„Uitstel kan
een ramp
ontketenen
TOKIO STICHT SUPERASIELS VOOR 50.000 ZWERFHONDEN
ZATERDAG 11 APRIL 1970
Erbij
t r»
«mé
IIKSiy^iiÉ
(Van on2e correspondent)
ZIERIKZEE Zonder „paniek"
te willen zaaien heeft dijkgraaf
A. M. Geluk van het water
schap Schouwen-Duiveland waar
schuwende woorden gesproken:
„Uitstel van de afsluiting van de
Oosterschelde is ontoelaatbaar".
Wat is de achtergrond van die op
merking? Is hij bang, dat het laat
ste project van het Deltaplan later
dan 1978 wordt voltooid? Op zijn
boerderij in het dorpje Schudde-
beurs wil landbouwer Geluk zijn
beweegredenen wel kwijt: „Ik heb
gelukkig geen aanleiding om te
vrezen, dat de Oosterschelde later
zal worden afgesloten dan vastge-
Het Haringvliet (foto links) is
komende herfst geen zeegat
meer. In mei is de dam van
betonblokken in het Rak van
Scheelhoek gereed. Daarna be
gint het zandspuiten. Voor de
eerste najaarsstormen is de dam
een robuuste zeewering.
Volgend jaar komt de afdam
ming van het Brouwershavense
Gat (foto hierboven) gereed.
Een groot gedeelte van de dam
is inmiddels klaar. Het zuide
lijke sluitgat wordt met de
kabelmethode gedicht. Voor het
noordelijke sluitga» worden
doorlaatcaissons gebruikt.
D
UW—uw
vang kan de ramp van 1953 worden
overtroffen. Men zegt, dat een derge
lijke watersnoodramp een keer in de
duizend jaar gebeurt. Maar dat bete
kent, dat het ook morgen kan zijn".
Geboren en getogen op het eiland,
heeft landbouwer Geluk geleerd te le
ven met het altijd aanwezige gevaar
van de zee. Hij spreekt de taal van
zijn streek, als hij zegt: „De bevolking
is hier nuchter, niet emotioneel gela
den. Ik druk het wel eens zo uit: „we
vrezen de zee zonder dat we er angst
voor hebben".
DESONDANKS herhaalt hij elk jaar
„der traditie getrouw bijna" dat
van temporisering van het Deltaplan
geen sprake mag zijn. „Als je dat niet
af en toe zegt, heeft iedereen de nei
ging om in te slapen. En dat mag niet
gebeuren. Want we leven misschien
wel ver van de gedachte aan dreiging
af, we wonen er vlakbij! Als ik bij
zware noordwesterstorm en springtij
met het dijkleger de dijken opga en
ik zie dat vreselijke geweld van de zee,
houd ik mijn hart vast. Dan kun je
nog maar één ding zeggen: wat zijn
we toch klein!"
kan altijd meer", zoals nu wijlen het
Eerste Kamerlid Louwes placht te
zeggen.
Schouwen-Duiveland is menselij
kerwijs gesproken pas voldoende te
gen het geweld van het water be
schermd, als het Deltaplan gereed is.
Volgend jaar gaat het Brouwershaven-
se Gat dicht, waardoor de noordkant
van het eiland wordt beveiligd. De
Oosterschelde is over acht jaar geen
zeegat meer.
DIJKGRAAF Geluk: „Tot 1978 heb
ben we een moeilijke periode. De
dammen in Grevelingen en Volkerak
hebben het stroombeeld belangrijk ge
wijzigd. Dat kan gevaar opleveren. Op
een aantal plaatsen zijn aanpassings-
werken verricht om de ongunstige si-
tiatie op te vangen. Niettemin dwingen
de omstandigheden tot spoed. In om-
De afsluiting van de Ooster
schelde laatste en moeilijkste
project van het Deltaplan ge
beurt in 1978. De voorbereiden
de werkzaamheden zijn al ge
ruime tijd aan de gang: de bouw
van de werkeilanden vanwaar
de „aanval" op het zeegat wordt
ondernomen.
steld is. Technisch is het mogelijk
de dam op tijd klaar te krijgen
Noodzaak is alleen, dat de finan
ciën regelmatig op tafel komen"
WAAROM DAN toch die waarschu
wing? Hij zegt: „Ik ben nu tien jaar
voorzitter van het waterschap en tien
jaar hamer ik er nu al op, dat de af
damming niet wordt uitgesteld. Schou
wen-Duiveland is nog steeds een be
dreigd eiland. Als storm en springtij
samengaan, is de zeewerende capaci
teit van de dijken beperkt. Trouwens:
hoe sterk de dijken ook zijn, de „zee
v v* 7
V 0 N
r
\;N -■
(Van onze medische medewerker)
AMSTERDAM WIL een einde ma
ken aan de duivenplaag die de stad
nu al jaren groot ongerief bezorgt. Het
wil 40.000 duiven pijnloos elimineren
°m de binnenstad weer wat leefbaar
der te maken. Maar of dat lukken
zal
PALERMO KAMPT met het pro
bleem van twee miljoen ratten; drie
op elke inwoner! Zij verorberen 200.000
ton voedsel per jaar en vormen een
potentiële bedreiging van de volksge
zondheid, omdat ratten vele gevaar
lijke ziekten (o.a. de ziekte van Weil)
verspreiden. Pogingen om de dieren
radicaal uit te roeien hebben totnog
toe gefaald.
TOKIO PAKT de dierenoverlast an
ders aan. In deze grootste stad ter
wereld genieten loslopende honden
sinds 1687 wettelijke bescherming. In
dat jaar vaardigde de sjogun Tsuna-
yoshi n.l. een decreet uit waarbij be
paald werd dat de zwerfhonden geen
leed mocht worden berokkend. Wie
zich daar toch aan schuldig maakte,
liep het risico, verbannen te worden
buiten de stadsmuren. De burgers
moesten de honden zelfs eerbiediglijk
met „mevrouw" rf „meneer" („o inu
sama") aanspreken
DIE OUDE hondenwet heeft tot ge
volg gehad dat er nu in Tokio meer
dan 100.000 onbeheerde honden rond
zwerven, met alle daaraan verbond pn
risico's van hondsdolheid tpidemieën.
Daarom heeft het stadsbestuur nu
een aantal hondenmeppers aangesteld,
wier taak het is 50.000 zwerfhonden te
vangen waarna de dieren naar speciaal
voor hen gebouwde asiels in de bui
tenwijken overgebracht worden. Daar
zullen zij verzorgd en gevoed worden
met rijst en gedroogde vis. Alleen de
zieke dieren zullen met gas of eer
strychninespuitje afgemaakt worden;
de overigen zullen op kosten der bur
gerij liefderijk verzorgd worden ,tot
de (natuurlijke) dooo erop volgt" Een
treffend staaltje van praktische die
renliefde.
VINDT U ook dat dokter en apothe
ker steeds duurder worden? Troost u
dan met de gedachte dat de kosten
van het „geneesmiddelenpakket" in
ons land nog altijd lager zijn dan in
de meeste buurlanden. Een der oor
zaken niervan is het unicum van de
„apotheekhoudende arts," die een
veel lagere kostenvergoeding voor be
reiding en aflevering van geneesmid
delen krijgt dan de gewone apotheker
Zouden de apotheek houdende artsen
van het toneel verdwijnen dan zullen
circa 3,5 miljoen fondspatiënten hun
medicijnen via de normale apotheek
betrekken moeten, hetgeen de kosten
voor de fondsen (en dus ook die van
het „geneesmiddelenpakket") aanzien
lijk zou verhogen. Aldus, in „Medisch
Contact," de hartekreet van een zo'n
apotheek-houdende huisarts die zich
afvraagt, of hij en zijn collega's in
derdaad (zoals vaak beweerd wordt)
een minder goede geneesmiddelen
verzorging geven als de gewone apo
theker.
DR. J. KATER