HAAGS MOOI WEER
Fabel
Strawinsky
van
Vierdaagse met
Heijermans
De Nobels zangers
wijzer
FILMS
Haarlem
Jeugd met
Mozart
Cabaret
Operette
Balkandans
Caecilia*mis in
in
Eva Bonheur
Opgaande Zon
Bennebroek
DONDERDAG 28 JANUARI 1971
Riten
Seksualiteit
i
ROXY
REMBRANDT
F
STUDIO
Woestijnoorlog
Prolongaties
FRANS HALS
Wraakoefen i ng
F
r -
Haarlemse
volksverhalen
uit
CHARLES BOOST
i
P. ZWAANSWIJK
UIT
Het programma omvat muziek
van Franz Léhar, P. Mascagni,
Cole Porter, J. S. Bach (bien
étonné de se trouverRi
chard Rodgers, Johann Strauss,
Verdi, Oscar Strauss, Bacharach
en Nico Dostal. De toegangsprijs
is ƒ3,—, terwijl 65-plussers en
cjp-houders voor half geld erin
mogen.
Die hoofdrolspelers zijn dan
Paul Steenbergen, Myra Ward,
Ko van Dijk en Anny de Lange.
De regie is van Karl Guttmann.
MARGA VAN POELGEEST
presenteert zondagavond 31 ja
nuari om acht uur een populair
concert door de Heemsteedse
Musical en Operette Vereniging.
Het Heemsteedse musicalorkest
en het zanginstituut Nelly Byr-
ma doen mee. Aan de piano zit
Leen Krammer en aan het orgel
Jan SneL De solo’s worden ge
zongen door Ans Duits, Marjan
Giling, Margot Hoeker, Tineke
Krieger, Ank Schoenmaker, Em
my Weetink, begeleid door Jaap
Stork, Henk van Brinkom en
Wim Dekker. De regie is van
Paul Steenbakker en de ballet
ten zijn door Ingrid Fransen ge
leid. Bert van Poelgeest, die de
arrangementen maakte, leidt het
concert.
ii”,
1771
Voor „HET LAATSTE pantsercomman-
do” bood de woestijnoorlog van 1944 in
Noord-Afrika tussen de Britten en de
Duitsers de achtergrond. Het gaat over
de heldhaftigheden van een groep En
gelse militairen. Na de beslissende slag
blijven een Engelsman en een Duitser
over, die eendrachtig door de Engelsen
gered worden. In Frans Hals
Van Strawinsky een merk
waardige één-akter. Het is een
soort pantomime „Renard” ge
heten, waarin als het om een
theater-opvoering gaat: de Vos,
de Kat, de Bok en de Haan
ten tonele moeten verschijnen
om bij orkest-muziek en de
zang van vier mannelijke voca
listen in actie te komen. De
sfeer, waarin deze pantomime
zich af speelt, wordt voldoende
getypeerd door Strawinsky’s
toevoeging bij de titel: „his-
toire burlesque”. De stof is ont-
STICHTING Nederlands To
neel komt weer in de Haarlemse
stadsschouwburg met twee voor
stellingen van „De opgaande
Zon” van Herman Heijermans.
Enige weken geleden was het
stuk voor het eerst in Haarlem
te zien. De zaal zat behoorlijk
vol, en de directeur leidt daar
uit af dat de loop er wel in kan
zitten onder het Haarlemse pu
bliek. Het is te hopen. Het is
een zorgvuldig geregisseerde en
behoorlijk gespeelde voorstel
ling. Op 1 en 2 februari.
CINEMA PALACE prolongeert Irma la
Douce en heeft zaterdag en zondagmid
dag „Klein Duimpje” voor de kinderen.
Vrijdag- en zaterdagnacht in deze bio
scoop de inmiddels klassiek geworden
spaghetti-western „Voor een paar dol
lars meer”. In de nachtvoorstellingen
van Frans Hals de science fictionfilm
„Dinosaurus”. Lido haalt „De kanonnen
van Navarone” weer eens van stal. Lu
xor prolongeert „De Non van Monza”.
VRIJDAG 29 januari komt
het Radio-Kamer-Orkest naar
Haarlem om onder leiding van
zijn dirigent Roelof Krol in de
Gemeentelijke Concertzaal het
vierde concert in de concert
serie C van het NPO te verzor
gen. Het kamerorkest treedt
dan uit zijn isolement van de
omroep-studios voor een pro
gramma, dat als eerste werk
het zesde Brandenburgse Con
cert van Johann Sebastian
Bach vermeldt, maar dat verder
bestaat uit composities van
Strawinsky, Lutoslawsky,
Schonberg en Jurriaan Andries
sen.
TONEEL VOOR fijnproevers,
zo heeft onze criticus Simon
Koster afgelopen maandag de
voorstelling door de Haagse
Comedie van „Mooi weer van
daag” van David Storey ge
schetst. Het stuk gaat over twee
beschaafde heren en twee dames
van iets mindere komaf, die
voornamelijk babbelen. Zij blij
ken in een inrichting opgeno
men te zijn. Uit de mededelin
gen die de personages over zich
zelf doen, blijkt niets met zeker
heid over de werkelijkheid van
deze mensen. Op 3 februari is
tuatie werd hierdoor bijna tragi
komisch. Als we kip aten en er
werd gebeld, dan rende Herman
naar de voordeur, keek door het
kijkgaatje... waren het Lies en
Jozef, dan brachten we de kip
naar de keuken en deden alsof
we al gegeten hadden. Lies vond
kip immers te duur voor ons!
Maar je betaalt met de som,
waarvoor je kip koopt geen
tienduizend gulden af, redeneer
den we.
Deze gebeurtenissen hebben
Herman tot een van zijn latere
stukken geïnspireerd en wel tot
„Eva Bonheur”, waarin hij een
soortgelijk geval schetst, maar
met heel andere personen”.
FOLKLORE VAN DE Balkan
brengt het nationale Bulgaarse
ensemble Balkanska Mladost. De
groep, die vijf jaar bestaat en
behalve in Bulgarije en zowat
alle landen van Europa benevens
Canada en Libanon is opgetre
den, bestaat uit zestien jonge
dansers en danseressen en vier
musici, die de trompet, het ac
cordeon, de klarinet en het slag
werk bespelen. Bovendien komt
Georgi Ivanov mee, een solist
vaq radio Sofia die de rebeck,
een 14-snarig instrument, won
derwel kan bespelen. Hij schijnt
een meester te zijn in het na-
Ko van Dijk (l.) en Paul
Steenbergen als babbel
zieke heren van stand.
het stuk in de
schouwburg te zien.
„Mooi weer vandaag”, aldus
Simon Koster, „is geen blijspel,
al is het toch ook niet van een
dodelijke ernst. Het is een stuk
dat men met grote aandacht
moet volgen en waaraan men
zich om er werkelijk van te ge
nieten, zonder ongeduld moet
overgeven. Ook dankzij de voor
treffelijke bij alle uiterlijke een
voud magnifiek uitgewerkte
vertolkingen van de hoofdrol
spelers leven het een zeer bij
zondere schouwburgavond op”.
„SEKSUALITEIT in de liefde” is een
film, die nu eens geen standjes laat
zien, maar zich enigszins moraliserend
bezig houdt met menselijke verhoudin
gen. Vier verhaaltjes: Een pasgetrouwd
stel, dat ruzie krijgt over slippertjes
ylak voor het huwelijk hoe ongegronde
jaloezie een huwelijk kan verpesten, ten
zij men er eens „openhartig” over praat;
een begripvolle leraarsvrouw die de
moeilijkheden van haar man begrijpt als
een jonge leerlinge verliefd op hem
wordt; en over een meisje dat lesbisch
„dreigt” te worden „omdat” haar moe
der haar verbiedt met jongens om te
gaan. U ziet het, after all, weinig nieuws
in de nieuwe moraal. In Roxy.
„Riten” is ondanks, of misschien wel
dank zij de beperkte opzet van het te
levisiespel een fascinerende film gewor
den. Intens gespeelde rollen van Ingrid
Thulin, Anders Ek en Gunnar Björnstrand
als het artiesten-trio en van Erik Held als
de rechter die sterft aan zijn pllchtsbe-
trachtig. In Studio.
Het Radio Kamerorkest
onder leiding van Roelof
Kjrol.
„JE LAATSTE uur heeft geslagen”
heet de Engelssprekende „Italiaanse"
western over de wraakneming van een
onschuldig veroordeelde op de bewerker
van zijn ongeluk. Er vallen vele doden,
maar de wraakoefening slaagt ten volle.
En de wreker geeft zijn heroverde bezit
aan de dorpelingen. Hoe nobel. In Rem
brandt.
OORSPRONKELIJK heeft Ingmar Berg
man de film „Riten” voor de Zweedse te
levisie gemaakt. Men kan die opzet nog
naproeven in de aard van de film, een
spel tnssen vier mensen dat zich binnen
kamers afspeelt en waarin veelvuldig van
de close-up gebruik wordt gemaakt. Maar
in wezen verschilt het resultaat niet veel
van het laatste werk van Bergman, waar
tussen „Riten” nu geplaatst kan worden,
zoals „Skammen” dat voorafging en „Een
passie” die volgde. Ook in die beide geval
len kan van een beperkte handeling tus
sen een klein aantal hoofdfiguren gespro
ken worden en wat het gebruik van close-
up betreft, die kwam al veelvuldig voor
in btfv. „Persona”.
AL DIRECT NA de première
In Amsterdam brengt de Neder
landse Comedie in de Haarlemse
stadsschouwburg „Eva Bonheur”
van Herman Heijermans, en wel
op 4 en 5 febr. Ank v. d. Moer
heeft dit stuk geregisseerd en de
rollen worden gespeeld door Nell
Koppen, Anita Menist, Jan Hun-
dling, Rick Nicolet, Rudolf Lu-
cieer en Jan Retèl.
„Eva Bonheur” is een van de
meest gespeelde stukken van
Heijermans. Het gaat over juf
frouw Eva Bonheur, die wat van
haar zuinig gespaarde geld leent
aan haar benedenburen om er
mee te speculeren. Dat loopt na
tuurlijk fout en daaruit ontspint
zich een heel menselijk dra-
maatje. Het stuk ging in 1917 in
première.
Heijermans verwerkte eigen
ervaringen in het stuk. Rond
1910 woonde hij met zijn familie
in Berlijn en had van een rijke
vriendin, Lies genaamd, tiendui
zend gulden geleend. De vrouw
van Heijermans schrijft in haar
boekje over het leven met haar
man:
„In het begin leek ons de
woning in Friedenau ideaal.
Maar daar begon de kwelling,
die wij gedurende ons verblijf in
Berlijn gehouden hebben, die ons
het leven soms ondraaglijk
maakte. Lies had de tienduizend
guldens geleenden Lies wilde
al was het maar een gedeelte
van het geld terug hebben. Zij
had natuurlijk van haar stand
punt geen ongelijk, maar zodra
het eerste woord over deze
kwestie gesproken was scheen
onze lieve vriendschap ver
stoord. Altijd als zij bij ons was
of wij bij haar op visite waren,
kreeg ik het gevoel, dat zij aan
het geld zat te denken.
Misschien was dit niet altijd
het geval, maar de gedachte
werd mij een obsessie. De «1-
In „Riten” worden drie Zwitserse va-
riété-artiesten die als groep door Europa
trekken, geconfronteerd met een Zweedse
rechter in verband met een verkeersover
treding die bij doorreis door Nederland
begaan moet zijn. De vrouw moet zich
toen bij het opmaken van het proces-ver-
baal obsceen gedragen hebben tegenover
de politie en een en ander is voor verdere
behandeling in handen van de Zweedse
rechter gelegd. Tijdens die confrontatie die
eerste welwillend begint, maar al gauw in
een persoonlijke ondervraging van de be
klaagden ontaardt, verliezen de artiesten,
twee mannen en een vrouw (Ingrid Thu
lin), die zich boven de burgerlijke moraal
verheven achten hun zelfvertrouwen en
bekennen meer dan zij van plan waren te
doen. Hun persoonlijke mankementen en
onderlinge relaties die zij voor de buiten
wereld verborgen hielden, komen ter spra
ke, evenals de immoraliteit van een van
hun nummers. Aan dat laatste punt ont
lenen de artiesten de mogelijkheid om
wraak te nemen. Zij stellen de onverbid
delijke rechter voor het gewraakte num
mer voor hem persoonlijk op te voeren
en zij doen dat dan op een wijze die de
dood van hun opponent veroorzaakt.
De strijd tussen kunst en burgerlijke
autoriteit heeft Bergman al eens eerder
aan de orde gesteld („Ansiktet”) en ook
deze keer maakt hij er een aangrijpend
drama van, waaruit tegelijkertijd zijn on
zekerheid betreffende de arrogantie van
het kunstenaarschap duidelijk aan het
licht treedt.
HET BEROEMDE Neder
landse Kamerkoor van Felix de
Nobel is dinsdag 2 februari in
het Haarlemse concertgebouw
te horen. Felix de Nobel (63
jaar) is Haarlemmer van ge
boorte. Hij ging hier op de HBS
en studeerde een jaar bij Hen
drik Andriessen, om vervolgens
naar het Amsterdams conserva
torium te gaan. In 1930 begon
hij zijn carrière als solo-pianist
en begeleider.
In 1937 verzamelde De Nobel
een aantal beroepsvocalisten om
zich heen voor een klein koor,
dat cantates van Bach zou zin
gen Voor de radio. Uit dat en
semble is een internationaal be
faamd koor gegroeid, dat zich
vooral toelegt op a capella mu
ziek, dat wil zeggen zonder in
strumentale begeleiding, zoals
die in de 15e en 16e eeuw in
ons land gebruikelijk was.
Verschillende moderne compo
nisten werden door het koor ge
ïnspireerd tot het schrijven van
a capella-muziek (Poulenc, Mar
tin, Badings).
Het koor bestaat uit zes so
pranen, vijf alten, vier tenoren
en vier bassen, zangers die ook
als solist optreden. Zij zingen
in Haarlem: Gloria van Monte
verdi, drie canzoni van Gabri
eli, Magnificat van Vivaldi, Eg-
mont onthal van Jan Mul, Le
festin de l’araignée en Rejoice
in the lamb van Britten.
Oorspronkelijk zou Globe
Othello komen spelen met An
dré van den Heuvel en Ton
Lutz. De voorstelling lag vast
voordat duidelijk werd dat het
decor niet in het Haarlemse
toneelhuis kon staan.
Twee danseressen uit
Bulgarije.
bootsen van huisdieren en ge
vogelte. Het gezelschap brengt
folkloristische dansen in de bij
behorende, fraai geborduurde
kostuums. Op 1 februari in het
Concertgebouw van Haarlem.
het risico van dit spel onder
werpen, waarvoor de componist
hen bedacht heeft met een ze
kere mate van uitvoeringsvrij-
heid. In hoeverre de musici van
het Radio Kamerorkest van
deze vrijheid gebruik zullen
maken, zal moeilijk zijn te con
stateren. Men zal moeten af
wachten of zij van deze „Jeux
vénétiens” een interessant en
mogelijk ook een fascinerend of
mooi stuk zullen maken.
Van Arnold Schönberg wor
den de in 1914 voltooide en in
1929 geheel omgewerkte „Drei
Orchesterstücke” gespeeld en
van de Nederlandse componist
Jurriaan Andriessen „Ommagio
a Sweelinck”. Andriessen
schrijft „met deze titel heb ik
uiting willen geven aan mijn
grote bewondering voor het
werk van Nederlands grootste
componist Jan Pieterszoon
Sweelinck. Overigens is het
werk naar de vormgeving ge
baseerd op de houtsnede „Meta
morphose” van M. C. Escher”.
HET IS TRADITIE aan het
worden dat die cabaretgroepen,
die op het jaarlijkse Delftse Stu
denten Camaretten festival suc
ces hebben, uitgenodigd worden
om in het Beverwijkse Micro-
Theater op te treden. Vrijdag 29
januari komt in Huize Schey-
beeck, Velserweg 2 de eerste
groep „Leuk is Anders”, be
staande uit Jacques Vriens, Siet-
ze Dolstra en Jan Gouw (piano).
Van het drietal uit Amsterdam
oogstte vooral het nummer „de
2e Kamer gaat slapen” een dave
rend applaus. Het bracht het tot
een radio-uitzending. Het drie
tal brengt in het Micro-Theater
een avondvullend programma
met conferences, sketches en
liedjes.
HAARLEMS JEUGD-ORKEST
streeft er naar om de herden
king van Mozarts geboortedag:
27 januari 1756, met een aan
werken van de meester gewijd
concert te Haarlem tot een jaar
lijkse traditie te maken. Een
paar jaar geleden heeft het
orkest onder leiding van zijn
dirigent André Kaart in de
Nieuwe Kerk te Haarlem onder
grote belangstelling een Mozart-
concert gegeven en daarna zijn
nog andere uitvoeringen van
werken van de Salzburgse com
ponist gevolgd.
Het orkest heeft zelfs (in ’68)
in het Mozarteum te Salzburg
een concert gegeven, dat een ver
rassende indruk maakte. Zater
dagavond geeft Haarlems Jeugd
orkest wederom een Mozart-
concert in de Gemeentelijke
Concertzaal.
Het eerste werk op het pro
gramma is de sprankelende
ouverture voor de opera „Cosi
fan tutte” (K.V. 588). De sopraan
Jeanne Companjen, die haar op
leiding ontving aan het Amster
dams Conservatorium van de
zangpedagogen Annie Hermes
en Paula Lindbergh en aan de
Akademie van het Mozarteum
te Salzburg, zal hierna de aria
van Venus zingen uit de opera
„Asconio in Alba” (K.V. 111),
een van de twee „azioni teatra-
die Mozart in september
ter gelegenheid van het
huwelijk van keizerin Maria
Theresia’s zoon aartshertog Fer
dinand met hertogin Marie Be
atrix van Modena componeerde.
Later op de avond zal Jeanne
Companjen nog de concert-aria
„Misera, dove son” K.V. 369
voordragen.
Twee jonge instrumentalisten:
de violist Kees Hülsmann en de
alt-violist Ferdinand Hügel, stu
denten aan het Amsterdamse
Conservatorium, spelen de Sin-
fonia concertante (K.V. 364)
voor viool alt-viool en orkest;
een bewogen, fraai klinkende
compositie, gekenmerkt door een
grote melodische schoonheid.
Het Mozart-concert wordt be
sloten met de Symfonie in D
(K.V. 297). Deze „Parijse” sym
fonie schreef Mozart in het
voorjaar 1778 voor de „Concerts
spirituels”, die door Jean le
Gros te Parijs werden georga
niseerd. De symfonie werd ge
componeerd voor de prachtige
orkestbezetting van twee flui
ten, twee hobo’s, twee klarinet
ten, twee fagotten, twee hoorns,
twee trompetten, twee pauken
en strijkinstrumenten.
Haarlems Jeugd-Orkest be
schouwt het een bijzondere eer,
dat het dit Mozart-concert mag
geven onder auspiciën van de
Nederlandse Mozart-Vereniging.
Felix de Nobel en zijn
zangers.
BENNEBROEK HEFFT ZIJN
eigen oratoriumkoor, dat zich
toelegt op een repertoire dat
niet zo heel veel bij oratorium-
verenigingen te vinden is. Voor
beelden? Lucas-passion die aan
J. S. Bach wordt toegeschreven,
het oratorium Die Kindheit Jesu
van Bach, het Magnificat van
Vivaldi, de Mattheus passie van
Kuhnhausen, de Nelson Messe
van Haydn en het oratorium
Alexanderfest van Handel. Na
tuurlijk zijn er ook bekendere
werken bij de Bennebroekers
Die Schöpfung en Samson, be
nevens cantates van Bach en
anthems van Handel. Het gaat
het oratoriumkoor goed. Het
weet zich gesteund, zo meldt
secretaris H. Posthuma, „door
een steeds toenemende schare
belangstellenden”.
Op donderdag 4 februari geeft
het Oratoriumkoor een uitvoe
ring van de Caecilia-mis, een
van de 14 missen die Joseph
Haydn als kapelmeester van
vorst Nicolaas Esterhazy
schreef. Bovendien zingt het
koor cantate 117 van Bach: „Sei
Lob und Ehr dem höchsten
Gut”.
Het concert, dat in de St. Jo
zefkerk aan de Kerklaan in
Bennebroek wordt gegeven, be
looft een gebeurtenis te worden.
Het Noordhollands Philharmo-
nisch Orkest begeleidt het koor,
terwijl de solisten zijn: Annette
de la Bije sopraan, Frieda van
Engelenburg alt, Jan Waayer
tenor, David Hollestelle bas en
Marinus Metz orgel. De leiding
heeft Richard Heidema, dirigent
van het koor.
leend aan
Rusland.
De Poolse componist Witold
Lutoslawski, van wie het in
1961 geschreven „Jeux véné
tiens” tot uitvoering komt, be
hoort tot de generatie der ge
avanceerde toonkunstenaars. Hij
werd op 25 januari 1913 te
Warschau geboren, bezocht het
conservatorium in de Poolse
hoofdstad en studeerde daarna
wiskunde aan de Warschause
universiteit. Hij was een der
grondleggers van het festival
der geavanceerde muziek: de
„Warschauer Herbst.”
Met zijn eerste symfonie,
waaraan hij in 1941 begon en
die hij in 1947 voltooide, bouw
de hij nog voort in aansluiting
op een vertrouwde traditie.
Maar toen kwam allengs de
koerswijziging in de richting
van het toonreeksenprincipe
van de twintigste eeuwse Ween-
se School en de overgang naar
de zogenaamde „Aleatoriek”,
welk woord als afgeleid be
schouwd kan korden van het
Latijnse „alea”, waaronder
wordt. verstaan dobbelspel,
maar ook risico en blind geluk.
De uitvoerenden van de „Jeux
vénétiens” mogen zich ook aan