Journalistenvereniging bezorgd:
CONCENTRATIE IN PERS
GEEFT VERSCHRALING
Plunderaars
krijgen 3 en
4 maanden
T uchtcollege
veroordeelt
arts
RIDDER" VEROLME RECIPIEERT
Nederland faalde in
Ambonnezenbeleid
Op een pad
Was blanke huidskleur
paspoort tot Den Haag?
POLITIECONTROLE AAN WET GEBONDEN
Bewegingsvrijheid was beperkt
NVJ wil betere
bescherming van
journalisten
bij rellen
Ir. Manusama over „Wassenaar''
DICHTER
BIJ
DE DIEREN
Overheidstoezicht
op rij-examens
gewenst
Vragen over roken
van hasjiesj in
raadzaal
Vragen over veiligheidsmaatregelen
WEEK VAN UITZONDERLIJK VERSCHERPTE MAATREGELEN
Verzwaard arrest
voor stukje in
„Luctor"
ZATERDAG 5 SEPTEMBER 1970
O
z
Amsterdamse rellen
De vrienden van een pad uit Vechten
geraakten allen op het slechte.
Ze deden zeer verkeerde dingen
en droegen de verdachte kringen
waar ze zich doorgaans in bewogen,
onder hun dichtgeslagen ogen.
Trijntje Fop
Kamerlid Koning:
ORDEHANDHA VING
VREEMDELINGEN
te
AMSTERDAM. De Nederlandse Vereniging van Journalisten (NVJ)
heeft een schrijven gericht aan minister Klompé, de leden van de Tweede
Kamer, het bestuur van de Nederlandse dagbladpers (NDP) en aan het be
stuur van de Verenigde Nederlandse Uitgevers (VNU) en aan de Neder
landse Dagbladunie (NDU). Deze brief is geschreven omdat volgende week
het rapport van de interdepartementale commissie „Concentratie-tendensen
in de pers" in de Tweede Kamer wordt behandeld.
De aanleiding van de brief is het voornemen tot samenwerking van de
NDU en de VNU op journalistiek, commercieel en technisch gebied van de
dagbladen N.R.C., Algemeen Handelsblad en De Tijd.
De NVJ wijst er in de brief op dat deze samenwerking een „verschraling
van de differentiatie van de Nederlandse dagbladpers" inhoudt. De plurifor
miteit van de voorlichting wordt op onaanvaardbare wtfze aangetast.
Verder wijst de NVJ erop dat er nog
meer concentraties in voorbereiding zijn,
te weten de Perscombinatie (De Volks
krant en Het Parool) met de Arbeiders
pers (Het Vrije Volk), alsmede Trouw en
iet Rotterdammer-kwartet.
Er is, aldus de NVJ, geen tijd meer voor
studie. Er moet snel worden gehandeld,
anders heeft de concentratie in het Ne
derlandse dagbladwezen voor het goede
functioneren van de democratie volstrekt
onaanvaardbare vormen aangenomen.
De NVJ dringt er dan ook op aan snel
maatregelen te nemen. Maatregelen op
economisch en fiscaal terrein kunnen nut
tig en nodig zijn, maar niet toereikend om
de verschraling in de dagbladpers tijdig
een halt toe te roepen, aldus de NVJ.
Aanbevolen wordt de concentratieplannen
van dagbladen te toetsen aan het alge
meen belang. Ook wordt aanbevolen voor
dagbladondernemingen een verplichting
in te stellen tot vaststelling van een re
dactiestatuut. Hierin dient de verhouding
tussen uitgever en (hoofd)redactie te
worden geregeld.
De krant is niet alleen een economisch,
maar ook een cultureel goed. Het is de
allerhoogste tijd dat de niet-economische
benadering van het concentratieprobleem
thans meer aandacht krijgt in de vorm
van snel te nemen maatregelen, aldus de
NVJ.
In een brief aan de directies van VNU
en NDU in verband met de samenwer
king tussen de drie eerder genoemde
kranten, merkt de NVJ op dat deze grote
beroering heeft gewekt, zowel in als bui
ten de VNU en NDU.
„In het bijzonder wordt het als schok'
kend ervaren dat wederom een vergaan
de structurele ingreep plaatsvindt zonder
dat de werknemers op enigerlei wijze aan
de besluitvorming hebben kunnen deel
nemen."
Volgens de NVJ is wel op een zeer
vreemde manier voldaan aan de uit de
CAO voortvloeiende verplichting tot in-
schakeling van een vertrouwensman
AMSTERDAM. De Amsterdamse po
litierechter heeft een 19-jarige fabrieks
arbeider uit Sittard wegens plundering
tijdens de rellen vorige week in Amster
dam veroordeeld tot vier maanden ge
vangenisstraf waarvan één maand voor
waardelijk. De officier van Justitie had de
maximale straf geëist van zes maanden.
Een 18-jarige Duitser werd eveneens
voor plundering veroordeeld tot drie maan
den, waarvan één voorwaardelijk. Een 18-
jarige Amsterdamse kantoorbediende werd
wegens het gooien van stenen naar de
politie veroordeeld tot vier maanden. Een
22-jarige losarbeider en een 18-jarige
monteur uit Oude Water werden wegens
openlijke geweldpleging ieder veroordeeld
tot een gevangenisstraf van drie maanden.
De vijf jongelui er was maar één Am
sterdammer bij waren de eersten van
17 verdachten, die op drie extra zittingen
van de politierechter werden berecht. Zij
zaten allen in voorarrest sedert hun arres
tatie.
UTRECHT. Het Centraal Medisch
Tuchtcollege heeft uitgesproken, dat een
huisarts die in de nacht van eerste op
tweede paasdag 1968 niet heeft voldaan
aan een verzoek, bij een patiënt te ko
men, daardoor het vertrouwen in de stand
der geneeskundigen heeft ondermijnd. De
arts nam gedurende de paasdagen de
praktijk van niet minder dan zestien art
sen waar.
Een buurman had de dokter om vier
uur 's nachts gebeld met de mededeling
dat de patiënt klaagde over pijn in zijn
borst, het benauwd had en „erg wild"
was. Volgens deze buurman vond de dok
ter het „onzin" om daarvoor midden in
de nacht op te bellen en legde de hoorn
neer. Volgens de verklaringen van de
arts kreeg hij op zijn vragen slechts vage
antwoorden en werd het telefoongesprek
door de buurman verbroken. Daarop be
sloot de arts de patiënt niet te bezoeken
in de veronderstelling dat er nog wel
eens gebeld zou worden als de toestand
werkelijk ernstig was.
Hoewel de lezingen over de inhoud van
het telefoongesprek niet met elkaar over
eenstemmen meent het tuchtcollege dat
de arts onjuist heeft gehandeld door op
grond van de onduidelijkheid van de ge
gevens na te laten de patiënt wiens adres
hij kende, te bezoeken. Ter vermijding
van risico's had hij de onduidelijkheid
door een bezoek aan de patiënt (die acht
dagen later is overleden) moeten ophef
fen.
AMSTERDAM De Nederlandse Ver
eniging van Journalisten (NVJ) heeft zich
per brief gewend tot de ministers van Jus
titie en van Binnenlandse Zaken. Aanlei
ding hiertoe was de „volstrekt ontoelaat
bare wijze, waarop de journalist mr. P. Ni
colai is verhinderd zijn beroepsbezigheden
uit te oefenen". De heer Nicolai maakte
tijdens de ongeregeldheden begin vorige
week in Amsterdam in opdracht van de
VPRO opnamen voor een radio-program
ma.
Hij nam waar dat twee mannen in bur
ger een Fransman naar het politiebureau
Warmoestraat wilden brengen. Aan deze
Fransman heeft hij gevraagd wat er aan
de hand was. Bij het politiebureau aange
komen werd de heer Nicolai die een zoge
noemde rellenkaart aan een koord om de
hals droeg en dus kenbaar was als
journalist door een man in burger aan
deze kaart naar binnen getrokken. Het
touwtje veroorzaakte verwondingen in zijn
nek. De nacht heeft hij met twee anderen
in een zeer kleine ruimte moeten door
brengen.
De N.V.J. protesteert bij de beide minis
ters tegen deze gang van zaken. De ten
behoeve van journalisten getroffen maat
regelen zijn in dergelijke omstandigheden
onvoldoende. De N.V.J. verzoekt de minis
ters te bevorderen dat journalisten een be
tere bescherming wordt geboden bij de uit
oefening van hun beroep.
Daar het in dit geval een beperkte sa
menwerking betreft en geen algehele fu
sie was het tijdsverloop tot de beslissing
viel een periode van vijf dagen. De NVJ
verbaast zich erover dat in dit geval een
vertrouwensman aangezocht werd, van
wie bekend was dat hij in die vijf dagen
in het buitenland vertoefde.
De NVJ zegt zich zorgen te maken over
de toekomstperspectieven van een grote
groep leden. Met het oog hierop vraagt
het de directies van VNU en NDU op
korte termijn een gesprek te voeren over
de totstandkoming van redactiestatuten.
De NVJ heeft in een brief aan de NDP
gezegd dat het fusie- en concentratiever
schijnsel thans in de Nederlandse dag
bladwereld dusdanig snel om zich heen-
grijpt dat langzamerhand moet worden
gesproken van een bijzonder ernstige aan
tasting van het werkklimaat in vrijwel de
gehele dagbladjournalistiek.
De NVJ overweegt om met de NDU
gezamenlijke stappen bij de overheid te
nemen.
D'66 heeft de vereniging de Amster
damse Pers, die zich achter de redacties
van NRC, Handelsblad en De Tijd heeft
geplaatst zijn politieke steun toegezegd.
DEN HAAG. „Het tragische van de gebeurtenissen in Wassenaar moet
niet bü de Zuidmolukkers gezocht worden, maar bij de Nederlandse rege
ring, die in haar beleid ten aanzien van de Zuid-Molukkers geheel gefaald
heeft. Tragisch is dat eerst nu de minister-president en de minister van
Buitenlandse Zaken beloofd hebben de gehele problematiek van de Zuid-
molukse kwestie nog eens met rnjj door te nemen
Dit heeft ir J. A. Manusama als „pre
sident der Republiek der Zuid-Molukken"
vrijdagmiddag gezegd op een persconfe
rentie in Den Haag. Ir. Manusama was
daar vergezeld door de heren A. Th. Pa-
sanea, H. Tan, Th. O. Kuhuwaal en J. P.
Nikijuluw, leden van zijn kabinet, alsme
de door ds. S. Metiary, de voorzitter
van de Zuidmolukse organisatie„Badan
Persatuan".
Ir. Manusama herinnerde eraan dat hij
in een brief van 27 december 1969 aan
premier De Jong had geschreven dat de
stemmen van degenen die een „besliste
weerstand tegen de voortdurende kren
king van de waardigheid van het Zuid
molukse volk één van hun voornaamste
plichten achten. Deze ontwikkeling zal op
den duur tot een tragische catastrofe lei
den", had ir. Manusama geschreven.
Hij zei dat de bezetting voor de Zuid
molukse leiders een „volslagen verras
sing" was. „We wisten er niets van. We
wisten ook niets van wapenbezit in de
woonoorden. Zij die beweren dat er in
de kampen en woonoorden exercitievel
den zijn moeten dat dan maar eens aan
wijzen". Dat er bij de bezetting een
slachtoffer is gevallen vindt ir. Manusa
ma zeer betreurenswaardig, het feit van
de bezetting echter niet. „De jongens heb
ben verklaard dat het nooit in de be
doeling heeft gelegen opzettelijk iemand te
doden. Ze hebben spijt van hun daad.
Het zijn flinke, vooruitstrevende en sym
pathiek optredende jongeren. Ook hun
vrouwen en naaste bloedverwanten wis
ten niets van wat ze gingen doen", al
dus ir. Manusama. Hij vindt de bezetters
„helden, want zij deden dit uit liefde
voor hun land". De bezetters had hij een
aantal malen kunnen spreken doordat hi;
en ds. Metiary hen in het Huis van Be
waring mogen opzoeken.
Zelfbeschikking vooj een Republiek der
Zuid-Molukken zal volgens ir Manusama
geregeld kunnen worden als Indonesië
Nederland, de Verenigde Naties en de
Zuidmolukkers er zich voor willen inzet
ten. Hij deelde mee dat op initiatief van
enkele mensen uit Heemstede een comité
in oprichting is om financiële steun te
kunnen verlenen aan de 33 bezetters.
AMSTERDAM. Overheidstoezicht op
ry-examens is een wens van mr. II. E.
Koning, lid van de Tweede Kamer. Hy zei
dit op het vrijdag in het RAI-congrescen-
trum in Amsterdam gehouden nationaal
autoryschoolcongres, georganiseerd door
de federatie van Nederlandse organisaties
voor het personenverkeer.
Mr. Koning meende dat een rijksinstan
tie de examens moet afnemen onder ver
antwoordelijkheid van de regering en dat
dit een aanbevelenswaardiger figuur is
dan de huidige (het CBR red.). „Alleen
op die manier kan de ministeriële verant
woordelijkheid goed tot haar recht komen
en mogelijk kan daardoor een stuk van de
toch bestaande onvrede over de huidige
vorm van de rij-examens worden wegge
nomen", aldus mr. Koning.
Ter gelegenheid van zijn zeventigste
verjaardag is de heer C. Verolme
benoemd tot ridder in de orde van
de Nederlandse Leeuw. Minister
Nelissen heeft de versierselen in zijn
ministerie aan de heer Verolme uitge
reikt. In hotel De Wittebrug recipi
eerde de heer Verolme. Op de foto
wordt zijn echtgenote gelukgewenst
door de heer R. Zwolsmdn.
AMSTERDAM. Het Amsterdamse ge
meenteraadslid mr. C. H. Goekoop (VVD),
heeft naar aanleiding van berichten dat
enkele raadsleden tijdens de vergadering
van 1 september marihuana of hasjiesj
hebben gebruikt, B. en W. schriftelijk ge
vraagd welke maatregelen dit college
denkt te nemen „om te bevorderen dat er
in en buiten de raadzaal ten aanzien van
gebruikers en verspreiders van softdrugs
op gelijke wijze wordt gehandeld".
DEN HAAG Het Tweede-Kamerlid Roethof (P.v.d.A.) heeft aan de minister
Beernink van Binnenlandse Zaken cn Polak van Justitie gevraagd of het waar is
dat door de veiligheidsmaatregelen rond het bezoek van president Soeharto in vele
gevallen de toegang tot Den Haag is ontzegd aan mensen, zonder dat van enig
belastend gegeven is gebleken en zonder enige controle op hun papieren, meege
nomen bezittingen of reisdoel. De heer Roethof vraagt of verondersteld moet wor
den„ dat in dergelijke gevallen bij het nemen van de beslissing over de toelating)
de huidskleur ais enige maatstaf heeft gegolden.
Als dit zo is, wil het Kamerlid weten
welke instructies precies aan het politie
apparaat zijn gegeven en hoe deze zich
verdragen met artikel van -de Grond
wet, waarin vastgelegd is dat allen, die
zich op Nederlands grondgebied bevin-
(Van onze juridische medewerkster)
LEIDEN. „Bij invalswegen Den
Haag auto's gecontroleerd op wapen
bezit". „Bus Ambonnese schoolkinde
ren uit Moordrecht teruggestuurd".
„Ambonnezen toegang Den Haag ont
zegd door politie". Een greep uit de
krantenkoppen van de voorvallen, die
zich voordeden naar aanleiding van
de verscherpte controle in verband
met het staatsbezoek van de Indone
sische president Soeharto. Dat deze
maatregelen noodzakelijk waren kan
worden afgeleid uit de hoeveelheid
inbeslaggenomen wapens en de ge
welddaden die zich desondanks
voordeden.
Dit neemt niet weg dat men zich kan
afvragen in hoeverre deze verregaande
maatregelen legaal zijn, dat wil zeggen
hun grondslag vinden in de wetgeving.
Met name geldt dit ten aanzien van in
breuken op algemeen erkende rechten,
zoals de vrijheid van beweging en het
recht op eigen lichaam. Een aantal van
deze individuele rechten is gewaarborgd
in de Grondwet. Andere zoals de vrij
heid van beweging moeten worden af
geleid uit het feit dat de inbreuken en
beperkingen hierop steeds hun grondslag
vinden in nauwkeurig geformuleerde wet
telijke regelingen.
Zo heeft met name de politie bepaalde
bevoegdheden om haar justitiële taak,
het opsporen van strafbare feiten, te kun
nen uitvoeren. Deze bevoegdheden van
de politie zijn omschreven in het Wetboek
van Strafrecht en het Wetboek van Straf
vordering, waar bijvoorbeeld wordt be
paald onder welke voorwaarden de poli
tie iemand mag staande houden, fouille
ren, voorwerpen in beslag nemen en der
gelijke.
Behalve met betrekking tot het aanhou
den voor het vragen naar de identiteit
van de persoon, moet er steeds sprake
zijn van verdenking van een strafbaar
feit, met andere woorden er moet een
verdachte zijn. Voor het uitvoeren van
deze taak ressorteert de politie onder het
Openbaar Ministerie met als uiteindelijk
verantwoordelijk persoon <je minister
van Justitie.
Hiernaast heeft de politie een orde-
handhavende taak. Artikel 28 Politiewet
bepaalt dat de politie tot taak heeft in
ondergeschiktheid aan het bevoegde ge
zag en in overeenstemming met de gel
dende rechtsregels te zorgen voor de
rechtsorde.
Voor de uitoefening van deze taak res
sorteert zij onder de burgemeester. De
burgemeester is, zoals bekend sinds kort
verantwoording verschuldigd aan de ge
meenteraad met betrekking tot de uitoe
fening van deze taak. De burgemeester
mag nu op grond van artikel 219 Gemeen
tewet „ingeval van oproerige bewegin
gen, samenscholingen of andere stoornis
van de openbare orde, alle bevelen ge
ven die hij ter handhaving van de open
bare orde nodig acht."
Deze taakomschrijving is aanmerke
lijk ruimer dan de precies begrensde be
voegdheden van de poljtie bij de uitoefe
ning van zijn justitiële taak en kan dan
ook tot moeilijkheden leiden.
Zo is, naar aanleiding van de in 1967
toegepaste „methode-Koppejan", waarbij
groepen personen tijdelijk aan de rand
van de gemeente werden vastgehouden
ter voorkoming van wanordelijkheden,
discussie ontstaan in hoeverre deze me
thode legaal is. Tenslotte verwijst artikel
28 Politiewet naar degeldende rechtsre
gels.
Er wordt wel betoogd dat de politie
verregaande bevoegdheden heeft als zij
handelt in een situatie van publieke nood
weer. Tegen dit standpunt pleit het feit
dat wij een wet hebben die de bevoegd
heden van de politie bij dergelijke situa
ties regelt, namelijk de Wet Buitengewo
ne Bevoegdheden Burgerlijk Gezag van
1954. Deze wet onderscheidt een toe
stand van verhoogde waakzaamheid en
de verdergaande „burgerlijke uitzonde
ringstoestand." Om deze wet in werking
te laten treden moet een dergelijke toe
stand worden afgekondigd in de Neder
landse Staatscourant waarmee enige da
gen gemoeid zijn.
Artikel 1 van deze wet bepaalt: „In
geval van de rechtsorde en het volksbe
staan bedreigende oproerige bewegingen,
onlusten of soortgelijke stoornissen van
de openbare orde of van ernstige vrees
voor het ontstaan daarvan kan ten aan
zien van het Rijk of van een gedeelte
daarvan de toestand van verhoogde
waakzaamheid dan wel de burgerlijke
uitzonderingstoestand worden ingesteld.'
Als dus een dergelijke situatie zich
voordoet en een dergelijke maatregel
door de regering wordt afgekondigd
krijgt de politie verregaande bevoegdhe
den. Zo mag de politie in dat geval (ar
tikel 13b) aan personen, ten aanzien van
wie ernstig vermoeden bestaat dat zij de
openbare orde in gevaar zullen brengen,
bevelen een gebied te verlaten of verbie
den zich daarheen te begeven of daarin
nog te vertoeven. Maar, zoals gesteld,
om deze wet van toepassing te doen zijn,
moet de toestand van verhoogde waak
zaamheid of de burgerlijke uitzonderings
toestand uitdrukkelijk worden afgekon
digd. Dit is niet gebeurd. Met deze pro
cedure is namelijk enige tijd gemoeid.
Dit zou betekenen dat het staatsbezoek
had moeten worden uitgesteld. Men kan
nu betogen dat een dergelijk uitstel ge
boden was, nu bepaalde verscherpte
maatregelen nodig waren, waarvoor de
Wet Buitengewone Bevoegdheden Burger
lijk Gezag uitdrukkelijk de basis ver
schaft.
De bevoegdheden van de politie aan
gaande vreemdelingen gaan verder dan
ten aanzien van Nederlanders. De rechts
positie van de Ambonnezen is wat dat
betreft minder scherp gewaarborgd. On
ze Vreemdelingenwet onderscheidt ech
ter vreemdelingen aan wie het is
toegestaan voor onbepaalde tijd in Ne
derland te verblijven en vreemde
lingen aan wie dit niet is toegestaan. Is
geen onbepaalde verblijfsduur verleend,
dan mag op grond van artikel 18 vreem
delingenwet de vrijheid van beweging
van een vreemdeling worden beperkt in
het belang van de openbare orde en rust
De positie van de Ambonnezen in Ne
derland is, naar men mag aannemen zo.
dat deze niet onder de cateeorie tiirtelij
ke vreemdelingen vallen dus de bewe
gingsvrijheid van Ambonnezen nel als dit
ten aanzien van Nederlanders geldt, ge
respecteerd dient te worden.
den, gelijke aanspraak hebben op bescher
ming van persoon en goed.
Na een anti-Soeharto demonstratie gis
teravond in Den Haag is het bij de nog
steeds zwaar bewaakte Indonesische am
bassade tot relletjes gekomen. Nadat de
betoging was ontbonden renden groepjes
jongelui in de richting van de ambassade
en lieten vuurwerk knallen. De politie
voerde charges uit waarbij harde klap
pen vielen. In straten in de omgeving
werden enkele vernielingen aangericht.
Vier jongemannen werden gearresteerd.
De 33 Zuidmolukkers, die maandag in
Wassenaar de residentie van de Indone
sische ambassadeur elf uur bezet hielden
nadat een politieman was doodgeschoten,
zijn vrijdag bij de officier van Justitie
voorgeleid. Gisteravond is de gevangen
houding door de rechters-commissarissen
van de Zuidmolukkers bevolen.
De bewaking is verscherpt na een ano
niem telefoontje dat de bezetters zouden
worden bevrijd.
Ambonnese vrijheidsstrijders, die in
1945 aan de zijde van de Republiek Indo
nesië hebben meegestreden, hebben een
protest overhandigd aan de Nederlandse
ambassade in Djakarta, waarin de aan
val op de woning van de Indonesische
ambassadeur fel wordt afgekeurd. In het
protest wordt verd ergezegd, dat de Zuid-1
molukse jongerengroep van wat zich de
republiek der Zuid-Molukken noemt, zich
kennelijk heeft laten gebruiken door de
vereniging „Door de Eeuwen Trouwen
de groet) van prof. Wertheim's commu
nisten. Tegen de daders worden de streng
ste maatregelen geëist.
UTRECHT. Hoofdredacteur Herman
van der Horst van „Luctor", het blad van
de afdeling Oirschot van de vereniging
van dienstplichtige militairen, is gestraft
met zes dagen verzwaard arrest in ver
band met publikaties in het laatste Luctor-
nummer die door de legerleiding als bele
digend voor de beroepsmilitairen worden
beschouwd.
Twee andere leden van de redactie, Jan
Hiddinga en Koert Broekema, hebben elk
vijf dagen licht arrest gekregen.