BINNEN DE AARDEN WALLEN
VAN YORK HERLEVEN DEZE
ZOMER 19 EEUWEN HISTORIE
1
1
ri ff
I
I
ENGELANDS OUDE „HOOFDSTAD VAN
HET NOORDEN’’ GAAT FEESTVIEREN
If
Bit
Br
I
Cultuurcentrum
Attracties
Normandiërs
Monnikenwerk
York
nu
I
I.
Festiviteiten
Romeinse vesting
41I
fï
1 M
ZATERDAG 5 JUNI 1971
Erbij
f
i
i
i-f
ft
I
i
.1
Inferieur van de fraaie
Minster-kathedraal.
Vroeg-middeleeuwse poort
in de geheel intacte aarden
stadswal van York, die 5 km
lang is en de oude binnen
stad omsluit. Op de achter
grond een der torens van de
Minster.
o
17
fu.
q
I ft
7ORK HEEFT heel wat ras-
Y sen en nationaliteiten zien
X komen en gaan. Kelten en
Romeinen, Angelen en Saksen,
Vikingen en Denen en niet te
vergeten de Normandische over
weldigers van Willem de Ver
overaar, die er vrijwel allen hun
sporen hebben achtergelaten.
Veel daarvan is in het nogal
chaotische stadsbeeld tot op de
dag van vandaag te zien, want
York anno 1971 ademt nog altijd
de geest van het verleden. Oorlog
en geweld hebben er gedurende
negentien eeuwen huis gehouden
»ls in vrijwel geen andere Britse
stad, maar ondanks alles zijn tal
van fraaie monumenten voor het
nageslacht bewaard gebleven.
Een stukje van de met kantelen bekroonde aarden stadswal die heuvel op, heuvel af, de city omgeeft.
I
i
4É
i
1
6
'i,
4
v'
>ij
j
In historische zin is York misschien
wel de meest Engelse stad van Groot-
Brittannië. Het stadje is, wat zijn
centrum betreft, één groot openlucht
museum. Vrijwel elk gebouw ademt
een brok historie: middeleeuws, Geor-
giaans, Victoriaans. Soms een menge
ling van twee, drie stijlen in een ge
bouw. Een oud-middeleeuwse muur
kan plotseling overgaan in een Geor-
giaanse gevel. En het merkwaardige
is: het staat vaak nog niet eens gek
ook. Naast de vele middeleeuwse ge
bouwen is het pronkstuk van York
zijn kathedraal, de York Minster, een
indrukwekkend godshuis dat op een
lijn te stellen is met de beroemde
Westminster en de St. Pauls in Lon
den. Waar men ook vertoeft in de
stad, altijd is wel een van de vele
fraaie torens van de Minster te zien,
als veilige bakens in een woelige zee.
UNIEK VOOR een stad met de om
vang als die van York is de geheel
in oude stijl gerestaureerde stadswal,
hoog boven het stadsgewoel. De aar
den wal met zijn typische kantelen,
1-
r n*
het
noordelijk gelegen garnizoen
een bezoek te vereren.
fundamenten tijdens de jongste res
tauratie zijn teruggevonden. Zelfs zijn
onder de kerk overblijfselen gevon
den van het oude Romeinse fort uit
de vierde eeuw.
DE RESTAURATIE van de Min
ster is een hoofdstuk apart in de ge
schiedenis van York. Enkele jaren ge
leden begon het monumentale kerk
gebouw te verzakken. Het bleek al
spoedig dat slechts een grondige res
tauratie de kerk van de ondergang
kon redden. Twintig miljoen gulden
is er nodig voor herstel. Inmiddels
is men al een eind gevorderd met
de werkzaamheden. De funderingen
zijn vrijwel geheel vernieuwd, een
gestort. Dat neemt de Engelsman
graag op de koop toe: immers over
een tot twee jaar zal de Minster weer
in volle glorie kunnen pronken, zon
der dat zware staaldraden de muren
van de torens bij elkaar houden:
zover was het al gekomen met de
Minster. Als niet in 1967 tot een
grondige restauratie was besloten,
zou de Minster nu voor het publiek
zijn gesloten.
Naast zijn historische bezienswaar
digheden heeft York een spoorweg
museum, niet zo verwonderlijk als
men weet, dat de gehele Noord-West-
regio van Engeland onder York res
sorteert. De spoorwegen bieden hier
dan ook aan duizenden mensen werk.
In het spoorwegmuseum treft men
een unieke cllectie treinen, locomo
tieven en „toebehoren” aan.
Verder komen populaire sportlie
den, internationaal bekende musici,
toneelspelers, film- en televisiester-
ren het feest luister bij zetten.
or
sn
at
ist
;ft
sn
lij
al
ag
n-
tol
ri
et
Er
ti
de
n-
ut
n-
?h
BIJ ZIJN negentiende eeuwfeest
heeft York dit jaar nog heel wat
meer te bieden. Van 21 juni tot 17
juli zijn er grote historische optoch
ten met episodes uit de geschiedenis
van York. Van 16-19 juni wordt er
een middeleeuws riddertoernooi ge
houden en op 27 juni wordt de slag
van Marston Moor uitgebeeld, voor 13
oktober staat de verbranding van
keizer Severus annex fakkeloptocht
op het programma en van 28 juli
tot 31 juli worden de wereldkam
pioenschappen boogschieten hier ge
houden.
Later, van de zevende tot de elfde
eeuw, was York de hoofdstad van
het machtige rijk van het Noorden,
Northumbria, gesticht door Angelen
en Saksen. In de tijd dat Karei de
Grote de barbaarse stammen van
zijn uitgestrekte rijk naar zijn hand
trachtte te zetten, was York een
centrum van onderwijs en cultuur.
Een van de beroemdste raadsheren
van keizer Karel was Alcuinus van
York, een Angelsaksische geleerde,
die uit een aanzienlijk Yorks geslacht
stamde. Zijn positie van bibliotheca
ris van de rijk gevulde bibliotheek
van York verruilde hij voor een al
even interessante baan aan het hof
van Karei de Grote.
waar monnikenwerk, dat de knapste
bouwkundigen in Engeland, trouw
terzijde gestaan door archeologen
van naam, met behulp van compu
ters hebben geklaard. Oude Romein
se en Angelsaksische funderingen
werden vervangen door koel, strak
beton, dat een hecht anker vormt
voor het hoog boven de omgeving uit
stekend gebouw. In de sombere cata
comben onder de Minster is ruimte
uitgespaard voor een museum. Ter
wijl dagelijks vele tientallen bezoe
kers de Minster komen bezichtigen,
gaan de werklieden gewoon hun
gang. In de immense ruimten van
een van Engelands grootste middel
eeuwse bedehuizen heeft het jankend
geluid van een pneumatische boor
de taak van het orgel voorlopig over
bodig gemaakt. Een kakofonie van
klanken wordt over de bezoekers uit-
bastions en poorten, slingert zich als
een geblokt lint door de stad, oud
en nieuw begrippen, die in York rela
tief zijn van elkaar scheidend. De
ze stadswallen zijn goed voor een vijf
kilometer lange wandeling. Hier en
daar lijkt het alsof een reuzenhand
een brok muur heeft weggebroken.
Dat is de enige concessie, die de
stadsbestuurders aan het moderne
verkeer hebben gedaan.
OP UITNODIGING van de North
Sea Ferries en het Department of
Tourism in York bracht dezer dagen
een aantal Nederlandse journalisten
een driedaags bezoek aan York. Van
Nederland uit is de stad gemakke-
maar ook de heuvelachtige omge
ving wordt meer en meer een trek
pleister voor het vreemdelingenver
keer.
Van
De Romeinen stichtten de stad. Als
hoofdstad van het noordelijk rijk
Northumbria kwam zij tot grote
bloei, onder de Normandiërs boette
de stad aan belangrijkheid in. Welis
waar was York in de middeleeuwen
een belangrijke handels- en stapel
plaats, maar toen was het reeds
voorbijgestreefd door Londen. Nu is
York een vriendelijke stad, met een
schat aan oudheden, zoals men die
maar zelden in één enkele stad vindt.
Walmende fabriekschoorstenen, het
kenmerk van vele Engelse industrie
steden, kent men er niet. De bedrij
ven, die er al sinds lengte van jaren
zijn, vallen onder het predikaat
„schoon”. Meer dan ooit zoekt York
het in de toeristische sector: niet
alleen de stad heeft veel te bieden,
de rebellen tot overgave was gedwon
gen. In een gewelddadig treffen be
haalden de goed geoefende en bewa
pende troepen van Harold de over
winning. Terwijl hij en zijn mannen
de overwinning met een klinkend
feest vierden in York, kwam het
nieuws van de invasie. Aan het hoofd
van zijn troepen begaf Harold zich in
geforceerde marsen naar het zuiden.
Bij Hastings werd het uitgeputte le
ger van Harold vernietigend versla
gen door Willem de Veroveraar. Voor
Engeland en speciaal ook voor York
was dat het begin van moeilijke tij
den. Willem de Verovervaar kwam
in eigen persoon naar het turbulente
noorden. In York liet hij twee kas
telen bouwen, waarvan de resten nog
altijd te zien zijn.
OPGAAN, blinken en verzinken
ook York is er niet aan ontkomen.
In York was de kleine Nederland
se delegatie de gast van de heer
John Brown, de actieve directeur
van het department of tourism, te
vergelijken met onze plaatselijke
VVV’s. Ook zonder gids is een bezoek
aan York alleszins de moeite waard.
De vele fraaie historische plekjes en
gebouwen zijn zonder enige moeite
te vinden. Wie York bezoekt, doet er
goed aan het boekje „City and county
of the City of York” de officiële
gids voor bezoekers te kopen. Dan
kan men de historische gebouwen
als de Guildhall (gildenhal), kundig
gerestaureerd na een Duitse bomaan
val (de enige tijdens de laatste oor
log) in 1942 onmogelijk missen. Een
kleine wandeling door de binnenstad
zal onvermijdelijk voeren naar de
middeleeuwse poorten in de wal met
hun ludieke namen als Bootham Bar,
Monk Bar, Walmgate Bar en Mickle-
gate Bar en niet te vergeten d e
Minster en de 17 middeleeuwse ker
ken, stuk voor stuk kleine wonderen
van bouwkunst.
(Van onze correspondent)
YORK. Voor Engelse begrippen nau
welijks een middelgrote stad, dit York,
hoofdstad van het graafschap Yorkshire,
omringd door heuvels en op ruime afstand
van de industriegebieden van Leeds en
Manchester en van de bedrijvige havenstad
Huil. Maar achter het wat provinciaalse
uiterlijk van deze 11.000 inwoners tellende
stad gaat een uniek brok geschiedenis van
19 eeuwen schuil.
f
In het jaar 71 na Christus bouwde
de Romeinse veldheer Quintus Cerea-
lis op een strategisch punt langs de
rivier de Ouse in Noord-Engeland
een fort, vanwaar hij de roerige „bar
baarse” stammen als Pieten en Sco-
ten onder controle wilde houden. Het
fort groeide uit tot de Romeinse stad
Eboracum, later York genoemd. Een
feestprogramma over het gehele jaar
uitgesmeerd, moet nu de belangstel
ling van binnen- en buitenland op
York vestigen. Hoogtepunt daaruit
vormt het bezoek van koningin Eli
zabeth op 28 september. In York
koesteren ze de stille hoop, dat dit
koninklijk bezoek zal worden be
kroond met het uitroepen van prins
Andrew tot hertog van York, een ti
tel, die alleen is weggelegd voor de
tweede zoon van de regerende
vorst(in). De vroegere koning Geor
ge VI was de laatste hertog van
York.
YORK IS een stad, waar het toe
risme nog in de kinderschoenen staat,
aldus VVV-directeur Brówn. Vorig
jaar registreerde de stad rond 250.000
overnachtingen, een aantal dat voor
uitbreiding vatbaar is. Iedere wille
keurige badplaats in Nederland komt
in een seizoen al ver boven dat aan
tal. York zelf heeft 2.000 gastenbed
den (1.200 kamers), zodat men er
altijd wel een plaatsje vindt.
EVENMIN mag men bij een be
zoek aan York het Castle Museum
overslaan, opgezet door een platte-
landsarts dr. John L. Kirk, die op
afgelegen plaatsen op het platteland
van Yorkshire alles verzamelde wat
hem waardevol of althans de moeite
van het bewaren leek: handwerk
meubelen, paardetuigen, opschik, kort
om alles wat men op het platte
land placht te gebruiken. Zelfs gehele
winkelpuien versmaadde de dokter
niet. Zijn unieke collectie, die hij in
1935 aan de stad schonk, wordt nog
steeds aangevuld en bestaat nu uit
zo’n 10.000 stukken.
YORK HEEFT zijn rol gespeeld in
diverse ontwikkelingsstadia van En
geland. Soms, ongewild, werd de
„hoofdstad van het noorden” de
hoofdrol opgedrongen. Zo bijvoorbeeld
in het voor Engeland fatale jaar 1066,
een keerpunt in de geschiedenis voor
de bewoners van dit eilandenrijk.
Het jaar 1066, de laatste maal, dat
Engeland door vreemde troepen werd
bezet, in dit geval de Normandiërs
van Willem de Veroveraar. York
had een groot aandeel in de opzien
barende gebeurtenissen in de herfst
van 1066. Toen Harold van Engeland
in de loop van de zomer zijn legers
rond zich had verzameld om de ver
wachte invasie van de Normandiërs
in het zuiden van zijn rijk het hoofd
te bieden, kwam zijn broer Torstig
van Northumbria, gesteund door de
Vikings van de Noorse koning Ha
rald Hadrada, in opstand. In snelle
marsen spoedde het leger van Ha
rold van Engeland zich naar het re
bellerende Noorden, waar York, één
dag voor de komst van Harold, door
NEGENTIEN eeuwen geleden zet
ten de Romeinse legionairs hun kamp
op aan de oever van het riviertje
de Ouse. Soldaten van het negende le
gioen zouden er ruim drie e euwen
blijven. Weinig zijn de overblijfselen
uit de Romeinse tijd, maar ze zijn
nog te vinden, zoals de Multangular
Tower, de Romeinse „termen” (ba
den) onder dë Mail Coach Irtn en de
recent opgegraven Romeinse muur,
waarop later middeleeuwse vesting
werken verrezen. Verscheidene Ro
meinse keizers, zoals Severus (over
leden te York in 211) en Constantijn
de Grote (tot keizer uitgeroepen in
York in 306) vonden het niet bene
den hun waardigheid, het meest
met
lijk te bereiken: Er is een dage
lijkse dienst van North Sea Ferries
tussen Europoort en Huil, op ruim
een uur rijden van York. De Neder
landse Noorzeeveerboot „Norwind”
en de Engelse „Norway” varen des
avonds om zes uur af, waarna ze
veertien uur later in Huil, respectie
velijk in Europoort af meren. Een
tocht met deze nachtboten heeft het
voordeel, dat men een groot deel van
de overtocht in de (slaap)hut kan
doorbrengen.
de vele interessante oude
bouwwerken noemen we alleen de
zeventien kerken in het centrum, die
alle op de monumentenlijst staan.
Er zijn er bij, die nog heel duide
lijk de angelsaksische kenmerken
dragen. Maar qua architectonische
schoonheid staan ze alle in de scha
duw van de machtige Minster, een
kathedraal, waaraan meer dan 250
jaar is gebouwd. Wereldberoemd zijn
de voortreffelijk bewaard gebleven
gebrandschilderde ramen met prach
tige bijbelse voorstellingen. Op de
plaats waar de Minster staat werd
reeds in 627 de eerste (houten) kerk
gebouwd. Die kerk heeft verschillen
de opvolgers gekregen, waarvan de
ïW
B