Zuidmolukse republiek vooralsnog een droom
ERGERNIS AMBONNEZEN GROEIDE
IN 20 JAAR NAAR HET KOOKPUNT
gametuwtijdmee-ganaardenmb
00K VOOR
HOGE SPAARRENTE
1
Wiegel VVD: „Ik vind het een slecht voorstel"
„ONDERHOUDSKOSTEN EIGEN
HUIS AFTREKBAAR HOUDEN
Uranium in
Queensland
aangetroffen
Woningbouw
blijft achter
HOOGOVENS IJMUIDEN
Hoogovens betaalt uw opleiding tot rangeerder
r
DONDERDAG
3 SEPTEMBER 1970
ONTSLAG
WOONOORDEN
INTEGRATIE
GEWELD
RELLETJES
GENERATIE
LEVENSKANSEN
Platteland
Verhogingen
yy
Bouw uw toekomst op staal!
(Van onze correspondent)
UTRECHT. In februari 1951 besloot de Nederlandse regering om de
kleine vierduizend Zuidmolukse ex-KNIL-militairen die toen op Java wa
ren met hun gezinnen tijdelijk naar Europa over te brengen. In maart en
april van dat jaar kwamen ze hier aan: zes legerpredikanten, drie adjudan
ten, 35 sergeanten-majoors, 327 sergeanten en foeriers, 812 korporaals, 2341
soldaten plus hun vrouwen en kinderen. Totaal aantal personen: rond 12.500.
Met hun komst werd Nederland een moeilijk vraagstuk rijker: het Ambon-
nezenprobleem.
Nu, rond twintig jaar later, is dat probleem nog altijd onopgelost. Van
snelle repatriëring is niets gekomen. De Ambonnezen (hun aantal is intus
sen toegenomen tot meer dan dertigduizend) zijn in Nederland buitenbeen
tjes gebleven. Dat komt mede omdat zij weigerden op te gaan in wat zij
noemen „de grauwe Nederlandse volksmassa". De eigen identiteit moest
bewaard worden om gezamenlijk te kunnen blijven streven naar het doel:
terugkeer naar de Zuid-Molukken. Maar dan naar Zuid-Molukken die niet
onder het gezag van Djakarta staan.
Op de Zuid-Molukken vechten sinds mei
1950 Ambonnezen tegen Indonesiërs. Het
eerste jaar „bovengronds en daarna als
guerrilla's." Op Ceram, het grootste ei
land in het gebied, schijnen de schermut
selingen nog altijd voort te duren.
De grote inspirator van dat verzet, dr
Chr. Soumokil, werd in 1963 door de In
donesiërs gearresteerd. Op 24 april 1964
veroordeelde een militair tribunaal hem
ter dood. Tijdens het regiem-Soekarno
werd het vonnis echter niet voltrokken
De executie had pas plaats in 1966 toen
Soeharto de macht had overgenomen.
Soekarno noemde de guerrilla's op Ce
ram „domme reactionairen," Soeharto
noemt ze communisten. Zelf noemen ze
zich vrijheidsstrijders.
Toen Nederland in 1949 de soevereini
teit overdroeg bestond Indonesië uit een
federatie. De deelstaten, zo was bepaald,
zouden zich nog ieder voor zich beraden
over hun definitieve positie ten opzichte
van de Republiek der Verenigde Staten
van Indonesië.
Van dat beraad is weinig gekomen. Soe
karno riep namelijk vrijwel onmiddellijk
de eenheidsstaat (onder Javaanse lei
ding) uit. Ambon, dat ons door de eeuwen
heen bijzonder trouw was geweest, re
kende op Nederlands ingrijpen. Neder
land deed echter niets.
Een paar maanden later werd de door
geen enkel land erkende Republik Maloe
koe Selatan (RMS), de Republiek der
Zuid-Molukken, geproclameerd. Ambon
had namelijk besloten zich met de wa
pens te verzetten tegen het Javaanse be
wind, waarvan het in het geheel niet ge
diend was. Spoedig daarna kwam het tot
de eerste gevechten tussen het leger van
de RMS en Soekarno's troepen, die voor
namelijk met schepen van de Nederland
se KPM werden aangevoerd. De Ambon
nezen moesten steeds verder terug. Hun
laatste bolwerk werd Ceram.
Ambon is in de Nederlandse tijd altijd
een belangrijk leverancier geweest van
soldaten voor het Koninklijk Neder-
landsch-Indisch Leger, dat in de bres
stond voor onze belangen in de hele ar
chipel. Duizenden militairen waren bui
ten de Zuid-Molukken gestationeerd.
Toen na de soevereiniteitsoverdracht
het KNIL zou worden geliquideerd, was
Soekarno al met de RMS in conflict. De
vierduizend Ambonnese KNIL-soldaten
die op Java, Sumatra, Borneo en Celebes
hadden dienstgedaan en daarna op Java
waren bijeengebracht, weigerden de
mobilisatie op Indonesisch gebied. Zij
vreesden namelijk dat ze zouden worden
gedood.
Aan hun eis om teruggebracht te wor
den naar het deel van de Zuid-Molukken,
dat op dat moment nog in handen van de
RMS-troepen was, wilde Nederland niet
voldoen. Ten einde raad werd toen maar
besloten de vierduizend militairen met
hun gezinnen voorlopig naar Nederland te
brengen. De Ambonnezen, die tijdelijk de
status hadden gekregen van leden van de
Koninklijke Landmacht werden reeds^ op
weg naar Europa ontslagen uit de dienst.
Opnieuw voelden zij zich verkocht en ver
raden. Zij waren beroepsmilitairen en
wilden dat blijven. Nederland stelde ech
ter geen prijs meer op hun diensten.
Vanuit het demobilisatiecentrum in
Amersfoort werden de Zuidmolukkers
verspreid over door de Duitsers gebouw
de arbeids- en concentratiekampen, die
werden omgedoopt tot „woonoorden." Dé
grootste woonoorden waren Schattenberg
bij Westerbork in Drente en Lunetten bij
Vught.
Per week kregen ze drie gulden zakgeld
en één keer per jaar kledingbonnen.
Voedsel kwam uit de centrale keukens.
Werken deden de mannen niet. Zij be
schouwden zich nog steeds als militair.
In 1952 kwam de Ambonnezenzorg, die
tot die tijd onder drie ministeries had ge
ressorteerd, terecht bij het toen net in
gestelde ministerie van maatschappelijk
werk. De Zuidmolukse leiders, gesteund
door hun Nederlandse politieke vrienden,
verenigd in de stichting „Door de Eeuw
en Trouw," beschouwden dit als een „ma
nipulatie." Nederland ging van het Am-
bonnezenprobleem een sociaal probleem
maken om op die manier de veel belang
rijkere politieke facetten te verdoezelen,
zo redeneerden zij. Het motto was daar
om: géén medewerking verlenen aan wat
dan ook.
De toestand in de woonoorden al
thans naar Nederlandse maatstaven ge
meten was allerbelabberdst. Armoede,
verveling en vertwijfeling bepaalden het
beeld. Een troosteloze sfeer. Toen duide
lijk werd dat van een snelle repatriëring
niets zou komen, koos het ministerie voor
een integratie-politiek. De Ambonnezen
dienden zoveel mogelijk op te gaan in de
Nederlandse gemeenschap. Het zou een
ontwikkeling zijn die in fasen moest ver
lopen.
Fase één hield in dat de gratis voed
selvoorziening in de kampen werd ge
staakt om de mannen op die manier te
dwingen te gaan werken. Tijdens de uit
voering van dit plan trad de grote ver
deeldheid onder de Ambonnezen aan het
licht. Een groep die principieel werk wil-
e blijven weigeren stond tegenover de
groep, die wèl werk wilde accepteren of
dat al had gedaan. De werkende Ambon
nezen bouwden na de beëindiging van de
centrale voedselvoorziening eigen keu
kens, die door niet-werkende landgenoten
dan weer in elkaar werden geslagen. Hier
en daar werden winkels door hongerige
Zuidmolukkers geplunderd. Maar het uit
eindelijke resultaat was toch dat de grote
meerderheid van de Ambonnezen zich liet
inschakelen in het Nederlandse arbeids
proces.
Het volgende programmapunt van het
ministerie was opheffing van de woonoor
den. Ook dat werd geen geruisloze zaak.
De Zuidmolukse leiders zagen er een
nieuwe poging in om de eenheid van hun
volk te breken, het groepsleven te vernie
tigen en Indonesische propagandisten vrij
spel te geven. „Blijf zitten waar je zit",
raadden zij hun landgenoten dringend
aan. En zo kon het gebeuren dat grote
politie-eenheden hier en daar Ambonnezen
met geweld moesten opjagen van armza
lige, totaal uitgewoonde barakken naar
gloednieuwe, comfortabele, maar niette
min zeer goedkope woningen.
Fase twee is nog steeds in uitvoering.
Het aantal woonoorden (oorspronkelijk
50) is gedaald tot een stuk of tien. Aan
die laatste kampen heeft het ministerie
echter de handen vol. In barakken die
leeg komen kruipen steeds opnieuw jonge
Ambonnese gezinnen. De Ambonnese lei
ders hebben er voortdurend op gehamerd
dat het wederom een Nederlandse verra
dersdaad zou zijn als Zuidmolukkers wo
ningen kregen toegewezen kris-kras tus
sen Nederlanders in. Zij eisten de bouw
van Ambonnezenwijken van een zekere
omvang.
In veel gevallen is het miinsterie aan dat
verlangen tegemoetgekomen. Maar in een
aantal plaatsen is de „Ambonnezenwijk"
als tussenstap in het integratieproces ook
overgeslagen. In Woerden bijvoorbeeld
wonen de Zuidmolukkers verspreid door
de hele stad.
De meeste Ambonnezen zijn door de
jaren heen pal blijven' staan voor hun
ideaal: terugkeer naar een vrij Ambon.
Of zij als puntje bij paaltje komt ook al
lemaal zullen gaan is natuurlijk een
vraag. Sommigen geven toe dat het ver
langen naar het vaderland niet zo sterk
meer leeft. Zij willen hier wel blijven.
Een kleine duizend anderen daarente
gen wachtten de „bevrijding" van Am-
bon niet af en keerden in de loop der ja-
re reeds terug.
Niet leuk is het dat met name jonge
Ambonnezen nogal eens op negatieve
wijze in het nieuws komen. Meestal ont
staan de moeilijkheden in plaatsen waar
de Zuidmolukkers in één wijk zijn onder
gebracht, zoals in Culemborg. In Woer
den daarentegen zijn nooit meer proble
men met Ambonezen. „We hebben hier
helemaal geen armoe meer", zegt de
politie. „We zijn erg blij met dat ver
spreide wonen".
De heer E. Mekenkamp, directeur van
de gemeentelijke sociale dienst in Cu
lemborg, gelooft dat die kleine groep
Ambonnese jongens die voortdurend be
trokken raakt bij incidenten, de gevol
gen ondervindt van een generatiecon
flict: „Het zijn vooral de ouderen bo
ven de veertig die terug willen naar
Ambon. De jongeren kennen de wel
vaartsstaat met bromfietsen, mooie kle
ren, beatmuziek en vooral de straatvrij
heid. Ze zeggen: „Goed, gaan jullie
maar terug, maar wij blijven". Dat
geeft conflicten binnen de gezinnen. Van
ouds is de Ambonnees militair ge
schoold. Er is eerbied voor het gezag".
De regering van de „Zuidmolukse pre
sident" Manusama heeft sinds vorig jaar
„concurrentie van een tegenregering on
der leiding van de heer Tamaela. Vol
gens ir. Manusama is deze tegenrege
ring eigenlijk een lachertje, maar dat is
toch niet helemaal waar. De heer Ta
maela, die bij de Verenigde Naties aan
dacht probeert te krijgen voor het pro
bleem van de Zuid-Molukken, wordt door
een aanzienlijk aantal Ambonnezen ge
zien als een belangrijk man in de strijd
voor de onafhankelijkheid.
Vrij algemeen is overigens de opvat
ting dat de twee regeringen elkaar niet
in de weg lopen. Ir. Manusama werkt in
Nederland aan de Ambonnese zaak en
de heer Tamaela doet dat in New York.
Ir. Manusama is ervan overtuigd dat
een onafhankelijke Republiek der Zuid-
Molukken levenskansen heeft. Proble
men zijn er echter wel, zo geeft hij toe.
Voorlopig zal er bijvoorbeeld niet meer
ADVERTENTIE
Het is goed sparen bij de NMB.
De vele spaarvormen garanderen
voor elke omstandigheid de hoogste
opbrengst. Bovendien zijn er de 8%%
NMS-Rentespaarbrieven.
nederlandsche
middenstandsbank
de bank waar óók u zich
thuis voelt!
voedsel zijn dan wat de zee te bieden
heeft. „Degenen die zich in Nederland
hebben gehecht aan comfort kunnen hier
beter blijven", zegt hij. „Zij zouden an
ders waarschijnlijk toch de ontevreden
elementen worden".
Ir. Manusama schat het inwonertal
van de Zuid-Molukken op anderhalf tot
twee miljoen, tegen 300.000 in 1933. Van
overbevolking is volgens hem nog geens
zins sprake. „Er is voor allemaal nog
best een plekje".
(Van onze parlementsredactie)
DEN HAAG. Het liberale Kamerlid
Wiegel is zeer verontwaardigd over het
onlangs ingediende voorstel van minister
Witteveen en staatssecretaris Grapper-
haus om ter vereenvoudiging van de be
lastingaangifte geen gelegenheid meer te
geven tot aftrek van de onderhoudskos
ten van de eigen woning. De kwaliteit
van het oude woningbestand wordt op
geofferd aan de vereenvoudiging van de
belastingen zo meent het jonge Kamerlid.
„Ik vind het een slecht voorstel. Het gaat
me te ver. Ik schilde, het misschien wat
donkerder af dan het is, maar dat doe
ik bewust. De bewindslieden hebben wel
heel erg de lichte venseel gehanteerd."
In het complex van voorstellen die de
beide bewindslieden hebben gedaan,
wordt geadviseerd een gehee' ander be
lastingsysteem te aanvaarden bij het
eigen woningbezit. De koppe'ing van de
huurwaarde aan de personele belasting
DEN HAAG. In Queensland Austra
lië is een grote hoeveelheid uranium ge-
vondne. De vondst heeft de effectenbeurs
in Melbourne en die in Londen op stelten
gezet.
De hoeveelheid Uraniumerts wordt ge
schat op 55.000 ton. Het uraniumgehalte
per ton erts zou 540 lbs bedragen. Ver
wacht wordt dat het erts in de loop van
het volgend jaar kan worden gewonnen.
Het kan in dagbouw worden verkregen,
want het ligt dicht onder de oppervlakte,
zodat de winning tegen een onbeduidende
kostprijs kan geschieden. In vergelijking
met de uraniumvoorkomens elders in de
wereld is de vondst van Queensland
Mines adembenemend, zo zeggen Austra
lische deskundigen.
komt te vervallen, daarvoor in de plaats
wordt een huurwaarde vastgesteld aan de
hand van een schatting. Zo zou de huur
waarde van een (bewoonde) woning, die
geschat wordt op een lagere waarde dan
30.000 gulden, 150 gulden per jaar moeten
gaan bedragen. Voor woningen van
30.000 tot 60.000 gulden komt de huur
waarde op 300 gulden per jaar en voor
woningen van 60 000 tot 120.000 gulden op
600 per jaar. Voor nóg duurdere wonin
gen op 1200 per jaar Het huid'ge systeem
van aftrek van de onderhoudskosten zou
dan moeten komen te vervallen, terwijl
de huurwaarde, die over het algemeen
veel lager zal zijn dan thans, normaal
bij het inkomen wordt opgeteld. „Deze
regeling leidt wel tot herve; deling van
de inkomens, maar deze herverdeling
wensen we niet. die gaat vooral ten koste
van oudere mensen die het niet zo breed
hebben", aldus de heer Wiebel.
Het Kamerlid, dat voor zijn fractie alle
woningbouwzaken behandelt meent dat
met name op het platteland er veel men
sen zullen zijn die als het even kan een
eigen huis kopen terwijl dat in de grote
steden veel minder het geval is. Maar
juist op het platteland zijn veel wonin
gen die tot de categorie „slechte wonin
gen" behoren en hoge onderhoudskosten
hebben. „Wil je uit de woningnood ko
men, dan moet je juist nu het oude wo
ningbestand goed onderhouden", zo zegt
het Kamerlid.
Er zijn op het ogenblik on ons land
ongeveer 250.000 slechte woningen, naast
de 375.000 krotten. Per jaa'- komen er
ongeveer 15.000 slechte woningen bij, wat
naar de verwachting van de heer Wiegel
groter zal worden als de voorgestelde re
geling van de minister en zijn staatsse
cretaris door de Kamer zouden worden
aangenomen. „Minister Schut is de eerste
geweest die de krotopruiming goed op
gang heeft gezet, maar deze regeling kan
juist weer averechts gaan wecken. Daar
bij komt", aldus he' verontwaardigde
Kamerlid, „dat een van de stellingen van
na de oorlog is, dat het eigen woningbe
zit moet worden bevorderd, wat nu min
der aantrekkelijk zal gaan worden. En
wij in Nederland liggen wat dat eigen
woningbezit betreft toch al achter bij het
buitenland."
Er is maar één oplossing volgens de
heer Wiegel: handhaven van de huidige
aftrekregeling, ook bij het bezitten van
een tweede huis Doordat velen tegen
woordig een tweede huis op het platte
land gaan kopen kan de huidige gunstige
regeling wel geld kosten aan de over
heid, maar het rendement is toch erg
groot, zo meent het Kamerlid, die naast
zijn woning in Amsterdam een boerde
rijtje'in Noord-Friesland bezii Door het
kopen van een tweede huis wordt voor
komen dat het landschap er troosteloos
gaat uitzien en de welvaartsituatie in die
gebieden gaat dalen, door het leveren van
werk aan een aannemer, een timmerman
(„moet je maar kijken hoe doodgelukkig
hij hiermee is") en de middenstand
„Voor het vraagstuk van de volkshuisves
ting is het tweede huis niet belangrijk,
maar voor het algemeen belang van de
regio wel."
Wiegel blijft erbij dat er maar een goe
de oplossing is, namelijk huurliberalisa-
tie of huurverhogingen. „De huurontwik-
keling sinds de oorlog is sterk achterge
bleven bij de loon- en prijsontwikkeling,
terwijl het onderhoud steeds duurder
wordt en gelijke tred hout met de prijs
ontwikkeling. Het is niet voor niets dat
er elk jaar 15.1100 slechte woningen bij
komen. Voor de eigenaren is het hele
maal niet aantrekkelijk meer om de wo
ningen goed te onderhouden."
Ook voor de grote steden znu de nieu
we regeling funest kunnen zijn: daar im
mers vertrekken veel kantoren uit het
centrum naar de buitenwijken, vooral als
gevolg van de parkeerproblemen De ach
tergebleven panden, vaak grachten- en
herenhuizen, komen dan vrij voor bewo
ning. Maar om zo'n pand bewoonbaar te
maken, moet men vrü hoge kosten ma-
ken, wat men door de huidige aftrekrege
ling dan nog wel wil Dit zal echter naar
de verwachting van Wiegel bij de nieu
we regeling eveneens afge'open zijn.
Wiegel nogmaals: „Ik vind het een slecht
voorstel."
DEN HAAG. In de maand juli 1970
werd volgens defintieve gegevens van het
Centraal Bureau voor de Statistiek met
de bouw van 8711 woningen begonnen
en zijn 10.809 woningen voltooid. In juli
1969 waren deze aantallen resp. 7903 en
11.635. Gerekend over de eerste zeven
maanden van 1970 bedroeg het aantal be
gonnen woningen 71.204 (67.594 in de
eerste zeven maanden van 1969) en het
aantal voltooide woningen 61.620 67.259)
Het aantal intrekkingen van in vooraf
gaande maanden als begonnen opgege
ven woningen bedroeg in juli 378 (janua-
ri-juli 1088). Deze intrekkingen zijn in
mindering gebracht op het aantal wo
ningen in uitvoering.
Eind juli 1970 waren 154.260 woningen
in uitvoering, tegen 148.655 ultimo juli
1969. In het aantal huizen, waarvan de
bouw in de eerste zeven maanden 1970
begon, zijn begrepen 8.163 (8.029) bij
zondere wooneenheden (voornamelijk be
jaardenwoningen) en in het aantal vol
tooide woningen 5677 (4325).
Verdeeld naar financieringswijze be
stond het aantal begonnen woningen in
de eerste zeven maanden van 1970 uit
23.510 (23.666) woningwetwoningen,
34.983 (31.105) premiewoningen en 12.711
(12.823) ongesubsidieerde woningen. Ten
aanzien van het aantal voltooide wonin
gen waren deze cijfers resp. 24.652
(28.629), 26.837 (28.888) en 10.131 (9.742).
In de 12-maandsperiode augustus 1969-
juli 1970 werden 124.838 woningen in aan
bouw genomen en 117.478 woningen vol
tooid.
ADVERTENTIE
Hoogovens betaalt uw opleiding tot rangeerder.
Uw theoretische opleiding krijgt u zes weken lang op de bedrijfsschool.
Daarna komen de praktijklessen. Ze duren vier maanden.
Leeftijd 21 tot 34 jaar.
Salaris. Het aanvangssalaris bedraagt, indien 21 jaar 11.760,- per jaar
(ofwel 226,- per week), 22 jaar 12.530,- per jaar (ofwel 241,- per
week). 23 jaar en ouder 13.300,- per jaar (ofwel 255,- per week)
Alle bedragen zijn bruto en inclusief ploegendiensttoeslag.
Als u nevenstaande bon naar ons opstuurt, is dat de eerste stap naar een
zekere toekomst. Ons adres is Hoogovens, Antwoordnummer 94000,
IJmuiden (plak dus geen postzegel).
Wij nodigen u dan uit voor een persoonlijk gesprek over de vakopleiding
tot rangeerder bij Hoogovens.
(Telefonische inlichtingen: 02510 - 94000).
Ik «tel prijs op meer informatie over de opleiding
tot rangeerder bij uw bedrijf.
HF 420
Naam:
Voornaam:
Adres:
Geboortedatum:
Woonplaats: Gehuwd/ongehuwd
v