HUBERT LAMPO Lateraal denken: een De zwanen van Stonehenge: over boeiende bezigheid magisch-realistische litteratuur Cees Nooteboom Rapport over zijn is leuk, schrijven maar geweldloze weerbaarheid „Schrijver is vervelend” RUUSBROECDE WONDERBARE ONDANKS OMZWAAI NAAR REALITEIT LIEVER DICHTEN DAN SCHRIJVEN BOEKENWEEK ==WIJ ONTVINGEN ™:s:riWIJ ONTVINGEN WOENSDAG 23 FEBRUARI 1972 FILOSOFIE VAN DE BONO A nima-figuren Goede essays Wegwijzer (Van onze redactie in Amsterdam) Weinig kans Bitter Bolivia Geen gelijkhebberskreet AMSTERDAM „Poëzie is erg belangrijk voor me. Het zijn hel dere momenten waarin ik mezelf aan mezelf onthul, zonder het op dat moment te weten. Poëzie is het enige wat ik nooit als werk heb gezien, nooit ook met tegenzin heb gedaan. Een verhaal, een toneel stuk of een reisreportage zie ik wel allemaal als werk, met meer of minder tegenzin. Ik begin het geleidelijk aan leuker te vinden» Schrijver zijn is leuk, maar schrij ven is vervelend”. Dit zegt Cees Nooteboom naar aanleiding van zijn onlangs bij de Bezige Bij ver schenen „Gemaakte gedichten”, waarvan Cees de gesloten gedich ten de fijnste vindt. Niet hoogdravend HUBERT LAMPO, de schrijver van „De komst van Joachim Stiller”, van „De heks en de archeoloog”, „De belofte aan Rachel”, „Terugkeer naar Atlantis” en nog veel meer, is magisch-realist. In Vlaanderen vindt hij op dat gebied als evenknie alleen Herman Teir- linck met een breed oeuvre en Johan Daisne van „De trap van steen en wolken” en ook nog veel meer. Lampi is het niet zó maar, omdat het genre hem min of meer zou liggen, nog veel meer. Lampo is het niet zó maar, meer gelezen worden. Integendeel, hij schrijft magisch-realistisch (en dus religieus, en dós mystiek) omdat het een levensbehoef te is. Hij is een geïnspireerde en behalve dat een kénner. Bij dat kennen is studie inbe grepen. En die studie in dit geval van de achtergronden van de magisch-realistische litteratuur heeft hem ingegeven om „De zwanen van Stonehenge” te schrijven, uit gegeven bij Meulenhoff in Amsterdam. J en HEIN STEEHOUWER H.S. BILT- CEES NOOTEBOOM TOREN J.F. I HET BLIJFT bij namen noemen, want iedere essay met een essay beantwoorden vergt een zelfde dik boek als „De zwanen van Stonehenge” is. Toch Veel bedachtzamer praat Cees over rijn proza, zijn reportages. Voor Ave nue is hij naar Mali geweest en naar UJJdJ „De draaikolk van een werelddeel dat aan zijn ketting rukt, schrijft Cees in „Bitter Bolivia. Een ketting die ruwer wordt aangehaald naarmate de schakels zwakker worden. Een ket ting die wij, in onze tijd, zullen zien breken. Dat is een vrij sterke bewe- Madame De la Fayette, „La Princesse de Clèves”, opvallend tussen de mythologische romans uit die tijd. Het is alleen een historische verhandeling als inleiding tot de wérkelijke essays over de magisch- realistische litteratuur, die op een eerbiedwaardige ouderdom mag bogen. „De reizen van Sinte Bran- daan” worden niet kritisch nagereisd, maar wel wordt de Saksische Beowulf genoemd als ingang tot de ridderromans, die als bij uitstek fantastisch mogen gelden. Er wordt niet zoveel over geschre ven, veel méér en ook goed over de King Arthur- legende, Parsival en de queeste van de Heilige Graal natuurlijk. De magiër Merlijn (die figuur stond voor Tolkien’s Gandalf) duikt uit die verhalen op en dan vertelt Lampo boeiend over diens af komst, de mythische tovenaar, die hij een Kreten zer wil doen zijn, die debet was aan het bouwen of ontwerpen van Stonehenge circa 3000 jaar geleden. Een fantastische theorie? Goed, maar Lampo is als magisch-realist intuïtief gescherpt en hij beoogt geen wetenschap te bedrijven, doch slechts de bron nen op te sporen van een aantal Europese mythen en legenden. En hij doet dat bijzonder onder houdend. boekenboekenboekenboekenl boekenboekenboekenboekenl boekenboekenboekenboekenl boekenboekenboekenboekenl boekenboeken boekenboeken boekenboekenboekenboekenl boekenboekenboekenboekenl boekenboekenboekenboekenl boekenboekenboekenboekenl boe kenboe kenboekenboe ken! boekenboekenboekenboekenl boekenboekenboekenboekenl boekenboekenboekenboekenl boekenboeken boekenboeken boekenboekenboekenboekenl boekenboekenboekenboekenl boekenboekenboekenboekenl boekenboekenboekenboekenl „Ik ben ontzettend bewust van taal, als ik ermee bezig ben. De dingen die je met taal kunt doen zijn oneindig. Ik geloof niet dat het zo belangrijk is dat dingen feitelijk begrepen worden. Als het maar zo is dat er iets gebéurt. En of de lezer bij mijn beelden andere beelden zet of ziet. Als die taal maar werkt. Als de rangschikking van die taal maar een werking heeft die meer of minder overeenkomt met wat er met mij gebeerde toen ik het deed. Door de taal aan te schroeven tot een bepaalde, concrete vorm, die ook nog, met een mal woord, een zekere schoonheid vertoont, wordt die mede deling misschien veel heftiger. „Mijn poëzie staat voor mijzelf apart van wat er verder gebeurt. Niet dat ik er een hoge plaats voor opeis, maar het is niet het soort poëzie dat geschreven wordt op het ogenblik, dacht ik. Ter wijl ik erg veel hedendaagse poëzie waardeer, zou ik niet weten bij wie je mij nu zou moeten rangschikken. Het is een eigenzinnige, duidelijk voor an deren vrij duistere, of hoogdravende en vervelende, en ondoordringbare mede deling. Er zijn mensen die vinden dat je zo niet mag schrijven, dat je het allemaal veel lichter moet doen, maar ik zie het niet als hoogdravend” HET NEDERLANDS Instituut voor Vredesvraagstukken in Den Haag heeft onlangs een rapport uitgebracht over mogelijkheden en onmogelijkheden in zake geweldloze weerbaarheid. Het rapport, ais boekje verschenen onder de titel „Geweldloze weerbaarheid, al ternatief voor militaire defensie?” wordt gedistribueerd door Meulenhoff- Bruna. UITGEVERIJ NIJGH VAN DIT- MAR - ROTTERDAM. „Afscheid van Streuvels”, Hedwlg Spellers, Georges Adé, Georges Wilde- meersch en Albert Godfroid, zorgden voor de samenstelling. DIE ZWANEN VAN STONEHENGE zijn alleen een „vluchtige” aanleiding tot zijn serie essays. Lezers van Bres-Planète weten, dat Lampo in dat blad eerder over Stonehenge heeft gepubliceerd. Hij ziet het archaïsch monument van Stonehenge namens velen overigens als een stenen com puter, dienstig om zonne- en sterrestanden af te lezen. De merktekens, gevormd door de stenen van deze „kalender” staan op een bepaalde tijd van „het grote jaar” in correlatief verband met het sterrebeeld De Zwaan. Daérom mysterieuze broe derschappen rondom een „Zwanemaaltijd” (zie de „Bruiloft in Kana” van Jeroen Bosch), daarom Zwane-ridders, Lohengrin voorop, en wellicht Nils Holgerson van Selma Lagerlöf op zijn gans als laat naneefje, niet te vergeten natuurlijk Hans Ander sen en het oud-Hollandse versje „Witte zwanen, zwarte zwanen, wie wil er mee Engel(l)and varen”. De sleutel, die in dat versje gebroken is en door geen ene timmerman kan worden gemaakt is door Hubert Lampo gevonden. Hij heeft de gebro ken delen gesoldeerd het echte lassen zou je mis schien alleen aan Louis Borges moeten overlaten maar je ziet er geen barst van, om een tube-lijm- fabriek „ergens in Nederland” in dit gezelschap te citeren. HET BOEK BEGINT met een essay over de eerste psycho-realistische roman in Frankrijk (1678) van heeft Lampo zijn stof niet uitputtend behandeld. Dat is ook bijna onmogelijk. Zelf schrijft hij, dat hij zijn verhandeling bijna geheel op grond van parate kennis heeft geschreven. Het is dus geen standaard werk. Wat het wel is? Een goede handleiding in het duistere woud van de magisch-realistische litteratuur en een aanmaning om zich erin te ver diepen. Je zou er toe komen om de door hem be schreven romans, zo je die nog niet hebt, ijlings op de kop te gaan tikken. Zo animerend is dit boek dus wel, ondanks de wat snelle vogelvlucht van Huberts Zwanen. ER IS EEN HANG naar mystiek. Er zijn hippies van allerhand geestelijke komaf, die retraites meemaken in het, overigens slinkende getal, kloosters. Misschien is het een vlucht, wellicht een opgang, wie zal het zeggen? In ieder geval zoeken ze een Europese bron, in tegenstelling tot vele anderen, die de weg naar het oosten en vaak de ondergang kiezen. Zoeken ze goed? Komen ze in die kloosters de geest van Ruusbroec nog tegen? Wie zich behalve dan de hippies op die geest wil bezinnen kan dat doen. Voor hem is er nu „Ruusbroec de Wonderbare” een uitste kend geschrift van dr. W.H. Beuken, een uitgave van Tjeenk Willink-Noor- duijn in Culemborg. De middeleeuwse mystiek is een on uitputtelijk onderwerp.Wie er over le zen wil kan niet buiten Ruusbroec. die levende in de eerste helft van de veertiende eeuw zo’n grote invloed heeft geijgd op Geert Groote, Thomas van Kempen en andere leidslieden uit de kring van Windesheim.Hier dus de ingang van die typisch Nederlandse mystiek, een bloemlezing van uitste kend gekozen fragmenten uit de tek sten van Ruusbroec (oorspronkelijk weergegeven) en met een inleiding en verhelderende aantekeningen van dr. Beuken. Niet alleen Ruusbroecs ’’leer” wordt besproken, ook zijn leven en een tijds beeld. Vroegere beschouwingen, waar uit de schrijver heeft geput worden alle genoemd en zo kan men dit boekje als een inleiding naar méér zien. Dr. Beuken heeft door zijn uitleg de tek sten leesbaarder gemaakt en wie rich de tijd gunt kan met "Hetinnighe leven” of „De gheestelike brulocht” op adem komen in een tijd, die nu en dan tot diep ademhalen dwingt. HUBERT LAMPO geraakt dichter bij huis en wordt dan ook beter controleerbaar als we de litte ratuur van onze dagen gaan naderen. Wat hij schrijft over Ayesha uit „She”, de mys terieus geromantiseerde priesteres, het wonderlijke hersenspinsel van Rider Haggard, is een uitsteken de ontleding van de animagestalte in de zin van Carl Gustav Jung. Op die keper beschouwt hij „L’Atlantide” van Benoit eveneens en een hele serie romanfiguren, Yvonne de Galais uit Alain-Four- niers „Le Grand Meaulness”, Rosa Fröhlicht uit „Der blaue Engel” van Heinrich Mann komen op die wijze aan de orde. In het algemeen moet men diep graven om achter gegevens over de schrijver van De Golem, Gustav Meyrink te komen. Lampo levert die gegevens, evenals over Sir James-George Frazer en diens „The golden bough” en over Arthur Machen, een fantas tische schrijver (evenals Frazer) uit de kring van The Golden Dawn, het Engelse esoterische genoot schap, dat in de vorige eeuw bloeide. Kafka komt aan de orde als magisch-realistisch schrijver en natuurlijk Borges. ring. Cees: „Ik ben van mening dat het in Latijns-Amerika nooit zo kan blij ven gaan als het ging. Daarvan rijn nu de tekenen al overal, hoewel men er nog vreselijk vast in het zadel zit. Ja, maar in onze tijd? „Wat noem je in onze tijd? China, dat in goed twintig jaar van een feo dale staat veranderde in een puur communistisch model. Dat zie ik in Zuid-Amerika niet zo snel gebeuren. Maar toch sneller dan je denkt. Sneller dan in Zuid-Afrika. Het is geen gelijk hebberskreet, maar als je de hele ont wikkeling ziet, de bevolkingsgroei, de guerrillas. Aan alle kanten wordt er aan getrokken. President Barrientos, die 21 vliegtuigongelukken overleefde en om het leven kwam toen zijn helikopter neerstortte, noemde Bolivia tegenover Cees Nooteboom „een bede laar op een zilveren troon. Kan het Nooteboom irriteren dat mensen de ambitie om verder te komen kennelijk niet hebben? „Nee, helemaal niet, die irritatie ligt op heel andere vlakken. Bijvoorbeeld op dat van d e stupide bureaucratie. Van een man die achter een bureau jou rit te hinderen terwijl hij dat helemaal niet in de gaten heeft. Als je drie dagen staat te zeuren om een permissie die uiteindelijk gunstig is voor zo’n man omdat je over zijn land schrijft. De ambassadeur in Parijs vindt het geweldig dat je komt en zijn land bekend maakt. Maar ergens, op zo’n kantoor, rit een hele grote zwarte meneer en die zegt, je mag niet foto graferen. De mensen die vanuit Neder land daarheen gegaan zijn om die mensen te helpen bij hun ontwikke ling, stuiten daar natuurlijk nog veel vaKer op. Dat moet vaak bitter zijn. UITGEVERIJ NELISSEN HOVEN - BLOEMENDAAL. Basil Davidson: „Afrikanen”, een in leiding tot hun cultuur” vertaald door mevrouw Margrit de Sabloniére, die gespecialiseerd is op het gebied van Afrikaanse culturen, waardoor een ide ale samenwerking tot stand is geko men. De schrijver is niet alleen een erkend specialist van het huidige Afri ka, maar wordt bovendien door de inlandse bevolking ook als zodanig er kend en geaccepteerd. Hij heeft uitge breid in dit immens grote Afrika, waarvan de delen onderling zo ver schillend zijn, rondgezworven. Hij schrijft heel boeiend over Afrika op cultureel, religieus en politiek terrein, hoe dit land zich ontwikkelde en hoe men dit moet zien in het licht van de historie van dit Afrikaanse land. Het boek is ingedeeld in vijf delen: I „De Wereld van Afrika”. II „Sociale Char ters”. III „Geloofsstructuren”. IV „Ver- anderingstechnieken”. V „Zondvloed en het heden”. In de epiloog „Afrikaanse lotsbestemmingen” wordt een visie op de toekomst gesuggereerd. Wanneer men Afrika niet alleen ziet als het land waar men „Safari” moet gaan houden, maar wanneer men oprecht geïnteresseerd is in de cultuur van het volk van Afrika, de Afrikanen zelf, is dit een uitstekend boek om u te infor meren. De schrijver intensiveert zijn verhaal door tal van voorbeelden uit het dagelijks leven van de inlander: hij vertelt bijvoorbeeld over de positie van de inheemse vrouw, de macht van de koningen, hun bijgeloof en magie, de inwijdingsrituelen van jonge man nen, de heksen en tovenaars, de onder linge veten en oorlogenen nog veel meer. Het boek is uitstekend verzorgd, de foto’s en tekeningen leveren goede duidelijke bijdragen. BOSCH KEUNING - BAARN. Virginia M. Axline: „Dibs”, het ge vecht van een gestoord kind, op zoek naar eigen identiteit”. UITGEVERIJ IN DEN BAARN. Lisa Hobbs: „Liefde en bevrijding”, de nieuwe vrouw in de nieuwe maat schappij. Bolivia, waar Che Guevara het leven liet. „Bitter Bolivia, Maanland Mali” is de titel van het boek (Bezige Bij) waarin de reportages die in Avenue ‘reeds zijn verschenen, zijn opgenomen. Als je de stijl vergelijkt met die van Cees’ eerste boek. „Philip en de ande ren”, is er in beginsel niet zoveel verschil. Het is nu wat minder poë tisch. „Aan de oppervlakte geredeneerd zou je zeggen, daar had je een poëtisch jong mens. God wat is die jongen veranderd. Van mager is hij dik ge worden, maar ook is hij van het zwe verige, dromerig poëtische af naar ie mand die feitelijke reportages kan schrijven. Zij het versierd met litterai re vormgeving”, aldus Cees. „Nu geloof ik dat dat in de kern allemaal al aanwezig was. Je hebt mensen die meteen al heel duidelijk hun persoonlijkheid gevormd hebben en met een ijzeren consequentie dat hun leven lang volhouden. Maar bij mij kun je eerder zeggen dat het grote conflict, zich heeft voorgedaan na „Philip en de anderen”. Ben je je van zo’n crisis bewust geweest? „Ik had niet in de gaten wat er aan de hand was. Maar ik heb dus gewoon, een beetje mal, een ernstige crisis gehad, waarvan ik later begreep dat het een late overgang was van zeer vaag naar tamelijk concreet” Vindt dat ergens zijn weerslag? „Ja, in de „Ridder is gestorven”. Ik vind dat het daar heel duidelijk in staat, al was ik me daar zelf toen niet zo van be wust. maar daar is dus eigenlijk het failliet van het fraaie schrijven. zon der dat ik daarna toegekomen ben, op litterair gebied, aan de volgende ver snelling”. Ligt daarin ook de oorzaak dat „De ridder steeds maar niet uitkwam? „Ja, ik heb er drie jaar over gedaan. Geschreven en herschreven „Nee, ik heb er gewoon lang over gedaan. Het boek is niet zo geweldig ontvangen, hoewel ik er wel prijzen voor heb ontvangen. Ik zie het zelf als een definitief soort afscheid. Niet van ie mand die ik niet was, maar van een deel van m’n soort. Als je1 is kort gezegd, in het leven word je wat harder. aarden in hoogdravende bombast, maar daarentegen uitblinken in een evenwichtig en eenvoudig taalgebruik. Daardoor worden zowel de beschou wingen als de denkspelletjes voor bre de kringen toegankelijk. „Het mechanisme van ons denken” is ontegenzeggelqk met meer pretenties en voor een ander publiek geschreven dan „In vijftien dagen leren denken”, allebei uitgaven van Paris in Amster dam. Maar dat is minder belangrijk. Het gaat e r de auteur in de eerste plaats om het denken vanaf de school banken ontwikkeld te zien. Met andere woorden: mee: nadruk op de ontwik keling van de ongebonden gedachten ontwikkeling dan op parate kennis. Want, zo zegt De Bono in een van zijn pamfletten: het is te gek dat wij in feite trots zijn op een stilstand in het denken. En dat zijn wij wanneer wij er gelukkig mee zijn te denken en te redeneren als de oude Grieken. JOHN BINDELS TOT VOOR KORT leefden ideeën langer dan mensen, maar vandaag is het net andersom. Daarom is er een grote behoefte aan mentaal gereed schap dat het mogelijk maakt ideeën om te buigen. Dat zegt de 38-jarige dr. Edward de. Bono, Maltezer van ge boorte, medicus en docent in Cambrid ge. Hij is de man van het „laterale” denken, waarmee hij het sprongsgewij ze denken, in horizontale richting, wil typeren. De Bono onderscheidt verschillende vormen van denken. Allereerst het na tuurlijk denken, dat van cliché naar cliché gaat, door afwezigheid van con trole dromen in zich sluit, dat ook volledig wordt beheerst door beelden die met de behoefte in verbinding staan en dat een volslagen gebrek aan proporties tooont. Natuurlijk denken, zegt De Bono, is denken in indrukken, in de onmogelijkheid om alternatieven te herkennen. Het isg eboseerd op per soonlijke ervaringen. Het natuurlijk denken kan worden ingetoomd door het woord „niet”. Er is dan sprake van een controle op basis van logica. Een doelmatige manier om het natuurlijke denken te gebruiken. Het wordt zo logisch denken. Onder wiskundig denken verstaat De Bono een gedachtenspel met symbolen regels. Bij deze vormen is het min of meer tevoren bekend waar de denker heen wil. Hij denkt verticaal, diept zaken uit, terwijl hij voortgaat op de ingesla gen weg. Het laterale denken heeft geen voorspelbare uitkomst. Het is volslagen ongebonden en creatief en heeft ais doel de geest tot inzicht op te wekken. De Bono vindt dat in het laterale denken niet iedere stap juist hoeft te zijn zoals in het verticale denken. Als de conclusie maar juist is. Je weet nooit precies wat je zoekt, totdat je het gevonden hebt, zo defini eert hij het. Met verticaal denken be weeg je alleen als er een richting is waarin je je bewegen kunt. Met late raal denken beweeg je om een richting te vinden. Lateraal denken vergroot als het ware het effect van het verticale denken door er richting aan te geven. Je kijkt niet in de juiste richting wanneer je op een betere manier in de verkeerde richting ziet, redeneert De Bono. Hij draagt zijn denkbeelden uit in twee boeken die goed op elkaar aan sluiten en om overigens uiteenlo pende redenen lezenswaardig zijn. Ze hebben gemeen dat ze nergens ont- In het rapport komen de samenstel lers tot de slotsom dat de kans op bescherming van essentiële menselijke waarden door middel van geweldloos verzet uiterst miniem is. Men gaat uitvoerig in op de vraag of geweldloze weerbaarheid voldoende uitzicht biedt op het ofwel voorkomen van een oor log en het stuiten van een militaire opmars ofwel de essentie van de demo cratische rechtsorde en de principes van menselijkheid te redden. Hiertoe wordt uitvoerig ingegaan op een aantal voorbeelden uit de geschiedenis, name lijk de bezetting van het Ruhrgebied door Frankrijk en België in 1932, het Deense en Noorse verzet in de tweede wereldoorlog en de inval in Tsjecho- Slowakije in de zomer van 1968. Duidelijk wordt dat men in geen van deze gevallen door middel van geweld loos verzet de vijand van onaanvaard baar optreden heeft kunnen weerhou den. Bovendien zijn geweldloos en ge welddadig verzet vaak door elkaar ge bruikt en waar de weerstand lijdelijk bleef, waren de resultaten gering. De kansen om een vijand door mid del van lijdelijk verzet te laten af zien van plannen om West-Europa te bezet ten, worden in het rapport nagegaan en uiterst klein bevonden. Is een bezet ting eenmaal tot stand gekomen, dan biedt het arsenaal van de geweldloze weerbaarheid echter tal van technie ken om elke graad van gewenste orde loosheid tot stand te brengen. Niet zeker is echter of de bezetter daarvan meer hinder zal ondervinden dan de bevolking zelf. Ook is het twijfelachtig, aldus de conclusie van het Vredesinsti- tuut, of de wezenskenmerken van onze rechtsorde op die manier behouden zullen kunnen worden. DE BOEKERIJ - BAARN. Elizabeth Goudge: „Het kind van de zee”, de romantische en ontroerende geschiedenis van Lucy Walter, de vrouw waarvan beweerd wordt, dat zij de eerste liefde van Koning Charles II is geweest en in het geheim misschien ook wel zijn vrouw. SPECTRUM - UTRECHT. „De Spectrum Wijnatlas” van Hugh Johnson, onder redactie van Wina Born. De volledige gids voor alle wij nen van de wereld. Een fantastisch boek voor de wijnkenners maar ook voor de echte wijnliefhebbers Alle wijngaarden in kaart en de namen van de wijnen kunt u zo opzoeken. De prachtige uitvoering, met zeer veel il lustraties in kleur en zwart-wlt, maakt de oriëntatie nog aantrekkelijker UITGEVERIJ HOLLANDIA- BAARN. Norman Mailer: „De gevangene van de seks” een protest tegen het verbeten streven van de vrouwenbeweging om de fysieke en psychische verschillen tussen de seksen te elimineren, in de actuele strijd om de positie van de vrouw. Wouter Slob: „Het 4e boek over paarden en paardrijden.” De schrijver is onuitputtelijk in zijn onderwerpen. Fraaie tekeningen van Olga M. W. Slager en mooie foto’s illustreren het boek. G. J. A. RUYS-AMSTERDAM Een bijzonder kostbare uitgave: „Zelf bloemen maken van textiel” van twee Japanse auteurs Miyuki en To- moko Jida. De Japanners zijn niet alleen meester in het bloemschikken maar ook in het maken van kunstbloe men. Zij gebruiken hiervoor géén pa pier, plastic e.d. maar échte stof: lapjes uit de lappendoos bijwijze van spreken, zijde, fluweel, katoen, tule, en wat dies meer zij. Voor een bepaalde bloem kiezen rij een bepaalde stof of een combinatie van stoffen, om het uitein delijke resultaat zó natuurgetrouw te laten worden dat het bijna niet van „echt” te onderscheiden is. De uitvoe ring van het boek is met de gekleurde afbeeldingen van de werkstukken, die een indruk geven van de te bereiken resultaten, in een woord schitterend. Duidelijke werktekeningen suggereren U dat het allemaal niet zo moeilijk is als het lijkt... maar o, wee... vergist U nietmen moet het ook wel „in de vingers” hebben.” UITGEVERIJ DE ARBEIDERSPERS- AMSTERDAM. „De detective beeldverhalen van Dick Bos” door Alfred Mazure. Een jeugdsentiment I

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1972 | | pagina 23