TEGEN DE
DORST IS
NIET TE
VECHTEN
ANTI-ALCOHO LPOLITIEK
H
WONDERMIDDEL
GRENZELOOS
GEZUIP
DRANKBOEKJE
KOPPELVERKOOP
REVOLUTIE
DUN BIER
MISPLAATST
AL MEER DAN een eeuw voert de
Zweedse overheid een even ver
beten als uitzichtloze strijd tegen het
drankmisbruik. Het resultaat van die
„honderdjarige oorlog" is bepaald niet
verheffend, want hoe straffer men de
alcoholverkoop probeert te beperken,
hoe groter de dorst van de Zweden
schijnt te worden. Want de verboden
vrucht lokt en wie met alle geweld
drinken wil, die vindt altijd wel wegen
en middelen om zich meer geestrijk
vocht t® verschaffen dan zijn of haar
wettelijk toegestane portie.
Die strijd rond het borreltje duurt
tot op de huidige dag voort. Wel heb
ben de machthebbers in Stockholm in
de loop der jaren „water in hun wijn"
moeten doen, maar nog altijd is de
alcoholconsumptie er aan rigoureuze
beperkingen onderworpen. Sterke
drank is er bijvoorbeeld peperduur
tengevolge van de extreem-hoge ac
cijnzen (waaruit b.v. het Zweedse
spoorwegnet betaald wordt), maar in
een land met een zo hoge welvaart
als Zweden is geld voor de dorstige
doorsneeburger geen beletsel om zich
legaal of illegaal een stuk in de kraag
te drinken. Het land heeft dan ook
verhoudingsgewijs een zeer groot aan
tal alcoholisten en ieder jaar sterven
er duizenden tengevolge van overma
tig drankgebruik. Ondanks dat alles,
er honderden tengevolge van overma-
huidige Zweedse regering vast aan de
kortzichtige anti-afcoholpolitiek der
voorvaderen, zoals in bijgaand artikel
wordt toegelicht.
Bestömmelser
Trelleborgs Spritlorsiljungsbolaj.
(Van onze correspondent Henk Ruyssenaars)
STOCKHOLM De 150 witte ratten waren allemaal
min of meer „onder invloed". De ene rat dronk witte
wijn, een andere rat rode, terwijl een derde zich tegoed
deed aan whisky of cognac. Het zou het begin kunnen
zijn van een modern sprookje, maar de werkelijkheid
is aanmerkelijk minder sprookjesachtig dan het lijkt.
In een der vele laboratoria van het St. Görans-zieken-
huis in Stockholm onderzoekt docent K. H. Kiessling
sedert 1963 welke invloed de regelmatige consumptie
van bepaalde soorten alcohol en ethanol heeft op ratten.
De noodzakelijkheid hiervan bewijst een onlangs ver
schenen rapport over de resultaten van een onderzoek
door artsen van het Karolinska-ziekenhuis in Stock
holm. Men schat in dat rapport het aantal mensen dat
jaarlijks in Zweden overlijdt tengevolge van eigen of
anderer alcoholmisbruik op minstens 5.000.
Als een leeuw waakt de over
heid, gesymboliseerd door de
hoge hoed, tegen het drankmis
bruik. Maar de leeuw is ver
steend, zeggen de tegenstanders,
en het drankmisbruik neemt
steeds ernstiger vormen aan.
Op de terrasjes nuttigt men uit
schaamtegevoel?) geen geest
rijke drankjes. Vroeger kon men
alleen een borrel krijgen als
men er een maaltijd bijbestelde.
Zoals blijkt uit het Koninklijk
Besluit anno 1916, hierboven af
gedrukt, werd per diner van
30 öre slechts een bodempje
brandewijn (5 centiliter!) of 2/3
liter licht bier geserveerd.
Mcd anledning af Kungl. Majrt* Kungörelse den 15 Februari
1916 tfllflmpai frón och med denna dag följande
angdende
Utskankning af brannvin, spirituosa,
vin och 51.
Söckendagar utskankes:
kl. 9 f. m.-I2 midd. Vin eller hij|sl *1 liter Öl 5t spisande «ast rid
mSltid, som betingar ett pris af minst 30 öre.
kL 12 midd.—3 e. m. Brdnnvin St spisande gast
J glas om 5 centiliter vid mSItid, som betingar ett
pris nf minst 30 öre.
2 glas om* 5 centiliter vid miltid, som betingar «U
pris nf minst 60 öre.
Spirituosa (Cognac, Whisky, Punsch o. d.) it spi
sande gast vid miltid. som betingar ett pris af minst
30 öre.
Vin afven annorledes in vid miltid.
(högst liter) d:o d:o
kl. 3 e. m—11 e. m. Brdnnvin pi sammm satt som mellan kl. 12—3.
Spirituosa afven annorledes an vid miltid.
Vin -
öl (högst ^3 liter) M
Sön- eller Helgdagar,
tid dgudstjfinst ej eger rum. utskankes:
Före kl. 12 midd. Vin eller högst 2j3 liter Öl it spisande giist vid
miltid, som betingar ett pris af minst 30 öre.
kl. 12 midd.—7 e. m. Brdnnvin at spisande gast (se söckendagar).
Spirituosa it spisande gast vid miltid, som be
tingar ett pris af minst 30 öre.
Vin afven annorledes an vid miltid.
Öl (högst *|3 liter) d:o d:o
Kl. 7 e. m.- 11 e. Brdnnvin it spisande gast (se söckendagar).
Spirituosa afven annorledes an vid miltid.
Vin - -
öl (högst 13 liter)
.Trelleborg den 24 Februari 1916.
1. uy. TiyUl
ZWEDENS KORTZICHTIGE
DOCENT Kiessling gebruikt echter
voor zijn researchwerk witte ratten,
albinoratten dus, die onderverdeeld
in bepaalde groepen langere tijd in
plaats van water bijvoorbeeld wijn of
sterkere alcoholhoudende dranken te
consumeren krijgen.
DE organische veranderingen die
zich hierbij voordoen, het krimpen of
opzwellen van de lever, en de degene-
ratie van het zenuw- en spierstelsel,
worden op de voet gevolgd door kleine
operaties. Hierbij verwijdert men een
klein deeltje van het lever- of spier
weefsel, teneinde dit te kunnen onder
zoeken.
Hierbij is aan het licht gekomen, zo
vertelde ons dr. Kiessling, dat lever
aandoeningen als gevolg van overma
tig drankgebruik van ontstellend lange
duur kunnen zijn. Gebleken is name
lijk dat de gedegenereerde levercellen
zich niet herstellen, maar als een dode
massa de functie van de lever lang
zaam maar zeker verminderen, het
geen een langzame vergiftiging in de
hand werkt.
Hij legde er de nadruk op dat men
niet over het hoofd moet zien dat de
mens een veel gecompliceerder wezen
is dan een rat, zodat men in dit geval
de psychologische kanten van het
drankmisbruik buiten beschouwing
moest laten, en een zich dus tot een
zuiver biologisch-chemisch onderzoek
beperkt had.
MEN SLAAGDE er in het labora
torium in, een mengsel van aminozu
ren, vitaminen en mineralen samen te
stellen, dat de ongunstige invloed van
de alcohol ten dele afremde.
„Het gevaarlijke voor alcoholisten'',
aldus dr. Kiessling, „is het feit dat zij
minder voedsel tot zich nemen naar
mate zjj meer drinken. En dat veroor
zaakt storingen in de lichaamshuishou
ding.
Als wij er nu bijvoorbeeld in slagen,
de meest gedronken dranken te ver
mengen met de juiste vitaminen en
mineralen, zonder dat dit iets aan de
smaak of kwaliteit afdoet, dan zijn we
al een goed eind op weg naar ons eind
doel: het voorkomen van door alcohol
verwekte organische veranderingen."
Hoe gevaarlijk deze veranderingen
kunnen zijn, blijkt uit het rapport van
de artsen van het Karolinska zieken
huis, waarvan de cijfers door experts
„schokkend" worden genoemd. Te
meer schokkend, daar een zo juist ver
schenen Zweedse statistiek over ver
keersongevallen spreekt van „slechts"
1100 tot 1300 dodelijke ongevallen per
jaar bij een bevolkingstotaal van nog
geen 8 miljoen inwoners.
Bijna 5 maal meer Zweden gaan
dus aan drank ten gronde dan aan het
moderne verkeer, en dat is een ontstel
lend hoog cijfer, meent chefarts Gun
nar Lundquist, die het onderzoek heeft
geleid.
HET ONDERZOEK met de ratten
in het St. Göran ziekenhuis is slechts
een der vele aspecten van de strijd die
de Zweedse staat voert tegen het over
matige gebruik van alcohol, waarvan
de verkoop tevens een staatsmonopolie
Pogingen van regeringszijde om de
consumptie van sterke drank te ver
lagen, dateren van 1855, toen enkele
mijnwerkers in Noord-Zweden beslo
ten iets te gaan doen aan zoals zij
het uitdrukten het „grenzenloos ge-
zuip" van een groot deel der bevol
king. Sedert het jaar 1400, toen de
brandewijn zijn intrede deed in Zwe
den, kon iedereen zelf brandewijn sto
ken, verkopen of voor eigen gebruik
behouden.
In veel boerenstulpjes was het voor
naamste huisraad een destilleerappa-
raat. Men beschouwde de brandewijn
niet alleen als een pittig drankje, maar
tevens als een geneesmiddel dat vol-
pleitte voor een produktiebeperking en
ingrijpen van de staat, teneinde aan
de volledige catastrofe te ontkomen.
MEN slaagde erin om in de Noord-
zweedse plaats Falun als eerste de
verkoop aan banden te leggen, en het
stoken van geestrijk vocht door parti
culieren te verbieden. Andere steden
volgden dit voorbeeld en reeds in 1855
werd een wetsvoorstel aangenomen dal
de gehele verkoop en distributie van
m
Per jaar 5000 doden door drankmisbruik
ledig de chirurgijn vervangen kon.
Kleine kinderen kregen evenals de
ouderen een slokje voor het slapen
gaan terwijl bij koorts, verkoudheden
en bevallingen de fles nijver werd ge
hanteerd. De plaats van de regenton
werd langzamerhand ingenomen door
het vaatje brandewijn, en bij het bin
nenkomen werd eerst de kroes of
soeplepel gehanteerd die in het vat lag,
om de hevige dorst te lessen.
DE TOP werd bereikt in 1820, toen
de gemiddelde consumptie per volwas
sene gestegen was tot dertig liter
brandewijn per jaar, wijn en bier nog
buiten beschouwing gelaten. Maar toen
beschikte men dan ook over ruim
175.000 destilleerapparaten, terwijl het
aantal volwassenen in het hele land
minder dan 2 miljoen bedroeg.
Men dronk koffie met een scheut
brandewijn en lengde zelfs de soep
ermee aan. Tenslotte werd er een
anti-alcoholvereniging in het leven ge
roepen, onder leiding van de Zweedse
idealist Peter Wieselgren, die ernstig
drank in handen van de staat legde.
Dit resulteerde in 1860 in een alge
meen verbod om voor eigen gebruik
te stoken, waardoor ook de economie
in een gunstiger positie kwam. Men
had veel geld nodig om de bouw van
spoorwegen in het land te financieren,
en op deze manier zou men, door het
heffen van accijns op het veelbegeerde
vocht, daarin kunnen voorzien.
UIT het feit dat de spoorwegen als
paddestoelen uit de grond rezen, blijkt
wel hoeveel er gedronken werd, en zo
langzamerhand kwam men tot de slot
som dat er radicaal ingegrepen dien
de te worden.
TOTALE drooglegging was het grote
doel waarnaar alle geheelonthouders
streefden. In 1909 het jaar van de
grote economische moeilijkheden, toen
de eerste duizenden Zweden naar
Amerika begonnen te emigreren
verzamelde men 2 miljoen handteke
ningen (de helft van de volwassen be
volking van het land toentertijd) van
mensen die zich voor een totaal verbod
uitspraken. De regering besloot een
anti-alcohol-comité te vormen, dat er
tenslotte in slaagde, een systeem te
presenteren waarbij men controle kon
uitoefenen op, aan wie en hoeveel men
verkocht, wat door een speciaal ver
koopsysteem mogelijk gemaakt moest
worden. Er kwamen inkoopboekjes,
waarin alle privé-inkopen moesten
worden genoteerd en dat voorzien was
van een nummer om controle op mis
bruik mogelijk te maken.
MEN PROBEERDE dit systeem eerst
in Stockholm. De resultaten waren zo
goed, dat men besloot het landelijk in
te voeren. Om in het bezit te komen
van een dergelijke drankpas. (mot-
bok -inkoopboek), moest men minstens
25 jaar zijn, onder redelijke economi
sche omstandigheden leven en een on
besproken levenswandel hebben. Vol
deed men aan deze voorwaarden (die
streng werden nagegaan) dan kon men
een verzoek indienen om toewijzing
van een bepaald kwantum drank. Het
absolute maximum was vier liter per
maand, maar dat werd zo goed als
nooit toegestaan. In 1941 werd dit
kwantum verminderd tot 3 liter per
maand. Het zogenoemde „motbok" was
strikt persoonlijk en alleen bruikbaar
in één bepaalde winkel. Bij aankoop
ontving men een stempel met datum
in het boekje, waaruit bleek waar en
wanneer het maandelijkse rantsoen
verstrekt was.
Openbare dronkenschap werd be
halve met een of verscheidene nach
ten celstraf gestraft met het intrek
ken van het „motbok" voor een tijd
die door de politierechter werd be-
paald. Ook waren er velen die niet
hun hele kwantum ineens mochten
opnemen. Dit om te voorkomen dat
ze hun maandelijkse quotum er ineens
zouden doorjagen.
In de restaurants kon men geen
borrel krijgen zonder een bepaalde
hoeveelheid eten te bestellen. Maar na
tuurlijk kon men niemand dwingen
dat voedsel op te eten. Hoeveel drank
er werd geschonken in een restaurant
was afhankelijk van vele factoren.
Tot welke maatschappelijke klasse be
hoorde de gast in kwestie en welke
indruk maakte hij op het bedienend
personeel? Tot welke klasse behoorde
ten slotte het restaurant?
Ondanks alles slaagde men er niet
in om de algemene volksdorst te be
teugelen, hetgeen mede werd veroor
zaakt door de sterk toenemende smok
kelarij van drank, en natuurlijk door
de talloze illegale drankstokerijtjes.
Het fabriceren van destilleerapparaten
is namelijk niet verboden, evenmin
als het verkopen ervan. Maar bezit en
gebruik ervan zijn verboden.
Een algemene volksstemming redde
Zweden in 1922 op het nippertje van
de totale drooglegging: Van de 1.8
miljoen stemmers wenste 49 percent
een drooglegging naar Amerikaans
voorbeeld, de prohibition zoals toen
Finland en Noorwegen ook reeds ken
den.
IN DE daaropvolgende jaren, van
1920 tot en met 1955, steeg de con
sumptie van brandewijn van 35 mil
joen liter tot 55 miljoen liter, wat het
vermoeden deed ontstaan dat het veel
geroemde „motbok" toch niet dat ef
fect had gesorteerd dat men ervan
verwacht had. Uit een onderzoek bleek
bovendien dat meer dan 75 percent
van de „onder invloed" begane delic
ten, op rekening geschreven moesten
worden van degenen die geen „mot
bok" bezaten. Nadat dit duidelijk was
gebleken, kwam men tot de slotsom
dat het motbok geen nuttige functie
meer vervulde in deze dorstige maat
schappij, en dus evengoed afgeschaft
zou kunnen worden. Wat in oktober
1955 dan ook gebeurde en als „de
oktoberrevolutie" in de annalen der
Zweedse geschiedenis is vermeld.
Om zomaar een winkel te kunnen
binnenstappen wél een staatsslijte-
rij natuurlijk en daar met vaste
stem een paar liter te kunnen bestel
len zonder daarbij eerst een massa
controles en andere formaliteiten over
zich heen te laten gaan, vormde toen
iets als een sensatie.
WELISWAAR moet men ook nu nog
steeds desgevraagd legitimatie kunnen
tonen, maar de vreugde over het feit
dat men vanaf 1965 bier in de levens
middelenzaken zou kunnen kopen doet
dit snel vergeten. Het is slechts „mel-
lan-öl", een licht soort bier, dat vrij
weinig alcohol bevat, maar het was in
ieder geval beter dan niets.
IN ZWEDEN kent men overigens 3
soorten bier: „stark-öl", (het gewone
Nederlandse pilsje dat als sterk bier
wordt geklassificeerd). Dan volgt het
voornoemde „mellan-ol", met 3Vz per
cent alcohol, waarna het zogenoemde
„pilsner" komt, dat elke bierliefhebber
alleen „van horen zeggen" kent en dat
niets uitstaande heeft met het edele
Pilzen-produkt.
Nog steeds echter vormt Zweden
voor de wat meer liberale Nederlan
der een soort onderontwikkeld gebied
als het op gezelligheid buitenshuis en
een daarbij passend borreltje of glaas
je aankomt. Men merkt dat bijvoor
beeld op vele manieren:
De legitimatie die men moet tonen
(op verzoek) in de overheidsslijte-
rijen.
De onmogelijke taak een gewoon
gezellig café te ontdekken waar
men voor een redelijk bedrag iets
kan drinken.
De ietwat beschaamde gezichten
van de mensen die drank kopen,
en de verrassend snelle wijze
waarop de flessen in aktetassen en
jaszakken worden weggemoffeld.
ONDANKS ALLES echter staat
Zweden op de negende plaats wat de
alcoholconsumptie betreft (Nederland
op de 15de). Maar het is niet moeilijk
vast te stellen dat de door de Scandi
navische regeringen gevoerde alcohol-
politiek met al haar restricties, er
slechts toe heeft bijgedragen om de
alcohol en het gebruik ervan op een
volkomen misplaatst voetstuk te stel
len en te voorzien van een vals aureool
van opperste begeerlijkheid.
Het grapje van de Zweedse vakan
tieganger die al op de thuisreis alle
meegevoerde „souvenirs" leegdrinkt,
kan heel goed van Scandinavische oor
sprong zijn. Stellig echter geldt voor
alle Zweden een verhoogde consump
tie van alcohol op buitenlandse reis
jes. Hetgeen voor een groot deel door
het enorme prijsverschil in de hand
wordt geweckt. (Een kruik Bols bij
voorbeeld kost in Zweden bijna ƒ30.)
PSYCHOLOGEN en sociologen zoe
ken al jaren naar een verklaring voor
het feit dat toenemende welvaart ver
hoogde alcoholconsumptie veroorzaakt.
Zij zijn veelal van mening dat de
jacht naar steeds meer welstand, of het
mislukken daarvan, en de steeds meer
aanvaarde houding van „mind your
own business" er voor een groot deel
de oorzaak van is, dat de mens zijn
ontspanning in de (alcohol)roes gaat
zoeken. Met narcotica is dit ook het
geval, zo stelt men.
FARMACOLOGISCH onderzoek
heeft aangetoond dat alcohol nooit sti
mulerend werkt, maar altijd een depri
merend effect heeft. Dit heeft tot ge
volg dat de aan „stress" onderhevige
mens een gevoel van welbehagen er
vaart bij het consumeren van een ge
ringe hoeveelheid alcohol. Doordat
eerst de hogere centra van het zenuw
stelsel worden uitgeschakeld, krijgt
men een veel meer ongeremde, opti
mistische kijk op zaken en is men ge
neigd minder zwaar aan het leven te
tillen. Hoe zwaarder de strijd om het
dagelijks bestaan, en natuurlijk de
jacht op de welstand, des te meer be
hoefte heeft men aan ontspanning. En
alcohol verschaft deze ontspanning,
plus een hele massa nadelige gevolgen.
Bij het presenteren van de laatste be
groting in Zweden werden alle drank-
prijzen opnieuw verhoogd, terwijl in
het parlement de geheelonthouders
nog steeds voor meer restricties ijve
ren.
DIE GEHEELONTHOUDERS vrezen
dat gehele of gedeeltelijke opheffing
van de ban op de drankverkoop zou
leiden tot een algehele verwording
van de bevolking, maar dat is op zijn
zachtst gezegd sterk overdreven. In
het nabuurland Denemarken gelden
ook restricties op de sterkedrank, maar
veel minder strenge. De borrrel is er
alleen schreeuwend duur, hetgeen niet
verhindert dat de Kopenhaagse politie
gemiddeld per weekend zo'n 300 dron
kelappen uit de goten moet opvissen.
Maar nu het merkwaardige: ten poli-
tieburele blijkt steeds weer dat onge
veer tweederden van die lavelozen van
Zweedse nationaliteit zijn. Zij komen
blijkbaar alleen even overwippen om
zich 's zaterdags of zondags een stuk
in de kraag te drinken.
In Denemarken zijn verhoudingsge
wijs minder alcoholisten dan in Zwe
den. maar daar wordt dan ook minder
drukte gemaakt over dergelijke pro
blemen. De Zweedse regering daaren
tegen zet onvermoeibaar haar vreem
de alcoholpolitiek voort, die wel mil
jarden aan accijnzen in de schatkist
brengt, maar ook jaarlijks zo'n vijf
duizend slachtoffers yan alcoholmis
bruik vergt...