Jacques Anquetil: „Joop
week profiteur geworden
Pellenaars maakte zijn coureurs te bang
OP DE CIJFERTOUR
Zoetemelk is na eerste
I
Z 4
eZLW
f Jï
9
8
UITZONDERING
TEGENVALLERS
MAANDAG 19 JULI 1971
oo
ca
99
CO
Teleurstelling
“TB
1
LxJ
wwwwwwwwwwwwwwwwwvx/vwxa/vv -
LaU
MERCKX BLIJFT ONDANKS ZEGE TWIJFELEN
in
a-
veel individueel gekoerst.’
Ie
rf
is
Zoetemelk, (links) en Van Impe konden het zich zaterdag al permitteren om met Merckx rustig aan te doen.
A/vvwvvvvvvvvvvvvvwvvvvwvvvvvvvwvvvvwvvvvvvvvwvvvvvvvvv^^
PARIJS Behalve Eddy Merckx
heeft ook Kees Pellenaars in deze
Tour zyn aureool moeten afleggen.
Voor het begin van dit wielerseizoen,
toen hij met de Goudsmit-Hoffploeg
de weg op ging zei Pellenaars, dat hij
meer te verliezen had dan de renners.
Wel, de oranje-coureurs hebben ste
vig teleurgesteld. En dus is het geen
best jaar voor de Pel geweest, die van
deze Tour meer had verwacht. „,Ik
had betere prestaties willen hebben.
Ik kon niet gokken op het algemeen
i
s
l
64.
79.
81
82.
92.
Ned-Pellenaars
Ned-Pellenaars
Ned-Pellenaars
(Ned-Pellenaars)
(Ned-Pellenaars)
Pellenaars mijmert verder: „Het is een
heel zware tour geweest. Misschien heeft
dat de jongens af geschrikt. Misschien ook
hebben ze er niet goed aan gedaan door te
verklaren dat wie de Tour niet zou uitrij
den niet zou mogen koersen tot en met
17 juli. Het kan zijn dat ze daarom op ze
ker gespeeld hebben en geen enkel risico
genomen hebben.” (de zege van Krekels
de plaats in de Tour prachtig, maar als
je de kans hebt om de Tour te winnen
moet je die ook grijpen. Op dat punt viel
Zoetemelk tegen.
bewijst dat. Nu de Limburger Parijs wist
te halen, durfde hij wel naar voren te gaan
en te knokken).
Pellehaars laat zijn renners de revue
passeren. Voor Van der Vleuten de lof,
voor Karstens weinig goede woorden. En
de anderen: „Prinsen heeft dit seizoen te
veel gedaan. Het is te zwaar voor hem
geweest. De Koning is me ontzettend te
gengevallen. Hij speelde bij de amateurs
een hoofdrol en hier had hij het moeilijk.
Hij is wel een goede jongen met karakter.
Maar qua prestaties had ik meer van hem
verwacht. Krekels is gewoon zelf moe van
het hakken, het schudden wat hij doet
(Pellenaars zei dit voordat Krekels een
Zoetemelk, die er een hekel aan heeft
de hele dag aan het zelfde wiel te zitten
in dit geval van Merckx of Van Impe
had een verdeelde en zwakke ploeg rond
zich. Schotte, ploegleider van Mars-Flan-
dria, gokte op een gegeven moment op
alle klassementen: gele trui, groene trui,
witte trui, algemeen klassement en het
klassement voor de sprint. Dat kon na
tuurlijk niet. Zoetemelk is daar voor een
deel de dupe van geworden en al zegt hij
dan „je moet het toch allemaal zelf doen”
hij weet maar al te goed, dat dat niet juist
is. Hij liet het tijdens de Ronde ook wel
doorschemeren. In het begin werd dat een
strijdpunt rond Tino Tabak, van wie men
gewoon te veel geëist heeft en die uitgeput
uit de Tour verdween. Nu, in Parijs, gaf
Zoetemelk toe: „Ik ben niet bepaald ge
lukkig geweest met deze ploeg. Er is te-
Zou hij in een Nederlandse ploeg willen
rijden? „Als het een goede Nederlandse
ploeg is, waarom dan niet?” En Zoetemelk
die wat moeilijker in de omgang gewor
den is, zegt nogmaals: „Ik heb toch geen
slechte Tour gereden? Vorig jaar had ik
en niemand ooit gedacht dat ik als tweede
zou eindigen. Nu hoopte ik het alleen
maar. Dit jaar was het veel zwaarder. Ik
kon niet beter.”
n
Ie
te
ie
n,
ie
rd
H.
e-
id
3e
re
ie
se
in
ie
n.
jn
te
e-
h
e
n
n
st
ie
:r
e,
ar
it
PARIJS De Tour-1971 is een
boeiende, spectaculaire en ook belang
rijke ronde geweest. De Tour is een
keerpunt geworden in het wielrennen
van de laatste jaren. Het is natuurlijk
jammer, dat Luis Ocana nooit heeft
kunnen bewyzen dat hij Merckx in
de Tour definitief kon verslaan, maar
hij heeft wel bewezen, dat Eddy
Merckx de periode, dat hij alles kon
grijpen wat hij maar wilde, achter
zich heeft gelaten. Merckx is kwets
baar geworden. Hij is niet de alles
dicterende wielervorst meer, al blijft
hij voorlopig toch nog wel de com
pleetste en beste renner, die er rond
fietst. Merckx zelf had zijn grote
twijfels of hü de Tour zonder die fa
tale val van Ocana die hij meer
betreurde dan wie ook als triom
fator in Parijs beëindigd zou hebben.
klassement. Daar had ik geen ren
ners voor. Over het geheel genomen
is de ploeg me tegengevallen. Wij
hebben alleen maar uitrijders gehad,
meer niet, geen knokkers”.
Pellenaars heeft volkomen gelijk, als hij
dat als een van de grote oorzaken aanwijst.
Hij heeft de zaak op dat punt verkeerd
aangepakt, wellicht door de angst om in
het begin geen man over te houden. Nu
de Tour is afgelopen, zegt de Brabander:
„Aan uitrijders heb je niet veel. Dat is
mijn tactiek niet. Ik was liever met drie
man in Parijs aangekomen, als er dan
door de anderen ook maar voor prestaties
gezorgd was, die tot de massa spraken.”
Dat is in tegenspraak met zijn pogingen
van de eerste week zo veel mogelijk man
nen in de Tour te houden.
Meer nog dan Van der Vleuten, die als
beste van de Goudsmit-ploeg eindigde,
heeft Gerben Karstens voor publiciteit ge
zorgd, met name in de eerste week, toen
Zoetemelk zal zeker naar een anders op
gezette ploeg gaan uitzien. Het ziet er naar
uit dat Roger de Vlaeminck en Eric Le
man naar een Italiaanse ploeg zullen ver
huizen. Aan Zoetemelk wordt ook getrok
ken, door Italianen en Fransen. Sonolor
wil graag met Flandria samengaan. Het
hangt er ook vanaf of Mars doorgaat.
Daar wordt deze week over beslist. Flan
dria wil Zoetemelk graag houden, maar
een eis van de Nederlander is dat Schotte
dan geen ploegleider meer is.
den en ik wat minder. Van Impe is een
man, die zich helemaal alleen maar
op de Tour concentreert. Dat is zijn eni
ge koers, waarvoor hij zich helemaal in
zet.” Zou dat dan ook niet iets voor Zoe
temelk zijn? „Nee, ik ben daar te avon
tuurlijk voor. Ik wil die andere rondes
ook wel rijden. Klassiekers zijn anders.
Daar zou ik er wel wat minder van kun
nen doen in het voorjaar, als het nog
koud is.”
Nu wilde Zoetemelk de buitenwacht la
ten zien, dat hij ook aanvallend kon rijden.
Hij deed dat ook in de eerste week, maar
daarna zakte hij weg, juist op het mo
ment, dat Merckx het kwetsbaarst was,
in de rit naar Orcières, waar Ocana de
Belg vernietigend versloeg en op 9 mi
nuten zette. Anquetil was dan ook niet
mals met zijn kritiek: „Zoetemelk is na
de eerste week een profiteur geworden.”
Zoetemelk had zich voor de Tour al af
gevraagd, of hij drie weken net zo sterk
kon rijden als in de Midi-Libre. Het ant
woord is nu bekend: hij mist toch nog de
punch van de gulden kampioen. Noel Foré
de tweede man in de Mars-Flandria ploeg
die nog steeds zoals vorig jaar een stille
Joop Zoetemelk zelf wilde niet toegeven
dat hij teleurgesteld was. „Natuurlijk
had ik graag het bergklassement gewon
nen. In het begin leek het er ook wel in
te zitten, want toen reed ik sterker dan
Van Impe, maar hij is beter gaan rij-
De Nederlander heeft tijdens de Ronde
ook nog woorden gehad met de ploegarts,
die aanvankelijk geen contact op wilde
nemen met Zoetemelk’s sportarts Rolink
in Velsen. Dat kwam de vorm en het hu
meur van Zoetemelk dan ook niet ten goe
de.
Pellenaars heeft een uitzondering in zijn
ploeg gevonden: Jos van der Vleuten, de
man die hij een week voor de start van de
Tour aan zijn equipe toevoegde, nadat hij
eerst gezegd had: wat moet ik met De
Vleut? Pellenaars verklaart de wonderlij
ke prestatie van Van der Vleuten als
volgt: „De Vleut heeft een soort honger-
periode gehad. Hij verdiende praktisch
niets als beroepsrenner bij Gazelle. Dat
heb ik hem tijdens de Tour ook nog wel
eens voorgehouden. Hij vocht zich door de
moeilijkheden heen. Ik heb het speciaal
beloofd. Ik heb De Vleut na de rit naar
Bordeaux een envelop met 500 gulden in
de hand gestopt. Ik waardeer knokkers.”
Wagtmans heeft een voortreffelijke Tour
gereden. Hij wist nu eenmaal dat hij een
heel andere rol dan voorgaande jaren zou
moeten spelen in het Tour-gebeuren. Hij
droeg enkele uren de gele trui en won een
etappe. Bovendien leverde hij veel specta
culaire prestaties, zoals in de rit naar
Marseille. Hij mag zeker als een van de
beste, zo niet dè beste helper van Merckx
beschouwd worden. De Belgische vedette
was dan ook zeer tevreden over de steun,
die hij van de Nederlander heeft gehad.
Wagtmans, die aan het einde van dit sei
zoen vrij is, kan nog niets zeggen over
zjn plannen voor volgend jaar. Hij is wel
aan het praten en onderhandelen. Wagt
mans is een veelgevraagd renner. Dat is
zeker.
Zoetemelk „ik heb alles gegeven wat
ik had, ik heb mijn best gedaan, klaar”
heeft na wat praten en discussiëren wel
een rede tevoorschijn gespit. „Ik denk
dat ik in het begin te agressief heb ge
koerst. Ik wilde laten zien dan ik wèl aan
vallend kan rijden. Dat verwijt van vorig
jaar zat me dwars. Maar ik heb in het
tweede deel van de Tour de gevolgen on
dervonden van het agressieve rijden. Maar
ik heb daar geen spijt van.
het enfant terrible van Pellenaars (men
herinnerde zich de ruzie vlak voor de
Tour, toen Karstens zijn excuses moest
aanbieden) een rit won en de groene trui
droeg. Maar Pellenaars, die Karstens vol
gend jaar per se niet meer in zijn equipe
wil hebben, wil daar ook weinig van we
ten. „Karstens reed in de Ronde van Span
je en Zwitserland ook in de bergen sterk.
Maar vanaf Clermont Ferrand heeft hij
zijn groene trui niet meer verdedigd. Hij
is geen man voor de Tour. Hij denkt in
het grote spel mee te spelen, een vedette
te zijn. Maar dat is hij niet”.
Maar Karstens heeft toch de zaak voor
Goudsmit publicitair (en financieel voor
de andere renners) voor een groot deel
geréd? Pellenaars: „Ik stel de sport boven
al en dan pas de publiciteit anders zou ik
wel clowns of Jan Klaassens kunnen aan
trekken. Als de prestaties goed zijn, komt
de publiciteit vanzelf wel.”
Niet te ontkennen valt echter, dat Kars
tens de eerste anderhalve week erg sterk
reed en behalve zijn etappe-overwinning
ook nog twee maal tweede, een keer vier
de en een keer vijfde werd. De zaak is,
dat Karstens constant op voet van oorlog
leefde met Pellenaars. De Pel verweet hem
dat hij de geest in de ploeg verziekte.
Pellenaars wil volgend jaar natuurlijk een
een betere ploeg. „Ik heb met Wagtmans
gepraat. Met Joop Zoetemelk nog niet.
Daar heb ik mee gewacht tot na de Tour.
Ik zou graag alle goede Nederlandse ren
ners bij elkaar hebben. Financieel kan dat
geen bezwaren opleveren.”
Voor Joop Zoetemelk is deze Tour toch
wel op een grote teleurstelling uitgelopen.
Hij heeft gefaald zijn grote kans te grij
pen. Gezien zijn verrichtingen in het voor
seizoen en met name in etappewedstrij-
den als de Ronde van Spanje en de Midi-
Libre, waar hij met Merckx op praktisch
gelijke voet duelleerde en het bergklasse
ment won, had hij nu een plotseling weg
glijdende Merckx voorbij moeten steken,
zoals Ocana dat gedaan heeft. Maar, ge
bleken is, dat Zoetemelk (nog) niet vol
doende inhoud heeft om een volledige Tour
de France te beheersen. Vorig jaar had
hij gelijk, dat hij als jonge coureur de
kans pakte om als tweede achter Merckx
te eindigen in een defensief gereden ron
de.
Zoetemelk, een van de grote tegenstan
ders van Merckx, die het gevecht
Merckx-Ocana van dichtbij meemaakte
in de rit naar Luchon, waar de Belg zijn
„laatste” aanval lanceerde op de Span
jaard, is overtuigd in zijn mening, dat
Ocana de Tour gewonnen zou hebben.
„Ocana zou Merckx in die etappe naar
huis gereden hebben. Hij reed zo ge
makkelijk en pareerde speels elke de
marrage van Merckx. In de bergrit
naar Super Bagnères zou hij Merckx,
die Thevenet niet eens kon houden, op
nog grotere achterstand hebben gezet.”
Merckx heeft in de laatste week zoveel
mogelijk van zijn verloren prestige willen
herstellen. Hij greep de leiding in de drie
persoonlijke klassementen: de gele trui,
de groene trui en de witte trui van het ge
combineerde klassement. Interesseerde hij
zich anders nooit zo voor die groene trui,
nu eigende hij zich ook dat kledingstuk
toe. Merckx, die al na de Midi-Libre aan
zichzelf twijfelde, zo bekent hij nu, ge
looft dat hij in zijn prof-jaren teveel ge
daan heeft. „Als ik wat meer rust neem
word ik wel weer de oude.” De vraag is
of Merckx ook „ouderwets” blijft rijden
of dat hij ook naar het beproefde wapen
van de combine gaat grijpen.
etappe won, Red.). Van Ger Harings had ik
nooit gedacht, dat hij de Tour zou uitrij
den. Hij is verschrikkelijk speels. Henk
Benjamins is te week om een Ronde van
Frankrijk te rijden. Hij kan wel hard fiet
sen, maar hij voelt alle pijntjes. Rent
meester blijft met zijn been sukkelen. Hij
heeft nu eenmaal in zijn hoofd gezet, dat
de spieren in zijn goed geraakte been niet
goed willen functioneren. Van Harry
Steevens is het hele gedoe met zijn knie
bekend. Van Katwijk kun je als een soort
Wim van Est beschouwen, maar het komt
er niet uit. Hij is geen goede voor een
ploeg. Hij lacht nooit.”
Negentiende etappe:
1. Krekels (Ned-Pellenaars) 5.21,6 (met
bon. 5.20,46); 2. Guimard (Fra-Caput) z.t.
(5.20,56); 3. Danguillaume (Fra-Plaud) z.t.
(5.21.01); 4. Francioni (Ita-Martini) z.t.; 5.
Wagtmans (Ned-Driessens) z.t.; 6. V. Sprin-
gel (Bel-Driessens) z.t.- 7. Armani (It-Gi-
ganti) z.t.; 8. Stevens Bel-Driessens) z.t.; 9.
Van Schil Bel-Driessensz.t.; 10. Agosthlnho
(Por-Geminlani) z.t.; 11. Genty (Fr-De Muer)
5.21,11; 12. Hoban (GB-Stablinski) z.t.; 13.
Karstens (Ned-Pellenaars) 5.21,36; 14. Nassen
(Bel-Schotte) z.t.; 15. Teirlinck (Bel-Sta-
blinski) z.t.; 16. Prinsen (Ned-Pellenaars) z.t.;
17. Lopez-Rodriguez (Sp-Momene) z.t.; 18.
Wolfshohl (Wdl-Caput) z.t.; 19. Huysmans
(Bel-Driessens) z.t.; 20. Pella (It-Giganti) z.t.;
27. Harings (Ned-Pellenaars) z.t.; 28. Van
Katwijk (Ned-Pellenaars) /z.t.; 38. Benja
mins (Ned-Pellenaars) 5.21,36; 51. Zoetemelk
(Ned-Schotte) z.t.; 58. De Koning (Ned-Pelle
naars) z.t.; 86. Van der Vleuten (Ned-Pelle
naars) z.t.
Twintigste etappe (tijdrit):
1. Merckx (Belg-Driessens) 1.10.32 (gem.
47.765 km/u); 2. Agostinho (Port-Geminiani)
1.13.08,4; 3. Wagtmans (Ned-Driessens)
1.13.24,9; 4. Bracke (Belg-Plaud) 1.13.36,5; 5.
Swerts (Belg-Driessens) 1.13.47,5; 6. Van
Springel (Belg-Driessens) 1.13.58; 7. Van
Schil (Belg-Driessens) 1.14.35,4; 8. Zoetemelk
(Ned-Schotte) 1.14.38,4; 9. Guimard (Fr-
Caput) 1.14.41,4; 10. Jimenez (Sp-Langarica)
1.14.44,5; 11. Thevenet (Fr-Plaud) 1.15.08,5;
12. Genet (Fr-Caput 1.15.18,5; 13. Grosskost
(Fr-De Muer) 1.15.27,7; 14. Simonetti (It-Mar-
tini) 1.15.28; 15. Vercelli (It-Giganti) 1.15.33;
16. Santamarina (Spa-Momene) 1.15.35,4; 17.
ZX.U.U1111 «t.üo,iu, jus. rciiciiacuc i».
Giganti 295.42,33.
Eindstand puntenklassement:
1. Merckx 202 pnt.; 2. Guimard 186; 3.
Karstens 107; 4. Wagtmans 97; 5. Zoetemelk
93; 6. Leman 82; 7. Krekels 81; 8. Danguil
laume 71; 9. Van Impe 64; 10. Agostinho 63;
11. Thevenet 60; 12. Van Springel 60; 13.
Genet 60; 14. Francioni 55; 15. Guerra 46; 16.
Simonetti 44; 17. Vannsste 42; 18. Van der
Vleuten 40; 19. Van den Berghe 40; 20. Ar
mani 39.
strijd met Schotte voert om het ploeglei-
derschap, betwijfelt sterk of Zoetemelk
wel ooit de Ronde zal kunnen winnen: „Ik
vraag me af, of hij er fysiek sterk genoeg
voor is.” Na de veelbelovende eerste week
heeft Zoetemelk er zich toe bepaald in de
buurt van Merckx en Van Impe te blij
ven, hetgeen niet kon voorkomen, dat
Merckx nog enkele malen forse winst op
Zoetemelk kon pakken. En ook dat is een
teken aan de wand. Natuurlijk is een twee-
Natuurlijk kwam Pellenaars weer terug
op het punt van de „Caballero-ziekte”: „Ze
durven zich geen pijn te doen. Ze hebben
het te gemakkelijk gehad”. Aan de andere
kant zegt de Pel: „Deze Tour is voor deze
ploeg te zwaar geweest. Of ze hebben er
te moeilijk tegenaan gekeken.” En Pelle
naars geeft als zijn wens voor de toekomst:
„Ik hoop nog eens een ploeg te krijgen,
waarmee ik het ploegenklassement kan
winnen. Dat vind ik het aantrekkelijkste
en de meest haalbare kaart.” Daarmee
geeft Pellenaars bloot dat hij nog steeds
denkt in de tijd van de landenploegen.
Toen vond men dat aan het thuisfront
prachtig: een Nederlands team wint het
ploegenklassement. Maar de Tour is een
merkenkoers geworden en een behang-
ploeg is dan ook gevoelsmatig geen Ne
derlandse ploeg meer. Men kijkt en ze
ker niet alleen in Nederland naar de
gele trui en niets anders. Het ploegenklas
sement is een aardige bijkomstigheid,
meer niet (en de Goudsmit-Hoff-ploeg
eindigde als twaalfde).
Blijft tenslotte nog het feit, dat Pelle
naars altijd geroepen heeft: „geef mij die
renners van Caballero en ik maak er
heel wat beters van” Het is Pellenaars ze
ker niet gelukt om dat waar te maken. Hij
moest het hebben van Karstens en Van
der Vleuten, de renners van de oude stem
pel. Het ligt namelijk niet aan de ploeg
leiders of aan de manier van betalen maar
aan de renners zelf. Dat is het grote punt.”
Pellenaars heeft dit nu ook pijnlijk erva
ren.
Strijdlustlgste renner van de hele tour:
Luis Ocana (eerste prijs ƒ3300,5
E/vVVVVVVVVVVVVVVvVVVVVVVVVVVVVVVVVVVV'A/VVVVVVVVVVVVVWVVVVVVtAA/VtAA/VVVV'A/VVVVVWVVVVVVVVVVVWVVV^
Pellenaars heeft een heel ander ren-
nerspatroon teruggevonden dan hij ge
wend was. „De tourmentaliteit van de ren
ners is veel veranderd. Ze worden te vee)
in de watten gelegd.” De Pel heeft dit jaar
als zijn oriënterende periode gezien. „Ik
heb mijn ogen goed de kost gegeven. Ik
heb tegen de renners gezegd: „Jullie kun
nen rijden wat je wilt of niet wilt, ik weet
wat ik het volgend jaar ga doen.”
1.17.28,0;
1.18.33,0:
1.19.35,3;
1.21.30,4;
1.21.41,0;
1.21.42,4;
1.24.37,0.
Eindklassement
1. Merckx (Belg-Driessens) 96.45,14; 2.
Zoetemelk (Ned-Schotte) op 9,51; 3. Van
Impe (Belg-Stablinski) op 11,06; 4. Thevenet
(Fr-Plaud) op 15,18; 5. Agostinho (Port-Ge-
miniani) op 21,00; 6. Mortensen (Den-De
Muer) op 21,38; 7. Guimard (Fr-Caput) op
22,59 8. Labourdette (Fr-De Muer) op 30,07;
9. Aimar (Fr-Stablinski) op 32,45; 10. Lopez
Carril (Sp-Langarica) op 36,00; 11. Galdos
(Sp-Langarica) op 41,59; 12. Mori (It-Adornl)
op 47.44: 13. Martos (Sp-Momene) op 48.13;
14. Van Springel (Bel-Driessens) op 48.20; 15.
Tamanes (Sp-Momene) op 48.49; 16. Wagt
mans (Ned-Driessens) op 52.50; 17. Letort
(Fr-De Muer) op 57.33; 18. Danguillaume
(Fr-Plaud) op 59.11; 19. Simonetti (It-Mar-
tini) op 1.03.06 20. Dumont (Fr-Plaud) op
1.03.49; 21. Van Schil (Belg-Driessens) op
1.08.28 22. Schleck (Lux-De Muer) op 1.09.29;
23. Perin (Fr-Caput) op 1.10.19; 24. Santa
marina (Sp-Momene) op 1.10.28; 25. Crepaldi
(It-Adomi) op 1.11.30; 30. Van der Vleuten
(Ned-Pellenaars) op 1.17.49; 49. Krekels (Ned.
Pellenaars) op 1.42.02 59. Prinsens (Ned-Pel-
lenaars) op 1.49,26 63. Karstens (Ned-Pelle-
Mortensen (Den-De Muer) 1.15.38,7; 18. Genty
(Bel-Muer) 1.15.40,8; 19. Danguillaume (Fra-
Plaud) 1.15.57,4; 20. Van Impe (Bel-Stablins-
ki) 1.16.00,2; 31. Van der Vleuten (Ned-Pelle-
naars) 1.17.02,6; 40. Krekels (Ned-Pellenaars)
53. Van Katwijk (Ned-Pellenaars)
Prinsen
Karstens
De Koning
Benjamins
Harings
naars) op 1.51,36; 74. De Koning (Ned-Pelle-
naars) op 2.07,48; 80. Benjamins (Ned-Pelle
naars) op 2.14,56; 82. Harings (Ned.Pelle-
naars) op 2.25,12; 87. Van Katwijk (Ned-Pel-
lenaars) op 2.41,37.
Ploegenklassement negentiende etappe:
1. Driessens 16.03,16; 2. Pellenaars (Kre
kels, Karstens, Prinsen) 16.04,18; 3. Capui z.t.;
4. Geminiani z.t.; 5. Giganti en Martini z.t.
Ploegenklassement twintigste etappe:
1. Driessens (Merckx, Wagtmans, Swerts)
3.37,43 2. Plaud 3.44,41; 3. De Muer 3.46,45;
13. Pellenaars (Van der Vleuten, Krekels,
Van Katwijk) 3.53,03.
Eindploe genklassement
1. De Muer 292.01,40 2. Driessens 292.22,00;
3. Plaud 292.33,19 4. Stablinski 292.58,12; 5.
Martini 293.24,11; 6. Langarica 293.37,19 7.
Momene 293.53,14 8. Caput 293.56,48; 9.
Schotte 294.12,12; 10. Geminiani 294.14,51; 11.
Adomi 294.38,18; 12. Pellenaars 295.30,25; 13.
Lib
X
