LANGE HAREN VERBORGEN EENS HET BRANDMERK Minder gif op fruit dankzij „truc met MS sexparfum” Vrouwelijkheden ib w r 17 Vlucht uit Amerika T elef oon-Martha Buikslaap W- - Erbij ZATERDAG 9 OKTOBER 1971 (Van onze correspondent) Geur Bigamist Schedel fes HET IS WAT met het haar. Ka lende mensen krijgen door hun coiffeur haarstukjes aangesmeerd, (ex)-militair Rinus Wehrmann die zich vanwege zijn weelderige haardos in het gevang zag gewor pen, is reeds in het splinternieuwe Vlissinger kappersmuseum een be zienswaardigheid geworden en de volgelingen van Michiel de Ruyter zien hun haren veilig weggestopt onder een vliegerskapje. Haar in spireerde tot een succesvolle musi cal, haar was in het verleden ook een bron van inspiratie voor een groot aantal spreekwoorden en ge zegden. Pijnlijk Winstpunt V j DRONTEN Door gebruik te maken van een onderdeel van het seksuele leven van een voor de fruitteelt schadelijk vlindertje worden op het ogen blik op beperkte schaal, o.a. in Oostelijk Flevoland, proeven genomen om het gebruik van bestrijdingsmiddelen in de fruitteelt zoveel mogelijk te be perken en tegelijk de bespui tingen een zo selectief moge lijke uitwerking te geven. De proeven worden gedaan door het Laboratorium voor Insecti- cidenonderzoek in samenwer king met de Planteziektenkun- dige Dienst. - ■ft De in de St. Pieterskerk in Utrecht gevonden schedel met brandmerken. een FRANS KEIJSPER twee MISSCHIEN GAAT men in het bui tenland ook nog wel eens het begrip „langharig werkschuw tuig” verstaan, zonder dat het vertaald hoeft te wor den, zoals dat evenmin het geval is met ons woord apartheid, een niet zo fraaie export van onze woordenschat. min) prof. Alexander Hermann, die in München aan het hoofd staat van een kliniek voor neus-, keel- en oorziek ten. Als nadelen van het ruggelings slapen noemt de hooggeleerde heer Hermann de volgende punten op. Als de spieren zich tijdens de slaap ont spannen zakt de onderkaak naar be neden, de slaper (of slaapster) ademt Brandmerking met het kruis-teken op het voor hoofd; naar een gravure van Jan Luyken. heel inders vrouw pshire vrien- onden con- ij tot heatre lange et om ruim en. Of »n to- niet. adden heeft n na- or het eigen ver in dat ze lit zal ;woor- ze op l heb- moge- of de wordt n van zoeten k laat te ge stellen en als alleen weegt wor- istieke zozeer hoof- geeft plaats n, lei- vikke- door oneel- ter te ’e van ig van n. Dat lat we en we enken iw en idium. at het nt het rover Is wij Ischap ;t be- n dan ■rwer- atuur- i doen lalaise i van m het iingen groe- ALS BRANDMERKSTRAF, gecom bineerd met de letter Z, komt het kruis op het voorhoofd, voorzover men heeft kunnen nagaan, echter alleen voor in een oude Castilliaanse wet van een koning Juan I, uitgevaardigd in Briviesca in het jaar 1387 als straf voor bigamisten. Ten tijde van de be zetting door de Moren van het grootste gedeelte van Spanje was het hebben DE SCHEDEL heeft naar alle waar schijnlijkheid toebehoord aan een Cas< tilliaanse bigamist, die na gebrand merkt te zijn naar het noorden is gereisd, of misschien wel werd verban nen. Die straf zou tussen 1387 en 1500 kunnen zijn voltrokken. van een bijvrouw voor de Spanjaarden een normaal verschijnsel. Toen bij het terugdrijven de Moren de kerk weer aan invloed won wilde men aan deze dubbelhuwelijken, die immers in strijd zijn met de christelijke moraal, een eind maken en uitroeien met strenge maatregelen.De straf hiervoor was het inbranden op het voorhoofd van het christelijk kruis (hetgeen eigenlijk een algemene straf was voor misdrijven te gen het geloof), maar in dit geval tezamen met een tweetallig teken, dat op bigamie moest wijzen. Het teken Z op de schedel is dus geen letter Z, maar de oude Gothische twee. vormde een groot vraagteken. De on derzoekers waren het al gauw oneens. Er werden verschillende meningen ge opperd. Volgens de een was de begra- vene juist een bijzonder vroom mens geweest, die men bij de graflegging een metalen plaatje in de vorm van de gevonden kruistekening op het voor hoofd zou hebben gelegd, dat in de loop der jaren vergaan was, maar waarvan de sporen nu nog in de vorm van het zichtbare kruis aanwezig wa- ren.De letter Z zou op gezichtsbedrog berusten. Een andere veronderstelling was dat de schedel als reliek mee was teruggekomen of gezonden vanuit het heilig land, afkomstig van een bijvoor beeld daar met de kruistochten overle den of gesneuvelde Utrechtse ridder. Ook werd nog gedacht aan oudchriste lijke monogrammen. DE MENS zou in minstens één op zicht de dieren wat meer moeten imi teren: hij zou op zijn buik moet slapen. Dit zegt (volgens het Duitse blad Jas te van het gloeiende ijzer tegenhield, waardoor verschroeiing langs de ran den veel sterker optrad dan meer bin nen in het figuur. WANT DAT DE bigamist zelfs in een kerk van aanzienlijken ter aarde kon worden besteld zou kunnen wijzen op de tolerantie in het noorden. Of hij heeft de brandmerken goed onder zijn lokken weten te verbergen. HET IJZER werd bij een tempera tuur van 600 graden Celsius dofrood- gloeiend gemaakt en op een vers stuk varkenszwoerd gedrukt met eronder een vochtige plank om het voorhoofds been na te bootsen. Hoewel het brand- DE HEER Ten Cate heeft met vrij grote zekerheid kunnen vaststellen dat het brandmerken op het voorhoofd in Noord-Europa niet voorkwam en dat vrijwel overal elders de bigamie (het cijfer 2) op geheel andere wijze al of niet bestraft werd. Zo zou de Castilli aanse bigamist in de Nederlanden met heel andere ogen zijn bezien dan in zijn eigen land, al is hij in ons land misschien toch niet zo’n goede klant van de barbier geweest. ie wel iu een >et er diend. f een lange- rlopig floopt, i toe- innen. at ik chtin- in last ZO LUIDT EEN Zuidnederlands ge zegde: „Hij heeft geen haar op zijn kop dat deugt”. En een paar andere harige uitdrukkingen: „gekrulde haren, ge krulde zinnen; het scheelde maar een haar; op een haar nauwkeurig; rood worden tot in het haar; de haren rijzen te berge; spijt als haren op het hoofd; grijze haren van iets krijgen; wild haar in de neus hebben; haar uit de kale kruin trekken; iemand in de haren vliegen; alles op haren en sna ren zetten; een haar in de boter zoe ken. Dan is er ook nog een dodelijke varkensziekte die „het haar” heet en waarbij haar in de keel groeit, zoveel dat het varken tenslotte niets meer kan slikken. En zo kunnen we nog wel even doorgaan. dan door de mond in plaats van door de neus en dat gaat vaak samen met onwelluidend gesnurk. In het ongun stigste geval kunnen hierdoor de slijm vliezen van mond, keelholte en neus zo droog worden dat aandoeningen van tandvlees, amandelen en luchtwegen ontstaan. Wie daarentegen op de buik slaapt zorgt voor een permanente „doorstroming” van speeksel in mond en keelholte zodat schadelijke bacte riën geen kans krijgen. Snurken is er dan evenmin bij. Voorlopig heeft de professor nog weinig volgelingen: hij zegt dat nog geen twintig percent van de mensen op de buik slapen. Toch went die slaaphouding snel, want de prof weet ook nog te berichten dat zijn patiënten meestal binnen enkele weken gewend zijn aan de door hem gepro pageerde buikligging. misbruik te maken van een onder deel van het seksuele leven van de vlindertjes van vruchtbladroller. Men had vastgesteld dat van de verpopte rupsjes de wijfjesvlinders een of twee dagen eerder uitkomen en uitvliegen dan de mannetjes. Zo dra de mannetjes uitvliegen worden de wijfjes bevrucht en die leggen dan hun talrijke eitjes, hetzij op de appel, hetzij op een blad in piep kleine zogenoemde eispiegeltjes, die een middellijn hebben van minder dan een centimeter, maar waarin een honderdtal eitjes zitten. van het spookbeeld Vietnam) wordt vaak als reden voor emigratie uit Ame rika opgegeven. Voor Europa lijkt de Amerikaan voorlopig alleen nog maar toeristische belangstelling te hebben, het aantal definitieve vestigingen in Europa is tot nu toe onbetekenend. ijzer volkomen vlak was, waren de randen der letters veel dieper inge drukt en donkerder geschroeid dan de rest van het figuur. Blijkbaar kon slechts aan de randen van het ijzer de stoom ontsnappen, terwijl deze verder als een soort isolerende laag de warm- HET BRANDMERKEN heeft onze taal overigens nog de uitdrukking „het loopt met een sisser af” opgeleverd. Als een booswicht namelijk zich aan een ernstig vergrijp had schuldig ge maakt, waarvoor hij een heel zware straf vreesde en de rechter volstond met hem te laten brandmerken één der lichtste straffen mocht hij van geluk spreken. Als de beul het hete ijzer op zijn lichaam drukte ging dit met sissen, het verdampen van vocht in de huid, gepaard. Laten we het goed begrijpen: de langharigen van vandaag zijn geen ge tekenden. IN DAT land hebben zich al twintig duizend Amerikanen gevestigd en naar schatting zullen in de eerstkomende jaren nog zo’n tienduizend Amerika nen voorgoed naar Australië vertrek ken. Onder hen zijn, volgens PM, ver scheidene hooggekwalificeerde vak mensen op het gebied van ruimtevaart en supersonische vliegtuigbouw die in het eigen land zonder werk zijn geko men. Ook de mogelijkheid van het ont lopen van de dienstplicht (en daarmee „DIT HEBBEN de Verenigde Staten nog nooit meegemaakt: er zijn tegen woordig Amerikanen die emigreren”, schrijft Paris Match. Tussen 1820 en 1971 zijn vijf en veertig miljoen immi granten Amerika binnengekomen, de top lag in 1907 toen meer dan één mil joen nieuwe bewoners het beloofde land aan de andere zijde van de oceaan binnenstroomden. In 1970 waren er nog ruim driehonderdduizend nieuwko mers, maar er is nu ook een verhuizing in tegengestelde richting aan de gang: nieuwe Amerikanen komen nog steeds, oude gaan weg. Vooral het aangren zende Canada blijkt de Amerikaanse emigranten aan te trekken, evenals Australië. OVER DE PIJNLIJKE bezigheid van het brandmerken valt in het kort nog wel iets te vertellen. In het noorden van Europa (waarbij ook Noord-Duits- land, Vlaanderen en ons land gerekend worden) is nooit op het voorhoofd ge brand, behoudens een rare uitschieter ten tijde van de inquisitie, waarvoor de instructies wel uit het zuiden, in casu Spanje zullen zijn gekomen. Het was in het noorden gebruikelijk om een boosdoener dat waren meestal dieven, want voor zwaardere vergrijpen wachtte doorgaans galg, zwaard, rad of brandstapel met een gloeiend ijzer door de wang te bran den. Maar tussen 1500-1550 hield dit algemeen op, toen de rechtspraak lang zamerhand onder het canonieke recht iets humaner werd. Nadien werd het brandmerk uitsluitend op een der schouders geplaatst. GEEN HAAR OP zijn kop dat deugt. Grote en kleine misdadigers in het grijze verleden hebben van hun haar dankbaar gebruik gemaakt om het als sluier te gebruiken tegen het brand merk der schande dat hun in het hoofd was gebrand. Een verdoezeling van een straf, die de toenmalige auto riteiten danig tegen de haren instreek, hetgeen ertoe leidde dat er een soort algemene politieverordening werd uit gevaardigd die verbood merktekens te verbergen. Zo liepen er in het oude Rome en Griekenland veelal vrijgela tenen en ontsnapte slaven rond die merktekens op hun voorhoofd droegen (oude eigendomstekens of tatoeages), die zij graag wilden verbergen. En wat deden zij dan? Petronius Arbiter ver telt: „Tenslotte wilde ik niet, dat de merktekens afgeschermd en bedekt werden door hun haar; zij behoorden voluit zichtbaar en voor iedereen lees baar te zijn”. En wij lezen bij Athe- neus over eentje, die het helemaal bont maakte: „Hier is er bijvoorbeeld een, die het record gebroken heeft. Ten eerste draagt hij lang haar, naar hij beweert, omdat hij het heeft opgedragen aan een godheid. Maar dat is niet de reden: hij is op zijn voorhoofd gete kend, en hij draagt lang haar om het te bedekken”. IN AMERIKA wordt gezegd dat Martha Mitchell, welbespraakt echtge note van procureur-generaal John Mitchell, meer voor de telefoon heeft gedaan dan wijlen de uitvinder van dit nuttige apparaat. Martha staat er namelijk voor bekend dat ze via haar telefoon, en zonder een blad voor de mond te nemen, links en rechts ge sprekken voert met politici, journalis- De proeven zijn typerend voor het beleid in Nederland ten aanzien van het gebruik van bestrijdingsmidde len in de fruitteelt, een beleid dat steeds strakker wordt aangetrokken, waardoor het op het ogenblik moge lijk is geworden zonder gevaar een Nederlandse appel rechtstreeks uit de boomgaard ongewassen te eten. MISBRUIK van sex in de vlinder- wereld is een al sinds jaren gebruik te methode bij vlinderverzamelaars met het doel bepaalde, moeilijk te krijgen nachtvlinders te kunnen vangen, maar het op wetenschappe lijke wijze toepassen daarvan met het doel ongebreidelde en vaak over bodige bespuitingen van ons fruit tegen te gaan, is pas in de laatste jaren in zwang gekomen. In Ooste lijk Flevoland is daar nu een nieuwe dimensie aan toegevoegd door het gebruiken van een chemisch prepa raat, dat precies de voor de man- netjesvlinders van de grote kwaad doeners in de appelteelt (de vrucht- bladrollers) onweerstaanbare geur van paarrijpe wijfjes nabootst. ALS DEZE proeven op grote schaal succes opleveren dan zal het resultaat zijn dat er steeds minder op fruitteeltbedrijven behoeft te worden gespoten en dat zal dan enkele be langrijke voordelen opleveren: goed koper werken voor de fruitteler, minder vergift op het fruit en bo venal het selectief bestrijden van schadelijke insecten, waarbij dan de nuttige, de niet schadelijke insecten worden gespaard. En dat is een groot winstpunt in het kader van het alge hele natuurbeheer. ONDERZOEKER Ten Cate zag aan vankelijk een bezwaar in de veronder stelling dat de tekens brandmerken waren; gezien de donkerbruine omran ding van beide tekens. De proef werd echter op de som genomen. Men liet een echt brandijzer in de vorm van de letter T aanrukken, waarmee tucht huisboeven tot 1848 op de rechter schouder werden ingebrand. OMDAT HET onbegonnen werk is dagelijks naar de eerst uitgevlogen mannetjes te zoeken, heeft men het oude beproefde middel van de vlin derverzamelaars toegepast. Vele nachtvlinders, waaronder ook de vruchtbladroller, kunnen alleen pa ren doordat de mannetjes de wijfjes kunnen vinden op de geur. De wijf jes scheiden die geur af door middel van kleine kliertjes in het achterlijf. Als vroeger de vlinderverzamelaars een serie mannetjes van een bepaal de nachtvlindersoort in hun verza meling wilden hebben, dan gingen ze ervoor zorgen een pas geboren wijfje van die vlindersoort te krij gen en ze sloten dat wijfje dan op in een kooitje. Het wijfje scheidde ’s nachts haar „sexgeur” af en daar op kwamen de mannetjesvlinders af. HETZELFDE systeem past men nu toe bij nog op betrekkelijk kleine schaal genomen proeven voor de be strijding van de vruchtbladroller. Met dit verschil dat men de wijfjes kweekt om dan uit hun achter lijfjes de sexgeur te extraheren. Het verkregen extract spuit men in kurk- jes, die geplaatst worden in grote tegen elkaar geplaatste ijscobekers, die men aan de binnenkant besmeert met lijm. Men weet ten naaste bij wanneer de eerste wijfjes zullen uitvliegen en dan plaatst men de bekers in de boomgaarden. Zodra de eerste man netjes in de bekers worden gevan gen, weet men dat de wijfjes zullen worden bevrucht en dan eitjes zullen afzetten. DAARNA TREEDT het ingenieus samengestelde schema in werking, waarmee men kan berekenen dat de dan afgezette eitjes zullen uitkomen. Dat hangt namelijk af van de klima tologische omstandigheden. Bij warm weer rijpen de eitjes veel sneller dan bij koele temperaturen. Op deze wijze kan men nu precies berekenen wanneer de rupsjes uit de eitjes komen en dan moet er wor den gespoten. In Wageningen is men nu zo ver dat het kweken van wijfjes en maken van een extract van de sexgeur uit hun achterlijfjes over bodig kan worden. Men heeft een chemisch preparaat ontwikkeld, die de sexgeur van de vruchtbladroller nabootst. 'W ten, pedagogen, kortom iedereen die het naar haar mening weer eens lelijk heeft laten zitten op zijn vakterrein. Ze voert die gesprekken via blauwe telefoons vanuit haar blauwe badka mer of haar blauwe slaapkamer en heeft onlangs tijdens een interview laten weten dat ze nog heel wat men sen in haar boekje heeft staan. Ladies’ Home Journal doet een greep uit de lijst: Fidel Castro zou ze wel eens te lefonisch willen voorstellen om zijn po litieke gevangenen te ruilen tegen wat ze noemt de Amerikaanse „bad-cow- boys” die Fidel’s beleid zo weten te waarderen. Burgemeester Lindsay van New York (die volgens haar „de meest smerigste stad ter wereld” be stuurt) kan vandaag of morgen van Martha de telefonische tip verwachten dat hij eigenhandig de vuile straten van zijn stad eens moet opruimen. Ook voor de Amerikaanse mode-ontwerpers heeft ze iets in het vat: die gaat ze nog eens een keer (telefonisch) vertel len dat ze uit hun ivoren toren moeten komen om eindelijk de kleren te maken die de Amerikaanse vrouw wil dragen. „Amerikaanse mode-ontwerpers heb ben al hun stompzinnige ideeën op de Amerikaanse vrouw uitgeprobeerd En de meeste vrouwen zijn nog niet ge noeg bevrijd om te heseffen dat ze dat allemaal niet hoeven te nemen” zegt Martha. HET IS een ingewikkeld verhaal. De vruchtbladroller is een klein nachtvlindertje, niet groter dan een halve centimeter, waarvan de rupsjes zich te goed doen aan knop en blad van appelbomen en verder in het seizoen aan de appels zelf. Fruit telers zijn als de dood voor de rups jes, omdat door hun vreterij aan de appelschil hun produkten onver koopbaar worden. Daarom is er in het recente verleden haast in het wilde weg met soms sterke vergiften tegen de rupsjes en de vlindertjes opgetreden. DE OPLOSSING van het probleem is ingenieus. De grote moeilijkheid in het verleden was altijd dat men nooit wist op welk tijdstip tegen de vruchtbladrollers moest worden op getreden. Een grote moeilijkheids- factor hierbij was de kleine maat van de overigens fraai bruin ge kleurde vlindertjes en hun groenach tige rupsjes, die niet langer dan één centimeter worden. Moeilijk was ook het tijdstip vast te stellen waarop de rupsjes bestreden konden worden, omdat de diertjes zich in een spin- seltje plegen te hullen, dat ze tegen elk landbouwvergift beschermt. DE ENIGE afdoende bespuiting kan dus worden uitgevoerd op de dag dat de rupsjes als minuscule kleine diertjes uit de eitjes kruipen en zich nog niet hebben ingesponnen. De grote vraag was nu: „Hoe bepaal je die dag”. MEN HEEFT hierop het antwoord gevonden door een ingenieus tabel lensysteem op te maken en door IN HET ZUIDEN, beginnend bij Frankrijk en de meer Hoogduitse land streken brandde men voordien op het voorhoofd; in Frankrijk in die tijd alleen met de lelie (het brandmerken werd daar zelfs fleur-de-liser ge noemd) maar verder zeer veel met het kruisteken. DEZE LAATSTE interessante gege vens treffen wij aan in een verhande ling die de Utrechtse heer C. L. ten Cate heeft geschreven in het archeolo gische tijdschrift „Westerheem” naar aanleiding van een merkwaardige schedelvondst in de St. Pieterskerk in Utrecht. Men vond onder meer een schedel op welks rechterzijde van het voorhoofdsbeen het duidelijke signa tuur van een kruis werd aangetroffen met daarnaast, boven de linkeroogholte een Z-vorm: een signatuur van brandmerk. Een brandmerk hebben en toch be graven zijn in een kerk: dat was iets wat tegenstrijdig leek. De schedel f W'

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1971 | | pagina 17