niet-
geliberaliseerd
gebied
1
Bindende vaststelling
als voor woningen.
I
hogere percentage, houdt dit alleen
ƒ100
90
Individuele huursubsidie
De nieuwe voorschriften maken het mogelijk, dat de genoemde per*
centages in bepaalde gevallen worden vervangen door een hoger
percentage. In die gevallen mag dus een hogere huurprijs worden
overeengekomen dan volgens de jaarlijkse niet-verplichte huurver
hoging het geval zou zijn. Dit mag echter alleen als het woongerief en
de huurprijs van een woning dat rechtvaardigen.
Slechte en zeer slecht onderhouden woningen komen niet voor een
extra-huurverhoging in aanmerking. Ook woningen in een sanerings-
gebied zullen er meestal niet voor in aanmerking komen.
ƒ130
ƒ140
ƒ120
j waarmee
de huren van gesubsidieerde wo-
zendt haar advies naar de minister.
Deze kan het verzoek toestaan, af
wijzen of een lager percentage aan
geven en het aantal jaren waarvoor
over dat hogere percentage kunnen
gaan onderhandelen. Precies zoals
dat bij de reeds bestaande jaarlijkse
niet-verplichte huurverhoging het
geval is.
Indien partijen na verkregen toe
stemming van de minister alsnog
tot overeenstemming komen, is de
kous daarmee af.
In het niet-geliberaliseerde gebied
is met ingang van 1 juli 1971 voor
een bepaalde kategorie van wonin
gen vrije huurprijsvorming in be
ginsel mogelijk gemaakt. Het be
treft hier voornamelijk goede mid-
denstandswoningen en zgn. heren
huizen die aan bepaalde algemene
eisen en voorwaarden voldoen. Vrije
1
r
c
t
r
f
c
In deze publikatie worden de belangrijkste bijzonderheden over de per 1 juli 1971 ingaande huurprijsvoor
schriften beknopt vermeld. Een uitvoeriger uiteenzetting is beschikbaar in de vorm van een vouwblad, dat
op aanvraag gratis wordt verstrekt door de afdeling Voorlichting van het Ministerie van Volkshuisvesting en
Ruimtelijke Ordening, v. Alkemadelaan 85, tel. (070) 264201, Den Haag.
Op de tekst van deze publikatie kan bij een geschil geen beroep worden gedaan. In zo’n geval moet op de
wettelijke voorschriften zelf worden afgegaan. Inlichtingen daarover kan men echter altijd bij de Huuradvies
commissies inwinnen.
Van 1 juli 1971 af gelden nieuwe huurprijsvoorschriften voor de niet
(meer) gesubsidieerde woningen in de provincies Utrecht, Noord-
Holland en Zuid-Holland, de gemeenten Groningen, Haren en
Deventer en een aantal gemeenten in Gelderland (zie omschrijving
’niet-geliberaliseerd gebied’).
Dat zijn dus de woningen die vallen onder de regeling voor de jaarlijk
se niet-verplichte huurverhoging. Volgens deze regeling mogen de
huurprijzen van bedoelde woningen dit jaar worden verhoogd met ten
hoogste 7 en in 1972 en volgende jaren metten hoogste 6
gen, alsmede tussen oude woningen onderling.
Door het opheffen van onredelijke verschillen worden de huurprijzen in
een betere verhouding tot elkaar gebracht: er vindt een zekere harmonisatie
plaats.
Huurharmonisatie komt in elk afzonderlijk geval dus neer op aanpassing
van de huurprijs aan de woonwaarde van de woning.
Met het oog op de invoering van de
nieuwe huurmaatregelen is de re
geling voor aanvullende huursub
sidie uitgebreid. Huurders, van wie
het belastbaar jaarinkomen minder
dan ƒ17.000,bedraagt en die
en dan nog alleen voorzover zij ge
legen zijn in gemeenten, die nog
niet geheel zijn geliberaliseerd.
Overigens geldt het niet voor de be-
kan de verhuurder de minister ver- drijfspanden, die sinds 1 mei 1971
zoeken de huurprijs bindend vast
te stellen. Dit verzoek moet schrif-
daarbij ook de datum van ingang.
Maar hij kan ook een lagere dan
de gevraagde huurprijs bindend
vaststellen of het verzoek om huur-
adviescommissies. Onjuist en on
volledig ingevulde formulieren kun
nen uiteraard niet in behandeling
worden genomen.
hogingen in het kader van huur
harmonisatie voor woningen van
gemeenten en woningbouwvereni
gingen niet voor 1 april 1972 wor
den doorgevoerd. Via de gemeente
lijke dienst of de woningbouwver
eniging zullen de huurders tijdig
over een eventuele harmonisatie
van de huren van hun woningen
worden ingelicht.
daarvan in het kader van de huur
harmonisatie meer dan 1/6 i 1/7
deel aan huur gaan betalen, komen
nu in het algemeen ook in aanmer
king voor een bijdrage in de huur.
In dat geval moet de huurprijs wel
zijn gestegen met meer dan 7 in
1971 of met meer dan 6 in vol
gende jaren. De individuele huur
subsidies worden niet verstrekt, als
de huurprijs minder dan 1100,
per jaar bedraagt.
Nadere bijzonderheden zijn te vin
den in het vouwblad „Aanvullende
huursubsidie, een persoonlijke
zaak”. Hoewel dit vouwblad be
trekking heeft op woningen waar
voor na 31 maart 1960 overheids
subsidie is verleend, gelden de daar
in genoemde voorwaarden en bij
dragen nu ook voor bovengenoemde
gevallen. De vouwbladen zijn ver
krijgbaar bij de gemeenten en het
Ministerie van Volkshuisvesting en
Ruimtelijke Ordening.
Bij de nieuwe regeling gaat het om het opheffen van onredelijke huur- Bij gebrek aan
verschillen tussen goede oudere woningen en vergelijkbare nieuwe wonin- overeenstemming
Wat gebeurt er nu als partijen niet
noodzakelijke overleg tussen par
tijen kan ondermeer de staat van
onderhoud van de woning worden
betrokken. Ook kan het daarbij in
vele gevallen een belangrijk punt
zijn of de huurder onverplicht op
eigen kosten belangrijke verbete
ringen in de woning heeft aange
bracht, waardoor het woongerief is
gestegen (bv. een douchecel, bad
kamer, centrale verwarmingsin-
stallatie of andere moderniserin
gen). Is dat het geval, dan kan de
huurder uiteraard verlangen, dat
de kosten van deze verbeteringen bij
het bepalen van een eventuele
huurverhoging in aanmerking wor
den genomen.
Per 1 juli 1971 is de huuiyrijsbeheersing voor
woningen nog van kracht in:
Noord- en Zuid-Holland en Utrecht;
in onderstaande gemeenten voor na 5 mei 1945
gebouwde woningen en bovendien voor de vóór
5 mei 1945 gebouwde woningen met een maand-
huur van de erachter vermelde bedragen of
minder:
Groningen Haren
Apeldoorn
Nijmegen Groesbeek Ubbergen
Arnhem Brammen Culemborg*
Epe Hattum Heerde Nijkerk*
Voorst Wageningen
Barneveld Doesburg Doetinchem
Doornspijk Ede EIburg
Ermelo Harderwijk Hoevelaken*
Huissen Oldebroek Putten
Renkum Rheden Rozendaal
Scherpenzeel Westervoort
Winterswijk
en in Deventer voor alle woningen met een
huurprijs van 100 of minder per maand.
Voor bedrijfspanden die nog onder de Huurwet
vallen geldt in deze gebieden alleen nog huur-
prijsbeheersing indien de huurprijs ƒ100 of
minder is.
In de overige gebieden is voor niet/niet meer
gesubsidieerde woningen en bedrijfspanden geen
huurprijsbeheersing meer van kracht.
niet meer onder de Huurwet vallen,
zoals hotels, winkels, restaurants,
De verhuurder moet de formulieren telijk worden ingediend. café’s, of afhaal- en besteldiensten
--- - en ambachtsbedrijven, die een voor
dendè vaststelhng\an’ een hogere het publiek toegankelijke ruimte
- - - - hebben.
Bij huurharmonisatie van bedrijfs-
Hoe kan nu zo’n huurverhoging
tot stand komen? Een verhuurder,
die meent dat zijn woning in 1971
in aanmerking komt voor een huur
verhoging met een hoger percen-
tage dan 7% (6% in volgende ja- otauiulll JIVL
verhuurder en huurder, of bij ren), zal daarover met de huurdergeen zjn Op jat bericht bij de huur-
:eke daarvan, door een vaststel- moeten onderhandelen. In het adviescommissie of de minister te
reageren.
De huuradviescommissie gaat dan
Kort samengevat komen de nieuwe maatregelen voor de huurharmonisatie op het volgende neer:
over een verhoging moet tussen partijen onderhandeld worden; daarbij kan meer worden gevraagd dan
7 in 1971 en 6 in 1972 en volgende jaren;
basis voor een verhoging is de woonwaarde van het huis;
die woonwaarde wordt bepaald door vergelijking met nieuwe huurwoningen ter plaatse;
daardoor kan de huur in betere verhouding worden gebracht tot die van de gesubsidieerde woningen, die In het algemeen zullen huurver-
ter plaatse in de laatste 5 jaar zijn gebouwd;
per jaar zal de totale omvang van een huurverhoging niet meer bedragen dan het gemiddelde bedrag waar
mee de huren van de nieuwe gesubsidieerde woningen ter plaatse worden verhoogd;
in gevallen waarin een aanzienlijke huurverhoging gerechtvaardigd is, zal die niet in één keer kunnen plaats
vinden, maar door middel van een reeks van jaarlijkse verhogingen;
voor zo’n huurverhoging (dus van meer dan 7 in 1971 en van meer dan 6% in 1972 en volgende jaren)
is de toestemming van de minister vereist, ook als partijen het daarover eens zijn geworden;
als de huurder niet akkoord gaat met de verhoging, kan de minister de huurprijs op verzoek van de verhuur- Bedrijfspanden
der bindend vaststellen. -
Ook voor bedrijfspanden bestaat de
Dit geldt echter alleen voor be
drijfspanden met een huurprijs die
Wanneer de huurder blijft weigeren niethoger is dan 100,—per maand
in te stemmen met het door de
tot overeenstemming komen? Dan minister goedgekeurde percentage -
i j i j— j j.__u om<jat (je staat van onderhoud
naar zijn mening onvoldoende is -
altijd de mogelijkheid om - voor
zover daarover nog geen overeen
stemming is bereikt - met zijn huur
der te onderhandelen over een ver
hoging van de huurprijs, volgens
de regeling voor de jaarlijkse niet-
verplichte huurverhoging.
Hiervoor is geen toestemming van prijsvaststelling afwijzen.
de minister nodig. Van de beslissing van de minister
Als de minister akkoord gaat met worden huurder en verhuurder in
het door de verhuurder voorgestelde kennis gesteld.
hogere percentage, houdt dit alleen
in> at partijen naar^zijn mening Woningen van gemeenten
wonjngbouwverenigingen
Wat in deze publikatie over huur-
Uf - Uz. 1-
voor de woningen van gemeenten en
woningbouwverenigingen die onder
de regeling voor de jaarlijkse niet-
verplichte huurverhoging vallen.
In het kader van huurharmonisatie
kunnen echter ook de huren van
de woningen van gemeenten en wo
ningbouwverenigingen die niet
onder die regeling vallen, worden
aangepast. Daarvoor gelden af
zonderlijke regelen.
Harmonisatie van de huren van
woningen van gemeenten en wo
ningbouwverenigingen geschiedt
volgens een plan, dat deze perio
diek bij de minister moeten indienen.
Goedkeuring van
minister nodig
Een huurverhoging in het kader van
de huurharmonisatie kan niet een-,
zijdig door de verhuurder worden
opgelegd. Zij kan slechts tot stand
komen door een overeenkomst tus
sen i
gebreke daarvan, door een vaststel
ling van de minister van Volks
huisvesting en Ruimtelijke' Orde
ning. Maar ook als partijen het
eens zijn geworden is de goedkeu
ring van de minister nodig voor
deze door partijen overeengekomen
verhoging.
Voor een huurverhoging in het
kader van de huurharmonisatie is
geen algemeen geldend percentage
voorgeschreven. In elk afzonderlijk
geval is dit percentage onder meer
afhankelijk van het verschil tussen
de bestaande huurprijs en de huur
prijs die in vergelijking met de
prijs van vergelijkbare gesubsi
dieerde nieuwbouwwoningen ter
plaatse redelijk geacht kan worden. Bi overeenstemming
In de meeste gevallen zal een nieuwe
huurprijs bereikt worden met jaar- Als partijen het over een hoger per-
lijkse sprongetjes. Sprongetjes, die centage eens zijn geworden, moet
groter mogen zijn dan het maxi- de verhuurder de minister ver-
mum van 7 in 1971 of van 6 in zoeken dat hogere percentage goed
1972 én volgende jaren. Voor die te keuren. Dit verzoek moet mede-
jaarlijkse sprongetjes geldt een ondertekend worden door de huur-
maximum, dat gevormd wordt door der. De minister deelt zijn beslis-
het gemiddelde bedrag waarmee sing mede aan huurder en verhuur
de huren van gesubsidieerde wo- der. Formulieren voor het verzoek
ningen, die ter plaatse in de laatste zijn gratis verkrijgbaar bij de huur-
5 jaar zijn gebouwd, elk jaar wor
den verhoogd. Hierdoor wordt een
grens gesteld aan de omvang van
de totale huurverhoging per jaar.
De minister gaat pas over tot bin-
huurprijs nadat” de huuradvies
commissie de zaak heeft onder
zocht en partijen heeft gehoord, panden wordt piet vergeleken met
Bij dit onderzoek wordt ondermeer gesubsidieerde nieuwbouw van de
rekening gehouden met de staat van laatste 5 jaar, maar met panden
onderhoud en met gebreken. die zonder subsidie (in de zoge-
Bij de beoordeling van de redelijk- naamde vrije sector) zijn tot stand
heid van de door de verhuurder gekomen. De procedure is dezelfde
•voorgesteïde nieuwe huurprijs wor
den belangrijke verbeteringen van
na, of het gevraagde hogere percen- de woning, die betaald zijn door de Een bijzondere groep
tage gerechtvaardigd is ten opzichte huurder, buiten beschouwing ge- particuliere woningen
van de gesubsidieerde nieuwbouw-, laten, tenzij verrekening van de
woningen van de laatste 5 jaar en kosten tussen partijen heeft plaats
gevonden.
De kwestie wordt op een zitting van
de commissie behandeld; huurder
en verhuurder kunnen daar beiden
dat geldt. Als het verzoek wordt af- het hunne naar voren brengen,
gewezen, heeft de verhuurder nog Wanneer de huuradviescommissie
van oordeel is dat de gevraagde
huurprijs redelijk is, stelt de minis-
ter deze bindend vast. Hij bepaalt huurprijsvorming betekent dat de
huurprijs kan worden vastgesteld
in vrij overleg tussen verhuurder en
huurder. Voor bedoelde woningen
bestaat deze mogelijkheid als zij
leegkomen en opnieuw worden ver
huurd en als de huuradviescom
missie aan de verhuurder een ver
klaring heeft afgegeven, waaruit
blijkt dat de woningen tot bedoelde
groep behoren. Zo’n verklaring
moet door de verhuurder schriftelijk
bij de huuradviescommissie worden
aangevraagd. Aspirant-huurders
harmonisatie is vermeld geldt ook kunnen bij de huuradviescommissie
nagaan of de vereiste verklaring
voor een bepaalde woning is afge
geven. De algemene eisen en voor
waarden waaraan de hierbedoelde
woningen moeten voldoen zijn vol
ledig vermeld in de Nederlandse
Staatscourant nr. 110 van 11 juni
1971.
Zij hebben ondermeer betrekking
op aantal en oppervlakte van de
kamers, bad- of douchegelegenheid,
keuken, kast- en bergruimte, ver
warming. Als een woning niet ge
heel aan bedoelde eisen en voor
waarden voldoet, kan de huurad
viescommissie de noodzakelijke
verklaring toch afgeven, indien
aard, ligging, samenstelling en in
deling van de woning dit naar haar
mening rechtvaardigen. De huur
adviescommissies hebben voor het
hanteren van deze eisen een zekere
bewegingsvrijheid.
kan de verhuurder de minister toch
verzoeken om de 7% voor 1971
of de 6% voor 1972 te vervangen
door het door de verhuurder voor
gestelde hogere percentage.
Hoe is de gang van zaken? in zo'n geval niet naar het ministerie
sturen, maar naar de huuradvies
commissie.
De huurder krijgt van de huurad
viescommissie bericht, dat de ver
huurder een verzoek tot huurhar
monisatie heeft ingediend, In dit
stadium heeft het voor de huurder
wat het is en hoe het werkt
I
Publikatie van het Ministerie van Volks
huisvesting en Ruimtelijke Ordening.
I
i
v
t
I
I
r
T
t
i
r
c
T
5
l
T
i
y
J
i
r
c
t
i
s
I
V
t
c
t
t
c
J
1
i
i
1
f
i
i
i
i
1
i
i
i