TOESTAND MIDDEN OOSTEN UITERST ZORGWEKKEND VREDE IN ISRAEL ZOU EEN NIEUWE UITDAGING VORMEN Israel koestert geen Egypte’s militaire macht vrees voor F 16 teruggeven ook Jeruzalem „Jongeren willen alles wel - XK ZATERDAG 1 MEI 1971 Erbij s Hinderlagen Ravage in Suez na de zesdaagse oorlog. Militaire actie In vredestijd O Plan-Rogers Port Said Verward „Oók Jeruzalem” Conservatief land O Gigantisch leger S Erosie S Gevestigde klasse Bedrieglijke rust aan het Suezkanaal. ...>i A' (Van onze reisredacteur) kilometer (Van onze reisredacteur) A.. „.,*1 - Het wordt er door de internationale politiek naar toe ge- DAARBIJ KOMT nog dat de hele jonge generatie verward is: er bestaat zo weinig stabiels. Golda Meir, een bewonderens- waardige vrouw ongetwijfeld, maar ze werd in Rusland ge boren, verhuisde naar de Verenigde Staten en woonde daar In een klein stadje. Daarvan blijft iets hangen. We spreken eenvoudig niet dezelfde taal haar problemen zijn andere dan de mijne”. DUIZEND STUKKEN geschut, vijfhonderd tanks en zes tot zeven divisies ter sterkte van ongeveer honderdduizend man TEL AVIV Het is een enigszins benauwende gedachte, maar wanneer morgen onverwacht in Israel de vrede mocht uitbreken, dan ligt er géén wel-omschreven politiek gereed om deze uitdaging tegemoet te treden. Sommigen menen zelfs daaruit de conclusie te mogen trekken, dat het huidige Israëli sche kabinet helemaal geen vrede wenst hetgeen onjuist is, maar wel een treffend voorbeeld mag heten van het wan trouwen dat in Israel tussen de generaties groeit. Wanneer de vrede wordt bereikt, dan is de missie van dit kabinet vervuld en heeft de oude politieke garde zijn rol ge speeld. Dan zouden er jongeren naar voren moeten treden, die niet gehinderd door het verleden van hun voorgangers, Israel in het Midden-Oosten zijn belangrijke plaats als ont- wikkelings-stimulator zouden moeten geven. IN TEGENSTELLING tot de landbouw echter, heeft de Is raëlische politiek nog geen rijpe tweede pluk opgeleverd en er mag dan ook enige vrees bestaan dat het land in vredes tijd te maken krijgt met een aantal eroderende factoren, die nu nog gemakkelijk kunnen worden weggemoffeld onder het hoofdstuk „noodtoestand” en „permanente bedreiging met to tale vernietiging”. Zo’n jongere (die inmiddels ook al veertig jaar is): „De jon gere generatie heeft meer dan genoeg van het vechten en de realiteit van de noodtoestand, maar ik zie hier de jongeren nog niet op weg naar een of andere revolutie. Zij moeten voor namelijk worden beschouwd als een leeftijdsgroep, die in poli tieke zin geen initiatief behoeft te nemen omdat zulks toch vrij zinloos is. ISRAEL, hetzelfde dynamische Israel, dat zich met zoveel verbetenheid uit het Palestijnse woesijnzand verhief, is een conservatief land, waar, om met een oudere regeringsfunctio- „Je kunt natuurlijk wel spreken over het land en over je idealen, maar als er niets méér is, niets wezenlijkers, dan worden wij een soort Libanon, een Venezuela, een Guatemala, Nee, als het vrede is, dan zullen we ook iets missen omdat ineens die gemeenschappelijke doelstelling van het overleven wegvalt. Als je me dus vraagt wat er op de dag na de vrede gebeurt, dan kan ik alleen maar zeggen dat ik me daarover zorgen maak ernstige zorgen”. AVNERI: „De erosie is er. Ook nu. De afstand tussen armen en rjjken wordt door de oorlog vergroot. Dit land doet niets om vrede te bewerkstelligen. naris te spreken „een afschuwelijke eerbied heerst voor leef tijd en een lange baard”. trapt, maar elke stap die zij doen getuigt meer van angst voor die vrede dan van bereidheid. Deze regering geeft de voorkeur aan een situatie van geen-oorlog-geen-vrede boven teruggaan naar de oude grenzen”. Niettemin: Als Dayan zegt dat Israel duidelijk moet maken dat het liever opnieuw zal vechten dan zich terugtrekken naar de oude grenzen, dan spreekt hij daarmee mei alleen de taal die aanslaat bij de oude vechtjassen van ie Arbeiderspartij, die ruwweg gemeten al 38 jaar in Israel aan de macht is hij vertolkt ook de opinie van een meerderheid onder de be volking. Israel vreest de vernieuwde Egyptische militaire macht geenszins. Het is zich ervan bewust dat een nieuwe strijd van wege de zwaardere bewapening aan beide kanten meer slacht offers zal vergen, maar zelfs al is de Egyptische soldaat beter getraind en beter uitgerust, het commandosysteem, zo zeggen militaire deskundigen, is er niet op vooruit gegaan. En zij merken zelfverzekerd op dat Egypte toch wel erg ver achter moet liggen, omdat het op een bevolking van zo’n 34 miljoen mensen nog geen duizend goede piloten kan voortbrengen. ZAL ISRAEL, in geval van een nieuwe strijd aan het Suez- kanaal dat kanaal oversteken, of dat althans proberen? Zeer goed geïnformeerde zegslieden beweren dat er geen plannen in die richting bestaan. Het enige stuk grond dat wellicht als nog zou kunnen worden veroverd is het noordelijkste stukje van de oostelijke Suezkanaaloever, tegenover Port Said. De vraag zij nog eens herhaald: oorlog of vrede in het Midden-Oosten? Israel acht het niet uitgesloten dat aan het Suezkanaal de gevechten weer zullen losbranden en het wacht met enige spanning op de vijfde juni wanneer het vier jaar geleden is, dat Egypte’s nog steeds voortdurende nederlaag begon. Israel gelooft in meerderheid niet dat er een vrede zal komen, zoals het land die wenst: een veilige vrede. En naar mate in de politiek steeds meer onspeelbare kaarten op tafel komen te liggen blijft de toestand in het Midden-Oosten du* vooralsnog uiterst zorgwekkend. malen succesvol hinderlagen gezet. Of grotere eenheden kun nen oversteken is een geheel andere zaak. Zo’n onderneming kan alleen maar slagen wanneer ze onze versterkte posities zouden oprollen. Beide partijen zijn ontegenzeglijk sterker geworden. De Egyptenaren hebben onnauwkeurige Luna-raketten gekregen, die, omdat beide linies zo dicht opeen liggen, bij een geringe afwijking al op de eigen stellingen kunnen vallen. Verder moet Egypte nog rekening houden met het probleem dat het niet uit de lucht kan aanvallen. In de frontlijn zou dat op geringe hoogte misschien nog wel mogelijk zijn, maar meer naar achteren beslist niet. „EEN PLAN voor de vrede bestaat hier niet. De regering maakt een zeer groot punt van de teruggave der bezette ge bieden, maar als je bjj de jongeren komt, die in de zesdaagse oorlog hebben gevochten en later in de strijd aan het Suez kanaal, dan hoor je dat juist zij bereid zjjn om in ruil voor een werkelijke vrede alles terug te geven. Ja, óók Jeruzalem”. „De angst voor de samenleving in dit gebied, die straks zal moeten komen, is overdreven. Ik ben er rotsvast van overtuigd, dat joodse en Palestijnse jongeren elkaar beter zullen be grijpen dan ik mijn eigen ouders”. Avneri, het parlementslid dat met de pose van een gerestau- zijn op een strook ter breedte van tien tot twintig langs het Suezkanaal opgesteld. Tussen Cairo en die kanaal zone bevinden zich dan nog eens 300.000 man. En de totale sterkte van Sadats leger, aldus een vooraanstaande militaire zegsman, wordt geschat op 500.000 tot 750.000 man. De jongere: „We hebben hier zogenaamd een maatschappij met gelijke kansen voor iedereen, maar dat is helemaal niet waar. Talloze jongeren, hebben deze kansen nooit gekregen. Er is een zeer duidelijk toenemende sociale ontevredenheid”. „Jonge mensen die hier geboren zijn betalen hun hele leven voor een klein huis, terwijl zij moeten toezien hoe aan de overkant van hun straat voor nieuwe immigranten veel gro tere huizen worden neergezet. Dat doet een frustratie ont staan, die niet mag worden onderschat”. „De jongeren hier.... Ze hebben geen organisatie. Welis waar vind je hen terug in de jongerenafdelingen van de poli tieke partijen, maar je kunt zelfs geen waarde hechten aan het feit dat er zo’n veertigduizend jongeren aan de laatste ver kiezingen hebben deelgenomen omdat die er voornamelijk op uit waren te gaan behoren tot de gevestigde klasse, het „establishment”. Daarmee worden ze dan meteen al deel ge maakt van het systeem en begint het tijdperk der voortduren de compromissen”. JONGERE POLITICI? „Er is niemand jonger dan 45 jaar die meetelt in de politiek, een enkeling misschien. Hier regeert een gevestigde klasse, die in Oost-Europa door een partij - machinerie werd gevormd. Uit de oriëntaalse joden bijvoor beeld, is geen leiderschap naar voren gekomen. In de Knesset (parlement), 120 man sterk, hebben ongeveer twintig oriën taalse joden zitting, die de een voor de ander absoluut onbe langrijk mogen worden genoemd”. „Het Israëlisch leiderschap heeft helaas geen wortels in de Er is een mogelijkheid dat zij onze bevolkte gebieden over de Sinaï of over zee bereiken, maar het is wel de vraag of die toestellen dan ooit weer terugkomen en als ze terugkomen staat het niet vast dat hun vliegvelden er nog zjjn”. De Egyptische generaal Fawzi heeft gezegd dat onderwijs en gezondheidszorg de voornaamste problemen van zijn land vormen. De Egyptenaren zijn momenteel niet in staat om bronnen aan te boren waaruit die ontwikkeling kan worden bekostigd en in feite gaat het landen steeds verder achteruit. Ali Sabbri, vice-president en voorman van de Arabische Socia listische Unie, gaf onlangs toe dat in de jaren tussen 1967 en 1970 het budget had moeten worden verdrievoudigd, maar zelfs in bedragen uitgedrukt (en dus niet eens verhoudings gewijs becijferd) is er nu minder geld voor deze doeleinden beschikbaar dan voorheen. Over enkele jaren zal het Israëli sche bruto nationaal inkomen groter zijn dan het Egyptische en Sadat, die zich diplomatiek in een vrij comfortabele positie heeft gemanoeuvreerd, moet iets doen aan de levensomstan digheden in Egypte, om de mensen te tonen dat er iets wordt bereikt. TEL AVIV Militaire deskundigen hebben Egypte het sterkste luchtverdedigingssysteem toegedacht na de landen van NAVO en Warschau-Pact. Dat is een imposant gegeven waarover Israels militaire specialisten overigens geenszins met de handen in het haar zitten. Weliswaar betekent het dat hun tot een onwaarschijnlijke graad van perfectie getrainde vlie gers niet meer vrjjeljjk het Egyptisch luchtruim kunnen binnendringen, doch het houdt ook in dat Egypte, als het een aanvallende actie met luchtsteun onderneemt, zjjn raketten niet kan gebruiken tegen zijn vjjand vanwege het risico de eigen toestellen te treffen. EEN MILITAIRE ACTIE, zo menen de Israëlische experts, zal hij pas overwegen wanneer al zjjn andere mogelijkheden zjjn uitgeput. Zij berekenen dat er vier machten zijn, de Sovjet-Unie, de Verenigde Staten, Israel en Egypte, die in de beslissing over een hervatting van de vijandelijkheden een rol spelen. De eerste drie kunnen zich, als het niet anders kan, neerleggen bij het voortduren van de bestaande toestand. Israel zou dat natuurlijk uit militair oogpunt zelfs toejuichen. Egypte is (vol gens de Israëlische constructie dan) het enige land dat er strategisch en psychologisch het grootste belang bij heeft om het bezette gebied terug te krijgen en dus de huidige situatie te veranderen. Dit Egypte echter heeft zeer gevoelige verliezen in man kracht geleden. De zesdaagse oorlog, zo is becijferd, heeft tien- tot twaalfduizend doden gekost. Tussen maart 1969 en augus tus 1970 is er in de gevechten aan het Suezkanaal nog een dergelijk aantal bijgekomen. De gewondencijfers zijn nog hoger. Israel heeft die verliezen vrij nauwkeurig kunnen becijferen uit het wekelijks zorgvuldig natellen van de nieuwe graven op kerkhoven, die uit de lucht werden gefotografeerd. reerde Marx zijn vaak uiterst verbitterde tegenstanders be nadert: „Niemand denkt hier aan vrede er is geen planning. Het klinkt sinister, maar het is geheel volgens de bestaande traditie van de Israëlische regering dat zij nooit plannen maakt. Het is karakteristiek voor het Israëlische volk dat het zich onder alle omstandigheden verlaat op zijn neiging tot improviseren. En dat kan zowel voortvloeien uit traagheid als uit het wantrouwen tegen een al te vérgaande planning. Het ligt ook wel voor de hand, want de dingen veranderen hier zeer snel en wij hebben te maken met zeer veel onzekere elementen. Onze oorlogen worden niet jarenlang voorbereid, maar aan de hand van de situatie uit deelplannen opgebouwd. Met onze vrede zal het wel net zo gaan”. DE AANVAARDING van het plan-Rogers, aldus zegslieden van het Israëlische ministerie van Buitenlandse Zaken in Jeruzalem, was voor Nasser een noodzaak. Hij had militair gefaald, had geen resultaten geboekt in de politieke strijd en de economische situatie in het land werd steeds moeilijker. Zo lang de Egyptenaren maar beseffen dat ze opnieuw gaan verliezen zullen zij geen nieuwe oorlog op grote schaal be ginnen, menen waarnemers, maar zij sluiten een plaatselijke hervatting van de gevechtshandelingen niet uit, wanneer Egypte denkt daar wel succes te kunnen hebben. Het leger in Egypte heeft, aldus Tel Aviv, tot nu toe in de politiek geen rol gespeeld en heeft ook niet duidelijk laten bljjken daar naar te verlangen. Bij een dankzij zijn homo geniteit en passiviteit, zo stabiele bevolking is dat ook nauwe lijks nodig. Kunnen de Egyptenaren nog steeds beslissen, alléén beslis sen, over oorlog of vrede? Nóg wel, zegt men in Tel Aviv. De Russen die geen oorlog wensen zouden dan natuur lijk hun troepen in eerste aanleg opdracht kunnen geven om niet mee te helpen bij het bedienen van de complexe raket systemen, maar op den duur zou dat, bij Israëlische tegen aanvallen, toch niet vol te houden zijn. Wel dringen de Russen steeds dieper door in de organisatie van de Egyptische staat. Of het heeft zijn bondgenoten om dat te doen: de Tsjechen zijn betrokken bij een reorganisatie van het politieke systeem, de Oostduitsers bij het verlenen van assistentie aan de toch al goed georganiseerde veiligheidspolitie, er zijn met de Sovjet- Unie zelf veelomvattende en belangrijke overeenkomsten ge sloten in de sectoren van wetenschap, cultuur en landbouw. AVNERI: „In vredestijd krijgen we van doen met een aan tal fundamentele problemen. Er bestaat een soort rassenpro bleem, dat te maken heeft met de betrekkingen tussen de ver schillende groepen joden. Er moet een duidelijke verbinding worden gelegd tussen het land van herkomst en de sociale status. We zullen wel te maken krijgen met conflicten tussen de joden uit het Westen en de joden uit het Oosten. Natuurlijk is hier niemand die een openlijke discriminatie propageert, maar de Noordafrikaanse joden bijvoorbeeld heb ben het al moeilijker dan anderen.... de oriëntaalse joden zijn notoire Arabieren-haters. Zo lang er een gemeenschappe lijke identificatie is met de problemen van het land, kunnen we de vraagstukken wel oplossen. Als dat niet meer het geval is wordt het moeilijk”. De jongere: „Het grootste gevaar voor Israel is de routine. De man in de straat weet zich de perioden in de vijftiger en zestiger jaren nog te herinneren. Vredestijd. Toen er mensen weggingen uit dit land, omdat ze het niet langer konden bol werken en het ook niet naar hun zin hadden. Nee, soms maakt de gedachte aan vrede mij bang”. gemeenschap, de heersende klasse is een soort vakvereniging van de regeringscoterie”. „Vrede”, zegt Avneri, „is voor Israel een onverkende uit daging. Er bestaat zelfs geen onderzoek naar de mogelijk heden. Want niemand gelooft in vrede”. „Jong leiderschap ontbreekt omdat elke jongeman in het leger gaat. Drie jaar lang, in een oorlogstoestand. Dat leger neemt zijn dynamiek weg. Als hij er uit komt is hij een oude man die trouwt en een gezin wil”. Ze beschikken over aanmerkelijk meer amfibie-materiaal dan voorheen en hebben daarmee meermalen (en naar men aanneemt opzettelijk) onder de ogen van de Israëlische bezet ting aan de andere zijde van het kanaal geoefend. De gigan tische strijdmacht is zo opgesteld dat zij onmiddellijk in actie kan komen, zonder daartoe eerst uitgebreide voorbereidingen moeten worden getroffen. Israels befaamde Bar Lev-linie (waarvan Nasser ooit eens heeft beweerd dat zij voor zestig percent onder de Egyptische bombardementen was bezweken) is in de afgelopen maanden uiteraard zeer versterkt. De fortificaties lijken nauwelijks meer op de toch altijd nog betrekkelijk geïmproviseerde verster kingen van vóór de wapenstilstand. Israel heeft zijn linie ge bouwd als een soort stippellijn van forten, die op sommige punten tien tot vijftien kilometer uit elkaar liggen. „KLEINE EENHEDEN tot bataljonssterkte”, zeggen des kundigen, „kunnen wel oversteken. Dat is in het verleden ook gebeurd. Weliswaar hebben ze nooit kans gezien om door de buitenste verdedigingsring van de versterkingen heen te ko men, maar tussen de versterkingen in hebben ze wel enkele f I WW- -sv - - .x.- X.' ',4' s

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1971 | | pagina 16