Gerben Karstens trok alleen zielige gezichten
HET IS GEEN DRAMA
MERCKX
Zoetemelk
AIMAR GEDEGRADEERD TOT KNECHT
OP DE CIJFERTOUR
„Ik mik op
algemeen
klassement
Gerard Vianen hielp
Tabak door de „hel”
„Het is toch geen schande om een ander te helpen”
ACHTERSTAND VALT ERG MEE
4w*MI
ia Ha HOM
n
r
Noordhollander wilde stoppen
Ploeg Pellenaars
verdiende 6 mille
11
DINSDAG 6 JULI 1971
99
99
9?
188,5 km
t
GO
Agostinho,
Eddy Merckx dreigde even in zwijm te vallen nadat hij helemaal kapot aan de
finish was gekomen.
Gedeelde populariteit
Aanvallende koers
t
1
1
r
C/9
Weggezakt
CLERMONT FERRAND Be
halve Merckx rijdt er nog een tour
winnaar mee in het wielerspectakel-
stuk van dit jaar: Lucien Aimar,
maar hij, de Fransman, die in 1966 de
gele trui naar Parijs bracht, heeft
weinig gemeen met Eddy Merckx. Lu
cien Aimar was de toevallige winnaar
van de Ronde van Frankrijk in 1966
vóór Jan Janssen, die toen op nu
nog steeds onverklaarbare wijze
de Fransman liet ontsnappen. Jans-
10eRIT
r
i
i
r
r
sen beweert nog steeds met alle hef
tigheid hem eigen, dat hij toen stom
geweest is en zijn enige concurrent
niet weg zag gaan. De befaamde boze
tongen zeiden indertijd vrij luid, dat
Frankrijk na Gimondi weer een
Franse tourwinnaar moest hebben.
Hoe dan ook, Lucien Aimar won de
Tour. Janssen sloeg pas twee jaar
later toe, toen er nog zo’n vage Fran
se triomfater was geweest, Roger
Pingeon. Aimar heeft nooit de allure
gehad van een groot kampioen van
een tourwinnaar. Hij heeft niet zoals
Jan Janssen naast die Tour een grote
erelijst opgebouwd. Hij is een ver
geten man geworden, die nu zelfs als
knecht van de Belg Van Impe in het
peloton meefietst.
CLERMONT FERRAND Luis
Ocana had zichzelf bescheiden toen
wij hem twee dagen geleden spraken
over de Puy de Dóme gerangschikt
onder de goede renners, maar niet
onder de superklimmers. Gistermid
dag, toen de top van de Puy de Dóme
omgeven was door mistflarden een
waar decor voor een historische klim
partij zei hij, nadat hij minuten
lang het hoofd had geschud van ver
bazing, grinnikend: „Ik heb me ver
gist. Ik ben toch een specialist. Ik
weet het nu”. De Spaanse Fransman
was uiterst tevreden natuurlijk. Hij
had Merckx duidelijk verslagen op
het terrein dat hij lief heeft: de ber
gen. Maar niet alleen Ocana had de
man in de gele trui, die lijkbleek aan
kwam op de top, verslagenJoop
Zoetemelk was langs Merckx ge
schoven in de laatste kilometers, toen
het schitterende gevecht naar een cli
max werd gevoerd. Hij kroop achter
Ocana aan, maar zijn demarrage was
net iets te laat. Bovendien was hij,
toen er nog een kilometer geklommen
moest worden, even verrast door
GRENOBLE
i.'i
'WK
41
.- v
4’ 7 -
Ik t
4^
-X
ver
plaats
lu-l
LJ-I
van
Dat de Franse wielerprofs er weinig of
1
t
i
i
merkwaardige en beangstigende tocht voor
een man, die net bijna 230 kilometer heeft
gereden, de Puy de Dóme heeft bedwon
gen en op de tweede plaats staat in het
algemeen klassement, „zijn eigen” plaats,
op 36 seconden van Merckx en één secon
de voor Luis Ocana. Motta zakte naar de
zesde plaats achter Gösta Pettersson, weer
goed meegaand, en de Franse klimmer
Thevenet.
Roger de Vlaeminck had ook veel pijn
geleden. De ploeggenoot van Tabak, die
bij de valpartij van zondag onder andere
zijn linkerpols verstuikte kon toch nog
lang meegaan, maar hij was op het laat-
7-7-71
1
Aimar is dertig jaar en hij heeft geen
grote aspiraties meer, als hij ze al ooit ge
had heeft. De Tour-winnaar is dus onder
geschikte geworden en hij vindt dat niet
eens zo erg ook. Lucien Aimar, een gezette
figuur in de rood-gele Sonolor-trui, heeft
zich helemaal in zijn toch wat trieste po
sitie geschikt: „Het is toch geen schande”,
zegt hü, „dat ik nu werk voor een ander.
Vroeger hebben anderen dat voor mij ge
daan. Het gaat er toch om, dat de beste
man van onze ploeg Van Irnpe ook al
stelde hij op de klim van de Puy de Döme
teleur, op de beste plaats eindigt. Ik stel
me helemaal in zijn dienst.” En dat gaat
dan zonder morren, zo weet Jan Heil zijn
Nederlandse soigneur te berichten. „Hij is
een oude rot in het vak natuurlijk. Hij
geeft volop raadgevingen aan de jongeren
en hij in voor een geintje.”
125 Vianen (Ned-Caput) 6.39.10; 126 Tabak
(Ned-Schotte) 6.44.09.
Algemeen klassement: 1 Merckx (Belg-
Driessens) 44.56.39; 2 Zoetemelk (Ned-Sehot-
te) op 36 sec.; 3 Ocana (Sp-De Muer) op 37;
4 Gösta Petterson (Zwe-Martini) op 1,16;
5 Thevenet (Fr-Plaud) op 1,58; 6 Motta (It-
Adorni) op 2,02; 7 Paolini (It-Giganti) op
2,24; 8 Thomas Petterson (Zwe-Martini) op
2,48; 9 Van Impe (Belg-Sablinski) op 2,51;
10 Mortensen (Den-De Muer) op 3,12; 11
Delisle (Fra-Plaud) op 3.34; 12 Van Springel
(Bel-Driessens) op 4,50; 13 Raymond (Fra-
Plaud) op 6,29; 14 Hoger de Vlaeminck (Bel-
Schotte) op 8,44; 15 Van Neste (Bel-Sehotte)
op 8,51; 16 Genty (Fra-De Muer) op 10.01; 17
Agostinho (Po-Geminianl) op 10,22; 16 Van
Schil (Bel-Driessens) op 10,56; 19 Guimard
(Fra-Caput) op 11,13; 20 Tamames (Spa-Mo-
mene) op 11,19; 21 Martinez (Fra-Geminiani)
op 12.20; 22 Zubero (Spa-Langarica) op 12.36;
23 Simonettl (Ita-Martini) op 12.39; 24 Aimar
(Fra-Stablinsk) op 12.50; 25 Genet (Fra-Ca
put) op 12,58; 26 Wagtmans (Ned-Driessens)
op 13,20; 36 Prinsen (Ned-Pellenaars) op 14,08;
48 Karstens (Ned-Pellenaars) op 16,05; 70 Van
der Vleuten (Ned-Pellenaars) op 17,12; 77
Krekels (Ned-Pellenaars) op 18,17; 85 De
Het Franse volk heeft Lucien Aimar
nooit zo op handen gedragen als een Pou-
lidor, hoewel, of juist, omdat Poupou nooit
de Tour heeft gewonnen. „Ik heb de popu
lariteit altijd moeten delen met Poulidor
en Pingeon, maar daar heb ik me weinig
van aangetrokken. Ik houd gewoon van
het wielrennen en ik houd vooral van de
Ronde van Frankrijk. Ik ben ook nog niet
van plan om ermee te stoppen. Als het
even kan, rijd ik nog een paar keer de
Tour mee, wat men er ook van zeggen
mag. Misschien kan ik de jonge Franse
wielergeneratie van dienst zijn, want de
Fransen komen terug.”
Zoetemelk had eerder in de etappe het
bewijs geleverd dat hij zeker van zich
zelf was geweest. Wat gebeurde er name
lijk? Twee keer was er een ontsnapping
met praktisch alle favorieten erbij behalve
Zoetemelk. Was de Nederlandse klimmer
een vreemd begrip voor een jongen uit
het polderdorp Rijpwetering niet be
nauwd geweest toen Merckx met die an
deren wegdraafde en zelfs op een gegeven
moment veertig seconden voorsprong had?
„Welnee, ik had gezien dat Motta er de
eerste keer niet bij was en dus zouden
de Salavarani’s erna toe rijden. En de
tweede keer waren de Petterssohs afwe
zig. Dus toen deden de Ferretti’s het kar
wei.” Dat kan men een riskante onderne
ming noemen, die goed uitpakte. Maar
Wagtmans hard werkend tot onderaan
de top van de Puy de Döme zag er
gewoon in dat Joop Zoetemelk barstens
vol zelfvertrouwen zat: „Als je zoiets durft
te riskeren dan heb je de topvorm. Dan
kan je iedereen aan”. Wagtmans niet
bij de eersten bovenkomend moest
enorm veel werk verzetten in deze rit:
„Het motto was het tempo verschrikkelijk
hoog houden. Nou dan heb je niet zoveel
meer over om naar boven te gaan. Ik heb
dat in mijn eigen tempo gedaan. Dat be
viel me het beste.”
Nog iets over Zoetemelk („Ik voelde
me voor de klim erg nerveus”). De Ne
derlander dook, toen het volk het strijd
toneel verliet op weg naar Clermont Fer
rand, als een eenzame figuur op in de af
daling naar de stad, tussen de wirwar van
auto’s en motoren. Het was een levensge
vaarlijke zaak. Maar Zoetemelk ging flui
tend naar beneden. Toch wel een uiterst
delijk op mijn wiel gereden. Ik had goede
steun aan Van Springel, maar die moest
in het laatste stuk afhaken. Toen moest
ik alles geven. Ik heb me niet geforceerd
om Ocana te verslaan. Ik spaar mijn
krachten liever. Er komen nog veel dagen
in deze Tour.”
ploegenklassement:
Plaud
4 Martini 136.09.46;
de andere kant niet al te druk te maken.
Als je maar een hoog tempo kunt draaien.”
De Fransman, die ineens uit het niets
(de wielerhemel) kwam binnenvallen
men vindt hem voor zijn „jaar” 1966 niet
in de erelijst van de Tour (de eerste 10
plaatsen) en er verder ook weer even
hard uitvloog alleen in 1967 en 1968
werd hij nog zesde en zevende op flinke
achterstand vindt het van de ene kant
moeilijk om belast met de erfenis van het
verleden mee te fietsen, van de andere
kant ook niet. „Sommige mensen eisen ge
woon van je als oud-Tour-winnaar dat je
altijd vooraan te vinden bent, maar er zijn
er ook heel wat die begrijpen dat ik als
30-jarige kansloos ben tegen de jongeren.
Ik rijd nu anders, vanzelfsprekend ik pro
beer nog een etappe te winnen, maar ook
dat is een moeilijke zaak voor me omdat
ik bepaald geen sprinter ben. Misschien
lukt het me in een niet te zware bergrit
met een afdaling dicht bij het einde, dalen
kan ik nog wel”, zegt Aimar zuchtend.
Koning (Ned-Pellenaars) op 20,02; 94 Van
Katwijk (Ned-Pellenaars) op 21,58; 98 Tabak
(Ned-Schotte) op 23,31; 111 Rentmeester
(Ned-Pellenaars) op 29,13; 112 Harings (Ned-
Pellenaars) op 29,18; 114 Benjamins (Ned-
Pellenaars) op 30,42; 118 Vianen (Ned-Caput)
op 32,59.
CLERMONT FERRAND. Het klasse
ment van de verdienste in de Tour per
ploeg ziet er tot aan zondagavond als volgt
uit: 1. Mars-Flandria 12.925,2. Molteni
10.580,3. Goudsmit-Hoff 6.145,4.
Fagor-Mercier 5.685,5. Salvarani
5.000,6. Peugeot f 3,675,7. Sonolor
3.450,—; 8. Ferretti 2.645,—; 9. BIC
1.725,—; 10. Werner ƒ,1.700,—; 11. Hoo
ver 1.300,—; 12. Scic 1.090,—; 13. Kas
600,—.
Inderdaad was Joop Zoetemelk een van
die mannen die lang in het wiel van
Merckx bleven zitten. „Ik verwachtte ge
woon dat Merckx met nog drie kilometer
voor de boeg zou gaan aanvallen. Dan
had ik over hem heen willen gaan. Maar
hij deed het niet. Ik demarreerde op twee
kilometer voor de top om hem te testen,
om te kijken of hij alles wilde geven. Ik
ging hem tenslotte voorbij. Ik vond hem
minder sterk dan in de Dauphiné Liberé,
toen ik hem alleen maar kon volgen en
meer niet. Het is nu ook wel bewezen,
dat wij de groep van de belangrijkste
mannen sterker zijn geworden en dat
Merckx op hetzelfde niveau is gebleven.
Er zitten nu toch wel kansen in lijkt het
en ik mik dan ook vooral op het alge
meen klassement.”
Het tweetal hield elkaar tot aan de
voet van de Puy de Döme gezelschap. Ge
rard Vianen moest Tabak steeds moed
inspreken want hij wilde ermee stoppen.
Vianen: „Ik heb hem dat uit het hoofd
kunnen praten. Ik heb hem verteld dat
hij er later enorme spijt van zou krijgen
als hij nu zou afstappen. Ik heb ook ver
scheidene malen op hem gewacht als het
heel slecht met hem ging. Aan de voet
van de Puy de Döme ben ik weggegaan,
want in een beklimming kun je elkaar
toch niet helpen. Ik ben blij dat ik in ie
der geval op tijd binnen ben. Maar wat
heb ik af gezien van de pijn”.
Tabak zakte bij aankomst bijna in el
kaar. Hij kreeg direct een suikerklontje
met medicijn van de tourarts en werd
per ambulance naar het hotel gebracht.
Daar kon dokter Van de Cavije meldden
dat de griep wel weg was maar dat de
krachten van Tabak wel erg geslonken
waren. Maar hij had toch alle hoop dat
Tabak verder zou kunnen fietsen. En Ta
bak, die bij de beklimming van de Puy
de Döme als laatste man veel last had
gehad van het volk dat over de wegliep
en geen renner meer verwachtte.
Dagploegenklassement: 1 De Muer 19.08.29;
2 Martini 19.08.48; 3 Driessens 19.10.30; 4
Gemlniani 19.10.33; 5 Plaud 19.11.21; 6 Schotte
19.11.33; 13 Pellenaars 19.20.02.
Achtste rit: 1 Ocana (Spa-De Muer) 6.21.10;
2 Zoetemelk (Ned.-Schotte) 6.21.17; 3 Agos
tinho (Por-Geminiani) 6.21.23; 4 Merckx (Bel
-Driessens) 6.21.25; 5 Gösta Pettersson (Zwe-
Martini) 6.21.59; 6 Tamames (Spa-Momene)
6.22.20; 7 Guimard (Fra-Caput) 6.22.25 8
Thevenet (Fra-Plaud) 6.22.31; 9 Motta (Ita-
Adomi) 6.22.47; 10 Paolini (Ita-Giganti)
6 23.02; 11 Tomas Petterson (Zwe-Martini)
6.23.21; 12 Martinez (Fra-Geminiani) z.t.; 13
Van Impe (Bel-Stablinski) 6.23.25; 14 Fran
cioni (Ita-Martini) 6.23.28; 15 Genty (Fra-
De Muer) 6.23.34; 16 Van Neste (Bel-Schotte)
z.t.; 17 Zubero (Spa-Langarica) 6.23.37; 18
Mortensen (Den-De Muer) 6.23.45; 19 Aimar
(Fra-Stablinski) 6.23.31; 20 Delisle (Fra-Plaud)
6.24.07 21 Van Schil (Bel-Driessens) 6.24.16;
22 Mascaro (Spa-Langarica) 6.24.26 23 Galdos
(Spa-Langarica) 6.24.32; 24 Bracke (Bel-
Plaud) 6.24.43; Swets (Bel-Driessens)
6.24.49 32 Prinsen (Ned-Pellenaars) 6.S.09;
37 Van Springel (Bel-Driessens) 6.25.49 46
Wagtmans (Ned-Driessens) 6.26.30 51 Kar
stens (Ned-Pell) 6.26.38 73 Van der Vleuten
(Ned-Pell) 6.28.15; 85 Krekels (Ned-Pell)
6.29.23 93 Van Katwijk (Ned-Pell) 6.30.15;
98 De Koning (Ned-Pell) 6.31.03; 106 Harings
(Ned-Pell) 6.32.31; 113 Rentmeester (Ned-
Pell) 6.34.24; 114 Benjamins (Ned-Pell) 6.34.25;
De jagers achter Merckx hadden in de
klim onafgesproken de juiste tactiek
toegepast. Om beurten werd er gede
marreerd. Zoetemelk: „Toen Ocana weg
ging dacht ik: zo Eddy nu moet je weer
je tanden op elkaar zetten, doe je best
maar. Op het laatst vond ik het toch tijd
om hem voorbij te steken. Zoetemelk, vol
zelfvertrouwen en rap pratend, was een
van de weinigen die snel recupereerde.
Hij was het frist van alle groten aan de
Neem bijvoorbeeld
een Motta. Hij lag uitgeteld over zijn fiets.
Neem een Van Impe. Het Belgische klim-
mertje was door krampen geplaagd en
kwam teleurgesteld en zwaar hijgend de
top opgekropen. „De laatste kilometer kon
ik niet meer. Mijn benen waren geblok-
Voor de kleinere mannen was er slechts
de gruwel van het afzien en het verlies
van kracht èn vele minuten. Zoals Wim
Prinsen treurde niet: „Ik heb weer veel
één punt op de kleinere bultjes gepakt
te licht werd bevonden. „Ik kreeg in de
laatste kilometers overal last van: zere te
nen, brandende voeten. Ik had niets meer
te drinken en dan ook nog het feit, dat
anderen zoals Bracke wel geduwd werden
naar boven en ik niet. Dat ontmoedigt je
wel. Misschien ben ik wat te overmoedig
begonnen. De Koning zei nog: doe toch
wat rustiger aan anders forceer je je. Maar
Prinsen treuerde niet: „Ik heb weer veel
ervaring opgedaan. Zoetemelk had me al
gezegd: in zo’n grote klim kom je het eer
ste jaar op het einde lucht tekort. Dat had
ik ook.”
Gerben Karstens was wel zo slim om
zijn eigen strijdplan uit te stippelen. Het
gaat hem er tenslotte om de groene trui
in zijn bezit te houden. „Ik ken mijn
kwaliteiten. Ik weet dat ik niet bij de
eerste vijftien op de Puy de Dome boven
kom. En alleen bij de eerste vijftien krijg
je punten. Ik wist dat Roger de Vlaeminck
met zijn blessure ook niet bij die vijftien
zou zijn. Het was alleen een tegenvaller
dat Guimard zo goed klom. Hij werd toch
zevende. Dat wordt nu mijn gevaarlijkste
man.” En over ervaring gesproken. Kars
tens had allerlei zielige gezichten getrok
ken bij de klim. „Dan krijgen de mensen
medelijden en duwen ze je omhoog.
toch wel erg dwars. Na de gloriejaren
Bobet en Anquetil kwamen de magere
jaren waarin Aimar en Pingeon nog enige
fleur aan de Franse zaak gaven. Er werden
en worden nog acties op touw gezet door
de wielerbond door oud-renners en jour
nalisten om de zaak weer een duwtje in
de goede richting te geven, maar de oor-
zaa kweet men natuurlijk wel: de Franse
coureurs zijn te week.
Maurice de Muer, ploegleider van Bic,
kijkt dan ook begerig naar de Belgen.
Daar wordt nog afgezien, daar is compe
titie, daar wordt gewerkt.” Maar er zijn
toch een paar lichtpuntjes verschenen voor
de Fransen, jonge renners als Hezard en
Santy, ze zijn niet in de Tour omdat ze nog
te weinig inhoud hebben, hebben toe
komst. Lucien Aimar gaat zelfs zo ver door
te veronderstellen dat Hezard over een
jaar of drie als hij zich zo ontwikkelt als
nu wel eens een potentiële tour-winnaar
zou kunnen zijn. Aimar: „De Fransen ko
men terug.”
Op het ogenblik ziet hij in Zoetemelk,
Van Impe en Ocana de grote rivalen van
Merckx. Zelf kan hij er niets meer aan
doen. „Ik heb mijn goede tijd gehad. Ik
heb zeven jaar als prof gefietst en ik wil
nu nog maar wat doorgaan, maar ik heb
geen pretenties meer.” Op welke plaats ik
denk te eindigen in dez Tour. Ik zal blij
zijn als ik nummer 20 ben in Parijs. Ik
heb de pech gehad, dat ik in Mulhouse na
de eerste etappe door een auto aangereden
werd. Ik had daardoor de kracht niet
door de pijn in mijn borst om mee te
gaan met de beslissende ontsnapping. Ik
was praktisch de enige van naam met
Bracke, die ook door die auto geraakt
werd, die niet bij de 15 zat.” Maar Aimar
tobt daar niet meer over. „Ik kan me ge
makkelijk bij dit soort tegenslagen neer
leggen.” Aimar, de knecht, is een redelijk
Lucien Aimar, die het prettig vindt dat
er dan toch nog wel buitenlandse belang
stelling voor hem is, is van mening dat de
stijl van rijden sterk veranderd is. „Ik heb
de periode AnquetilJanssen meegemaakt
en nu de periode Merckx, toen werd er
aanvallender gereden en was alles toch
wel spectaculairder dacht ik. Maar nu
wordt de koers volkomen geblokkeerd
door de Molteni-renners van Merckx,
want wegkomen is nu veel moeilijker. Als
Puntenklassement: 1 Karstens 89 pnt.; z
Roger de Vlaeminck 87; 3 Guimard 86; 4
Leman 72; 5 Godefroot 66; 6 Merckx 55; 7
Guerra en Wagtmans 46; 9 Genet 44; 10
Reybroeck 40: 15 Zoetemelk 28.
Bergklassement: 1 Zoetemelk 94; 2 Van
Impe 74; 3 Motta. Merckx en Agostinho 28;
6 Brueyere 27.
136.03.39; 2 Plaud 136.04.15;
136.07.15; 4 Martini 136.09.46;
136.10.02; 6 Stablinski 136.24.11;
136.45.12.
Het beslissende moment in de rit van gisteren. Joop Zoetemelk rijdt Agostinho en Merckx (net niet meer zichtbaar) los
op de flanken van de Puy de Döme.
keerd. Maar ik blijf vechten voor het
bergklassement. Over twee jaar komt mijn
tijd misschien wel om een Tour te win
nen.”
1 Schotte
3 Driessens
5 De Muer
13 Pellenaars
die vanuit de mist naast
hem opdook. „Ik viel even stil, toen
Agostinho eraan kwam. Ik moest
even herstellen. Dat kostte me een eindstreep gekomen,
paar seconden. Ik bleef even hangen”.
Brik Schotte, zijn ploegleider, viel
Zoetemelk, toen hij over de streep
was gegleden daarover aan: „Je had
eerder moeten demarreren dan had
je gewonnen”. Schotte was kwaad,
ondanks de toch geweldige prestatie
van de Nederlander. Zoetemelk, die
nu tweede staat in het algemeen klas
sement, haalde er zijn schouders over
op. „Ik had Ocana niet meer kunnen
kloppen, af”.
En Merckx, de grote verslagene van
deze klauterpartij tegen de Puy de Dome?
„Ik maak er geen drama van. Dit is een
speciale berg, die plotseling opduikt en
het uiterste vraagt in een lange explosie.
Ik was ook geen honderd percent vandaag.
Laat ik eerlijk zijn: het tijdverschil met
Ocana en Zoetemelk viel me mee. Ik houd
de gele trui, voilé”.
De Tour 1971 heeft na deze slopende
etappe, die een lange aanloop had van
ruim 200 kilometer met wat lichte celle
tjes aan het begin en een col van de derde
categorie, voordat de Puy de Döme drei
gend opdook, een bijzonder boeiend ge
zicht gekregen. Het blijkt nu dat Eddy
Merckx toch wel te verslaan moet zijn.
Dat is de grote winst van deze rit. De
Belgische kampioenissimo heeft wel een
verklaring voor zijn voor zijn doen slech
te resultaat: „Ik heb in de aanloop veel
werk verzet en in de klim werd er dui-
/WWVVVVWWVVVVVVVVVVVVVVVVVVWVVVVVVVWVVVVVVVVVVVVVVVVVVVV\^^
1K0m
CUCHERON
ST-ÉTIENNE Cöte fterlaud I I
St-André"™^’/^/
Serriére^^-^*i g
1H5m 1325m POKTE
PORTE
-CUCHERON-r—
Berland A
■1000-CroóTX
Bayard
-5°°
CLERMONT FERRAND. Voor Tino
Tabak heeft het maar heel weinig ge
scheeld of hij was uit de Tour verdwe
nen. De blonde coureur was zondagavond
ineens doodziek geworden. Hij had 39
graden koorts en de eigen arts van
Mars Flandria, dr. Van de Cavije con
stateerde dat Tabak griep had. Hij kreeg
medicamenten natuurlijk maar het was
wel duidelijk dat het een martelgang
voor de Nederlander zou worden naar
Clermont Ferrand. Na een uur al kwam
het bericht door Tabak achterraakte op
het peloton. Hij kreeg daar wat later ge
zelschap van een andere Nederlander,
Gerard Vianen, die veel pijn had van de
valpartij van zondag. Zijn hoofdwond
was zondagavond in het ziekenhuis ge
hecht.
ste stuk van de klim uiteraard een
slagen man. Hij zakte daardoor weg naar
de veertiende plaats in het algemeen
klassement.
Ook Benjamins was een slachtoffer van
de bewuste valpartij. Hij moest onder
weg ook de dokter laten komen om hem
iets te geven om de pijn in de pols te la
ten verdoven. Kortom, er werd heel wat
afgeleden gisteren in het rennersveld.
1
-1500-
Crand-Bois
■vv»-'
:S<:
ft' -
A c
X
J