Indonesische en Nederlandse kerken
hielden beraad in Driebergen
Geen vrijblijvende zaak
MILIEUZORG ALS TAAK VAN DE KERK
Zigeuner-manifestatie
Den Haag
Handtekeningenactie
van Kath. Jeugdraad
Geweld op de beeldbuis
voor Raad van kerken”
Conferenties Oud Poelgeest
in
Vormen van
samenwerking
bij
Akkoord met staat
gewijzigd in
Hongarije
Nieuw Ruimzicht
Veranderingen
Reorganisatie in de
kerk van Schotland
12
ZATERDAG 17 JULI 1971
Erbij
beraad en handelen zullen worden gebruikt.
Gevangenen
Zuld-Molukkers
Ontwikkelings-
samenwerking
I
Een delegatie van de Indonesische raad van kerken DGI, en de Indonesi
sche r.-k. bisschoppen en een afvaardiging van de Raad van Kerken in
Nederland hebben gezamenlijk overlegd over zaken van belang voor de
verstandhouding tussen de kerken en de bevolking in beide landen. Tij
dens dit beraad, op Hydepark in Driebergen gehouden, is gesproken over
vraagstukken betreffende ontwikkelingssamenwerking, de politieke ge
vangenen in Indonesië en de in Nederland verblijvende en van de Mo-
lukken afkomstige ex-KNIL-militairen en hun nakomelingen. De ge
sprekspartners in Driebergen bereikten een aantal conclusies inzake de
aangesneden moeilijke vraagstukken, welke als uitgangspunt voor verder
99
PROF. VERKUYL
''VV''V”WV'~VVVVWVV'''‘’''VVW''WWVV''V''VV«'~V'^^
De conferentie, die wordt gehouden in
ZVVVWVVVVWVVWVVVVVVVVVVVVVVVVVVVWWWWWWWWWWWWWWWVWWW^/W\^<WWWWV
de
WWVVVWVVVWVVVVWVWVVWWV\AAZVWWW
Zj
i
MET EEN GROOT kampvuur op het
Malieveld in Den Haag wordt zondag
avond 25 juli een kleurrijk godsdienstig
feest besloten: een vierdaagse interna
tionale conferentie van evangelische zi
geuners.
r
In Driebergen werd er waardering
voor geuit dat de Nederlandse regering
bijzondere aandacht besteedt aan hulp
aan Indonesië en werd de hoop op be
stendiging ervan uitgesproken. De bij
eenkomst plaatste in het algemeen de
kanttekening, dat ontwikkelingssamen
werking alleen effect zal sorteren bij het
tot stand komen van rechtvaardige han-
delsverhoudingen. De regeringen wor
den opgeroepen daartoe bij te dragen.
De conferentie onderstreepte de wen
selijkheid van een verruiming van de
medefinanciering in het kader van ont
wikkelingshulp door de regering aan
projecten van kerken en organisaties.
vende zaak kunnen zijn, verzekerde dr.
A. Kruyswijk, de voorzitter van de raad
ons. Het belang van het meeleven en de
toezeggingen van Nederlandse kant is af
te meten aan het feit, dat de Neder
landse raad van kerken als enige ter
wereld leidinggevende personen uit de
aangesloten kerken omvat. Afdelingen
voor werelddiakonaat van meer dan
een van de leden-kerken zegden in Drie
bergen reeds geld toe voor uitvoering
van onderdelen van de genoemde aan
bevelingen en taken.
Wat betreft het vraagstuk van de po
litieke gevangenen in Indonesië ten ge
volge van de staatsgreep in 1965 was
het Driebergse beraad zich bewust van
het historische proces, dat tot dit pro
bleem heeft geleid.
De consultatie sprak zich uit voor een
versnelde afhandeling van de tot nu
toe nog zo trage berechting van de ge
vangenen, eventueel door het instellen
van extra gerechtshoven in verband met
de overbelasting van de bestaande ge
rechtshoven. Hierdoor zou dan ook bin
nen afzienbare tijd vrijlating kunnen
worden bereikt van mensen die al die
jaren op onvoldoende rechtsgronden
worden vastgehouden.
Voorts werd bevordering varf de her
integratie van de vrijkomende gevan
genen en hun gezinnen in de Indonesi
sche maatschappij bepleit.
Ook verklaarden de gesprekspartners
zich bereid de Indonesische regering te
helpen bij de verzorging van de ge
vangenen op materieel en geestelijk ter
rein.
Op initiatief van de sectie voor so
ciale vragen van de landelijke raad
van kerken en de stichting centrum
milieuzorg, is op het vormingscentrum
Oud Poelgeest te Oegstgeest een con
ferentie over milieuzorg gehouden. Het
conferentiethema was: „Milieuzorg, ook
een taak van de kerk?” Het meren
deel van de deelnemers werd beves
tigd in de overtuiging, dat het vraagte
ken achter dit thema een uitroepteken
dient te zijn. De kerken zullen zich ook
actief dienen bezig te houden met de
toenemende problematiek rond de zor
gen voor het milieu.
De handtekeningenactie welke
Katholieke Jeugdraad voor Nederland
in de afgelopen weken heeft gevoerd
ter ondersteuning van de kandidatuur
van mgr. Helder Camara voor de No
belprijs voor de Vrede 1971 heeft tot
nu toe reeds meer dan 14.000 handte
keningen opgeleverd.
De lijsten met de duizenden handteke-
ter. Ter conferentie werd gesteld: wan
neer we op het terrein van de milieu
zorg verder willen komen is een ande
re relatie tussen mens en natuur nood
zakelijk. Daarin kan de theologie een
bijdrage leveren. Het ligt in de bedoe
ling dat deze nota via de sectie voor
sociale vragen wordt aangeboden aan
de raad van kerken ter verstrekking
aan de priesters en predikanten van
de aangesloten kerken.
Een andere suggestie van de confe
rentie aan de sectie betrof de vraag
of een interkerkelijke landelijke werk
groep voor de milieuzorg en het milieu
beheer niet noodzakelijk wordt, dit met
het oog op de mentaliteitsverandering
binnen de kerken.
Bij de sectie voor sociale vragen is
er op aangedrongen zich op korte ter
mijn in het bijzonder met de milieu
zorg bezig te houden en te bevorderen,
dat. het grondvlak van de kerken, met
name de plaatselijke predikanten en
priesters, informatie wordt verstrekt,
nodig om het vraagstuk gefundeerd on
der de aandacht van de gemeenteleden
te kunnen brengen.
De conferentie was een eerste aanzet
tot gemeenschappelijk handelen van de
genoemde sectie, van de Raad van
kerken in Nederland en van de Stich
ting centrum milieuzorg, gevestigd in
Amsterdam. De stichting is in april
1970 tot stand gekomen in aansluiting
op voorlichting verzorgd door veront
ruste vrouwen, die de zorgwekkende
milieuverontreiniging wilden tegengaan
Deze overheidssteun wordt nu nog al
leen toegekend voor investering in ge
bouwen en de inrichting daarvan, zie
kenhuizen, scholen enz. Investering in
de opleiding van het personeel dat de
projecten heeft uit te voeren in en van
uit die gebouwen is echter ook noodza
kelijk. Tevens werd aangedrongen op
snellere afhandeling in Den Haag van
bij de regering ingediende aanvragen
om ontwikkelingsgelden.
Voorts deed het beraad ook gedetail-
keerde aanbevelingen inzake particu
liere investeringen ten gunste van be
vordering van de werkgelegenheid in
Indonesië, rechtvaardige verdeling van
de baten en de groei van een zelfstan
dig Indonesisch bedrijfsleven. Kerkelij
ke ontwikkelingsprojecten zouden niet
exclusief op een r.k. of prot. groep maar
op het nut van heel de samenleving
gericht moeten zijn, met mogelijke deel
name van islamieten en anderen in het
bestuur ervan, en met inpassing in de
regeringsopbouwprogramma’s.
De gesprekspartners zegden toe in
eigen kring te zullen werken aan ver
betering van de voorlichting en daar
mee van de verstandhouding tussen bei
de volkeren.
Het gaat niet aan zonder meer de te
levisie aansprakelijk te stellen voor de
uiting van agressie. Een gewelddadige
film heeft inderdaad een agressiever-
hogend effect, ntaar een niet geweld-
dige film ook, zij het in mindere mate.
Wat zijn dan de factoren die bepaalde
kinderen gevoeliger maken voor een
gewelddadige film dan anderen? Is het
vormvastheid met betrekking tot agres
sie? Ligt het in het sociaal milieu waar
uit het kind stamt? Zijn het de kijkge
woonten?
Dit staat in een bij Boekencentrum
n.v. te ’s-Gravenhage uitgegeven rap
portje „Geweld op de beeldbuis”, tot
stand gekomen onder auspiciën van de
hervormde raad voor overheid en sa
menleving, met medewerking van het
Nederlands instituut voor preventieve
geneeskunde.
De synode van de Kerk van Schot
land heeft een rapport aangenomen, dat
radicale veranderingen bepleit in de or
ganisatie van het kerkelijk leven. Het
dringt, met name voor kleine, zwakke
gemeenten aan op samenwerking in
grotere verbanden, waardoor mankracht
en geld doelmatiger kunnen worden
besteed. Zendingsvelden, die in onze
tijd de hoogste prioriteit moeten heb
ben zijn, aldus het rapport, de indu
strie, de wereld van radio en televisie,
de politiek en het onderwijs.
Typerend voor de merkwaardige po
sitie van de Schotse kerk in het maat
schappelijk leven was dat de synode
zich uitsprak tegen deelname van En
geland aan de EEG. Verworpen werd
een voorstel geen geld meer uit te ge
ven voor kerkelijk werk in Zuid-Afrika
om daarmee de afkeuring van de
apartheidspolitiek tot uitdrukking te
brengen.
In Hongarije mag niemand in een
kerkelijke functie gekozen of benoemd
worden zonder goedkeuring van de
staat. Dit is een verordening uit 1957.
Hierin is, zo meldt de Hongaarse Ker
kelijke Persdienst, thans in zoverre ver
andering gebracht, dat voor minder
belangrijke benoemingen voortaan geen
toestemming meer nodig is. Voor de
hoogste kerkelijke ambten blijft echter
een goedkeuring nodig van het presi
dium van de Hongaarse Volksrepu
bliek.
Dan is er een categorie „middenfunc-
tles”, waarvoor nieuw-gekozenen of be
noemden alleen maar hoeven te wor
den aangemeld. Hoort men binnen 15
dagen niets van het staats-bureau voor
kerkelijke zaken dan mag men uit dit
zwijgen afleiden dat de benoeming is
goedgekeurd.
Zij die benoemd of gekozen worden
zijn verplicht een eed af te leggen ten
overstaan van de president van de
Hongaarse Volksrepubliek, of bij lage
re functies bij minder belangrijke auto
riteiten. Volgens de Hongaarse Kerke
lijke Persdienst is deze nieuwe rege
ling te danken aan „de goede verhou
ding tussen kerk en staat”. Wat de eed
inhoudt, wordt niet vermeld.
De regeling is enerzijds ondertekend
door staatssecretaris Miklos, presi
dent van het bureau voor kerkelijke
zaken en anderzijds door de lutherse,
de rooms-katholieke en gereformeerde
bisschoppen van het land en door de
president van de joodse gemeenschap
in Hongarije. Voor de gereformeerde
kerk tekende bisschop Bartha van Bu
dapest, voorzitter van de synode.
„Nieuw Ruimzicht”, uitgaande van
de vereniging „Hervormd Opleidings
centrum,” HOC te Doorn, verkeert in
een proces van veranderingen. De laat
ste jaren is het aantal gymnasiumleer
lingen afgenomen en de jonge genera
tie (12-15 jaar) verdween geheel uit het
internaat. Verruiming van de toelating
tot de theologische studie leidde tot de
komst van meer „staatsexaminandi”
(HBS-ers en anderen, die ter voorbe
reiding op de universitaire studie de
benodigde aanvullende vooropleiding
volgen) en de gemiddelde leeftijd van
de Ruimzichtenaar steeg snel tot 18, 19
jaar. Sfeer en regime op Nieuw Ruim
zicht veranderen het internaat in veel
eer een „leef- en werkgemeenschap.”
In de ledenvergadering werden twee
studenten opgenomen enzovoorts.
De ontwikkelingen hebben ook veran
deringen in de leiding met zich mee
gebracht. Verenigingsvoorzitter mr.
drs. P. Lantermans zegt daarvan in het
jongste nummer van „Nieuw Ruim
zicht”: „In dienst van het HOC werken
twee predikanten: ds. D. J. Karres als
predikant-directeur van Nieuw Ruim
zicht. Naarmate tengevolge van boven
geschetste ontwikkelingen het werk op
Ruimzicht alsmede de Ruimzichtenaren
meer en meer betrokken werden bij het
geheel (het HOC) werd de taakverde
ling, de samenwerking in goed organi
satorisch verband een probleem.
Nadat hierover een deskundige was
geraadpleegd en verschillende mogelijk
heden en plannen waren besproken heeft
de ledenvergadering in haar bijeen
komst in mei 1971 besloten aan drs.
Wolfensberger te verzoeken de leiding
op zich te nemen van het gehele sa
menwerkingsverband, omvattende het
werk op Ruimzicht en onder de stu
denten en alle daarmede verbonden
werkzaamheden; het zoeken van nieuwe
wegen en nieuwe mogelijkheden voor
de opleiding van predikanten zal daar
in een belangrijk deel van zijn werk
uitmaken.
Aan ds. Karres zal de gelegenheid
worden geboden zich meer dan tot nu
toe te kunnen toeleggen op studie en
onderzoek op het ruime terrein van de
(veranderde?) plaats en taak van de
predikant in de kerk. Dit alles even
eens ten dienste van de opleiding of be
geleiding van predikanten.”
Het rapport, opgesteld door twee so-
ciaal-psychologen, gaat over de invloed
van het kijken naar tv-uitzendingen
met een gewelddadig karakter op het
gedrag, speciaal dat van kinderen. An
ders gezegd: worden kinderen van het
kijken naar gewelddadige films op de
televisie agressiever dan wanneer zij
naar iets anders kijken? Deze veron
derstelling is immers in ons dagelijks
spraakgebruik bijna onaangevochten:
gewelddadige tv-programma’s hebben
een kwalijke invloed op onze kinderen,
zij leren er maar verkeerde dingen
van. De verontrusting over het peil van
tv-programma’s komt dan ook herhaal
delijk naar voren in de ingezonden
brieven aan dag- en weekbladen. Men
stelt dan ook vaak, dat gewelddadige
programma’s een negatief effect op de
volksgezondheid hebben.
Deze overwegingen waren in april
1968 aanleiding voor de kerkeraad van
de hervormde gemeente te Emmen
(Dr) om aan het moderamen van de
ningen zullen samen met de door de
Wereldfederatie Katholek Jeugdwerk
overal in de wereld verzamelde hand
tekeningen worden aangeboden aan het
Nobel-prijsfonds in Stockholm.
Verbonden met deze internationale
actie voor Dom Helder Camara heeft
de KJR onder de Nederlandse jongeren
tevens een handtekeningenactie gevoerd
om kracht bij te zetten aan een
aantal binnenlandse politieke eisen met
betrekking tot vredesbevordering en
ontwikkelingssamenwerking.
Deze actie heeft ongeveer 3.000 hand
tekeningen opgeleverd, welke met een
toelichtend bezorgd schrijven zijn bij
minister-president Biesheuvel.
De eisen luiden:
1. Vredesbevordering en ontwikke
lingssamenwerking moeten een geïnte
greerd onderdeel uitmaken van het on-
derwi j s-programma.
2. De overheid moet subsidie verle
nen aan organisaties, die het bewust
wordingsproces voor de internationale
politiek bevorderen.
3. De overheid moet het Nederlands
Instituut voor Vredesvraagstukken in
staat stellen zijn werk verder uit te
breiden.
4. De ontwikkelingshulp uit overheids
middelen moet in 1975 zijn gestegen tot
2 percent.
5. Deze hulp moet worden toegespitst
op een beperkt aantal landen.
6. Nederland zou kunnen bevorderen
dat er een begin wordt gemaakt met
een grootscheeps internationaal onder
zoek naar de inhoud van de meest wen
selijke produktieverdeling in de wereld.
De samenkomsten zijn ook voor an
dere zigeuners toegankelijk. In de mee
tings speelt een zigeunerorkest, getui
gen deelnemers aan de conferentie van
hun geloof in Christus en wordt gebe
den voor genezing van zieken.
Elke morgen om 8 uur komen de zi
geuners bij elkaar om gezamenlijk te
bidden. Ook Nederlandse gelovigen zijn
daarbij welkom. Voor Nederland heeft
de Haagse evangelist John Maasbach
zijn kantoor beschikbaar gesteld als
contactadres voor de conferentie (Apel-
doornselaan 2, tel. 070-635929).
De Mission Tzigane Evangélique heeft
haar hoofdkwartier, met daaraan ver
bonden een opleiding van evangelisten,
in Choux, bij Parijs. De organisatie
kwam voort uit een soort geestelijk ré
veil dat in het begin van de vijftiger
jaren ontstond onder de zigeuners in
Frankrijk. In 1962 werd de zoon van
een zigeunerin, mevrouw Reinhard, van
een volgens zijn doktoren ongeneeslijke
ziekte genezen, nadat een voorganger
van een kleine pinkstergemeente voor
hem had gebeden. Het gevolg was dat
talrijke zigeuners zich bekeerden en
zich (naar in pinksterkringen gebruike
lijk is: door onderdompeling) liet do
pen. Van Frankrijk uit verspreidde de
beweging zich naar andere Europese
landen.
Toen ds. Ie Cossec met de beweging
in aanraking kwam, besloot hij zich in
het vervolg volledig in te zetten voor
het pastorale werk onder de zwerven
de christenen. In 1952 doopte hij de eer
ste zigeuner.
Volgens hem zijn er sinds die tijd
alleen al in Frankrijk meer dan tien
duizend gedoopt. Naar schatting heb
ben de zigeuners nu ongeveer 200 uit
hun midden voortgekomen reizende
predikers, van wie er velen op het Ma
lieveld het woord zullen voeren. In de
de mammoet-tent, begint op 22 juli. Men
verwacht dat vele honderden zigeuner-
gezinnen met hun woonwagens naar de
residentie komen. Het evenement is een
activiteit van de Mission Tzigane
Evangélique, een door de Franse ds.
Clement le Cossec gestichte organisa
tie, die tot de pinksterbeweging moet
worden gerekend. De tent, waarin elke
dag om 3 uur ’s middags en 8 uur
's avonds meetings worden gehouden,
is fonkelnieuw en zal in de eerste
avondmeeting (22 juli) officieel wor
den ingewijd.
De Indonesische delegatie omvatte
onder anderen de DGI-voorzitters, dr.
T. B. Simatupang en dr. P. D. Latuiha-
mallo, de internationaal vermaarde ju
rist mr. Yap Thiam Hien en prof. drs.
Lo S. H. Ginting, de r.k. vertegenwoor
diger. Van de kant van de Nederlandse
raad van kerken namen onder meer
aan het beraad deel de voorzitter dr.
A. Kruyswijk, praeses van de gere
formeerde generale synode, vice-voor-
zitter mgr. H. C. A. Ernst, r.k. bis
schop van Breda, mgr. M. Kok, oud-
katholiek aartsbisschop van Utrecht,
secretaris prof. dr. H. A. M. Fiolet,
ds. F. H. Landsman, secretaris-gene-
raal van de hervormde kerk en mr.
J. Mommersteeg, een van de afgevaar
digden van de r.k. kerk.
Onder de Nederlandse adviseurs was
mevr. dr. M. Klompé, demissionair mi
nister van CRM, als privé persoon aan
wezig vanwege haar persoonlijke be
langstelling voor de aanhangige proble
men. De werkvergaderingen werden
voorgezeten door drs. H. Bootsma, al
gemeen secretaris van de hervormde
raad voor de zending; prof. dr. J. Ver-
kuyl fungeerde als vice-voorzitter.
Tijdens het Driebergse beraad zijn
ook mogelijke aanzetten tot een uitein
delijke oplossing van het vraagstuk van
de Zuidmolukkers in ons land naar vo
ren gebracht. Enkele punten daaruit vol
gen hieronder.
Het verdient aanbeveling voor groepen
belangstellenden vanuit Nederland goed
kope oriëntatiereizen naar Indonesië
mogelijk te maken.
Aspirant repatrianten dient een goe
de voorlichting te worden geboden in
zake de te verwachten ontvangst en in
tegratie in de Indonesische samenleving.
Wie daadwerkelijk terugkeert uitein
delijk wellicht ruim 3.000 personen, om
streeks tien percent van de Zuidmoluk
kers in ons land zal zich ook zijner
zijds moeten willen en gaan inzetten
voor de opbouw van Indonesië.
Ouderen, die hun levensavond in In
donesië willen slijten moet de mogelijk
heid daartoe worden geboden met in-
grip van uitkering in Indonesië van de
Nederlandse pensioenen, AOW en AWW.
Er zal begrip moeten worden opge
bracht voor daden en houding van de
Molukse jongeren, die desgewenst ge
holpen moeten worden hun plaats en
taak in Nederland te zien en tot inte
gratie te komen.
De Molukse kerk in ons land verdient
steun, met name bij de vorming van
voorgangers.
Een commissie zal voor de uitwer
king van de aanbevelingen gaan zorgen
in samenwerking met de Indonesische
en de Nederlandse raad van kerken
en met de Molukse kerk in ons land.
Mogelijk dit najaar nog start een op
leiding van 30 mensen tot hulpprediker
voor deze laatste kerk.
Het beraad in Driebergen is niet bui
ten de Zuidmolukkers om gevoerd. Dr.
P. D. Latuihamallo, zelf van de Mo-
lukken afkomstig, is eerder naar Ne
derland gekomen. Hij trok ons land
door en raadpleegde tal van Zuidmo
lukkers in hun woonplaatsen en woon
oorden, in onder meer Assen, Culem-
borg en Leerdam.
Het beraad zal voor de Nederlandse
Raad van kerken beslist geen vrijblij-
diensten wordt Frans en Nederlands ge
sproken.
Zojuist is van de pers gekomen de 2e
druk van de brochure „Wonderen onder
de zigeuners”, verkrijgbaar a 2.50 bij
het „Bijbelhuis”, Apeldoornselaan 2,
Den Haag.
De gemeenschappelijke werkgroep
van de Wereldraad van kerken en de
Roomskatholieke kerk heeft besloten
tot een uitvoerige studie van de vormen
van samenwerking tussen rooms-katho-
lieken en andere christenen op plaatse
lijk, regionaal en landelijk vlak.
Het plan deze studie te beginnen vloeit
voort uit de toenemende samenwerking
tussen rooms-katholieken en anderen
in verschillende landen op lokaal en
nationaal nivea, speciaal binnen raden
en kerken. Het is de bedoeling bij deze
studie aandacht te schenken aan de
theologische, pastorale en organisatori
sche aspecten van die samenwerking
als ook te bestuderen hoe de samen
werking „bij kan dragen aan de ont
wikkeling van de gehele oecumenische
beweging”. Aansluiting van „Rome”
als lid-kerk bij de wereldraad ziet ook
deze gezamenlijke werkgroep nog niet
in het directe verschiet. De werkgroep
is van mening dat de r.k. kerk zal moe
ten beslissen over eventuele aansluiting
en sprak haar waardering uit voor de
bestudering van de vraag, die hier ligt,
binnen de r.k. kerk.
De stichting richtte in de zomer 1970
in Amsterdam een informatie- en docu-
mentatiebureau in ter bevordering van
een grotere „milieubewustheid” bij het
Nederlandse volk.
Aan de tweedaagse conferentie in
Oegstgeest werd deelgenomen door een
zeer heterogene groep uit de economi
sche en de natuurwetenschappelijke
sector en overwegend uit verschillen
de takken van gespecialiseerd kerkelijk
werk: industriepredikanten en -pries
ters. die vanuit hun werkterrein met
de milieuzorg geconfronteerd worden.
Ook waren enkele geïnteresseerde
ambtsdragers en gemeenteleden aan
wezig.
De eerste dag is besteed aan infor
matie. Drs. J. B. Opschoor, econoom
en medewerker aan het instituut voor
milieuvraagstukken van de Vrije Uni-
versiteit en prof. dr. M. F. Mörzer
Bruyns, hoogleraar natuurbehoud en
beheer te Wageningen gaven een in
zicht in de ernst van de situatie en we
zen ook een zekere richting voor de
aanpak van het probleem.
Op de tweede dag werd onder meer
een nota over theologische achtergron
den besproken, gemaakt door de werk
groep Atomium. Deze werkgroep, be
staande uit beoefenaars van natuur
wetenschappen en enkele theologen, be
ziet het milieuprobleem zo fundamen
teel mogelijk, onder meer wat betreft
de biologische en theologische aspec-
hervormde synode te vragen of de kerk
zich niet tot de overheid en/of de om-
roepinstanties moet wenden om haar
bezorgdheid over het peil der program
ma’s tot uitdrukking te brengen. De
kerkeraad was van mening dat zich
een brutalisering en verruwing van ons
levensbeeld voltrekt, waarbij sommige
radio- en tv-programma’s een helpende
hand bieden.
De raad voor de zaken van overheid
en samenleving kreeg deze brief van
het moderamen der synode ter afhan
deling toegezonden. De raad nam con
tact op met omroepdeskundigen, waar
bij bleek dat NCRV en VARA gaarne
wilden meewerken. De gevormde com
missie van vertegenwoordigers van de
hervormde kerk en van NCRV en
VARA adviseerde een onderzoek te la
ten instellen door drs. T. Fris, die bij
het Nederlands Instituut voor preventie
ve geneeskunde te Leiden reeds bezig
was met een onderzoek naar agressie.
Het ministerie van CRM verleende sub
sidie voor dit onderzoek, dat werd ver
richt onder twee groepen jongens in de
leeftijd van 13 tot 14 jaar.
Uit het onderzoek kwamen als con
clusies dat er bij de eerste groep (24
jongens uit een Leids clubhuis) geen
zichtbaar verschil was in agressie tus
sen hen die wel en hen die niet een
agressieve film hadden gezien. Daaren
tegen wel een stijging van agressie
naarmate het onderzoeksexperiment
vorderde en dit veroorzaakt werd door
groepsinvloed.
Bij de tweede groep (34 padvinders
uit Leiden) kwam geen volgorde-effect,
maar juist wel een zichtbaar verschil
in die zin dat de meeste agressie ver
toond werd na de gewelddadige film,
minder na de niet-gewelddadige film
en het minst door degenen, die hele
maal geen film hadden gezien.
De vragen die het onderzoek heeft
opgeworpen, zijn even zovele aanzetten
voor verder onderzoek, aldus het rap
port. Het gaat hier trouwens ook om
het eerste onderzoek dat in Nederland
naar deze effecten onder jeugdigen is
verricht. In elk geval heeft het aange
toond dat niet zonder meer gesteld mag
worden dat het vertonen van agressieve
films op tv een verhoging van de agres
sie bij de Nederlandse bevolking in
het bijzonder bij de Nederlandse jeugd,
ten gevolge heeft, hoewel ook het te
gendeel niet is bewezen. In zoverre
moeten wij leren wat voorzichtiger te
worden met generaliserende uitspraken
ten aanzien van de geestelijke volksge
zondheid, wanneer de televisie in het
geding is, aldus het rapport.
De onweerlegbare waarde van dit on
derzoek is naar de mening van de raad
voor overheid en samenleving dat het
aanspoort tot verder en diepergaand
onderzoek. Wij laten in het midden
wie dit ter hand zou moeten nemen.
Het lijkt niet verantwoord hier als Ne
derlandse Hervormde Kerk het initia
tief toe te nemen.
Immers hierbij is een grote mate van
onderzoektechnische deskundigheid
vereist. Bovendien zou het onderzoek
enkele jaren vergen. Beter ware hier
bij te denken aan de universiteiten of
ook de omroeporganisaties zelve. De
Nederlandse Hervormde Kerk heeft
hier een probleem gesignaleerd maar
laat het nu aan de competente instan
ties over om met dit initiatief verder te
werken, aldus de raad voor overheid
en samenwerking.