Leve de KNVB
’’Ajax heeft
WAT
g een breker nodig”
JOHAN
NEESKENS
VOETBALT
MET LEF
PM
•A
rwl
H
3
B -J
o
lill* s
A
I
r
IJ
Onwankelbaar
Belofte
Snel
Onbevangene^
IWU sport
tal
i
14
dien nodig, het aangetaste midden
veld versterking kan verlenen om
van daaruit met dodelijke accura
tesse spitsen als Cruyff, Van Dijk
en Swart de diepte in te sturen.
woordigt zal misschien het duide
lijkst worden geaccentueerd door
de schorsing die de Ajacied woens
dagavond wacht in de eerste con
frontatie met de Engelse kam
pioen Arsenal. Ajax beschikt na
melijk niet over een tweede voet
baller met die specifieke brekers-
kwaliteiten van de jeugdige Nees
kens en aangezien deze er in de
thuiswedstrijd niet bij zal zijn,
voetbalde Ajax tegen Excelsior
zaterdagavond al met een enigs
zins aangepast concept zoals dat
tegen Arsenal vaste vorm kan aan
nemen. Met een ietwat terugge
trokken Piet Keizer, die, tegen Ex
celsior was dat vanwege het grote
krachtsverschil niet zo urgent, in-
ZATERDAG 4 MAART 1972
Erbij
Welke kapitale inbreng Johan
P
- wj
w
I w
JU
■-
Ir
W’A a
■i'
O--..-
HANS ROMBOUTS
MARC SERNé
Neeskens deelt niet alleen uit, hij moet ook ontzettend veel incasseren. Hier buigen Ajax-clubarts Rolink, verzorger
Salo Muller en op de voorgrond Horst Blankenburg, zich over Neeskens heen, die na een botsing in het competitieduel
tegen FC Den Bosch geblesseerd zou uitvallen.
De noodoplossing heeft Neeskens weer
met een facet geconfronteerd wat hem
in het prille begin van dit seizoen, toen
de successenreeks nauwelijks op gang
was gekomen, ook al eens tot nadenken
heeft gestemd. Neeskens: „Je bent in
feite met één breker erg kwetsbaar. Als
de betrokken man wegvalt, dan zit je
voor het blok. Ajax zal daar in de toe
komst volgens my zeker in moeten voor
zien en nog een tweede breker moeten
aantrekken. Tot nu toe is het allemaal
nogal meegevallen omdat de tegenstan
ders, zeker in de competitie, zich op ons
moeten instellen en niet omgekeerd.
In bepaalde wedstrijden kan het in de
zij schuift, heeft ook de andere Nees
kens zijn kans gekregen. Vooral de laat
ste maanden ontpopt Neeskens zich als
een bijzonder knap spelverdeler. Hij
wordt vaak in de combinatie betrokken
met Cruyff en Keizer en scoort in die
hoedanigheid ook regelmatig. Zijn spel
is karakteristiek voor het voetbal zoals
Ajax dat ook als elftal ten toon spreidt.
Beide spelen met lef. Een opmerkelijke
gedaanteverwisseling.
Het contract van Neeskens loopt aan
het einde van dit seizoen af. Hij is bezig
met een zaakwaarnemer omdat hij wel
beseft dat hij als 20-jarige ook zakelijk
de dingen nog niet zo kan overzien als
iemand met meer ervaring. Daarom kan
h(j wel vrede hebben met de spelers-
raden zoals die bij Ajax en nu ook bij
het Nederlands elftal floreren. „De men
sen die daarin zitten, zijn erg zakelijk
ingesteld. Zij nemen op grond van hun
ervaring ook de juiste beslissingen. Dat
is natuurlijk voor de toekomst een be
langrijk punt.”
dan wordt dat uitstekend aangevoeld
en ook uitgevoerd.”
met mijn eerste wedstrijden voor het
Nederlandse elftal. Je zag er een beetje
tegen op. Wat dat betreft heb ik toch
veel aan Michels te danken. Hij heeft
veel met mij gepraat. Hij heeft mij
naast allerlei tactische zaken ook veel
zelfvertrouwen aangepraat. Hij zei in
die beginfase ook altijd: „het maakt
niets uit als je een bal kwijt raakt, pro
beer alleen maar je eigen spel te spelen.”
Daardoor ben ik veel doelbewuster gaan
voetballen. Tenslotte is het allemaal wel
erg snel gegaan.”
Johan Neeskens hier als opkomende middenvelder in het oefenduel aan het begin
van deze competitie tegen Borussia Mönchen-Gladbach. Een rol, waarin hij later
in de competitie regelmatig zou doelpunten.
Neeskens: „Het loopt nu allemaal
zo gemakkelijk. Ik ben zelfverzekerder
geworden. Ik durf nu ook veel meer een
bal bij mij te houden. Vorig seizoen
speelde altijd toch een beetje de angst
mee dat je je plaats zou verliezen. Het
was in het begin precies hetzelfde als
Neeskens doelt daarbij op München.
Hij zal ongetwijfeld tot de kerngroep
behoren die over twee jaar in West-
Duitsland dan eindelijk de grote belofte
moet gaan inlossen. Of zal toch België
gaan? Neeskens: „Ik denk het niet. Het
is nu toch nu of nooit. Wij hebben drie
keer een Europa-cupfinale gehaald,
twee keer gewonnen en beschikken over
voetballers die tot de besten ter wereld
behoren. Bovendien wordt er zeer pro
fessioneel gereageerd. De spelers die in
het veld staan, zijn allemaal op de hoog
te van de voornaamste tactische ontwik
kelingen. Als er tijdens de wedstrijd
van tactiek moet worden veranderd
toekomst toch weer een probleem wor
den en ben je genoodzaakt om zo’n
tweede breker achter de hand te heb
ben.”
Dat is ook één van de redenen dat
Arsenal een onbevangener Ajax tege
nover zich zal treffen dan twee jaar
geleden. Iets wat uiteraard nog geen
waarborg voor succes is. Neeskens’ ge
dachten gaan ongetwijfeld ook al uit
naar de return op 22 maart, als hij op
Highburry wel van de partij zal zijn,
als hij opmerkt: „Het zal toch niet
eenvoudig worden. Daar is het Engelse
voetbal veel te onberekenbaar voor.
Het is resultaatvoetbal waarbij de bal
desnoods negentig minuten lang maar
diep gespeeld wordt. Snel, opportunis
tisch en met een verschrikkelijke inzet.
„Dat is toen (toen Ajax met 3-0 in
Londen verloor red.) ook wel gebleken.
En sindsdien zijn zij nog sterker gewor
den.”
Arsenal is waarschijnlijk toch wei
één van de slechtste tegenstanders die
jullie hadden kunnen treffen. Nees
kens: „Misschien wel ja. Maar als ik
het rijtje bekijk dan is het toch wel
een heel verschil met bijvoorbeeld vo
rig jaar. Het zijn dit keer stuk voor
stuk tegenstanders van een enorm ge
halte. Ook Upjest zie ik daarbij echt
niet als een elftal waar Ajax zo maar
even van zou winnen. Zij hebben in de
Europa-cup met die Bene in de spits
tot nu toe wel de meeste doelpunten
gemaakt. Als je dan Inter, Celtic en
Feyenoord even buiten beschouwing
laat dan blijven over Benfica en Stan
dard. Maar ook Luik is een sterker
elftal dan de meesten vermoeden.”
Daardoor ging Neeskens ook wel eens
over de schreef. Hij was betrekkelijk
snel te provoceren en bouwde een repu
tatie op die nu tenslotte is uitgemond in
een schorsing voor de Europa-cup.
Niet zo verwonderlijk indien men be
denkt dat Neeskens (is er wel eens
iemand zo snel doorgestoten naar de ab
solute voetbaltop als hij?) in één sei
zoen mentaal moest verwerken wat er
kende vedetten als Suurbier, Hulshoff,
Krol en ook Johan Cruyff in zes, zeven
jaar internationale ervaring konden le
ren. Maar ook op dit punt is Neeskens,
wat uiteraard ook gedeeltelijk valt te
rug te voeren tot het feit dat hij in een
uitgebalanceerd geheel met volwassen
profs is terechtgekomen, een snelle leer
ling. Neeskens: „Je wilde je vooral die
eerste wedstrijden iedere keer opnieuw
waar maken. Dan kon het niet anders
of je ging op een bepaald moment in de
fout. Je had tenslotte nog niet zo veel
ervaring en daardoor kon je sommige
situaties gewoon nog niet overzien. Je
wordt in de competitie ook veel uitge
daagd. Daar komt bij dat je in Neder
land erg snel bekend raakte. Als je een
speler onderuit kaaide dan stond het de
volgende dag in alle kranten. Maar ook
dit heeft zich spelenderwijs opgelost.
Voor mezelf zie ik nu dat het veel beter
gaat. Je gaat het allemaal wat beter
overzien. Dat heeft zijn tijd gewoon no
dig gehad. Ik heb voor mijzelf ook het
gevoel dat ik steeds beter begin te spe
len. Ik zie ook niet in waarom ik vol
gend jaar weer geen goed seizoen zou
maken.”
Daarom is het duidelijk dat trainers
als Fadrhonc en Kovacs ook geen
kwaad kunnen doen. Oefenmeesters die
ook duidelijk het voetbalplezier enta
meren. Het Nederlandse topvoetbal
1972 beschikt over spelers, van wie
Neeskens er één is, die je niet meer
hoeft te leren hoe ze een bal moeten
stoppen of behandelen. Daarom zijn de
mannen die zorg dragen voor een goe
de onderlinge verstandhouding, zoals
Kovacs en de bondscoach dat doen,
wellicht een betrouwbaarder keuze
voor de afloop van de goede zaak dan
onvervalste voetbalacademici als Mi
chels en Kessler, die zich onuitputtelijk
leegzwoegden in allerlei tactische en
psychologische benaderingen van de
voetbalsport, maar waaraan diezelfde
vedetten toch ook veel te danken heb
ben.
En het gebeurde dan in die dagen,
dat Johan Noerejev besloot zijn
pirouettes en arabesques in dienst
te stellen van het Nationale Ballet,
Hij kondigde eveneens aan graag zijn
befaamde pas de deux met de „kei
zer” van het Ballet der Lage Landen
te willen uitvoeren ten dienste van
de nationale zaak. Maar één ding
wilde Johan Noerejev voorop stellen:
de artistieke leider van het gezel
schap moest Frantisek Geskell zijn
en niemand anders. Per slot van re
kening had deze Frantisek het voor
elkaar gekregen om de leden van
het Ballet der Lage Landen, het Rot
terdams Ballet en enkele provinciale
balletgroepjes tot een homogeen
corps de ballet samen te voegen,
waarin de grote nationale vedetten
konden gloriëren.
Hoe had de man dat voor elkaar
gekregen? Frantisek Geskell wist
donders goed, dat de tijden voorbij I
zijn, dat de pliés en grand battiments
(de grote veldslagen, zoals in de hel
van de Koninklijke Vlaamsche
Schouwburg) louter en alleen uitge
voerd werden uit idealisme en een
soort zelfbevrediging („zag je dat
pasje van me? Mieters, hè, Harm”).
Pas de deux, pas de trois, zelfs pas
d’onze? Oké, maar dan wel op een
aardige financiële basis. Dus wat
deed de uiterst slimme Geskell? Hij
De stroomversnelling van successen
waarin de Amsterdammers dit seizoen
zijn geraakt hebben het spel van Nees
kens een extra-dimensie verschaft. Ook
hij heeft de door Kovacs geboden gele
genheid tot oogstrelend voetbal met bei
de handen aangegrepen. Was het vooral
vorig jaar nog zo dat Neeskens met Nico
Rijnders vooral het onwankelbare mid
denrif vormde om te zorgen dat de on
tegenzeglijke klasse van het elftal ook
tot tastbare resultaten zou leiden, dit
seizoen is er een accentverschuiving ont
staan. Door het enorme klasseverschil
en het gemak waarmee Ajax in de com
petitie achteloos iedere tegenstander op-
bespeelde de harp van het nationa
lisme en tokkelde daarop ook wat
commerciële wijsjes. Resultaat: een
landelijke horlogemaker wilde een
flink bedrag beschikbaar stellen, mits
de dansers zijn horloges duidelijk
zichtbaar zouden dragen bij hun op
treden en mits zijn merknaam bij de
warming up bij open doek natuur
lijk op de tricots zouden staan.
Een bekende vervaardiger van
spitzen (iets anders dan voetbalspit-
sen) wilde elk lid van het Nationale
Ballet voorzien van twee paar spitzen
met de bekende drie zwarte strepen.
Voor elke perfect uitgevoerde pi
rouette, alleen mogelijk dank zij zijn
schoeisel, stelde hij een premie in
het vooruitzicht. Er kwam een beoor
delingscommissie van oud-leden van
het Nationale Ballet.
Dat alles had Frantisek Geskell
voor elkaar gekregen in het belang
van het Nederlandse ballet, de drie
kleur en de nationale zaak. Hij had
alleen naar buiten-uit wat ongeluk
kige uitdrukkingen gebruikt. Dingen
over het ballet in het algemeen en
het Nederlandse in het bijzonder. En
dét zinde de raad van bestuur van
het Nationale Ballet allerminst. Men
wilde Frantisek door de achterdeur
van het theater laten verdwijnen.
Maar zie, de gezamenlijke sterren van
het ballet sloten die deur af en stop
ten de sleutel onder de tutu’s ter
plaatse.
De sterren eisten een gesprek met
de raad van bestuur (voorzitter ene
Meulebroek, een bankdirecteur, die
als jongetje ook eens getracht had
een jeté fouetté te maken, daarbij
door de enkel gezakt was, maar zich
sins die dagen wel als deskundig
beschouwde). De raad van bestuur
ging door de nog van de meniscus
voorziene knieën. Daar was wel
een keihard gesprek -o nd de groene
tafel voor nodig (is het toeval, dat het
beroemde ballet Der grüne Tisch van
Kurt Jooss op muziek gezet is door
Cohen? Niet dezelfde Cohen, tegen
woordig Coler hetend, van het dage
lijks bestuur sectie betaald van de
Koninklijke Nederlandse Vereniging
van het Ballet, de KNVB).
Tijdens dat gesprek lichtten ineens
de ogen van de voornoemde Meule
broek op. Het was alsof de schellen
hem met een luide klap van de ogen
vielen. Hij riep dan ook als een pro
feet, die het grote licht heeft gezien,
uit: „Maar deze mensen, deze een
voudige dansers, kunnen ook praten
als verstandige lieden. Dét vind ik
de grote winst van dit gesprek”. En
hij noteerde deze historische woor
den in zijn rap getrokken zakboekje,
tussen een afspraak voor een gesprek
over de opheffing van het bankge
bouw te F. en de datum van een
party met de staatsraad van Lichten
stein. „Zal ik de man vertellen, zal-ie
van opkijken”.
Na lang („hij is tenslotte maar een
werknemer”) wachten, geen kans
ziende Geskell te wippen, omdat de
publieke opinie en de balletpers vóór
het aanblijven van de goedmoedige
Frantisek bleken te zijn, besloot men
dan maar de doctor (in de choreo
grafie, een echte vakman, jazeker) te
handhaven. Wel met een sterke man
naast hem, een man, die goed is in
enlèvements of lifts. Kan die man
Frantisek optillen, als hij weer eens
zou uitglijden over een door de raad
van bestuur veroorzaakte gladde
plek. De naam van die sterke bege
leider? Henk van Manen, die veel
ervaring heeft opgedaan in de lokale
Rotterdamse balletclub Excelsior. Nu
kan Meulebroek zich weer, niet meer
gehinderd door allerlei nare, lastige
balletrecensenten, wijden aan het
bankwezen en in zijn vrije tijd
aan zijn hobby: het Nederlandse bal
let. Geef mij die andere KNVB (voet
bal) maar
"i
I A.
-■
r W ..-gal
»*sli
W'.
mijis
HfcpSfhl»
-roiw’“Sis .hii||Bw
T Pk WVit J
u - H “r ‘“rh‘l uui
‘•f