A ccentversch uiving in de werkzaamheden van Amsterdamse hulptrainer Michels maakte zich zorgen over te grote algemene ontwikkeling van de onderwijzer Ki 22 Ik hoef van Kovacs geen Michels te maken Kater? Positie Carrière Zwaar seizoen Jammer B? 1 DINSDAG 10 AUGUSTUS 1971 23 Niettemin kan pas getrouwde Arie Haan (hij gaat in de Bijlmer meer wonen) reeds op 22-jarige leeftijd terugzien op een reeks er varingen in het topvoetbal, waar van de meeste spelers alleen maar kunnen dromen. Het (voorlopige?) hoogtepunt in zijn loopbaan als broodvoetballer bereikte Haan op 2 juni van dit jaar. Toen drong zijn naam voor de eerste maal door tot voetbalfans buiten Nederlands grenzen. In de tweede helft van de Europese bekerfinale tegen Pana- thinaikos mocht Haan zijn capaci teiten tonen voor het front van tientallen miljoenen t.v.-kijkers. En alsof dat nog niet voldoende was, scoorde Haan (met hulp van een’ Griekse verdediger) Ajax’ tweede doelpunt, waarmee het wanhopige verzet van de Grieken definitief werd gebroken. s 1 k .f HAN GRIJZENHOUT NAUWER BIJ AJAX BETROKKEN DAN OOIT ARIE HAAN EEN DENKERTJE Bij het bereiken van een vaste plaats in het A-elftal is enig fortuin onont beerlijk. Haan: „Me moet ook veel ge luk hebben met die dingen. Als je door een club voor veel geld wordt aange trokken, kun je er zeker van zijn dat je ook snel een kans krijgt. Vergeleken met Johan Neeskens ben ik voor een schijntje naar Ajax gekomen. Neeskens mocht zich dan ook meteen waarma ken en die kans heeft hij met beide handen aangegrepen. Maar de goedko pere jongens moeten langer wachten voor ze zo’n kans krijgen.” krijgen. Als het bij Ajax kwakkelen blijft, zou ik daarom bijvoorbeeld best naar FC Groningen willen. Ik ben toch vast van plan om te zijner tijd naar het noorden terug te keren.” Ook voor menige speler zal het grote consequenties hebben dat er een nieu we bewindvoerder aan de macht is ge komen. Haan: Kovacs weet erg wei nig over ons. Hij kent de namen van Cruyff en Keizer en hij zal ook nog weten dat ik in Londen een doelpunt heb gemaakt, wat dan weer voordelig voor mij kan zijn. Maar daarmea houdt heeft bij Ajax, is te veel om op te noemen.” AMSTERDAM Toen de Ajax-leiding voor de allesbehalve eenvoudige taak stond om een capabele opvolger te contracteren voor de scheidende Rinus Michels, stond diens 38-jarige assistent, hulptrainer Han Grtfzen- hout, hoog genoteerd op het lijstje van serieuze gegadigden. Grijzenhout ambieerde de functie ook wel. Hij voelde zich na twee jaar (als opvolger van de naar Vitesse vertrokken Cor Brom) in de schaduw van Michels gewerkt te hebben voldoende capabel en genoeg vertrouwd met de men taliteit van de vaak lastige vedetten van het Europese topvoetbalbedrjjf Ajax, om de uitdaging te accepteren. Daarom was het bestuur van Ajax ook erg blij dat Grijzenhout toen Kovacs eenmaal was aangesteld zich niet „gepasseerd” voelde en zich bereid verklaarde om de Roemeen in de voor hem vooral zo moeilijke beginperiode te steunen waar dat maar mogelijk was. Men realiseerde zich namelijk terdege dat Grijzen hout, die uitgerekend is meegegroeid in een periode dat de successen reeks van de Amsterdamse club in een steeds spectaculairder stroomver snelling raakte, één van de weinigen was die volledig in staat zou zijn om Kovacs aan té tonen welke mogelijkheden de Europa-cuphouders wel bezitten. het ook op. Alle spelers zullen zich weer volledig moeten waarmaken voor Kovacs.” Arie Haan gelooft echter niet in een grote terugval: „Ik denk dat de instel ling van de spelers daarvoor te profes sioneel is. Stel bijvoorbeeld dat de nieu we trainer niet voor zijn taak berekend is. In dat geval zijn wij heus wel pro fessioneel genoeg om daarvan geen mis bruik te maken. Integendeel, dan zullen we zeggen: we doen het zelf wel.” Arie Haan laat overigens wel blijken hoe belangrijk Johan Cruyff voor het elftal is: „Als hij was weggegaan, dan zouden we het wel verschrikkelijk moeilijk hebben gekregen. Maar ik heb nooit geloofd dat Johan zou vertrek ken: hij heeft het spel alleen goed ge speeld.” Menige Ajax-aanhanger ziet momen teel de toekomst van zijn club somber tegemoet. Nu de roes inmiddels is uit geslapen, lijkt „de kater” op de loer te liggen. De sombere profeten verwijzen triest naar de recentie wijzigingen in de ploeg: Rijnders en Vasovic verdwe nen en een nieuwe trainer. Bovendien zijn daar nog de blessures van Suur- bier en Krol. Gryzenhout krijgt het erg druk de ko mende maanden. Hij zal meer worden ingeschakeld bij competitie- en Europa- cupwedstrijden. Het is een bekroning van het groeien naar een zekere positie bij Ajax, die zes jaar geleden begon als hulpoefenmeester in de avonduren. Daarna kwam Grijzenhout in vaste dienst en toen werd hij assistent van Michels, een periode die door hem als „bijzonder leerzaam” wordt gekwalifi ceerd. Michels heeft vooral het laatste jaar veel gedelegeerd aan Grjjzenhout. Het B-elftai, de opleiding van de jeugd, scouting en analyseren waren enige punten die er voor zorgden dat Grij zenhout zich niet hoefde af te vragen hoe hij zijn tijd door moest brengen. Het is een verantwoordelijkheid waar over Grijzenhout nu bedenkt: „Het Is niet mijn taak om van deze man een Michels te maken. Kovacs is een ander persoon en heeft dus ook een een an dere inbreng. De spelers verwachtten ook geen trainer die een imitatie van Michels is. Tijdens ons trainingskamp hebben wij veel met elkaar gesproken. Over tactiek. Ook over iedere speler waarbij alle positieve en negatieve kan ten zjjn doorgelicht. Bovendien is er veel gepraat over de concepten die Ajax doorgaans voetbalt en die wij in belangrijke wedstrijden hebben gespeeld Wat mij onmiddellijk wel opviel is dat Kovacs het allemaal erg snel door had. Al na een paar oefenwedstrijden had hij zich verrassend goed georiënteerd. Zjjn bezwaar tegen het oefenprogram ma was dat wij op maandag zijn begon nen met trainen en dinsdag al de eerste wedstrijd moesten spelen. Wedstrijden die voor hem erg belangrijk waren en daarom had hij wat meer respijt willen hebben. Het oefenprogramma dat nog grotendeels door Michels was opge steld vertoonde ook weinig verande ring ten opzichte van het vorig jaar. Toen lag de situatie echter anders. Toen was het meteen aan de bak. Dat kon ook. Nu ben je door allerlei omstandig heden min of meer opnieuw in een op bouwfase beland”. Toch voorziet Grijzenhout voor de toe komst geen al te grote problemen. Het is ook voor hem een belangrijke zaak dat Ajax geen terugslag ondervindt want door de accentverschuiving van zijn werkzaamheden voelt hij zich nau wer bij de zaak betrokken dan ooit. Grij zenhout: „Zeker qua spelconcept zal er de komende seizoenen bij Ajax niet veel veranderen. De afgelopen jaren zijn de spelers enorm naar elkaar toegegroeid. Iedere speler is er zich van bewust dat het voor Kovacs niet meevalt. Het vraagt ook een zekere dosis zelfdiscipli ne van het eerste elftal om deze over gangsperiode te overbruggen. De spe lers zullen het tenslotte zelf moeten doen. Met hun begrip voor de situatie en met hun capaciteiten moet continue ring van de successen toch mogelijk zijn”. Ondanks zijn provinciale afkomst voelt Haan zich volledig geaccepteerd door de Amsterdamse Ajacieden. „Na tuurlijk Word je wel eens gejend. Als je maar voetballen kunt, dan word je wel geaccepteerd. Cruyff vertelde mij dat hij tegen Fadrhonc heeft gezegd, „geef Haan eens een kans in Jong Oranje”. Uit zoiets blijkt dat men ver trouwen in je heeft.” Volgend jaar mei komt Arie Haan, momenteel in Naarden gelegerd, uit militaire dienst. Hij krijgt veel mede werking van zijn superieuren en zal zich daarom in de nabije toekomst vol op kunnen wijden aan de zwakkere punten in zijn spel. „Ik moet verdedi gend sterker worden, beter leren tackelen. Een verder wil ik er alles aan doen om mijn schot weer te laten terugkomen. Ik heb vroeger een heel goed schot gehad, maar de laatste tijd kwam ik er nauwelijks aan toe.” Vooral het werken op internationaal niveau is één van de redenen dat Grij- zzenhout wiens contract aan het ein de van dit seizoen afloopt niet snel geneigd is om te besluiten van club te veranderen, hoewel het voor hem geen punt is dat hij mettertijd Ajax zoals de zaken nu liggen nog wel eens zal ver laten. Grijzenhout bedenkt hierover: „Ik heb geen haast. Maar op een ge geven moment wil je als trainer toch je eigen ideeën wel eens in praktijk brengen. De rem is dat ik hier een enorm goede baan heb. Mijn werk zaamheden bij Ajax bestrijken alle fa cetten van het trainersvak. Je kunt hier je vak optimaal beoefenen. Als ik met een jeugdelftal van Ajax naar Ita lië ga om deel te nemen aan een sterk bezet internationaal jeugdtoernooi dan krijg ik een betrouwbare opgave van de kracht van het internationale voet bal. Die „jongetjes” zijn namelijk wel de voetballers van morgen. Zelfs daar mee verkeer je als trainer bij Ajax in een bevoorrechte positie. Als ik naar AZ zou gaan en er zou geen geld zijn voor analyseren, voor scouting of voor andere zaken dan zou ik mij toch niet zo prettig voelen denk ik. Als je Ajax gewend bent dan is een gewone club zonder meer een stap terug”. Twee maanden na die grandioze be levenis in het immense Wembley-sta- dlon weegt Haan zorgvuldig zijn kan sen voor het komende seizoen. Hij doet dat met een nuchterheid die niet veel voetballers eigen is. Hetgeen ove rigens niet zo verwonderlijk is, want Haans verstandelijke vermogens mogen evenmin als zijn voetbalcapaciteiten onderschat worden. Een veeleisende werkgever als topclub Ajax kon hem er niet van weerhouden om zo snel mogelijk zijn maatschappelijke toe komst veilig te stellen via de hoofd akte voor onderwijzer. Het is allemaal nog toekomstmu ziek. De realiteit voor Grijzenhout be staat uit een opnieuw voor Ajax zwaar seizoen waarbij de eerste Europacup- tegenstander, het Oostduitse Dynamo Dresen, als bijzonder zwaar moet wor den gezien. Ondanks het feit dat Ajax evenals Feijenoord trouwens ge plaatst was ontmoet het al in de ou verture een geduchte tegenstander. Grijzenhout: „Dynamo kun je wel enigszins vergelijken met Ajax. Een betrekkelijk jonge ploeg die de laatste jaren naar een indrukwekkende top is gegroeid. Als je de Oostduitse voetbal- beker wint en je wordt landskam pioen, waarbij je elftallen als Vor- warts Berlin en Carl Zeiss Jena op zes en acht punten achterstand speelt, dan moet je toch echt wel iets kun nen”. Ook Grijzenhout onderkent ech ter dat succes en geld verdienen in de huidige topvoetballerij inharent aan elkaar zijn. Tegen die achtergrond moeten de prijs- en geldbewuste voet ballers van Ajax toch als favoriet wor den gezien. Ondanks problemen in de achterhoede waar naast het wegvallen van Rijnders en Vasovic (voorlopig) ook nog Krol en Suurbier moeten wor den gemist Met die harde kanten van het pro fessionele voetballeven is Arie Haan al vaker in botsing gekomen. Na twee seizoenen in Ajaxb B-team te hebben gespeeld, was hij zelfs van plan zijn verbintenis met de Amsterdamse club voorgoed te verbreken. „Ajax bood mij na dat tweede seizoen een full-prof- contract aan. Als ik dat had geaccep teerd dan had ik mijn studie niet kun nen afmaken. Ik wilde dat offer wel brengen, maar ik verlangde van Ajax dat men daar dan ook wat tegenover zou stellen. Ajax wilde dat niet en ik kwam op de transferlijst. Ajax’ hulp trainer Cor Brom vertrok toen naar Vitesse en wilde mij wel graag mee nemen. Vitesse ging met Ajax over uit lenen praten, maar kreeg nul op het rekest. De envelop die met mijn trans fersom bij de KNVB was gedeponeerd, hoefde niet eens te worden opgenge- maakt, zodat Ajax mij vervolgens dood leuk een minimum-contract aanbood.” „Toen ben ik verschrikkelijk kwaad geworden. Ik weigerde te tekenen en besloot op mijn beurt de zaken te sabo teren door op de trainingen niets uit te voeren. Ik heb dat ook van tevoren heel eerlijk tegen de trainer gezegd. Gelukkig is de zaak naderhand toch nog in der minne geschikt. Ajax bood mij een beter eenjarig contract aan en ik tekende bij.” Na zijn derde seizoen bij Ajax teken de Haan, die toen bijna gereed was met zijn studie, wel een prof-contract dat volgend jaar afloopt. Ogenschijnlijk is het nogal nadelig voor Haan dat Michels Ajax heeft ver laten, juist in de periode dat de stoïcijn se Amsterdamse coach het spel van de Winschoter steeds meer ging waarde ren. Haan beseft dat, maar hij ziet te gelijk ook de (vermoedelijke) voorde len van de trainerswisseling. „Michels’ opvolger Kovacs is een Roemeen en in Roemenië wordt de nadruk gelegd op positiespel, iets wat mij wel ligt. Ik denk dat Kovacs ook bij ons in die richting gaat werken.” Rinus Michels, een begenadigd vak man, maar een moeilijk mens: dat ver trouwde beeld komt ook uit de getuige nis van Arie Haan steeds weer naar voren. „Er ging in de omgang weinig van hem uit. Hij maakte niet gauw een praatje met je. Maar als je naar hem toestapte voor een gesprek, was hij wel bereid om alles uit te leggen. Na zo’n wedstrijd als tegen Feijenoord kwam Michels je heus niet feliciteren. Een man als Zwartkruis, de erg bekwame trainer van het militaire elftal, doet dat wel. Ik heb zoiets nodig en ik geloof dat dit voor de meeste spelers geldt: dan pas ga je groeien.” Over de zwakke kanten van Michels als vakman zegt Arie Haan: „Hij had de neiging om de sterke punten van een tegenstander zodanig te beklemto nen, dat hij de ploeg soms een zekere angst aanpraatte. Vandaar dat er in uitwedstrijden om de Europa-cup, zo als tegen Atletico Madrid, vaak te ver krampt werd gespeeld.” Overigens zijn Haans opmerkingen slechts kritische kanttekeningen bij het beleid van een trainer die ook hij hooglijk bewonder de: „Die man heeft ontzaglijk veel voor Ajax betekend. Wat hij sinds zijn komst allemaal ten goede veranderd WINSCHOTEN Klaas Nu- ninga mag dan op zyn retour zijn, Winschoten kan zich nog altijd be roemen op twee andere gewezen inwoners die zijn opgeklommen naar de hogere regionen van de voetbalsport: Jan Mulder (Ander- lecht) en Arie Haan (Ajax). Mul der kon zelfs al geruime tijd geleden worden ingedeeld in het „hemeltje” van internatio naal hooggenoteerde topvoetbal- lers. Voor Haan was een dergelijke erkenning nog niet weggelegd, want hij staat eigenlijk nog maar aan het begin van een wellicht in drukwekkende carrière. „Michels was wat meer Engels ge oriënteerd. Dat neemt niet weg dat ik het toch wel jammer vind dat Michels is vertrokken. Ik verwacht dat het ver schil in benadering tussen Michels en Kovacs erg groot zal zijn. Je zult nu ook zien dat het bestuur veel meer vat op de gang van zaken zal krijgen dan met Michels mogelijk was. Ook de hulptrainer zal meer te vertellen krijgen.” Vooral het analyseren is een taak waar Grijzenhout zich altijd bijzonder zorgvuldig van gekweten heeft en die hij van essentieel belang acht voor het bereiken van goede resultaten. „Dat is onmisbaar. Wij analyseren nu ook wed strijden op nationaal niveau. Dat bete kent dat je een tegenstander veel ster ker tegemoet kunt treden. Als je een club de vorige zondag nog hebt zien voetballen dan is dat een groot voor deel. Internationaal is het al even be langrijk. Omdat wij Celtic al enkele ke ren hadden bestudeerd kwam er in die uitwedstrijd in Glasgow van ons een concept uit de bus waarbij Suurbier te genover Gemmell stond en Neeskens op die beer van een Hughes werd gezet. Als je Celtic niet van tevoren had zien spelen dan zou je het wel uit je hoofd laten om dit te doen. Ook van het be studeren van Panathinaikos voor de fi nale op Wembley hebben wij erg veel opgestoken. Die finale viel niet erg best voor ons uit. Toch hebben wij in de eerste helft zoveel scoringskansen ge had dat het bij rust al vier, vijf-nul had kunnen zijn. Goed het luktè niet, maar die kansen ontstonden omdat Ajax een concept uitvoerde dat de zwak ke punten in die Griekse achterhoede volledig uitbuitte. Zwakke punten die wij al enkele weken in rapporten in Amsterdam hadden vastliggen.” Thans kan Haan zich in alle rust toe leggen op zijn sportieve carrière. Hij beseft terdege dat een beslissend sta dium in die loopbaan is aangebroken. „Dit seizoen moet het gaan gebeuren”, zegt hij. „Nu moet ik een vaste plaats in het eerste elftal zien te krijgen, want ik ben niet van plan om mijn hele leven op de reservebank door te brengen, zoals bijvoorbeeld bij ons een jongen als Ruud Suurendonk.” Haans vijfde seizoen bij Ajax breekt aan. Pas in de tweede helft van het vorige seizoen gaf de toenmalige coach Rinus Michels hem regelmatig een kans in het A-elftal. „Ik heb zes hele wed strijden meegedaan en mocht zo’n keer of vier invallen.” Haan die als schakel- speler het liefst rechts op het midden veld speelt, gelooft dat zijn kansen aanzienlijk zijn gestegen nu internatio nal Nico Rijnders naar België is ver trokken. „Als ik een vaste plaats wil krijgen, moet ik op de plaats van Nico zien te komen. Maar ook Horst Blankenburg is daarvoor kandidaat. Alles draait om dit ene punt: wie krijgt in de eerste competitiewedstrijd een kans: Horst of ik. Als Horst de eerste kans krijgt, wordt het voor mij moeilijk. Maar als ik meteen wordt opgesteld, zal ik alles doen om me waar te maken. Ik weet dat ik de mogelijkheden heb, het moet daarom kunnen lukken.” En als hij ondanks alles toch niet in zijn opzet slaagt? Haan: „Dan zal ik niet aarzelen om weg te gaan. Ik heb te veel eergevoel om altijd re serve te zijn. Ik weet dat ik bij de meeste eredivisieclubs meteen een vas te plaats in het eerste elftal zou kunnen „Om een voorbeeld te geven: ik mocht die bekerwedstrijd tegen Feijen oord meespelen en ik draaide erg goed. Maar toen wij daarna voor de beker tegen Sparta speelden, was ik er weer niet bij. In de slotfase mocht ik zelfs niet invallen, maar Ruud Suurendonk die nota bene een tijd geblesseerd was geweest, werd wel ingezet Ik heb toen mijn nood geklaagd bij enkele be stuursleden, want ik had er schoon ge noeg van om zo te worden behandeld. Zelfs heb ik nog overwogen om niet met Ajax naar Celtic te gaan, maar dat heb ik toch maar niet doorgezet. Terug uit Schotland kreeg ik tegen AZ weer een kans en sindsdien ben ik steeds opgesteld.” Ingewijden geloven dat sommige Ajacieden veel onbevangener zullen spelen nu' Michels van het toneel is verdwenen. Het verdwijnen van de ijzeren discipline zou voor een aantal spelers een grote opluchting betekenen. Haan beaamt dat: „Ik verwacht dat bij voorbeeld Gerrie Mühren, een jongen met enorme klasse, nu pas volledig tot zijn recht zal komen. Hij heeft altijd te angstig gespeeld en daarom kwam het er nooit helemaal uit. Gerrie kon er niet goed tegen als er op een trai ning zo hard werd geschreeuwd wan neer er iets fout ging.” Haan gelooft bovendien dat vooral vedette Piet Keizer in het komende sei zoen meer dan ooit de show gaat stelen. „Piet gaat volgens mij een groot seizoen tegemoet. Kijk, Michels en Kei zer konden niet met elkaar overweg. Het waren allebei grote persoonlijkhe den en dat botste voortdurend. Piet zal nu willen bewijzen dat het ook zonder Michels kan. Hij heeft ook de capaci teiten om zich op een gegeven moment als leider op te werpen.” Evenals Keizer is ook Haan een „den kertje”. Beiden namen niet zonder restricties genoegen met Michels’ op vatting dat spelers voor een trainer „nummers” dienen te zijn. Haan: „Na tuurlijk was ook Keizer professioneel genoeg om zich op een gegeven mo ment aan de wil van de trainer te on derwerpen. Dat gold ook voor mij, hoe wel Michels een tijdje gedacht heeft dat ik door mijn opleiding niet in staat was mezelf volledig ondergeschikt te maken. Hij heeft mij dat gezegd en toen heb ik hem verzekerd dat ik dat wel kon. Maar er zijn voor mij grenzen.” ,7' Z'%

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1971 | | pagina 23