Kerk en revolutie als inzet TV-geding p OVER OECUMENE, VREDE EN DE KERK IN DEZE WERELD Alleen in China NIEUWE UITGAVEN I TV geen doorgeefluik moeilijk zonde w Is geloven u I ZATERDAG 27 NOVEMBER 1971 14 Erbij ZATl n n (Van onze redacteur geestelijk leven) Verzetsdaden Polarisatie werd in uitzending duidelijk Staphorster theologie Communicatie Emotie Voor de onthechten Belijdenis Bijbel aan stoot Zwaarden en ploegijzers Het probleem van kerk en revolutie blijft de ge moederen bezighouden. Daarom was de televisie uitzending „Kort Geding” van zondagavond zo’n be langrijke zaak. Voor- en tegenstanders konden zich daar beraden over de stelling „De kerken kunnen hun opdracht alleen vervullen door partij te kiezen voor de armen en verdrukten in hun revolutionaire strijd”. De beslissing viel zeer duidelijk ten nadele van de stelling „We willen even bescheiden als beslist een blad zijn voor mensen, die met hoofd, hart en handen willen geloven, hopen en liefhebben, in welke maatschappelijke milieus, kerkelijke kaders, politieke partijen of andere communicale contacten ook min of meer beleefd”. Aldus de wijze waarop het nieuwe maandblad H3 zich aan de lezers voorstelt. Het blad wil in hoofdzaak informatie geven door „artikelen, doordenkertjes, korte be richten, verzen en verhalen, die men doorgaans niet zo in het algemeen en soms ook met naam en toenaam genoemd in andere uitgaven aantreft. Het is onze wens stilaan tot een onafhankelijk oecumenisch blad uit te groeien, in beide betekenissen van het woord: „de gehele bewoonde wereld” en „interkerkelijk”. Vijfentwintig woorden uit: de jury verwierp haar aanvankelijk met 14 tegen 5 met twee onthoudingen. Na de pleidooien bleken ook de twee weifelaars zich nog aan de „anti-revolutio- naire” kant te hebben opgesteld. Velen zullen deze uitzending hebben gezien, maar wellicht is het toch dienstig nog eens in het kort een overzicht te geven van de verschillende argumenten, die werden gebruikt in dit korte geding, waar dr. G. ter Schegget en de parlementariër M. W. Schakel tegenover elkaar stonden. - - ast (Van onze correspondent) I EX D DS. W. J. KOOLE E DE HEER SCHAKEL (AR) DANIËL DE LANGE Willem andere E'. KEES MAAS DOROTHEE SÖLLE De Katholieke Bijbelstichting heeft met medewerking van het Nederlands Bijbel Genootschap zojuist „Bijbel aan stoot” het licht doen zien. Ook dit is weer zo’n korte krachtige uitgave. Het boekje biedt voornamelijk een De Bijbelkioskvereniging heeft een boekje „Met andere woorden” van de hand van ds. E. Pijlman uitgebracht. Het boekje handelt over vijfentwintig woorden, die in de bijbel voorkomen. Hij hadlt telkens enkele centrale pun ten van die woorden naar voren vertelde over zijn in de oorlog. „Ik De strijd tegen Hitler door de Be kennende Kirche, de houding van de Witte Paters in Mozambique: dat geeft Het doel wordt door de redactie als volgt geformuleerd: „Er bestaan meer dere vredesbladen, maar voor het „ge wone publiek” zijn ze vaak te moeilijk en te uitgebreid. Streven van ons blad is: begrijpelijk voor elke Nederlander, christen niet, maar veroordelen”. De tijd van „het doorgeven van het evangelie” is voor ds. Koole onverbid delijk voorbij. „Deze gelovigen willen alleen maar doorgeven wat geweest is. Uit het Oude en het Nieuwe Testament blijkt dat er destijds volop communica tie is geweest. Dat moet maar genoeg zijn, vinden deze mensen nu. Maar dat noem ik een vorm van bevestiging van wat ooit plaatsvond. Ik ben óók rechtzinnig, maar ik ver taal, wat in de Bijbel aan de orde komr, m de werkelijkheid. Dat is naar mijn opvatting de zin van het bedrijven van omroep. Wij voelen ons communicato- ren door de kerk te verbinden met de vragen, die de wereld stelt. Zo moeten we pleiten voor meer menselijkheid. Het IKOR stelt zich ten doel de kerk van binnen naar buiten te keren. We maken er geen speciaal voor de kerk ingerichte huistelevisie van.” „Belijdenis’ is een uitgave van Ten Have n.v., Baarn. Ph 1 l 2 „U moet er niet teveel van verwach ten. Het biedt geen kant-en-klaar oplossingen voor alle mogelijke vragen. Maar misschien zet het wel aan het denken. En op een spoor voor verder onderzoek”. Aldus ds. Pijlman. nieuwing”. „Het IKOR besteedt veel te weinig aandacht aan het belijden van de kerk. Ons evangelie is te horizontaal: wat we te zeggen hebben, heeft betrekking op de aarde, en te weinig verbinding met de lijn naar boven. „Kenmerk” houdt zich te veel bezig met Angola, Zuid- Afrika en Vietnam. Onze programma makers werken te veel naar eigen in zicht en te weinig naar het inzicht van de kerk”. Maar volgens ds. Koole is het type rend voor deze kritiek van rechtzinnige kant, dat zij zelf niet aan het woord wil komen. „Wij hebben onze critici voort durend aangeboden om deel te nemen aan onze programma’s. Maar dat aanbod De redactie van dit tweemaandelijks verschijnende blad bestaat uit me vrouw J. H. H. Gerding-Eggink, D. Prins en Henk Meendering. Uit de titel blijkt al wel, dat dit blad op de vrede gericht is. In het slotbetoog liet ds. Ter Scheg- get ds. Buskes per filmbeeld aan het woord. „De kerken moeten voor de onthechten kiezen”, zei deze, „ook in de strijd tegen het onrecht. Hij die het geweld van de gevestigde orde aan vaardt heeft geen recht dit te veroor delen. Als door de schuld van de hébbers revolutionair geweld losbreekt Daniel de Lange stelde dat de kerk zich achter het canaille moet scharen. De terughouding van de kerk ontstaat door morele hoogmoed, maar ook door morele angst. De kerk is bang dat de achterban niet volgen kan. „Het ge weld is er, mensen worden verdrukt door heersende machten. Het eerste geweld is dat van de onderdrukkers. Maar de kerken hebben in het verle den niet gedaan wat hen werd opge dragen door de Heer, zij hebben ge streefd naar een rustig behoud van de bestaande toestand. heer Roolvink weer stelde dat de zen ding de mensen mondig maakt. Ge weldloze actie noemde hij het juiste middel, Martin Lurther King zijn ide aal. Tenslotte kwam dr. C. J. Verplanke zeggen dat hij het nooit zou kunnen aanvaarden als de kerk zich achter kapers van vliegtuigen en ontvoerders van diplomaten stelt Het revolutionai re geweld ontaarde tot geweld tegen vrouwen en kinderen In het blad van de lutherse gemeen te in Doetinchem werd een Chinees verhaaltje afgédrukt, ter stimulering van het financiële meeleven. Het is inderdaad een treffende geschiedenis. „In China was het de gewoonte dat de gasten ter bruiloft iets in natura meenamen om voor de bruidegom de kosten te drukken. Zo was een afge sproken dat de gasten voor de wijn zouden zorgen. Ieder zou een kruikje meenemen, en het ledigen in een groot vat. moet ik naast hem staan. Zonder het geweld te sanctioneren, dat mag ik als ook zonder het te Reckman wilde toch niet de huidige dictaturen in leven houden uit angst voor nieuwe. Maar er was een Chinees, die dat op het moment niet zo best uitkwam. Niet het er heen gaan was zijn probleem, maar dat meenemen van wat. Weet je wat, dacht hij, ik doe wat water in mijn kruikje. Niemand ziet het. En één kruikje op zoveel wijndat zal nie mand proeven. Zo gezegd, zo gedaan. Maar toen men op de bruiloft aan het drinken zou gaan, vonden de gasten in hun glas alleen maar water, puur wa ter". Het landelijk Centrum voor Gerefor meerd Jeugdwerk organiseert in sa menwerking met het Toerustingscen- trum te Baarn een weekeinde op 11 en 12 december met als thema „Is geloven moeilijk?” Jongeren van 18 tot 30 jaar kunnen aan dit weekeinde deelnemen. Het wordt gehouden in het jongerenvor mingscentrum „De Drieburg”, Hoofd straat 252 te Driebergen. Aanmelding en informaties: De Drie burg, Driebergen, tel. 03438-3193. In korte en inderdaad vaak krachti ge hoofdstukken pakt ds. Pijlman de woorden aan. De volgorde is alfabe tisch, het begin is „dag”, het einde „zonde”. Een beetje vreemd, om aan het eind over zonde te lezen, nadat men enkele hoofdstakken daarvoor „red ding” heeft aangetroffen. Maar de be schouwing over de zonde besluit dan ook aldus: „Eigenlijk weten we alleen echt wat zonde is als we die vergeving kennen, als we ons de zonde hebben laten vergeven. En van daaruit mogen we dan ook de „goede strijd” beginnen, zoals Paulus dat noemt, de strijd tegen de zonde. Niet alleen om ons eigen kleine leven, maar ook tegen de zonde in de wereld”. Het boekje is bescheiden maar spre kend geïllustreerd. «Bijbel Kiosk Vere niging, Hoofdstraat 55, Driebergen). die lager onderwijs heeft gehad. Ons blad gaat niet uit van een bepaalde partij of godsdienstige stroming; al ho pen wij dat ons blad in zoveel moge lijke partijen en kerken verbreid wordt. Wij willen de mensen critisch ma ken, ten opzichte van de militaire dienstplicht en de bewapening. En om dat we in Nederland wonen in de eerste plaats ten opzichte van de hoge defensie-uitgaven in Nederland. We willen zover onze beperkte ruimte toelaat berichten opnemen, waaraan de grote pers te weinig aandacht be steedt”. weer wat de plicht van de kerk is. Niet het instandhouden van de binnen kerkelijke eenheid is belangrijk, maar het solidair zijn met de naaste. Sjaloomvoortrekkei Piet Reckman zei dat men door de informatiemedia haarfijn weten kan hoe de armen en verdrukten ervoor staan. „De beul heeft het drukste werk in Zuid-Afrika. Daar worden twee mensen per week terechtgesteld. Drieduizend mensen worden iedere dag op grond van de passenwetten vervolgd. In Angola en Mozambique werken de niet-blanken voor zestig cent per dag op de planta ges van de blanke bezitters. Als zij in opstand komen dreigt de napalm”. Het Tweede Kamerlid Schakel (A.R.) trachtte steeds weer zijn tegenstanders op hun pacifisme vast te pinnen. Reck man zei doodleuk „Pacifisme betekent vechten voor vrede*', en toen de heer Schakel opmerkte dat revoluties uiterst zelden geweldloos geschieden zei hij, dat als het geweld van de economische en politieke structuur zodanig is dat de enige kans tegengeweld is, hij zich (goed gevoed en goed gekleed) niet geroepen acht dit geweld te veroorde len. „Integendeel, dan moet ik solidair zijn”. Revoluties kunnen tot dictaturen lei den, zoals de heer Schakel stelde, maar Naast bijbelteksten worden steeds teksten geplaatst, ontleend aan actuele uitspraken en publikaties, zoals de en- De heer Schakel eigen verzetsdaden deed dat niet omdat de kerk mij ertoe opriep, maar omdat mijp geweten mij daartoe aandreef. De taak van de kerk is: de accu van het geweten der leden opladen, maar niet het zegenen van wapens. Het leven aan boord van het ruimteschip wereld is niet zo zwart wit, zodat bij de verdrukte alles goed, bij de onderdrukkers alles kwaad is. Als de staat kiest voor één kerk wordt de geestelijke vrijheid aangetast, maar als de kerk kiest voor één stro ming, gebeurt hetzelfde, dat leeft zij op gespannen voet met de geestelijke vrij heid van haar leden”. We zeiden het al, de heer Schakel won het geding, en gezien de eerste en tweede uitslag ‘hebben alle betogen weinig invloed gehad. Maar toch was bij een landelijk onderzoek gebleken dat een kleine meerderheid achter de stelling stond, hetgeen meer zegt dan dat het publiek in de zaal zich volledig op de hand van Ter Schegget c.s. toonde. Maar het belangrijkste van al les is waarschijnlijk dat een onderzoek heeft uitgewezen dat meer dan 70 per cent van de kerkgangers nog nooit vanaf de preekstoel iets over deze problemen heeft gehoord, en dat een gelijk percentage niet weet hoe zijn predikant er over denkt. Dan is er blijkbaar ook geen sprake van het opladen van de „accu van het gewe ten”, maar wel van een proberen de achterban niet te verliezen. Discussies zoals dl’ „kort geding” zijn uiterst nuttig. Daarom hebben we hier dan ook nog eens een samenvatting afgedrukt. Maar he’ is ook belangrijk dat in de gemeente de discussie hier over op gang komt. vertaling en voor een deel een bewer king van Bibel Provokativ, dat vorig jaar in Duitsland verscheen onder aus piciën van zowel Evangelisches als Ka- tholisches Bibelwerk te Stuttgart. Het bevat een bloemlezing van bij belteksten en daar tussendoor een bon te verzameling van berichten en bewe ringen betreffende de problematiek van de „derde wereld”. cycliek „Populorim progressio”, het „blauwe boekje” en gedichten van Do rothea Sölle. Het formaat is handzaam, men kan het gemakkelijk bij zich steken en er heerlijk in grasduinen. Proefnummer van dit blad, dat on der meer in de Wereldwinkels te koop is, zijn aan te vragen bij de admini stratie, Markweg 4a, Renkum. Ds. Koole zegt van alle critiek op zijn omroep „met veel emotie” te hebben kennis genomen. Maar allé wantrouwen en protesten, die volgens hem in feite zijn te herleiden tot critiek op de geën gageerdheid van zijn programma’s, zijn niet zo maar uit de lucht komen vallen. „Al jaren kampen wij met communi- catiestoringen tussen bestuur en pro grammamakers. Critiek hebben wij met name steeds te duchten gehad van de Confessionele vereniging en de Gere formeerde Bond. Voortdurend horen wij uit de rechtse hoek dat wij voor eigen kerkmensen niet herkenbaar zijn. Wij bedrijven ideologische theologie, vindt Graafland. Te veel zijn onze program ma’s doordrenkt van maatschappij-ver werd nimmer aanvaard. Om te begin nen wil het toeval dat het grootste deel van de IKOR-CVK-programma’s op zondag moet worden opgenomen (de NOS werkt op zondag voor de sport en de kerk). Dat is voor velen een onover komelijk bezwaar. Maar bovendien: zij willen wel hun zegje doen, maar dan in de vorm van een monoloog. En dat wil len wij nou juist niet.” Een van de bronnen voor dit „Bijbel aan stoot” is „Belijdenis” van Dorothee Sölle. Een bundel meditaties, die in Nederland al aan de tweede druk toe is. Een merkwaardig mengsel van tref fende gedichten, diepe gedachten en nogal clichématige ontboezemingen. De leidende gedachte is de plaatsbe- kleding en dat is niet verwonderlijk voor de schrijfster van een boek van die naam. Niet beter is dit begrip te illustreren dan door deze strofe: „Er werd een controleur gezocht, jij bent het geworden totdat hij komt". Belijdenis bevat ook Dorothee Sölle’s Credo, dat ook in Bijbel aan stoot, zij het in een wat andere vertaling, is te vinden. Een Credo, dat we met graagte in zijn geheel afdrukken, omdat het een nader inzicht geeft in de gedach tenwereld van de Dorothee Sölle van het Politieke Avondgebed: „Ik geloof in God die de wereld niet af heeft geschapen, als iets dat altijd zo moet blijven, die niet regeert vol gens eeuwige wetten die onverander lijk van kracht zijn, niet volgens na tuurlijke ordeningen, van armen en rijken, deskundigen en onwetenden, heersers en afhankelijken, ik geloof in God, die de tegenspraak wil van wat leeft, en de verandering van alles, door ons werk, door onze politiek. Ik geloof in Jezus Christus, die ge lijk had toen hij, een enkeling die niets kan beginnen, precies zoals wij, werkte aan de verandering van alles, en daar aan te gronde ging, met hem als maatstaf erken ik, aat ons verstand is verminkt, onze fantasie verstrikt, onze moeite verspild, omdat we niet leven zoals hij leefde, elke dag vrees ik, dat hij vergeefs is gestorven, omdat hij in onze kerken begraven is, omdat we zijn revolutie hebben verraden, gehoor zaam en bang, voor de autoriteiten, ik geloof in Jezus Christus, die opstaat in ons leven”. De redactie van het nieuwe blad berust bij Wika O. Bult en J. Timmer. Het eerste nummer van dit maandblad, „voor mensen, die met hoofd, hart en handen willen geloven, hopen en lief hebben”, wordt geopend door een be schouwing over de wereldraad van Kerken. Maar het eigene van het blad zit meer in de korte rubrieken, die vaak een zeer persoonlijke aanpak ver raden. „Als de toren van Babel zou worden gevonden, viel dit bouwwerk onder monumentenzorg”, zo vinden we ergens en in een artikel over „beenneu- rose” wordt gefilosofeerd over de wij ze, waarop de naakte aap zich voortbe weegt. In de rubriek „Uit het leven gegre pen” vindt men tal van korte uitspra ken en opmerkingen. Zo vonden we bijvoorbeeld deze „Zodra b.v. Philips gaat adverteren: „Sticht een commune, dan bent u van al die „tweede” appa raten af”, zouden evangelie en indus trie met elkaar doeltreffend in een spannende verhouding zijn gebracht. En we citeren ook de volgende uit spraken: „Vrijwel nimmer komen kerken zó in het nieuws dan wanneer ze bouw vallig worden en daardoor als „levens gevaarlijk” bestempeld, hoewel ze zo lange tijd „levensreddend” hebben wil len zijn”. „Is het veelvuldig spreken en schrij ven over de zogenaamde „derde we reld” geen subtiele vorm van discrimi natie om de suprematie van de „eer ste” en „tweede” wereld te handha ven?” (Proefnummers: Postbus 46, Heeren- veen). De redactie van ELK, het Evange lisch luthers weekblad, zegt dat met dit verhaal is als met zovele mooie verhalen: het wordt ook verteld als elders gebeurd. „In onze versie” aldus ELK, „gaat het over een Frans dorp, waar men samen een cadeau aan de pastoor wilde geven en dit zou doen via een groot vat dat op de markt werd neergezet. Maar ieder dacht enzen toen het vat was aangebo den enz En zo zijn er ongetwijfeld nog veel meer versies bekend. HILVERSUM. „Het medium tele visie is geen doorgeefluik voor kerke lijke boodschappen. Met televisie kun je bemiddelen. Wij willen in voortdu rend gesprek zijn met gelovigen. Maar vooral óók met twijfelenden, ongelovi gen of zelfs tegenstanders. Als men mij kan aantonen dat ik het evangelie met onze televisie-programma’s schade doe, dan gooi ik die programma’s van daag nog om. Maar als wordt gezegd, dat tv voortaan het reclamebureau voor de kerk moet zijn en dat wij voor nieuwslezer mogen spelen, dan ga ik juist door in de richting, die we heb ben ingeslagen.” Aan het woord is de 41-jarige her vormde predikant W. J. Koole, al ne gen jaar directeur van de IKOR-televi- sie. Voor de eerste maal woonde hij de Hervormde Synode in Driebergen bij. Hij heeft het geweten. Stormen van critiek zijn over zijn hoofd gegaan Tweeënhalf uur lang. Koole en zijn collega van de IKOR-radio, ds. J. W. de Haan, hebben twee minuten de tijd gehad om op de ernstige grieven te reageren. Eén minuut per man is niet veel. De critiek kwam uit alle windstre ken. Een dominee uit Boven-Hardinx- veld vond dat de Hervormde Kerk zich maar uit het IKOR moest terugtrekken en zelf maar een omroep moest begin nen. Een medestander uit Huizen (N.- H.) opperde het idee om de zendtijd van het IKOR aan de Evangelische Omroep te schenken. Zien actiegroepen het IKOR soms als een gemakkelijke spreekbuis voor hun doeleinden? vroeg weer een andere dominee achterdoch tig. Dr. Graafland, zelf bestuurslid van de kerkelijke omroep, tikte ds. Koole eigenlijk het allerhardst op de vingers. Hij meende dat het IKOR gevangen is „in de fanatieke ideologie van de dia loog, waarbij de belijdende stem van de kerk niet overtuigend overkomt.” Het IKOR is veel te zelfstandig. De informatie, die het IKOR verschaft, ligt altijd in de lijn van een horizon taal evangelie. Met grote meerderheid van stemmen besloot de Synode dat er een „grondige gelovige heroriëntering” van de kerke lijke radio en televisie moet plaatsvin den, dat de communicatie tussen kerk en IKOR moet worden versterkt en dat er wijzigingen in bestuur en program- ma-commissies moeten komen. De derde getuige dr. S. Wielenga, predikant in Berlijn, sprak van een soort „Staphorster theologie” voor de politiek. De bestaande situatie is de wil van God, hoogstens kunnen we bidden. „Maar het evangelie is niet onpartij dig”, riep hij uit. Voor het eerst kwam toen het thema duidelijk naar voren, dat de heer Schakel later steeds weer zou hante ren: „De kerk mag geen wapens zege nen, dus ook niet van revolutionairen”. Dr. Wielenga zei daarop dat wij de verdrukten niet kunnen voorschrijven welke middelen ze mogen hanteren, terwijl we in feite het geweld van het gezag ondersteunen. „Jezus heeft ner gens tot geweld opgeroepen”, zei de heer Schakel, maar hij kreeg lik op stuk: „Jezus heeft ook geen christelijke partijen opgericht” „Uit Jezus’ woorden en optreden we ten zijn volgelingen heus wel waar ze moeten staan”, aldus ds. Wielenga, „ze moeten kiezen tussen het recht en de mammon”. Prof. W. H. Velema, de eerste getui ge tegen de stelling, sprak over een „beschouwing met duidelijk marxisti sche achtergrond. Het evangelie wordt gereduceerd tot maatschappelijke kri tiek. Het is de taak van de kerk de boodschap te verkondigen. Achter deze stelling ligt een stuk ongeloof van,- de kerk in eigen boodschap”. Prof. Velema maakte zeer duidelijk onderscheid tussen kerk en christenen. De kerk moet verkondigen, of de christenen individueel in de geest van de stelling kunnen handelen is vers twee. „Moet de kerk als Pilatus de handen in onschuld wassen?” vroeg ds. ter Schegget. „Nee”, was het antwoord, „de kerk moet onrecht onrecht noe men”. Oud-minister Roolvink kwam vertel len dat men niet moet onderschatten wat de kerk allemaal heeft gedaan. Was de heer Schakel al met de actie van Willem Duys aangekomen, hij wees op een VARA uitzending over de zusters van barmhartigheid in Calcut ta. „Hier gaat het om vriendelijke beje gening en liefdesgave, maar wat er moet gebeuren is architectonische kri tiek”, zei ds. ter Schegget, „de zending is nooit verder gekomen dan een edele vorm van weldadigheid”, waarop de Een ander tijdschrift, dat ons ter kennismaking werd toegestuurd, is „Smeed de zwaarden tot ploegijzers". illustratie uit „Met woorden”. 3.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1971 | | pagina 14