PROBLEMEN
OPVALLEND
VRIÉNDELIJK
W
VOLKJE”
„ONDANKS
fa
F*
II»
(Van onze Haagse redactie)
als
er
voor
Korte rokken
Omzichtig
Barrière
Preventief
Bordelen
Loslopend
V
i.8
f.
~ZZZ.
2
gr
i
t i f
„Wij hebben er alle begrip voor als buitenlandse werk
nemers seksueel wel eens buiten hun boekje gaan. Als men
hun situatie in aanmerking neemt, dan gedraagt deze groep
zich eigenlijk erg rustig. Het is in feite een opvallend vrien
delijk volkje”.
I
J
i
Gastarbeiders en sex
Erbij
Het grootste deel van deze hoofdzakelijk uit mannen bestaande groep arbeiders is
ongehuwd of leeft gescheiden van zijn gezin. Overigens: noodgedwongen gescheiden.
Want de Nederlandse overheid maakt weliswaar graag gebruik van hun diensten
(ongeschoolde arbeid waar de meeste Nederlanders niet meer voor te krjjgen zijn),
zü zorgt echter niet voor passende huisvesting en belemmert voor één of meer jaren
de hereniging met hun gezinnen.
„Het volkje”, waar de heer II. de Haan, medewerker van het weten
schappelijk bureau van de NVSH, op doelt, wordt thans geschat op bijna
2 percent van de Nederlandse beroepsbevolking. De landelijke Stichting
Bijstand Buitenlandse Werknemers rekent voor, dat er naast de 106.000
Mediterrane werknemers met een tijdelijke arbeidsvergunning (Turken,
Marokkanen, Italianen, Spanjaarden, Joegoslaven, Portugezen en Grie
ken) en rond 20.000 arbeiders met een permanente vergunning, nog eens
enkele tienduizenden „illegale” buitenlanders in Nederland werkzaam
zijn.
Turken steken wat dit betreft overi
gens boven de andere werknemers uit;
Spanjaarden en Marokkanen kwamen
percentueel in dat jaar veel minder
voor seksuele delicten met de straf
rechter in aanraking.
alles bljjkt.
of
nog steeds: wel behoefte aan arbeids
krachten, maar niet aan hun gezin
nen.”
Vorig jaar liep een gezamenlijk ex
periment van NVSH en de werkgroep
van mevrouw Giskes op verdeelde me
ningen stuk. Eén keer werd met succes
seksueel onderricht aan een groep Tur
ken gegeven. Maar daar bleef het bij.
De werkgroep kon zich met de NVSH
niet verenigen over de al te concrete
aanpak.
men hen ook duidelijk moeten inlich
ten over de mogelijkheden en het be
lang van voorbehoedmiddelen.”
Een instelling als de NVSH is zich er
van bewust, dat de taalbarrière tussen
buitenlandse werknemers en Nederlan-
De heer De Haan vindt dat in be
paalde stadswijken, waar grote groepen
buitenlandse werknemers zijn gecon
centreerd. speciaal voor hen ingerichte
bordelen zouden moeten verrijzen.
Ook op latere leeftijd blijven de
(gehuwde) mannen veel gebruik van
bordelen maken: de eigen vrouw doet
thuis het werk en wordt vaak in feite
als privé-eigendom beschouwd. Haar
Uit het rapport „De buitenlandse ar
beider in Nederland” blijkt, dat van de
groep Italianen, Turken en Spanjaar
den 43 percent vindt dat er onvoldoen
de prostituées in hun woon- en werk
omgeving zijn. Overigens geeft van de
geënquêteerde groep Spanjaarden en
Marokkanen de helft geen antwoord
op deze vraag. Op de vraag of Italia
nen, Turken en Spanjaarden prostitu
ées bezoeken, antwoordt 50 percent
bevestigend en 15 percent ontkennend.
Het belangrijkste verschil, waarmee
de buitenlandse werknemer in Neder
land geconfronteerd wordt, is de geheel
Van de Marokkanen zegt 36 percent
„ja” en 5 percent met „nee”: 59 per
cent geeft helemaal geen antwoord.
andere opvatting over het accepteren
van seksualiteit vóór het huwelijk.
Van een massale voorlichting aan de
buitenlandse arbeiders kan maar wei
nig worden verwacht. Natuurlijk zal er
preventieve voorlichting moeten zijn.Er
zal bovendien bij verschillende instan
ties moeten worden aangedrongen op
het beschikbaar stellen van passende
woonruimte, op vervroeging van ge
zinshereniging en op passende begelei
ding inclusief hulp en voorlichting op
seksueel gebied.
van
af-
Vrouwen dienen tot elke prijs maag
delijk het huwelijk in te gaan .Mannen
behoren zich daarentegen seksueel uit
te leven en beginnen veelal reeds in
een vroeg stadium (vanaf 12 jaar) hun
mannelijkheid te bewijzen. De prosti
tuées zijn er om hen zo veel mogelijk
ervaring te laten opdoen.
Hij beleeft dit verschil vooral in het
gedrag van de Nederlandse vrouwen,
waarin veel minder geremdheid tot
uitdrukking komt dan hij gewend is.
Hij weet zijn houding niet te bepalen.
Het is voor de hand liggend dat zich
onder deze mannen ernstige seksuele
problemen moeten voordoen. Cijfers
uit een recent door de ministeries van
CRM en van Sociale Zaken gehouden
onderzoek onder buitenlandse werkne
mers („De buitenlandse werknemers in
Nederland”) tonen aan, dat van de
gehuwde Spaanse arbeiders 30 percent
hun echtgenote niet in Nederland
heeft. Van de gehuwde Turkse arbei
ders heeft zel's 85 percent zijn vrouw
in Turkije moeten achterlaten. Voor de
steeds toenemende groep Marokkanen
zou eenzelfde percentage gelden.
ders groot is en dat een deel van de
arbeiders kan lezen noch schrijven.
Voorlichting moet daarom op de on
middellijke praktijk zijn gericht en
men zal op verschillende punten tege
moet moeten komen aan de directe
(seksuele) behoeften van deze mannen
(gemiddelde leeftijd 31 tot 33 jaar), die
toch al met vergaande communicatie
stoornissen op het werk en in hun vrije
tijd te kampen kunnen hebben.
Hier dienen zij zich inderdaad aan als
„groep die eruit springt.”
„Dat zal de meeste Nederlanders wel
tegen de borst stuiten. Maar mij lijkt
zoiets alleszins redelijk. Het is een
algemeen bekend feit, dat ze bij de
gesettelde prostituées niet veel kansen
krijgen. Die voelen zich te goed voor
hen. In de landen aan de Middellandse
Zee is de prostitutie een veel normale
re zaak gereglementeerd, maar open
lijk, wat gezelliger ook (relaxen met
De heer A. J. Schouten, stafmede
werker van de Landelijke Stichting
Bijstand Buitenlandse Werknemers te
Utrecht, is over de inhoud daarvan bij
voorbaat niet erg optimistisch. „Bij
mijn weten is het regeringsstandpunt
Duidelijke voorlichting over het gebruik
van voorbehoedmiddelen is daarom be
langrijk Niet alleen voor buitenlandse
werknemers, maar ook voor Neder
landse meisjes.
De Federatie van Instellingen voor
de Ongehuwde Moeder en haar Kind
(FIOM) te Den Haag toont aan, dat
van de 2535 buitenechtelijke zwanger
schappen in 1970 er 20 percent door
buitenlandse arbeiders werd verwekt.
Over de vurigheid van de Latijnse
mannen doen de meest wonderbaarlij
ke verhalen de ronde, die echter zelden
bewezen zijn. De positie van de man
ten aanzien van de vrouw is daar vaak
geheel anders dan in de Nederlandse
maatschappij. Daardoor beoordeelt hij
de prostitutie ook heel anders.
„Maar is dat zo gek?”, vraagt de
heer De Haan (NVSH) zich af. „Het
gaat hier om een groep loslopende
mannen die zich net zo gedraagt als
Nederlandse loslopende mannen. Daar
komt bij dat een meisje niet wil of
mag trouwen als blijkt dat het „een
Marokkaan” was. Bovendien wil ik de
buitenlandse werknemer in zo’n geval
niet alle schuld in de schoenen schui
ven Hij is van het gebruik van voor
behoedmiddelen vaak minder op de
hoogte dan het betrokken meisje.”
De begeleidingsfunctionarissen zijn
dan ook de aangewezen figuren, als het
gaat om hulp bij eventuele seksuele
problemen. De moeilijkheid is echter,
dat de buitenlandse werknemers uiterst
schroomvallig over dit onderwerp pra
ten en dat de functionaris niet speciaal
voor het oplossen van dergelijke pro
blemen is opgeleid. Een soms jarenlan
ge afwezigheid van hun echtgenote
thuis leidt tot onduldbare spanningen.
F 1
F
probleem van de seksualiteit vanzelf
sprekend wél. En ook al. omdat de
groep zich de komende jaren nog zal
uitbreiden, zal met voortvarendheid
aan een oplossing van dit vraagstuk
moeten worden gewerkt.
waarde is voornamelijk gelegen in
haar capaciteit tot het baren van kin
deren. Zij moet absolute echtelijke
trouw in acht nemen en heeft eerder
een economische dan een seksuele
functie. De man kan op welke leeftijd
dan ook putten uit een vrijwel onbe
perkt arsenaal prostituées, die hem de
zo nodig geachte variatie brengen.
.Buitenlandse werknemers spreken
nu eenmaal niet gemakkelijk over sek
sualiteit Ik weet bijvoorbeeld van
Turken dat zij enorm opkijken van
kleding en gedrag van de Nederlandse
vrouwen. Daarom: voorlichting over
seksualiteit zul je zeer omzichtig moe
ten geven. Je moet de juiste benade
ring zoeken.”
De heer De Haan (NVSH) zegt: „Het
is me nogal een overgang: in Marokko
dragen de vrouwen in sommige streken
nog doekjes voor het gezicht. Hier ziet
men minuscuul korte rokjes. In de
samenlevingen, waar de arbeiders van
daan komen, zouden ze op dit soort
verschillen moeten worden voorbereid.
Als er meer en beter onderwijs zou
komen, zouden ze bepaalde nieuwe
ontwikkelingen ook beter aankunnen.
Ik ben van mening dat bijvoorbeeld de
Landelijke Stichting Bijstand Buiten
landse Arbeiders veel actiever zou
moeten voorlichten. De Nederlandse
artsen zouden veel meer begrip moeten
hebben voor de problematiek, waarmee
deze mensen worstelen”.
Maar vooral toch zullen met name
de ongehuwde in ons land verblij
vende Turken, Marokkanen, Spanjaar
den, Zuidslaven en Grieken met de
concrete vraag zitten, hoe zij in con
tact komen met Nederlandse meisjes
en vrouwen .Het is al gebruikelijk, dat
Nederlandse meisjes in ontmoetings
centra van buitenlandse werknemers
worden uitgenodigd Toch blijken deze
contacten geen onverdeeld succes te
zijn, evenmin als de vaak gedwongen
huwelijken, die daaruit voortkomen.
Het is daarom ook nauwelijks een
verrassing te noemen als de afdeling
„gerechtelijke statistieken” van het
CBS bewijsmateriaal aanvoert, waaruit
blijkt, dat de seksuele criminaliteit van
buitenlandse werknemers wat hoger
ligt dan die van de Nederlandse bevol
king Het aantal wegens seksuele
misdrijven veroordeelde Turken per
1000 inwoners was bijvoorbeeld in
1968 1,5. Het aantal voor soortge
lijke delicten veroordeelde Nederlandse
mannen in datzelfde laar: 0,4.
Als moeilijkheid wijst de heer De
Haan ook nog aan dat de „natuurlijke
vader” door het meisje soms nauwe
lijks op te sporen is, „omdat hij zich in
een pension bevindt, waar tientallen
van die jongens rondlopen, die voor
haar allemaal op elkaar lijken.”
De grote barrière wordt gevormd
door het gebrek aan goede huisvesting.
De heer Schouten: „De overheid houdt
hen wel voor dat ze over één of twee
jaar hun gezin mogen laten overko
men, maar er wordt niet voor noodza
kelijke huisvesting gezorgd. Men
schuift dat dan maar weer op de
woningnood en het feit dat de werkne
mers vaak zelf niet, om welke reden
dan ook met hun gezin herenigd wil
len worden.”
sigaretje). Nederlanders maken ook
overvloedig gebruik van publieke vrou
wen, maar niet openlijk. Wij hebben
op dit gebied onze normen, zij de
hunne. Dan krijg je botsingen”.
Het beleid zal overigens niet alleen
moeten zijn gericht op gezinshereni
ging. Ook op andere punten is correcte
bijstand ten zeerste geboden. Mevrouw
L. C. Giskes van de Delftse afdeling
van de Werkgroep Buitenlandse Arbei
ders zegt: „Wij zouden ze van tevoren
moeten zeggen: jullie positie in Neder
land is zeer bijzonder en in feite
irreëel en onrechtvaardig. Daarnaast
zou men voorlichting in engere zin
over de man-vrouw verhouding in ons
land moeten geven. Een tenslotte zou
Uiteraard houdt ook de regering zich
met de situatie van de „gastarbeider”
bezig. In januari 1970 lieten de minis
ters mej. Klompé, Roolvink, Nelissen
en Polak een nota „Buitenlandse
Werknemers” het licht zien. Een Bij
zondere Tweede-Kamercommissie on
der voorzitterschap van de C.H.U.-er
Kikkert bestormde naar aanleiding van
de Nota de bewindslieden met 300
vragen in het Voorlopig Verslag. Met
ongeduld wordt nu de Memorie van
Antwoord afgewacht.
Uit dit alles blijkt, dat er
een verontrustend of sterk
wijkend seksueel gedrag van de bui
tenlandse werknemer niet of nauwe
lijks sprake is. Niettemin bestaat het