Wie hier binnenkomt
heet cliënt en
I
CRISISCENTRA
ONDERDEEL VAN EERSTE HULP
niet patiënt
in Amsterdam, Utrecht, Den Haag
13
ZATERDAG 4 SEPTEMBER
1971
Erbij
Vluchtheuvel
In fondspakket
Overzicht
Nieuw object
Cliënt centraal
i
Crisis hoeft
en
geen uiting
te zijn van
geestesziekte
1
6"
(Van een medewerkster)
Amsterdamse
4
fï','
1
t
1
s
s
e
L
1
1
t
Het Amsterdamse crisiscentrum
hoopt overigens nog iets meer te doen.
Een ander project: het dagverblijf
voor geestelijk gehandicapten. En dan
is er nog het begeleidingscentrum, een
soort tussenfase tussen werkplaats en
dagcentrum, speciaal voor hen, die niet
geïndiceerd zijn voor een dagverblijf en
óók niet te werk gesteld kunnen wor
den. Een soort protest als het ware de
wet op de sociale werkvoorziening met
zijn discriminerende werking.
Filosofie achter dit geheel: „We wil
len,” aldus psychiater Van Londen, „zo
veel mogelijk differentiatie hebben om
psychiatrische patiënten te behandelen
of te voorkomen dat sommige tijdelijk
verwarden werkelijk patiënt worden
door een inadequate of onvoldoende op
vang.”
„Ik
te
nt-
eze
nee
te
an-
ier-
aar
.ar
de
en
i in
de
;m-
het
ge-
zo
ke-
dan
1,
>r
iet
im
.en
rk.
le-
ik
iet
?e-
er-
in-
vat
ge
ien
ze
dat
er
m
ie
n,
il
it
n
i.
i.
;r
k
it
ie
el
at
en
ae
e-
o-
er
■n.
ad
ns
is
en
iie
[e-
t-
:t,
In de eerste plaats is hier een cri
siscentrum gesitueerd een soort
Verder heeft de vereniging nog een
observatiecentrum, een voogdij afdeling
voor gezonde kinderen van geestelijk
gestoorde ouders. Laatste object is de
crisis-interventie. In de Tasmanstraat
heeft men een ruim pand gekocht, dit
totaal verbouwd en hierin vangt men
vier vliegen in één klap.
EDER lichamelijk en geestelijk gezond mens kent zijn ups en
zijn downs de ups als plezierige kant van het leven, de downs
als taai ongerief, als een niet weg te krijgen schaduw. Soms kun
nen die downs te diep,, te zwaar, te veel worden. Spanningen weten
geen uitweg meer te vinden; de stoppen slaan door, men komt in een
crisissituatie. Dat kan opgeroepen worden door omschakelingen, bij
voorbeeld in het werk, door het volwassen worden, door moeilijk
heden in de werksfeer, door financiële perikelen, door moeilijkheden
en wan-contact met de partner. Maar al zijn de verschijnselen van
een crisis die zelfs tot zelfmoordpogingen kan leiden dan wel
alarmerend, toch hoeft een crisis geen ziekte van de geest te bete
kenen. Een crisis is veel meer een groeistuip, een keerpunt, een uit
daging, een schreeuw om hulp. In deze steeds nerveuzer wordende
maatschappij neemt het aantal crisis-gevallen de laatste jaren
hand over hand toe. Vooral in de overbevolkte grote steden met hun
teveel aan mensen op te weinig vierkante meters begint de situatie
langzamerhand alarmerend te worden.
De afdeling psychiatrie is in Over
vecht, volgens afspraak met andere zie
kenhuizen, een superspecialisme. Het
oude ziekenhuis kende slechts een psy
chiatrische polikliniek. De medische en
sociologische aspecten worden hier ge
scheiden gehouden. Er is een stuur
groep, die de ideeën uitgewerkt heeft
en deze groep heeft een aantal mede
werkers aangetrokken (via adverten
ties), die niet gespecialiseerd behoeven
te zijn, maar wel in hoge mate geïn
teresseerd. Ook hier noemt men de bin
nenkomende man of vrouw cliënt.
De personeelsbezetting baart dr. de
Smit zorgen. Het crisiscentrum is als
het ware een continu-bedrijf, dat drie
volledig equivalente bezettingen moet
hebben. Daarom overweegt hij op den
duur vrijwilligers in te schakelen, zij
zouden gerecruteerd moeten worden
uit die groep mensen, die een dergelij-
ke crisis achter de rug hebben.
moordpoging onderneemt, patiënt is.
Voor een psychiatrische patiënt is na
melijk de terugkeer naar de maat
schappij zo lastig. Er ligt een kloof
tussen ziekenhuis en maatschappij, op
velerlei terrein.”
Taak nummer één is het ontwikkelen
van nieuwe technieken op het gebied
van crisis-interventie, taak nummer
twee is het bestuderen van het epide
miologisch karakter van het optreden
van crises. Voor beide wetenschappelij
ke taken heeft het preventiefonds, kind
van Sociale Zaken en Volksgezondheid,
een onderzoeksubsidie voor de tijd van
vijf jaar verschaft.
les te laten meebeslissen. Hij of zij
kan alle hulp krijgen, hetzij voor het
duidelijk maken van de problemen, het
zij voor het realiseren van behande-
lingsactiviteiten. De cliënt staat cen
traal, hij bepaalt wat gebeurt, het col
lectief geeft slechts de mogelijkheden
aan. Het cliënt-systeem is een horizon
tale organisatie. Wél disdiplines, wél
werkzaam zijn, maar de rolomschrij-
ving van het collectief staat niet bij
voorkeur vast. Er is hier geen afde
lingshoofd, maar wel een dagelijks be
stuur en daar kan iedereen in zitten.
In het algemeen opvangcentrum wordt
crisisinterventie bedreven. Het is dag
In Amsterdam dateren de plannen
voor een crisiscentrum al van het na
jaar van 1968. Dr. N. W. de Smit,
sociaal-psychiater, verbonden aan het
Wilhelmina Gasthuis, ziet zijn (in ja
nuari te openen) centrum duidelijk als
voorziening bij het algemene zieken
huis; als onderdeel van de eerste hulp.
Doel van deze drie centra, die
ieder op een aparte manier te werk
gaan, is, mensen die in een crisis
verkeren tijdelijk op te vangen, de
mogelijkheden voor een keerpunt
aan te geven, lijden trachten te
voorkomen door adequate hulp te
bieden en proberen te verhinderen
dat die mensen die in een crisis
situatie verkeren, niet te overijld
als patiënt, als geesteszieke be
schouwd worden, belast als de rol
van psychiatrisch patiënt nu een
maal in deze maatschappij is.
Hij zegt hierover: „We gaan in ons
crisiscentrum niet curatief werken,
maar preventief. We willen voorkomen
dat iemand als het ware patiënt wordt,
er van uitgaand dat niet iedereen die
in een crisis verkeert of die een zelf-
zulien worden opgenomen in het zie
kenfondspakket en daarin gaan naar
alle waarschijnlijkheid de particuliere
ziekteverzekeringen mee. Hulp zal in
Amsterdam in ieder geval gratis zijn.
Het crisiscentrum dekt alle kosten uit
geld van het preventiefonds, het minis
terie van Onderwijs, de stad Amster
dam en de ziekenfondsen.
Punt vier is een variant op het sluis-
internaat, dat hier genoemd wordt een
therapeutisch pensiontehuis. Méér dan
alleen een onderdak. Hier leert de lang
durige patiënt weer opnieuw wonen en
daarvoor wordt hem dan een betrekke
lijk luxueuze woonvorm aangeboden. In
de toekomst hoopt men zelfs te kun
nen komen tot een complex variabele
woonvormen.
„Om het wat simpeler te zeggen: als
een wasbak verstopt is en de kraan
staat open, zodat er een overstroming
ontstaat, dan moet je eerst de kraan
dichtdoen en dan pas gaan dweilen, en
niet andersom. Dat moet je mensen
leren. Die technieken zijn overdraag
baar aan de clientèle, aan de medewer
kers, maar ook aan de sleutelfiguren,
die met mensen in crisis in aanraking
komen. Je moet overigens natuurlijk
wel oppassen dat je als crisiscentrum
niet een soort prullenbak gaat worden.
Maar dat zal de tijd wel uitwijzen.”
„De hele filosofie achter dit plan is,
methodieken te zoeken om op voet van
gelijkheid de mensen enige training in
sociale vaardigheid bij te brengen. Dat
willen we dan doen door het verschui
ven van het noodlotsidee in de richting
van de persoonlijke beslissing en in de
tweede plaats door de mensen te leren
hoe informatie te hanteren zodanig dat
er beslissingen genomen kunnen wor
den.”
vluchtheuvel in het drukke verkeer, ca
paciteit 10 bedden, met voor ieder een
eigen kamer, een gemeenschappelijke
huiskamer en een maximaal verblijf
van acht keer 24 uur. Iedereen mag hier
binnenkomen, maar de binding met de
psychiater van de GGD is zo groot, dat
deze bepaalt of er een duidelijke cri
sisindicatie is ja dan nee. Een in alco
hol te weken gelegde binnenkomer mag
hier eventueel zijn roes uitslapen, de
recidiverende alcoholist wordt verwe
zen naar een psychiatrische inrichting,
de alcoholische amokmaker naar het
politiebureau. De arts van de GGD
raadpleegt daarbij de dossiers van de
eigen geestelijke volksgezondheid.
„Iedereen kan dag en nacht binnen
komen. Wie hier binnenkomt, heet
cliënt. De verpleegster heet gastvrouw.
Op de adviesafdeling zijn enkele ka
mers, al dan niet voor de blikken van
anderen ontoegankelijk te maken door
middel van gordijnen, gegroepeerd rond
om een „markt” waar de cliënt moge
lijkheden heeft voor overleg met een
gastvrouw, met een maatschappelijk
werker, een arts, een psycholoog, een
psychiater. We adviseren slechts, we
voeren niet uit. Maar we werken wel
nauw samen met alle mogelijke instel
lingen een conditio sine qua non,
want met een goed functionerend net
werk van contacten staat en valt het
werk.”
In Den Haag opereert op dit terrein
de ’s-Gravenhaagse Vereniging dr.
Schroeder van der Kolk-sociaal-psychia-
trisch en sociaal-pedagogisch instituut.
Directeur is de heer G. Verzijden, al
gemeen directeur van de vereniging en
hij wordt bijgestaan door de heer J.
van Londen, psychiater en tevens hoofd
van de afdeling geestelijke volksgezond
heid van de GG en GD ter plaatse.
„Daarom vind ik ’t zo tekenend, dat
ons crisiscentrum niet alleen in over
drachtelijke zin, maar ook letterlijk
precies op de grens van ziekenhuis en
maatschappij komt te staan. Letterlijk,
omdat de achterkant van het opvang
centrum uitmondt op het terrein van
het WG en de voorkant normaal drie
pandjes beslaat in de Eerste Helmers-
straat in Amsterdam. We hebben
straks 16 plaatsen.”
De financiële aspecten voor de cliënt
zijn geheel te o verzien: crisiscentra
Daar zit deze gedachte achter: ie
mand die problemen heeft, is eigenlijk
het topje van een ijsberg onder wa
ter zit het grootste probleem. Oftewel:
er is vaak in zo’n geval iets mis met
de omgeving en juist deze ene man of
vrouw komt binnen.Men schuwt hier de
patiëntgedachte ook om de volgende re
den: patiënt-zijn is een medische term,
afkomstig uit een autoritaire structuur.
Het tweede punt is hier het sociaal
restaurant, een ontmoetingspunt van pa
tiënt, familie, maastchappelijk werker,
sociaal-psychiater, verpleegster. Men
hoopt ook de artsen zover te krijgen,
dat zij er iedere dag even binnen wip
pen om met hun patiënten een kopje
koffie te drinken vermoedelijk een
vrome wens, want huisartsen hebben
het zo overstelpend druk, dat men
slechts ziek kan worden bij reserve
ring vooruit.
en nacht geopend. Cliënten verblijven
hier maximaal 72 uur. Ieder die hier
binnenkomt, komt in dit opvangcen
trum terecht. Hieraan gekoppeld is een
medisch opvangcentrum.
Is een dergelijke termijn onvoldoen
de, dan komt de cliënt terecht in een
voortgezet onderzoek-fase. Hier kan
men maximaal veertien dagen en nach
ten verblijven. Is ook dat nog niet vol
doende, dan belandt de cliënt in de be-
handelingsfase, die maximaal zes we
ken kan duren. Hier wordt zowel groeps-
als individuele behandeling toegepast.
Ieder die hier binnenkomt, komt hier op
basis van vrijwilligheid.
Overvecht biedt 83 cliënten een plaats
en werkt uiteraard ook met ploegen
diensten. In de eerste weken van daad
werkelijke hulpverlening zijn ongeveer
90 cliënten binnengekomen. De meesten
van hen konden na drie dagen weer
naar huis terugkeren. Een enkeling ver
keert in de tweede fase aan fase
drie is nog niemand toe, omdat de tijd
daarvoor nog te kort is. Bij het me
disch opvangcentrum zijn voortdurend
twaalf bedden gereserveerd voor ge
stoorde bejaarden.
Het collectief (is: stuurgroep plus
medewerkers) probeert de cliënt in al-
RISIS-interventie is een be
lt grip dat in Amerika het eerst
X^/werd gehanteerd. Het wordt
daar gezien als een nieuwe voor
ziening in de geestelijke volksge
zondheid. In ons land is dit idee in
middels overgenomen. Amsterdam
opent in januari 1972 zijn eigen
crisiscentrum. Utrecht en Den
hebben er sinds kort een.
De vereniging is al zeer oud. Het
is een particuliere onderneming, finan
cieel onafhankelijk. Grootste project
van de vereniging is nog altijd het com
plex werkplaatsen voor geestelijk ge
handicapten capaciteit 525 patiënten),
een modern complex, genoemd naar
prof. dr. N. Speijer, thans hoogleraar
in de sociale psychiatrie in Leiden en
vice-voorzitter van de vereniging.
Punt drie is hier het psychiatrisch
dagziekenhuis. Dat kan 32 patiënten om
vatten, die óf komen uit groep 1 of
zomaar op verwijzing binnenkomen.
Het dagziekenhuis is open van 9-5 uur.
Men doet er aan verschillende vormen
van therapie. Indicatie voor behande
ling in dit dagziekenhuis is het contact
met het huisgezin, dat niet verbroken
mag worden. Hier wordt enerzijds de
patiënt behandeld, anderzijds wordt
hier gewerkt met het gezin.
Vraag: hoe maak je geestelijke
volksgezondheid operationeel? Psycho
loog Jan Baas (evenals Jonna Hage-
man-Smit, drs. sociologie en beiden
naast dr. de Smit kernfiguren in dit
centrum) zegt: „De beste invalshoek
om het effect te bekijken, is om na
een jaar antwoord te geven op de
vraag: hoe worden wij gebruikt?”
Het Utrechtse crisiscentrum, sinds
enkele weken in bedrijf, werkt op een
totaal andere manier dan men dat in
Amsterdam van plan is. Het maakt deel
uit van de psychiatrische afdeling van
het nieuw gebouwde algemene zieken
huis Overvecht. Maar: de gehele afde
ling psychiatrie, vier verdiepingen in
dit hoogbouw-gebouw in beslag ne
mend, werkt op een andere manier dan
andere, traditioneel psychiatrische af
delingen in ziekenhuizen.
„We spreken uitdrukkelijk niet over
bedden, want de mensen die hier bin
nenkomen zijn niet ziek. De mensen
mogen hier maximaal 72 uur verblij
ven. We hebben uitdrukkelijk niet de
pretentie dat de mensen dan weer in
hun normale doen zijn; dat alle pro
blemen zijn opgelost, maar er is dan
wellicht overzicht in de situatie geko
men.” „Dus: géén „spoedbehandeling”
maar opvang én advies. Dat impliceert
zowel in de bouw als in de idee twee
delen: een opvangkant de medisch-
psychiatrische afdeling, en een advies
kant de sociale laag. De puur me
dische kant mag je uiteraard niet uit
het oog verliezen. Denkt u alleen maar
aan het aantal flippers, alcoholpatiën-
ten en zelfmoordgevallen door middel
van medicamenten of voorwerpen.”
W -