Concert jongste
componisten
Frank Herzen leverde
onmisbare bijdrage
aan jeugdlitteratuur
ORGELCONCERT
FILMS IN HAARLEM
wijzer
WIJ ONTVINGEN
in memorïam Kremer
IJmomd in
met mime
ZOON VAN DE WOORDBOUWER
met zomer
s
GAUDEAMUS IN HAARLEM
MASH
DONDERDAG S SEPTEMBER 1970
P
Omhelzing
Reprise
EEN KIND, DAT niet leest kan
ook geen begrippen verwerken. Ze le
zen over de woorden en zinnen heen,
ze zien er de inhoud niet van. Het is
struisvogelpolitiek om de school de
schuld van de onvoldoendes te geven,
of er alleen de kinderen hard om te
vallen met „je kunt wel maar je wil
niet"
IN EEN VAN de verslagen
die in deze krant verschenen
zijn naar aanleiding van een
door de Stichting Gaudeamus
georganiseerd concert heeft
mijn collega Moolenijzer eens
de verzuchting geslaakt, dat
het toch wei jammer was, dat
de stad Haarlem door Gaudea
mus tot nu toe altija vergeten
was. Hij riep de organisatoren
binnen deze Stichting op in de
volgende muziekweek ook een
concert in Haarlem te organi
seren.
Dit jaar bestaat Gaudeamus
25 jaar en het is dan ook be
grijpelijk dat aan de jaarlijkse
internationale muziekweek een
bijzonder tintje wordt gegeven.
Maar niet alleen tijdens de
muziekweek (die van 9 tot 18
september in een aantal plaat
sen in Nederland niet in
Haarlem trouwens plaats
vindt) vinden er aan Gaudea
mus gewijde manifestaties
plaats, ook buiten het strikte
kader van dit jubileumfestival
worden er talrijke concerten
georganiseerd die recht doen
aan de intenties van de jubi
lerende stichting.
Juist vóór het begin van de
jubileum-muziekweek zal in
Haarlem eer concert plaats
vinden, georganiseerd door de
VPRO, Gaudeamus en het
Haarlemse Concertgebouw,
waarop juist de jongste genera
tie Nederlandse componisten
aan het woord komt
OP DIT CONCERT, dat op
dinsdag 8 september in het Ge
meentelijk Concertgebouw zal
plaatsvinden zal men werken
horen van een groep componis
ten, die, hoewel ze niet alle
maal meer tot de zeer jeugdi
gen behoren, met elkaar ge
meen hebben, dat ze tot nu toe
niet of nauwelijks in de open
baarheid zijn getreden.
De drie Lucebert-liederen
van Joop Voorn, het Blaas-
kwintet van Jan Welmers,
Oriëntaties voor piano van C.
Schoonenbeek, Diaspora voor
orgel van Daan Manneke,
„Blight boy fuller no. 1" van
de Haarlemmer Jacques Bank,
een kwartet voor fluit, baskla
rinet, vibrafoon en piano van
onze ex-stadgenoot Wim de
Ruiter, de Minimusic en twee
liederen van Frans van Doorn
(eveneens een ex-stadgenoot),
de Sonate voor althobo, piano,
ringmodulatoren en luidspre
kers van Gilius van Bergeijk
en „Onanie" voor vier zang
stemmen en basklarinet van
Bernard van den Bogaard
vormen een programma, waar
aan men zal kunnen constate
ren dat ook voor deze genera
tie van componisten geldt (wat
voor iedere generatie altijd al
heeft gegolden) dat er vele ma
nieren zijn waarop men zich
muzikaal kan uiten. Eén aan
vankelijk opgenomen werk
gaat niet di,or: „Amoebe" van
David Porcelijn. Het is te duur.
Er zijn 30 fluitisten voor nodig.
Wie de Lucebertliederen van
Joop Voorn met de sonate van
Gilius van Bergeijk vergelijkt
zal misschien nog het stijlver
schil willen verklaren uit het
feit dat Joop Voorn in 1932 en
Gilius van Bergijk in 1946 ge
boren is. Maar wie dit hele
concert zal hebben beluisterd,
zal van dit soort verklaringen
de betrekkelijkheid kunnen in
zien.
Het wordt overigens, naar
het zich laat aanzien, geen ge
woon concert. De entourage
van de concertzaal zal voor de
gelegenheid op bijzondere, aan
de eisen van de muziek aange
paste wijze worden veranderd.
De uitvoerenden (waaronder
bekende namen als Ileana Me-
lita, Louise Verheul, Jan van
der Meer, Harry Sparnaay,
Dick Alma en nog vele ande
ren) zullen ook niet altijd op
de plaats zitten die tot nu toe
voor hen was gereserveerd:
het podium Ik zou iedereen
willen aanraden deze manifes
tatie bij te wonen; er is in Ne
derland veei meer talent, dan
men veelal geneigd is aan te
nemen. Het zou mij niet ver
bazen als op dit concert iets
van dat talent naar voren zou
komen.
ROB DU B(3lS.
Een scène uit Macbeth door het
National Youth Theatre.
HET NATIONAL YOUTH
Theatre uit Londen speelt
maandagavond 5 september in
de Haarlemse stadsschouwburg
Shakespeares drama Macbeth.
Het bekende gezelschap van
Michael Croft probeert jonge
mensen aan te moedigen zich
actief of passief bezig te hou
den met theater. Het heeft
sinds tien jaar een vaste plaats
gekregen in het Engelse to-
neelbëstel. Het is dikwijls in
Nederland te zien geweest, zo
wel met klassiek (Hamlet) als
in modern (Zigger-Zagger) re
pertoire. Het NYT doet af en
toe dingen voor de televisie; er
zijn cursussen modern toneel,
jaarlijkse produkties met plaat
selijke jongelui in North East
en vele buitenlandse tournees.
Het is een amateurgezelschap,
waaruit vele beroepsacteurs
zijn voortgekomen. De voor
stelling zal ongetwijfeld grote
belangstelling trekken van
middelbare scholieren voor
wier eindexamen een echte En
gelse Shakepeare een „must" is.
IN DE IJMOND wordt van
4 tot en met 13 september een
Bewegingsmanifestatie gehou
den, waarin men kennis kan
maken met allerlei manieren
om iets te zeggen of uit te beel
den met bewegingen. Dans,
mime, ballet; noem maar op.
Bij de muziekscholen, de
buurthuizen de balletscholen
in heel de IJmond kan men in
formatie hierover krijgen.
Er zijn drie manifestaties die
ook voor niet-deelnemers open
staan. De eerste is vrijdag
avond 4 september in de ABC-
sociëteit aan de Alkmaarseweg
in Beverwijk. Bert Westra
houdt een inleiding over ballet
en Jan Bronk, directeur van
het Nederlands Mimecentrum,
vet telt en doet iets van mime.
Tussendoor wordt een film ge
toond die Introduction heet.
Men begint om acht uur.
Op 9 september komt de
theatergroep „Funhouse" van
Rob van Houten in het cultu
reel centrum De Schouw in
Velsen-Noord een mimevoor-
stelling geven: Funhouse Re
peat. In de Schouw komt op
GERARD KREMER was bij
zijn leven cantor-organist van
de Adventskerk in Aerdenhout.
Toen hij in juni van dit jaar
op 51-jarige leeftijd overleed,
genoot hij landelijke bekend
heid niet in het minst om zijn
composities. Kremer is lange
tijd ziek geweest, maar gedu
rende zijn ziekte bleef hij door
gaan met componeren. Hij
maakte een hele evolutie door
van traditioneel tot vrij avant-
gardistisch werk.
Bij wijze van een In Memo-
riam speelt stadsorganist Piet
Keé op dinsdag 8 september
VOOR EEN KWARTJE kan
men zondagmiddag om drie
uur een exquis concertje be
luisteren in Teylers Museum in
Haarlem. Bob van Asperen
speelt op een clavecimbel en
Kees Roosenhart bespeelt het
orgel. Zij brengen samen een
suite van Gaspard le Roux en
een Sonata van Bernardo Pas-
quini. Aan het orgel wondt ver
der uitgevoerd een Cancon van
een onbekende Spanjaard, een
Voluntary van Matthew Locke
en een Prélude van Jacques
Boyvin. Van Asperen speelt
iets uit het Fitzwilliam Virgi
nal Book van William Byrde,
en een suite van Louis Coupe-
rin. Ook staan twee delen uit
de Messa della Apostoli van
Frescobaldi op het programma.
Alle composities stammen uit
de 17e eeuw.
ROB VAN HOUTEN
11 september de klap op de
vuurpijl met een voorstelling
van het Nederlands Dansthea
ter, de wereldberoemde mo
derne balletgroep. Het geeft
balletten van Glen Tetley en
Hans van Manen.
HET BELGISCHE filmers
duo Paul Collet en Pierre
Drouot is wel eens met onze
Pim en Wim vergeleken en die
vergelijking gaat in zoverre op
dat Collet-Drouot in hun va
derland eveneens proberen een
filmbedrijvigheid op gang te
houden door het maken van
goedkope films, waarin een
flinke dosis sex verwerkt
wordt. In hun debuut, „Cash
Cash" bleek dat al, hun tweede
film „L'étreinte" maakt die ge
meenschappelijke opzet nog
duidelijker.
„L'étreinte" („De omhel
zing") kan men zien als een
nogal grove parafrase van de
pornografische Franse roman
„L'histoire d'O", geschreven
door de mysterieuze Pauline
Réage en onlangs door Adriaan
Morriën in het Nederlands ver
taald, waarmee al enigszins is
aangegeven dat hier van een
litterair-pornografisch werk
(niveau-De Sade) sprake is. In
„De geschiedenis van O" wordt
omstandig het proces van vol
strekte onderwerping van een
jonge vrouw aan haar vriend
beschreven en de Belgische fil
mers hebben op dit thema hun
film gemaakt. Ze noemen het
meisje dat zichzelf tot het
uiterste vernedert, Ou in plaats
van O, ze zijn wat minder ge
detailleerd en uitvoerig in de
beschrijving van het proces,
waarbij het meisje (gespeeld
door Nathalie Vernier) vrijwil
lig en volstrekt haar identiteit
en persoonlijke vrijheid prijs
geeft, en ze doen geen moeite
enige aannemelijkheid in de
gang van zaken te brengen.
Vergeleken bij „Cash cash"
betekent „De omhelzing", ont
staan uit een Frans-Belgische
samenwerking, een aanzienlij
ke stap vooruit, vooral in tech
nisch opzicht en het resultaat
zal zich dan ook als een goed
gemaakte en niet al te verve
lende sexfilm aan de liefheb
bers van het genre voordoen.
(In Studio.)
geen ontzag voor gezag en
voor nog een paar dingen die
hoog in het leger genoteerd
staan en van hun onmisbaar
heid maken ze gebruik om dui
delijk te maken hoe onzinnig
de toestand is, waarin zij ver
keren, doordat zij moeten op
lappen wat enkele kilometers
verder weer kapot gemaakt
wordt.
De overwegend komische
film die van je reinste slap
stick soms van nogal bloedige
aard aan elkaar hangt, laat een
wat bittere nasmaak achter ten
minste voor wie de boodschap
van scenarioschrijver Ring
Lardner onder de vrolijkheid
weet uit te halen.
Om te onthouden is vooral
de figuur van Trapper John
die door Elliott Gould gespeeld
wordt, een acteur die onder an
dere in „Getting straight" en
„Bob and Carol and Ted en
Alice" te zien is en nu zelfs de
aandacht van Ingmar Bergman
getrokken heeft die hem voor
zijn eerstvolgende film gecon
tracteerd heeft. (In Luxor.).
ELLIOT GOULD
MET FILMS ALS „Easy
rider" en Woodstock", om een
paar van de meest voor de
hand liggende voorbeelden te
noemen, zal „M.A.S.H." de
filmhistorie ingaan als proeve
van een nieuwe filmmentaliteit
in de VS, waarbij volledig ge
broken wordt met wat men de
„Hollywood"-sfeer zou kunnen
noemen.
„M.A.S.H." is zo'n cynisch,
geëngageerde film, die onder
een bedrieglijke vrolijkheid
harde waarheden zegt over de
ooorlog. Bedoeld is natuurlijk
de onverdedigbare oorlog in
Vietnam, maar om de gevoe
lens, vooral van de betrokken
familieleden enigszins te spa
ren, hebben de makers (Ring
Lardner Jr. als sqenarioschrij-
ver en Robert Altman als re
gisseur) hun parodie op een
veldlazaret achter de frontlinie
gesitueerd in Korea, wat een
vergelijkbare, zij het minder
actuele situatie opleverde.
Veel verhaal zit er rliet in
„M.A.S.H." (de letters staan
voor Mobile Army Surgical
Hospital), er gebeuren alleen
een hoop waanzinnige dingen
in en om het hospitaal als daar
drie onorthodoxe doctoren bin
nenvallen en een einde maken
aan de vreedzame toestand
waarin tot dan de medische
staf haai werk achter het front
heeft gedaan. Het drietal heeft
In Cinema Palace deze week
een reprise van „Exodus", de
film die Otto Preminger maak
te naar het boek van Leon
Uris. Het gaat over de avon
tuurlijke tocht van een groep
joden die uit de concentratie
kampen bevrijd via Cyprus
naar het Beloofde Land, de
nieuwe staat Israel reizen.
Zondagochtend in Studio de
onvergetelijke film Zorba de
Griek, met de thans in Grie
kenland verboden muziek van
Theodorakis.
Rembrandt prolongeert West
Side Story. Dat kan niet mis
sen.
En Lido geeft nog een week
je heroïek in El Cid.
Frans Hals laat Dracula te
rugkeren, een vrij oude griezel
film met Christopher Lee als
de bloedzuigende graaf. In
Roxy „Mondo Extremo", een
zogenoemde „documentaire
over de liefde en dus ook over
het liefdesspel".
CHARLES BOOST
(8 uur) twee composities .van
'Kremer uit 1968. Het zijn twee
canons gebaseerd op twaalf
toonreeksen. Tot slot van het
concert in de Grote of St. Ba-
vokerk improviseert Kee op
het door Gerard Kremer ge
componeerde gezang „God staat
aan het begin, en Hij komt
aan het einde".
KOMOOKUSEKEER (hard
op uitspreken, dan weet u wat
er staat) is het motto van de
litteraire avondjes die Bert
Sliggers vanaf vanavond elke
veertien dagen organiseert in
de Haarlemse Waagtaveerne.
Vanavond komen Steven Mem-
brecht en Willem van Toorn.
Zij gaan voor in de discussie,
uitgaande van hun eigen werk.
De litteraire avonden in de
Waag hebben onder andere tot
doel amateurschrijvers de gele
genheid te geven hun werk on
der de mensen te brengen, en
erover te praten. Men begint
vanavond om half negen. Elke
donderdag om de veertien da
gen is er een bijeenkomst. Het
adres: hoek Spaarne-Damstraat
GERARD KREMER
Piet Kee speelt verder een
„Reeks veranderingen in vier
secties" van de hand van zijn
vader Cor Kee. Het werk is
gebaseerd op een twaalftoons-
reeks die onophoudelijk geva
rieerd wordt. Verder staan op
het programma „Cathedrales"
van Louis Vierne (1879-1937),
een Ballade van Jehan Alain
(i911-1940) en een werk van
J. S. Bach.
Op het donderdagmiddagor
gelconcert in de Bavo apeelt
Albert de Klerk werk van ba-
rok-componisten.
UIT-
ZANG EN VRIENDSCHAP,
het Beverwijks gemengd koor,
heeft als specialiteit operafrag
menten. Daar geeft het koor
zaterdagavond in de Dr. Prin
senhal in Heemskerk weer een
bewijs van. Het geeft een con
certuitvoering van De Parelvis
sers van Georges Bizet, die
deze exotische opera op 24-ja-
rige leeftijd componeerde.
Thijs Kramer dirigeert; het
NPO begeleidt; de bekendste
solisten zijn: Rina Cornelis-
sens, Marco Bakker en Charles
Holland. Het koor heeft bijna
een jaar lang aan de uitvoering
gewerkt. De moeite lijkt be
loond te worden: het concert
is nagenoeg uitverkocht.
Dat kind kan het niet omdat er bij hem
thuis nooit iets gedaan is aan zijn lees-
training. Omdat het bij hem thuis nooit
een traditie is geweest dat hij elke maand
een boek kreeg en daarnaast een abon
nement op de leeszaal had. Omdat geen
van de ouders ooit tijd heeft met zijn
kind over een gelezen boek te praten,
zodat het kind de gelegenheid krijgt er
zijn eigen visie op te geven. Want alleen
zo'n gesprek helpt hem de inhoud van
het geschrevene op zijn manier te ont
dekken en te verwerken. Wanneer hij
daarin getraind is zal hij ook minder moei
te hebben met de inhoud van zijn leerboe
ken.
Dit is geen theorie, het zijn feiten uit
de praktijk. De uitvlucht dat kinderboe
ken „zo duur zijn" gaat niet op. Bijles
sen zijn duurder.
Waarom zouden de ouders ja, pa
ook! niet één avond per week lees-
avond maken. Geen teevee, geen visite.
Geef er voor de kinderen van 6-12 jaar
een extra feestelijk tintje aan, laat ze een
uurtje langer opblijven. En of er nu al
leen maar gelezen wordt of over boeken
wordt gepraat, dat moet u zelf per
avond beslissen.
Aan onze schrijvers zal het niet liggen:
er is een ruime keus uit spannende boe
ken, die dieper gaan dan het oppervlakki
ge avontuur en die het kind, ook als het
boek uit is, nog lang bezig houden.
De zoon van de woordbouwer
door Frank Herzen.
HET GEVECHT VAN de jonge mens
om zichzelf te ontdekken in een tijd van
nivellering, heeft Herzen op een magi
strale wijze aan 11-14 jarigen weten dui
delijk te maken in zijn vlekkeloze verhaal
over Kleine Woord. Deze jongen woont
met zijn vader, de Woordbouwer (een
schrijver!) in Betonstad bij de Steenlan-
ders nadat hun eigen Oude Streek door
de Steenlanders onbewoonbaar is ge
maakt. Als Kleine Woord 14 jaar is
stuurt zijn vader hem op reis om zijn le
vensleertijd af te ronden. De jongen
krijgt een kistje met letters mee. Iedere
letter is het begin van een woord dat
een essentieel begrip in zijn leven dekt.
Op een ogenschijnlijk zeer fantastische
tocht (fantastisch voor iemand met een
Steenlandmentaliteit!) leert Kleine
Woord via de door hem gevonden begin
letters zijn angst te overwinnen voor
eenzaamheid; leert hij hoop en vertrou
wen, kameraadschap, smart, schoonheid,
twijfel, erbarmen, vrijheid, nederigheid
en universum doorgronden.
De schrijver heeft dit exclusieve gege
ven voor een jeugdboek zeer evenwichtig
opgebouwd; hij neemt zijn lezers als het
ware steeds een stapje verder mee in
hun geestelijke ontwikkeling, zodat ze
ook het prachtig afsluitende eind vatten
kunnen. Daarin moet Kleine Woord kie
zen tussen zijn liefde voor Avalindü of
zichzelf beter leren kennen in het Univer
sum. Hij kiest voor het leren kennen van
de achterkant der dingen, waarvan geen
terugkeer mogelijk zou zijn. Wat hij dan
ziet is zijn eigen leven in omgekeerde
volgorde, maar ook zijn ware liefde voor
Avalinde.
Frank Herzen heeft met dit boek, dat
hij zelf indrukwekkend illustreerde, een
onmisbare bijdrage geleverd aan de in
ternationale jeugdlitteratuur (het is te
hopen dat er veel vertalingen van ko
men!), omdat het op zo'n schrijnende
wijze de situatie belicht waarin de jeugd
verzeild dreigt te raken en waar ze zich
terecht met handen en voeten tegen ver
zet.
Dit boek is onderscheiden met de
Jeugdboekenprijs 1970. Zaterdag publi
ceren wij een interview met de bekroon
de Haarlemse schrijver. Red.
Kleine Adam door Isabel Hoving
ISABEL HOVING IS 13, zit in de derde
klas van het gymnasium en doet vrij
lakoniek over haar „Kleine Adam", dat
haar al direct na verschijnen meer in
terviewers en fotagrafen op haar dak
stuurde dan haar lief was. Tekenen doet
ze al vanaf haar derde jaar, maar haar
vader en grootvader tekenen ook. Verha
len maken bij de tekeningen is voor haar
ook „gewoon", want haar moeder is de
schrijfster Ankie Peypers. „Ik doe die
dingen alleen voor mezelf. Nee, ik voel
me geen schrijfster. Een ander gymt
goed. Wat moet ik er nou over vertel
len? Ik begon ermee door een aardrijks
kunde les. Ik bedacht een kleine planeet,
gelijk aan de aarde, alle zones bestreken
maar 15 km. Er moest iemand op leven.
Dat werd de jongen Adam. Waarom een
jongen? Dat is voor mij veel interessan
ter."
Toen het verhaal in grote lijnen gete
kend en geschreven was, raadden haar
ouders haar aan dat nu eens uit te wer
ken. Via hun contacten in de uitgevers
wereld kwam het uit, zonder tamtam.
Want heeft al die fuss om een zo begaafd
tekenend en schrijvend meisje iets te ma
ken met reële belangstelling voor de
kunst? Toen Willem Duys opbelde en
hoorde dat de VARA er in Midweek al
aandacht aan zou besteden liet hij het
afweten met: „Dan is het voor mij al
geen primeur meer!" Gelukkig is dit
boek van een zo hoog niveau dat het niet
tot publieke hysterie heeft geleid, zodat
iedere genuanceerde lezer van tien jaar
en ouder er zonder bijsmaak van kan
genieten.
Het verhaal van de kleine Adam, die
op een van zijn tochten door de eenzaam
heid Eva ontdekt, en later op zijn tocht
met haar zichzelf aan haar ontdekt, zo
als zij zich aan hem ontdekt, lijkt een
aaneenschakeling van korte notities.
Maar er loopt een zeer knappe, strakke
lijn door het totaal van tekst en tekening
en een verbluffende klaarheid in het on
opzettelijk relatie-leggen tussen emotie
en logica.
Er zitten in dit verhaal conclusies en
afrondingen zoals alleen een rasauteur
die zien kan. Bijvoorbeeld in de relatie
tot de dieren, die niet meer tegen Adam
praten nu hij jacht op hen moet maken
om voor hemzelf en Eva aan voedsel te
komen.
Het enige wat de twee kunnen doen om
te laten merken dat ze het niet kwaad
bedoelen is voor de jacht twee minuten
stilte tehouden!
Na hun reis lijkt bij thuiskomst alles
onveranderd, maar langzaam ontdekken
ze de verandering in zichzelf. „Ze had
den de jeugd van alle mensen geleefd."
1969 zal later als een bijzonder jaar in
de Nederlandse jeugdlitteratuur te boek
staan wegens deze twee indrukwekkende
uitgaven.
MIEP DIEKMANN
WILT U WETEN hoe ze op
het toneel een sfeervolle
avondstemming maken, ga dan
zaterdag naar de Velsense
schouwburg Daar is Wim Zo
mer met zijn kleine toneelge
zelschap, die de hele middag
wijdt aan het uitleggen van al
les wat normaal achter de to
neelschermen .zich afspeelt. Hij
zal het avond maken, als u dat
wilt.
De schouwburg houdt een
open dag, die om 2 uur begint.
Zomer legt 's middags desge
wenst de technische theatermo-
gelijkheden uit en bouwt met
wie maar wil die decors op voor
het blijspel dat hij 's avonds
zal spelen. Er wordt gerepe
teerd op het officiële toneel;
bovendien kan het publiek met
acteurs babbelen achter de
coulissen. Met wie dat wil
wordt er geïmproviseerd. Dat
kan best leuk worden.
's Avonds speelt het gezel
schap „Kinderen vallen naar
boven" van de Oostenrijker
Horst Fitzthum. Het stuk werd
door Hans Tiemeyer ontdekt,
die het dan ook voor Wim Zo
mer kwam regisseren. Het ver
haal speelt zich af na een
feestje. Een jong journalist, die
goed dronken is geworden,
wordt thuis gebracht door een
bezorgd, maar hem onbekend
meisje. Wanneer hij wakker
wordt en het meisje ontdekt
ontstaan allerlei verwikkelin
gen die tot een gelukkig einde
leiden.
MEULENHOFF'NEDERLAND-
AMSTERDAM.
Science Fiction-Serie: Fritz Leiber: „De
Zwerver;" R. A. Lafferty: „De Avontu
ren van Kapitein Roodstorm"; Cordwai-
ner Smith: „Heren en Knechten"; Jack
Vance: „De Moordmachine." Oriëntatie-
op-Morgen-serie, een vrij nieuwe reeks
van deze uitgever in knal-rode bandjes
met witte letters, waarin bekende schrij
vers of publicisten beschouwingen wijden
aan bekende persoonlijkheden, die nieu
we ideeën brachten of brengen over het
menselijk denken en handelen. Zoals:
Alasdair Macintyre: „Herbert Marcuse";
Conor Cruise O'Brien: „Albert Camus";
David Cante: „Frantz Fanon;" Edmund
Leach: „Claude Levi Strauss"; Andrew
Sinclair: „Che Guevara". En er volgen er
nog meer. Een Roman van Wim Meewis:
„Een lihte Onrust". De nieuwste roman
van Marnix Gijsen: „Jacqueline en ik". Een
gedichtenbundel van Rein Bloem: „Sce
narios". De Meulenhoffreeks. met korte
chroonlogie op de binnenflap: Flann
O'Brien: „De Whiskywezen." Günter Ku-
nert: „De Begrafenis vindt in alle stilte
plaats". Joop Waasdorp: „Welkom in
Zee! Jaroslav Hasêk: „De Mensenhande
laar van Amsterdam." Nog een paar
boeken in de gewone Meulenhoff-editie:
Rudy Kousenbroek: „Het Avondrood der
Magiërs." Renate Rubenstein: „Sta ik
toevallig stil." Hilbert Kuik: „Ndi We
Wale Vreemde Eend", medicijnman in
Afrika. Miodrag Bulatovic: „Geef mij
maar oorlog," vertaald door Martin
Mooij. George Orwell: „Aan de Grond in
Londen en Parijs," vertaald door Joop
Waasdorp. Kurt Vonnegut, jr.: „Slacht
huis Vijf of De Kinderkruistocht," ver
taald door Else Hoog Een paar Meulen-
hoff Kunstboeken: „Vijftig jaar Neder
landse realistische Kunst" samengesteld
door Galerie Mokum, met een voorwoord
van prof. dr. H. L. C. Jaffé en een in
leiding van Jan van Geest. „302 tekenin
gen van Teunn," met een stukje van
Nico Scheepmaker. „Perpetuum Mobile"
van Mark Insigel. (Ceder-uitgave, mo
derne gedichten).
A. W. BRUNA ZN.-UTRECHT.
Vassilis Vassilikos: „Drie verhalen: „De
Plant, De Put, De Engel", uit het Grieks
vertaald door Wim Bakker John A. Wil
liams: „Naar Jamestown en Terug", uit
het Amerikaans vertaald door Louis Fer-
ron. Han Meyer: „Joris Ivens, de weg
naar Vietnam." De foto's zijn van het
Filmmuseum. José Yglesias: „Leven in
een Cubaans Provinciestadje", vertaald
door E. Cohen. Loe Sjuun, Nieuw China's
grootste schrijver, een bundel verhalen,
vertaald door dr. Jef Last. Daniël Gué-
rin: „Het Anarchisme," vertaald door
Leo Klatser. Robert Guillain: Japan,
derde Grote," vertaald door B. Maso.
Witte- en Zwarte Beertjes, met Thrillers
Science Fiction en andere verhalen: An-
dré Dalmas: „De Achterwereld." ver
taald door G. A. Prinsen. Silvano Cec-
cherini: „Het meisje van de post." ver
taald door J. H. Klinkert-Pötters Vos.
(Beide Witte Beertjes). Ted Viking:
„Poppenspel in Praag" en „De Geparfu
meerde Sarcofaag", beide in de McGre
gor-reeks. Mildred en Gordon Gordon
schreven samen „De Spinnende poes"
Rosalyn Drexler: „Ik ben de onbekende
Schoonheid." Ronald Kirkbride: „De Kor
te Nacht." Arthur Arent: „Neo-Nazi's
noemen nooit namen", Francis Durbrid-
ge: „De Haarvlecht." Brett Halliday:
„Lokaas van de Dood" en „Lijken als
Jachttrofee", beide uit Mike Shayne-
Reeks. Een bundeltje met: „De Beste
Sci-Fi uit Amazing en Fantstic." Sybren
Polet heeft een bundeltje „Science Fic
tion Classics", James Baldwin: „Verkon
dig het op de Bergen' (Roman). Alberto
Maravia: „De Verveling," (Roman) Pe
ter S. Hargreaves: „Better English Con
versation".
UITGEVERIJ VAN
DISHOECK-BUSSUM.
In de bekende Fibula-Reeks: Dr. J. J.
Butler: „Nederland in de Bronstijd."
Drs. R. H. J. Klok: „Archeologie en mo
nument." Drs. A J. Vermeersch: „Vere
niging en Revolutie," (De Nederlanden
1814-1830). „Concentratiekampen", sy
steem en de praktijk in Nederland, met
bijdragen van verschillende auteurs en
onder eindredactie van R. S. Meyer.
Een toeristische uitgave: „Waarheen in
Nederland?," een boekje dat bedoeld is
als een wegwijzer door toeristisch Neder
land; als het ware een geheugenstunt je
bij de voorbereiding van vakantietochten
of dagtochtjes. Veel bezienswaardighe
den, vermeld met openingstijden. Het is
samengesteld door Joanita Lee, die veel
geput heeft uit het documentatiemateri
aal van het Nationaal Bureau voor Toe
risme, de VW's en vele andere plaatse
lijke instanties.