VOOR
IS HET
HEELAL MAAR EEN KAMERZOLDERING GROOT
HAD IK HOG IETS MET JUPITER
„PLANETEN HARKE"
„EEN JAARTJE OF WAT GELEDEN
IJmuider Courant
r
i'
n
p
F1
Blfcw
1.1
dakhaas in Franeker
Hoe
een
het zonnestelsel stilzette
L I
In
pi
fc.-
CINEAC
MONDSPIEROEFENINGEN
BEDSTEE
SPELBREKER
e HUISVLIJT
e MAANKNOPEN
I
L.-.-
1
-
'JL
■ui «in
-
k
J
-
1 'Ww
"WBIIi
■h
ll'
SM'
'w'
j,
MVtAflRAMRAAAMV«mfl'AnFVVVVVVVVVVVVVVV«RnrtfWVVVVVVVVVVVVVVVVVVVVVVVVVVVVVVVVVVVVVVlAMRMMfVVlVVV«M/^
„Een jaar of wat geleden heb ik nog wat met Jupiter
TONY VAN DER MEULEN
ft
Erbij
HARKE TERPSTRA: „Ik heb Saturnus hier nu één
keer zien rondgaan. Hij doet over een baan rond de zon
29 jaar en 164 dagen; in het laatst van vorig jaar was het
zover. Hij is de planeet hier die er het langst over doet!”
„De belangstelling voor deze dingen had ik op de lagere
school al, als iemand iets over de polen of de middernacht
zon vertelde, wilde ik er meteen meer van weten”.
„Maar toen ik hier dertig jaar geleden in het planeta
rium kwam, functioneerde niet alles meer even goed. Er
was niet altijd toezicht geweest; verscheidene planeten
hadden niet meer de juiste stand en het gebouw was bouw
vallig geworden. Maar de grootste klap kwam toen hier
in de oorlog vlak naast een bom viel. Verscheidene tanden
vlogen van de raderen, een paar planeten bleven meteen
stilstaan. Maar na de bevrijding zijn er onmiddellijk plan
nen voor een restauratie gekomen”.
„U MOET weten dat Eise Eisinga in 1774 dit planeta
rium gewoon gemaakt heeft in de zoldering van de kamer
achter zijn wolwinkel. Hij zaagde de banen voor de pla
neten uit, de schijven kwamen tegen het oorspronkelijke
plafond aan te hangen. Zijn vrouw moet er wel last van
gehad hebben, want de kamer was een hele tijd onbe
woonbaar. Na zeven jaar was het klaar en er is sindsdien
eigenlijk niets aan veranderd. Alles loopt nog steeds goed.
Twee jaar geleden hebben we alles uit elkaar gehad, om
dat er een muur ging verzakken. Er waren toen in het
hele mechanisme honderd tandraden versleten; op tien
duizend is dat niet zoveel'”
Harke legt de plastic vuilniszak weer terzijde, en praat
verder. Het is trouwens meer spreken dan praten, hij ar
ticuleert erg goed: „Ik heb allerlei mondspieroefeningen
gedaan”. De bezoeker krijgt dus duidelijk waar voor de
entreeprijs van drie kwartjes. Af en toe merk je door zijn
woordgebruik dat je in een vast nummer uit zijn rond
leiding terecht bent gekomen.
HARKE TERPSTRA is bij dit interview in optimale
stemming, want we beleven tezamen een zonsverduiste
ring. Zo om het kwartier zal hij haastig de opkamer van
het planetarium verlaten om buiten op straat met een
dubbelgevouwen vuilniszak van de stad Franeker voor de
ogen, naar de verduisterde zon te kijken. De wijzers in het
planetarium hebben de zonsverduistering keurig aange
geven, en dat maakt deze dag voor hem nog vreugdevol
ler. „Lukt het wat met de zon?”, vraagt een voorbijganger,
die kennelijk in elk hemelverschijnsel het persoonlijk in
grijpen van de geachte planetarium-conservator veronder
stelt. Maar Terpstra is niet zo tevreden over deze ver
duistering, er is wel es meer gepresteerd op dit gebied.
(Kijkt even haastig uit het raam om de zonsverduiste
ring in de gaten te houden, maar er is een dikke wolk
boven het planetarium komen drijven.)
„IK VERTEL met altijd hetzelfde; hangt ervan af wat
voor mensen er komen. De ontwikkeling die ze hebben, dat
zie je gauw. Als ik iemand zie binnenkomen, denk ik al:
zei ik. Nou, daar ben ik dan blij mee, zei de man, want
dan heb ik een fles gemarineerde haring verdiend”.
„IEMAND wou ook van mij precies weten hoe de goede
volgorde van de kleuren in de regenboog is. Ik heb het
ook altijd druk als er in een krant een puzzel staat met
een planeet erin. Anderhalf jaar geleden stond in een tijd
schrift een kruiswoordpuzzel, waarbij je een onderdeel
van het Franeker planetarium moest weten. Prompt aller
lei mensen aan de telefoon. Het was het tellurium. De
Raiffeisenbank heeft eens voor een fotowedstrijd het ge
veltje van het planetarium gebruikt Op een donderdag
avond werd ik 26 keer opgebeld”.
„Ik krijg ook telefonische vragen. Laatst belde iemand
op die vroeg: Is de aarde groter dan de maan? Jazeker,
„Als er tijd over is, tracht ik ook vragen uit te lokken.
Je krijgt hele aardige, bijvoorbeeld: Wat zijn precies val
lende sterren? En dat vertel ik dan”.
die kan ik wel iets vertellen van de knopen van de maan
of de helling van de planeetbanen. Maar bij schoolkinderen
sla ik dit soort dingen over. Soms vertel ik ook iets, als er
wat tijd over is, van het heelal buiten het zonnestelsel;
sommige mensen vinden dat erg leuk. Er gaat voor mij
bezieling van dit werk uit. Wat Eise gemaakt heeft, leeft
nog steeds, maar je krijgt hier natuurlijk ook mensen die
alleen komen kijken omdat ze kunnen zeggen: Ik ben er
ook geweest. Want dat hoort erbij!”
gehad, die bleef wat achter. Ik controleerde het in de
sterrengids, het klopte inderdaad niet. Ik naar boven en
toen bleek een radertje los op het asje te zitten, waardoor
Jupiter af en toe een slippertje maakte. Het enige waar
ik verder nog voor moet zorgen is de jaarplank. Er staan
22 jaren op. Er zijn wel nieuwe jaartallen opgeschilderd,
ik hoef het nu niet meer te doen, want ik ga hier nog
19 jaar mee”.
„Er zijn wel eens dagen, vooral als er dik sneeuw ligt,
dat er niemand komt. Ik ben dan helemaal alleen in het
planetarium, de hele dag. Maar ik verveel me nooit. Ik
hou de lectuur bij en ’s avonds kijk ik thuis vaak naar de
WH
sterren. Ik heb een eigen kijker, ik kan de manen van
Jupiter zien en de schijngestalten van Venus”.
„SOMS SLA ik met opzet bepaalde dingen over. Aan het
planetarium hangen twee bollen, maar op sommige dagen
zeg ik expres niet wat die bollen voorstellen. Dan wacht
ik af tot er vragen over uit het publiek komen. Meestal
is er wel één bij, die erover begint. En dan leg ik het uit”.
Via een klein trappetje gaan we naar boven, naar het
mechaniek. Bij de lage balk zegt Harke Terpstra: Denk
om uw hoofd, anders ziet u hier nog meer sterretjes dan
in het planetarium”.
Dan, bij het raderwerk: „Iedereen die het ziet vindt het
erg knap. De reactie is vaak: onvoorstelbaar. Ik heb hier
ook al es iemand gehad die zei: Als Eise in deze tijd ge
leefd had, dan had nu niet de Amerikaanse maar de Friese
vlag op de maan gestaan”.
„Op een keer was ik alles aan het uitleggen, en plotse
ling hoorde ik niks meer tikken. Het planetarium stond
stil. Nou, ik schrok wel even. Snel ging ik naar boven.
Toen bleek een poes, die via de voordeur naar binnen was
gekomen, met zijn poot de slinger van de klok tegen te
houden. Een Franeker poes had het heelal stil laten staan.
Maar dit verhaal vertel ik meestal niet, daar is geen tijd
voor”.
ELKE NEDERLANDSE RONDLEIDER, of hij nu over
een kaasmarkt of een planetarium waakt, heeft zjjn eigen
attracties. Zo wordt van Harke Terpstra gezegd, dat hij,
wanneer men tijdens de rondleiding bij een lage balk in
het oude huisje komt, altijd grapt: Denk om uw hoofd,
anders ziet u direct nog meer sterretjes dan in het pla
netarium. Zoiets brengt de gewenste spanning in de ex
cursie: zou hij het zeggen of niet. Ook is het sinds jaar
en dag bij bezoekende schoolklassen een goede gewoonte,
dat één van de leerlingen een minuut of wat later het
planetarium binnenkomt. Iedereen verkneukelt zich dan
al bjj de gedachte dat Harke Terpstra zijn uiteenzetting
over de hemellichamen afbreekt en opnieuw het begin-
verhaaltje start.
„Het zit allemaal heel knap in mekaar, maar het zat
ook een beetje in de familie van Eise. Zijn vader was erg
goed in het berekenen van zonnewijzers, en Eise zelf be
rekende op zijn achttiende jaar al maan- en zonsverduiste
ringen".
„VAAK BEGIN ik m’n uitleg met te vertellen dat de
zon in het planetarium centraal staat Om de zon draait
alles. Dan wijs ik op het bed van Eise, waar hij misschien
in slapeloze nachten het planetarium heeft uitgedacht. Er
zijn ook dagen dat ik begin met: „Hier ziet u de planeten,
die door een instrument hier op zolder allemaal rond de
zon bewegen. Dat doen ze in precies dezelfde tijd als de
hemellichamen in de natuur. En alles wordt geregeld door
de moederklok met hetzelfde systeem als een Friese klok,
alleen de slinger is korter gemaakt, anders zou die vlak
boven het bed hangen. Eise zijn vrouw zal daar bezwaar
tegen gemaakt hebben; hijzelf schreef trouwens ook dat
het teveel ongemak in de bedstede gaf. Het planetarium
is trouwens niet meer volledig, dat vertel ik er ook wel
eens bjj. De planeet Pluto is er niet. Maar goed ook, want
Pluto heeft voor één baan 248 jaar nodig, en daarvoor
zou deze kamer 25 keer zo groot moeten zijn. Dat kun je
de kinderen nu vaak al uitleggen, vroeger niet. De voor
lichting over dit soort zaken is op de scholen veel beter;
je kunt veel meer vertellen dan 30 jaar geleden. Dat
scheelt nogal wat, ja!”
„SINDS DE MAANVLUCHTEN hebben de bezoekers
hier ook meer belangstelling voor al die planeten gekregen.
Dertig jaar geleden kreeg je eigenlijk nooit een serieuze
vraag of er ooit mensen op de maan zouden komen. Als
iemand erover begon, zei ik altijd: Ach, misschien, een
keertje bij zoiets moet je een slag om de arm houden.
Maar nu ze toch op de maan zijn, wordt het hier drukker;
vorig jaar 24.000 bezoekers. Ook veel Engelsen en Duitsers.
Ik leg dan alles in het Engels of Duits uit, ook niet altijd
in precies dezelfde woorden, maar het blijft wel ongeveer
hetzelfde. En dat is ook wel makkelijk, want zomers is het
hier een soort cineac, de mensen lopen in en uit, als ze
halfweg m’n verhaal komen, kunnen ze eerst de tweede
helft horen, en de volgende rondleiding het begin. Maar
de echte liefhebbers komen altijd in voor- of najaar als
het stiller is, dan kun je er dieper op in gaan”.
NOG EENMAAL begeven we ons met de vuilnis
zak voor de ogen de straat op om de zonsverduiste
ring mee te beleven. Harke Terpstra: „Ik heb zelf
in de slaapkamer ook eens een klein planetarium ge
maakt. Het werkt niet met een mechanisme, ik had
overal schroefogen zitten, en daar hing ik dagelijks
de planeten aan. Elke keer schoven ze een schroef
oog op. Het is veel meer werk, en eigenlijk lang zo
mooi niet”.
Met een enorme knal gaat een vliegtuig door de ge
luidsbarrière: „Zoiets is toch niet direct schadelijk voor
het mechanisme, er zit nogal wat ruimte tussen de tand
raderen, omdat Eise ook heel goed wist dat hout altijd
blijft werken. Hij heeft zijn planetarium eigenlijk gemaakt
voor het publiek, want in die tijd was er een enorme pa
niekstemming. Op 8 mei 1774 stonden de planeten Mer-
curius, Venus, Mars en Jupiter gezien van de aarde precies
achter elkaar. Een predikant voorspelde toen het einde
van de wereld, want volgens hem zouden de planeten op
elkaar botsen, waarbij alles zou vergaan. Eise ging toen
zijn planetarium maken om de mensen uit te leggen dat
het verhaal van de botsing helemaal niet klopte”.
EEN TIMMERMAN komt de opkamer binnen om een
vochtige muur aan te smeren. Hij uit zijn teleurstelling
over de zonsverduistering („volgens de kranten moesten
de lichten aan, ik merk niks”). Harke Terpstra hanteert
weer even de vuilniszak.
„MAAR VERDER heb je niet zoveel werk aan een pla
netarium. De gewichten van het uurwerk moet ik één keer
per week optrekken, de gewichten van de planeten hebben
allemaal verschillende tijden, je hebt veertiendagen-
gewichten, en er is zelfs een gewicht dat ik maar één
keer per jaar hoef op te trekken, dat valt allemaal nogal
mee. Dan moeten alle aspuntjes in het raderwerk ge
smeerd worden, één keer per jaar is voldoende. Om de vijf
jaar vernieuw ik dan de touwen van de gewichten, en
verder hoef je eigenlijk nooit iets bij te stellen. Behalve
in het schrikkeljaar dan. Volgens voorschriften van Eise
moet dan de datumwijzer op 29 februari een dag terug
worden gezet. En dat doe ik dan”.
A LS U ALLES wilt opschrijven, dan mag dat
/A wel, maar ik heb niet zo veel te vertellen”
zegt de 48-jarige Harke Terpstra, terwijl hij
in de opkamer van het vermaarde Franeker planeta
rium een doos goede sigaren pakt. Harke, voor velen
„Harke Planeet”, is er al bijna dertig jaar rond
leider, een vak dat na zoveel dienstjaren steeds dich
ter bij de bandrecorder komt te staan. „Maar je moet
sleur vermijden”. Terwijl het achttiende-eeuwse
planetarium van wijlen wolkammer Eisinga rustig
doortikt, bezint Harke zich op de nieuwe toeristen-
stroom, die binnenkort wel zal losbarsten.
ik- -*--•**■
fa •yww®
1 -1 ii A; V
It
It, .s’".