Twaalf telescopen speuren
in heelal naar het verleden
Hoe is het ontstaan
Postmuseum
twee antieke
zit al
auto's
Gewicht belangrijk bij zwangerschap
jaren met
omhoog
UNIEK OBSERVATORIUM IN WESTERBORK
DOOR PLAATSGEBREK NIET UITGESTALD
GEBOORTEONDERZOEK BIJ AMERIKAANSE MARINE
Filosofie-onderwijs
VWO en HAVO?
Dr. P. Wittebol
opvolger van
prof. J. F. Nuboer
WOENSDAG 24 JUNI 1970
11
(Van onze correspondent)
LEIDEN Twaalf keurig in het gelid staande radiotelescopen staan in
Westerbork in Drente gereed om de geheimen van het heelal verder te
ontsluieren en daarbij hoogstwaarschijnlijk ook verrassende ontdekkingen
te doen in ons eigen sterrenstelsel en in verste verten van de kosmos be
nevens het verre verleden, tot miljarden jaren terug.
SCHEIDEND
VERMOGEN
Dit woord:
BEJEGENEN
Dit woord:
SCHARLAKEN
FOEFJES
ONTHOUDEN
VERRASSINGEN
- -
Historie
VERSCHILLEN
OORZAKEN
Rectoren voorstanders
Dit unieke radio-astronomische observatorium vandaag door koningin Juliana offi
cieel in gebruik gesteld. Het is min of meer een verfijning maar ook een complement
van de radiotelescoop van Dwingelo, die jaren geleden door de koningin werd in
gewijd en waarmee Nederland een reeds grote internationale faam op astronomisch
gebied belangrijk heeft versterkt.
Vrijwel elk fysisch gebeuren in het
heelal gaat met elektromagnetische stra
ling gepaard. Aard, intensiteit en richting
van deze straling kunnen veel vertellen
over de aard van de processen. In een
heel klein deel van het spectrum wordt
deze straling al duizenden jaren waarge
nomen: het zichtbare licht dat ons zon,
andere sterren, planeten en manen toont.
Verreweg het grootste deel van de stra
ling bereikt de waarnemer op aarde ech
ter niet omdat het geabsobeerd wordt
door de dampkring. Dit betekent dat de
lichtstraling ons een zeer beperkt, onvol
ledig en dus foutief beeld van het heelal
geeft en een verklaring van het hoe en
wakarom der kosmische processen gebrek
kig moest blijven. De observatie van het
heelal alleen door studie van het zicht
bare licht komt overeen met het bestu
deren van de omgeving van een huis uit
één dakvenstertje met een nauw ge
zichtsveld door een nevelige lucht.
In de laatste decennis is de blik van
de sterrekundigen revolutionair verruimd
en wel voornamelijk door de ontwikkeling
van twee nieuwe technieken, de radioas-
tronomie en de ruimtevaart. Zij openden
nieuwe „vensters" naar vele zijden in
het huis waar wij wonen, de aarde, en
vanwaaruit wij de omgeving, de kosmos,
proberen te leren kennen en begrijpen.
De aardse atmosfeer bleek nog een an
der „venster" te bezitten dan dat voor
het zichtbare licht, namelijk voor radio
straling van bepaalde veel langere golf
lengtes en ook deze straling werd over
vloedig door kosmische objecten aitge-
zonden. De ruimtevaart heeft het voorts
mogelijk gemaakt, waarnemingsinstru
menten naar „buiten" te sturen, naar bui
ten onze kosmische woning, waardoor we
geen vensters meer nodig hebben in de
versluierende atmosfeer en de elektro
magnetische straling uit de kosmos over
het gehele spectrum bestudeerd kan wor
den.
In Dwingelo heeft men een belangrijke
bijdrage tot de studie van het heelal door
middel van de radiostraling kannen leve
ren. „Dwingelo" en andere '•adio-obser-
vatoria op de wereld hebben echter een
groot technisch nadeel ten opzichte van
licht-telescopen: Zij „zien" niet scherp
genoeg naar de wens van de astronomen.
De detailrijkdom van het beeld van een
telescoop hangt in sterke mate af van de
omvang van lens of spiegel, waarin de
straling wordt opgevangen in verhouding
tot de golflengte van de straling. Radio
straling heeft een veel langere golflente
dan het licht, en de „lenzen" van een
radiotelescoop (wat in wezen de parabo
lische antennes zijn) moeten vele duizen
den malen groter zijn dan de lenzen van
lichttelescopen om eenzelfde „scheidend
vermogen" te verkrijgen, dat wil zeggen
het vermogen om op (in een hoek uit
gedrukt) zeer kleine afstand van elkaar
nog twee stralingsbronnen van elkaar te
In het werkwoord bejegenen, Duits
begegnen, gaat het woord jegen schuil,
dat wij nog bezitten in de vorm je
gens. De eigenlijke betekenis van je
gen, waarvan de oorsprong onbekend
is, was: recht tegenover. Vandaar dat
bejegenen vroeger werd gebruikt in de
betekenis: iemand tegenkomen, ie
mand toevallig ontmoeten. Een minne
liedje zegt: mijn hart dat springht van
vreughd omdat ik jou bejeghen. Maar
men kan iemand ook met vijandige
bedoelingen tegenkomen en dan bete
kent bejegenen: bestrijden. Men moet
ziekten „in haar beginselen bejege
nen," zegt Cats. De huidige betekenis
is: zich op een bepaalde wijze ten op-
tichte van iemand gedragen. Men kan
iemand met onderscheiding, maar ook
met scheldwoorden bejegenen.
Onder scharlaken verstaat men:
een wollen stof van helderrode kleur
en ook: die kleur zelf. Het eigenaardi
ge van het woord schuilt in de letter
k, dat ziel men als men de vormen
vergelijkt die het woord in andere ta
len had en heeft Het Frans heef'
écarlate, het Engels scarlet, het Duits
scharlach. Men leid het Nederlandse
scharlaken af van het Oudfranse es-
carlate dal teruggaat op het laat-La-
tijnse scarlatum *n meent dat dit een
door kooplui uit het oosten en met
name uit Perzië overgenomen woord
is. Daar luidde het sakirlat. In het
tweede deel van al d"ze woorden komt
nergens een k voor en de Nederlandse
eigenaardige vorm wordt verklaard
door invloed van het woord laken
Men meende dus dat er van een la
kense stof sprake was.
kunnen onderscheiden, dus als aparte ob
jecten waar te nemen.
De constructie van zeer grote antennes
voor radiostraling is echter technisch on
uitvoerbaar. Zij moeten immers ook nog
beweegbaar zijn om de loop van de kos
mische objecten langs het firmament te
kunnen volgen en om door lange duur van
waarneming ook zwakke straling te kun
nen meten.
Er zou een antenne van kilometers dia
meter nodig zijn, om de huidige nieuws
gierigheid van de astronomen enigszins
te bevredigen, en een dergelijk gevaarte
is technisch onmogelijk.
In Westerbork is dit probleem met een
reeks technische „foefjes" min of neer
omzeild. Zeer onvolledig en vereenvou
digd verteld heeft men daar de volgende
oplossing gevonden.
Men zou in principe de benodigde enor
me antenne van tegen de twee kilometer
doorsnee ook kunnen opbouwen uit een
vlak met duizenden kleinere gekoppelde
parabool-antennes. Dat is altijd nog een
zeer kostbare onderneming en technisch
bijzonder moeilijk. De zaak kan echter
weer sterk vereenvoudigd worden door
slechts één rechte lijn van telescopen te
bouwen en deze te laten draaien zodat de
lijn een vlak doorloopt alsof het één grote
schijf is. Op zichzelf zou dit ook enorme
technische problemen meebrengen. Er is
echter de gelukkige omstandigheid, dat
één rechte lijn van telescopen van nature
al draait door de aswenteling van de
aarde: 360 graden in 24 uur.
Van deze omstandigheden heeft men in
Westerbork gebruik gemaakt door slechts
12 telescopen (waarvan om technische re
denen twee verrijdbaar) op een Oost-
West-lijn te plaatsen, deze zeer nauwkeu
rig in stand en beweging te koppelen, en
daarmee een radioantenne te verkrijgen,
die in enkele uren aarddraaiing dezelfde
functie kan uitoefenen als een antenne
van tegen de twee kilometer diameter.
Zoals gezegd is, is dit een overgesimpli-
ficeerde weergave van het systeem,
maar in principe komt het hier toch op
neer. Men bereikt daardoor een voor de
radioastronomie uitzonderlijk goed
„scheidend vermogen," een uniek scherp
„beeld."
Voorwaarde voor het gebruik van dit
stelsel is, dat de gegevens over de gehe
le duur van een waarneming kunnen
worden „opgeslagen" in een elektro
nisch brein en later weer samengevoegd
tot één beeld nadat de lijn van telesco
pen door de aarddraaiing een geheel cir-
kelvlak heeft gevuld. Dit is een zeer
moeilijke technische opgave geweest.
Bovendien is duidelijk, dat het stelsel al
leen bruikbaar is voor de waarneming
van betrekkelijk statische verschijnse
len. Zeer snel fluctuerende straling kan
niet meer worden geregisteerd, omdat
de lijn met telescopen nu eenmaal t ijd
nodig heeft om een echte spiegelantenne
gevormd te hebben.
Het is de bedoeling, dat men dit nieu
we observatorium waarnemingen wor
den gedaan ten aanzien van ons eigen
sterrenstelsel, het melkwegstelsel en
ook extra-galactische objecten tot aan
de grenzen van het waarneembare heel
al op miljarden lichtjaren afstand ite.
Een lichtjaar is de afstand, die het licht
(300.000 km per seconde) in één jaar af
legt. Dat betekent tevens waarneming
van het verleden tot miljarden jaren te
rug. De straling, die wij uit die uiterste
grenzen" van de kosmos ontvangen, is
daar immers miljarden jaren geleden
vertrokken.
Overigens rekent men er in Wester
bork al vrijwel zeker op, dat met behulp
van het nieuwe observatorium verras
sende ontdekkingen in de kosmos zullen
worden gedaan. Het merkwaardige is
namelijk, dat de laatste decennia bij
steeds nauwkeuriger studie /an bekende
verschijnselen telkens plotseling geheel
nieuwe verschijnselen en kosmische ob
jecten ontdekt werden, waarvan men
het bestaan niet bevroedde. Vroeger
moesten waarnemingen bepaalde theo
rieën omtrent het bekende bevestigen of
weerleggen, tegenwoordig is het zo, dat
verrassende ontdekkingen nopen tot het
telkens opstellen van nieuwe theorieën.
Zo zijn de laatste jaren (om maar enkele
verrassingen te noemen) bij de waarne
ming voor geheel andere studies de
merkwaardige zeer sterke stralingsbron
nen van kleine omvang, de quasars ont
dekt, evenals nog kortgeleden de hoog
frequente pulserende stralingsbronnen,
de pulsars.
Men twijfelt er langzamerhand niet
meer aan, of de verfijnde waamemings-
techniek van Westerbork zal weer nieu
we verrassingen brengen, die bestaande
theorieën omtrent wezen, oorsprong, ont
wikkelingsgeschiedenis en toekomst van
het heelal omver zullen gooien of om
zullen buigen.
En ook deze nieuwe verrassingen zul
len niet „het einde" betekenen, want de
ervaring van de laatste decennia heeft
geleerd, dat iedere poging, om een kos
misch probleem op te lossen, dit vraag
stuk plaatst tegen een decor van plotse
ling ontdekte series nieuwe vraagtekens.
Niettemin: iedere stap is er één, en in
Westerbork hoopt men er zelfs vele te
kunnen zetten.
Van de twaalf radiotelescopen in de omgeving van Westerbork zijn deze twee verplaatsbaar; zij lopen op rails.
(Van onze correspondent)
DEN HAAG. Het Nederlandse Post
museum aan de Zeestraat in Den Haag zit
omhoog met twee bijzonder fraaie antieke
automobielen, een postauto Chenard et
Walcker 1925 met houten carrosserie, en
een De Dion Bouton 1925, uitgerust met
een opklapbaar schrijfbureau en van bin
nen geheel betimmerd met teakhout. De
oude auto's zijn ware museumstukken,
De Dion Bouton van 1925, van binnen geheel betimmerd met teakhout en uit
gerust met een fraai bewerkt opklapbaar schrijfbureau, weegt drie ton. Hij
moet de „deur uit" wegens plaatsgebrek.
maar het publiek heeft ze al jarenlang
wegens plaatsgebrek niet kunnen bewon
deren.
Eerst stonden de auto's weggestopt in de
voormalige Willemskerk, daarna verhuis
den ze naar een kelder onder de garages
van de Rijks Automobielcentrale in Sche-
veningen, maar wegens plaatsgebrek moes
ten ze ook daar weer weg. Dezer dagen
werden ze versleept naar de Zeestraat,
waar ze wegens plaatsgebrek niet in het
museum, doch in een werkplaats werden
ondergebracht. Een mededeling van een
van de personeelsleden dat de auto's bin
nenkort zullen worden afgestoten, wordt
echter door de museumdirecteur met klem
tegengesprok en.
De Chenar et Walcker deed van 1925 tot
1936 overdag dienst in de stad Amsterdam,
's Nachts reec de wagen de postroute door
de kop van Noord-Holland.
Het houten koetswerk staat prachtig in
de blanke lak. om de wielen zitten nog
steeds de originele banden, de koperen ra-
diateur glimt als een spiegeltje en de bo
venzijde van het koetswerk is keurig ge
schilderd ;n donkergroen en zwart.
De De Dinn Bouton was in gebruik bij
de Rijkstelegraaf. Zestien jaar lang kwam
de wagen in actie bij het localiseren van
breuken in kabel. Het opklapbaar fraai
bewerkte houten schrijfbureau van de
hoofdopzichter is een juweeltje. De auto
met toebehoren weegt niet minder dan
drieduizend kilo
Dat het publiek de auto al lang niet
heeft kunnen bewonderen, en Voorlopig
ook niet te zien zal krijgen, speet eveneens
de directie van het Automobielmuseum te
Leidschendam.
(Van onze medische medewerker)
Het is reeds lang bekend dat een sterk
overgewicht tijdens de zwangerschap tot
allerlei complicaties bij moeder en kind
kan leiden. Op het zesde wereldcongres
voor gynaecologie en verloskunde dat on
langs in de Verenigde Staten werd ge
houden heeft de vrouwenarts dr. Istvan
Nyirjesv, die nu verbonden is aan de
universiteit in Georgetown, erop gewe
zen dat er ook gevaren dreigen wanneer
vrouwen voor en tijdens haar zwanger
schap te mager zijn. Daartoe had hij een
onderzoek verricht bij niet minder dan
87.858 geboorten die in totaal tussen 1947
en 1966 in 22 klinieken van de Ameri
kaanse marine hadden plaatsgevonden.
Dr. Nyirjesv was in die jaren de leider
van het verloskundig onderzoek aan het
medische centrum der Navy in Bethesda
in de staat Maryland.
Afhankelijk van haar lengte moet een
vrouw gemiddeld tussen 110 en 150 (En
gelse) ponden wegen teneinde te voor
komen dat bij haar, of bij de aanstaande
baby, complicaties optreden (één Engels
pond komt overeen met 453 gram). Dit
lichaamsgewicht moet al bestaan voor
dat een vrouw zwanger wordt, omdat zijn
ervaring geleerd heeft dat er anders een
mogelijkheid bestaat dat het kind veel te
klein zal worden, of vlak voor of spoe
dig na de geboorte zal overlijden, aldus
dr. Nyirjesv. „Er zijn maar weinig vrou
wen die zo klein of zo groot zijn, dat
haar lichaamsgewicht in overeenstem
ming hiermee, minder dan 110 of meer
dan 150 pond zou mogen bedragen. In
dien een vrouw voordat zij zwanger
wordt al minder dan 110 pond weegt, be
staat er een veel groter risico dat haar
baby minder dan 5,5 (Engelse) pond bij
de geboorte zal wegen, of te vroeg ge
boren wordt, of binnen 28 dagen na de
geboorte sterft." Ook een te zwaar
lichaamsgewicht bleek dergelijke gevaren
te bieden. Vrouwen die meer dan 150
pond wogen voordat zij in verwachting
raken, krijgen niet vaak te kleine kin
deren. Maar bij haar is de kans groter
dan bij vrouwen met een normaal
lichaamsgewicht, dat haar baby te vroeg
wondt geboren of spoedig na de geboorte
overlijdt, ten gevolge van de bij haar
(reeds bekende) zwangerschapscomplica
ties, luidt de conclusie van deze onder
zoekingen.
Zo wil dr. Nyirjesv een nieuwe factor
invoeren bij de zwangerschapszorg, waar
bij meer aandacht wordt besteed aan de
status van de vrouw voor de zwanger
schap, en in het bijzonder aan haar
lichaamsgewicht. Wanneer een vrouw te
mager is, raadt hij haar aan om eerst in
lichaamsgewicht toe te nemen alvorens
zij zwanger wordt, en het omgekeerde
geldt bij te dikke vrouwen. Die zwanger
schap moet zolang worden uitgesteld tot
dat het juiste gemiddelde lichaamsge
wicht is bereikt. Vooral voor vrouwen
die te mager zijn, betekent het resultaat
van dit grote onderzoek een nieuw be
langrijk gezichtspunt.
Uit twee Canadese universiteiten, de
McMaster universiteit in Hamilton en de
universiteit van British Columbia in
Vancouver komen nieuwe mededelingen
over de oorzaken van aangeboren ziekten.
Op een symposium van de Amerikaan
se verenigingen voor experimentele bio
logie werd hierover het woord gevoerd
door dr. David H. Carr, die nog eens her
innerde aan het merkwaardige verschijn
sel dat aangeboren afwijkingen zo ver
schillen in hun voorkomen op diverse
plaatsen in de wereld. In Noord-Ierland,
Zuid-Wales en Egypte is anencephalie, dit
is het ontbreken der hersenen, een vrij
dikwijls voorkomend aangeboren gebrek.
De moeders in deze gebieden brengen
deze anencephale kinderen zowel pas na
een voldragen zwangerschap, als op elk
ogenblik tijdens de zwangerschap (in de
vorm van een spontana abortus) ter we
reld. Op grond van uitgebreide onderzoe
kingen weet men dat in ongeveer 20 per
cent der spontane miskramen afwijkin
gen in de chromosomen bij de vrucht
wordt gevonden. Chromosomale afwijkin
gen houden ook (een bekend) verband
met enkele aangeboren afwijkingen, zo
als mongolisme en het zogenoemde syn
droom van Down, maar er is nog niet
bekend hoe de afwijkingen der chromo
somen deze afwijkingen teweegbrengen.
Maar lang niet alle aangeboren afwijkin
gen worden door chromosomale afwijkin
gen veroorzaakt, ook niet die afwijkin
gen welke in de weefsel van een foetus
worden gevonden nadat dit door een
abortus ontijdig ter wereld kwam. De on
derzoekers aan deze twee Canadese uni
versiteiten bestuderen reeds lang een mo
gelijke samenhang tussen zo gevonden
bepaalde aangeboren defecten met de
aanwezigheid van zekere factoren in de
omgeving der ouders. Daarbij wordt in
de eerste plaats gezocht hoe de samen
hang is van deze afwijkingen met de re
sultaten van opeenvolgende zwanger
schappen van eenzelfde vrouw.
In de tweede plaats wil men op deze
wijze aanwijzingen vinden over de mo
gelijke oorzaken der aangeboren afwij
kingen door alle gegevensvan beine
ouders te verzamelen met betrekking tot
hun leeftijd, rookgewoonten, beroep, ge
bruik van geneesmiddelen en recent
doorgemaakte infectieziekten. Het verza
melen van dergelijke gegevens uit hun
eigen herinnering is niet steeds betrouw
baar, omdat zij zo gauw vergeten welke
infectieziekte of geneesmiddel zij kort te
voren hebben gehad. Daarom worden
deze gegevens ook verkregen via inlich
tingen der gezondheidsautoriteiten, over
het voorkomen van virusziekten en de
(stijgende) verkoop van bepaalde genees
middelen, en of het aantal miskramen
zomede het aantal aangeboren afwijkin
gen in de daaropvolgende maanden steeg.
Als dit het geval is, wordt ook in an
dere streken naar een dergelijk verband
gezocht. Tevens worden de weefsels van
de door miskramen ter wereld gebrachte
vruchten, en die der overleden kinderen
met aangeboren afwijkingen onderzocht,
alles te zamen een moeizaam en uitge
breid onderzoek waaruit pas na vele jaren
de gezochte gegevens verkregen kunnen
worden. Dr. Carr deelde op dit sympo
sium de resultaten mede die hij in een
jaar bij tweehonderd foetussen en hun
„achtergronden" had verzameld. Langs
verschillende wegen schrijdt het onder
zoek naar de oorzaken van een abnor
male zwangerschap voort.
Het Automobielmuseum wist dat voor
beide wagens een „goed tehuis" werd ge
zocht, en Dood voor tenminste een van de
twee asiel aan. Het voorstel was tevens
beide wagens vakkundig te conserveren.
De directie van het Postmuseum ging ech
ter niet op het aanbod in, wees het niet
van de hand ook, maar liet de zaak min
of meer op z'n beloop", aldus een woord
voerder van het Automobielmuseum.
De PTT deelt als commentaar slechts
mee dat de wagens voorlopig buiten het
bereik van bet publiek opgeslagen blijven.
UTRECHT De overgrote meerderheid
(94 percent) van alle rectoren en direc
teuren van scholen voor V.W.O. en HAVO
vindt het gewenst dat filosofie in eniger
lei vorm binnen dit onderwijs wordt ge
ïntegreerd. Van deze meerderheid is 84
percent van mening dat het filosofie-
onderwijs duidelijk afgestemd moet zijn op
de bij de leerlingen levende wijsgerige
vragen. Vijfenzeventig percent vindt dat
het er bij filosofie-onderwijs om moet gaan
de eigen critische stellingname der leer
lingen te begeleiden.
Dit blijkt uit een onderzoek van het
sociologisch instituut van de Utrechtse
universiteit in samenwerking met de Lan
delijke Federatie van Filosofiestudenten.
Van de 94 percent voorstanders meent 74
percent dat filosofie zich kan bezighouden
met vraagstukken die de intermenselijke
verhoudingen op de school en de plaats
van de school in de gemeenschap betref
fen; 81 percent vindt dat maatschappij-
critische stellingname van de leerlingen
verdient binnen de filosofie te worden
begeleid. Op 45 percent van alle V.W.O.-
en HAVO-scholen is volgens het onderzoek
ruimte voor filosofie-onderwijs.
De onderzoekers citeren enkele opmer
kingen van rectoren en directeuren. Een
rector die filosofie binnen de school ge
wenst acht, zegt: „Uiten van wensen kost
niets, het creëren van een nieuw keuzevak
kost leraarlessen. Daarop zal het wel af
stuiten." Somber is de rector die schrijft:
„Het huidige Nederlandse onderwijsstelsel
en de mentaliteit van het onderwij sdepar-
tement maken uw idealen tot utopieën."
Een andere rector heeft blijkbaar geen
hoge dunk van de leerlingen. Hij schrijft:
„Uw opzet is idealistisch en houdt te wei
nig rekening met het gehalte der leer
lingen van de V.W.O.-school van vandaag.
Dat gehalte zal nog wel achteruitgaan na
algehele doorvoering van de Mammoet
wet. Filosofie is een vak voor de intellec
tuele elite."
UTRECHT. Dr. P. Wittebol, lector in
de algehele heelkunde aan de universiteit
van Amsterdam, is benoemd tot opvolger
van de Utrechtse hoogleraar prof. dr. J. F.
Nuboer, hoofd van de chirurgische kliniek
van het Academisch Ziekenhuis in Utrecht,
die in september met pensioen gaat.
Over de opvolging van prof. Nuboer
heeft een conflict bestaan tussen de cura
toren van de Utrechtse universiteit en de
staf van de chirurgische kliniek. De staf
had liever dr- J. M. Greep, verbonden aan
het Lucasziekenhuis in Amsterdam, als
hoofd van de Utrechtse kliniek gezien.
Voor nieuwe Henri Dunant" In ok
tober wordt voor een nieuw hospitaalschip
van het Rode Kruis een TV-actie gehou
den, welke tussen de vijf en zes miljoen
gulden zal moeten opbrengen. Van de nu
tien jaar in gebruik zijnde „Henri Dunant"
is de accommodatie verouderd.