord of berichten aan Curag ao of de
zich ergens op de oceanen bevindende
schepen gaan de lucht in via de zend
masten in Ouddorp op Goeree.
Decoderen van gekwalificeerde berich
ten doen de mannen in Noordwijkerhout
niet. Die blijven voor de ontvangers
„abrakadabra" en gaan door naar hun
bestemming waar anderen zich over de
ontcijfering ontfermen.
Niet via NORA loopt de berichtgeving
van de zeevarenden aan het thuisfront.
Over het „gefeliciteerd pa" en „beter
schap ma" ontfermt zich Radio Holland
in Scheveningen. Uitzonderingen op de
ze regel worden gemaakt, zo somt ma
rineofficier Schrier op, wanneer het gaat
om persoonlijke aangelegenheden: bij
sterfte van familie of verwanten of bij
voorbeeld bij geboorten.
Het licht in het (geclassificeerde) kam
pement in de Noord wij kerhoutse duinen,
dat tot 1955 met de Rijksluchtvaart
dienst werd gedeeld brandt dag en
nacht. Vier ploegen zorgen er voor dat
de ontvangers vierentwintig uur bediend
worden. Het zou moeilijk anders kun
nen, immers, de scheepsmotoren op de
oceanen blijven dreunend energie geven
en nieuwe posities of meldingen, waar
over dan ook, moeten altijd hun weg
naar het moederland kunnen vinden.
„Stand by" is het devies op het sta
tion.
Wahneer we het terrein verlaten doet
in de duinen een man van het bewakings
korps zijn ronde. Aan de poort leveren
we ons pasje in. Aan de man aan de
poort vragen we als we het pasje inle
veren of hij ook wel eens aan de pa
trouilles meedoet. De man grinnikt enkel
en geeft ook dit „strategische gegeven"
niet vrij: „Dat had u binnen moeten
vragen!"
UDO J. BUYS
V N -
- V -
Het kampement vanaf het duin ge
zien: de barakken omringd door
masten.
Het kamp staat onder permanente
bewaking van het marinebewakings
korps. Een hefboom geeft toegang tot
een slingerpad naar de barakken.
De officier-beheerder van NORA,
luitenant-ter-zee H. J. Schrier.
Een sergeant van de verbindings
dienst houdt hier nauwkeurig de in
gekomen berichten bij.
In het innerlijk van NORA staat de
ontvangapparatuur dag en nacht te
ruisen en zijn de verbindingsmensen
klaar de berichten op te vangen.
KHH
C- .y:'-
wmmii,
M M Avi'. VN-.*a aUa .'/'Ax's