Wertheim: nieuwe wegen om
revolutie te begrijpen
taboe
fc:
dat grotere maten
i in het
soms krigje wel
eens de indruk
’modegebeuren...
BL
Nieuw Bommel en
Tom Poes-boek
Foto en film in
rJIII
•H
„REVOLUTIE NIET TEGENOVER EVOLUTIE,
MAAR IN HET VERLENGDE ERVAN”
volledig werk
Zoem zoem: tips
voor ontspanning
7
ZATERDAG 11 MAART 1972
6
Nieuwe spelling 1
De drie 1
Beverwijk en Neuwied
Marxistisch
Nieuwe spelling 2
Emancipatie
BEVERWIJK
Elseviers encyclopedie
r
toch leuk om te weten, dat wij ’n speciale
etage hebben voor eigentijdse grotere maten
(t/mmaat48)....
„IN DE LAATSTE PAAR JAREN is revolutie hét
onderwerp van de dag geworden. Hoewel de meeste
ontwikkelde landen van vandaag in historisch per
spectief gezien zelf produkten van revolutie zijn, zijn
ze gemeenlijk op weg om hun revolutionaire erfenis
te verloochenen. De gevestigde orde wordt niet graag
herinnerd aan haar revolutionaire verleden, behalve
als een soort legitimatie van de bestaande structuur”.
amsterdam - kalverstraat 179 haarlem - wagenweg 94
GEBOREN
HEEMSKERK
M<H
MM
Milieu
De drie 2
Keramiek
00
w 1
Él
als
iets voelt voor een nog een-
PROF. DR. W. F. WERTHEIM
BOB TADEMA SPORRRY, Heemstede.
J. C. TEROL, Haarlem.
RONALD KRAAYEVELD
DEN
J. L. VAN DETH-DE JONG, Bloemendaal.
J. P. BOS.
Is Wertheim nu een marxist? Hij er
kent in „Evolutie en revolutie” te zijn
beïnvloed door marxistische denkbeel
den, maar voegt daar in één adem aan
toe zichzelf niet te beschouwen als een
marxist in de geijkte zin: hij ziet geen
heil in een analyse in termen van el
kaar bestrijdende politieke klassen al
leen. Volgens Wertheim moeten nieuwe
wegen gezocht worden om grotere so
ciale veranderingen, die een fundamen
tele wijziging van de gehele samen-
levingsstructuur inhouden, te begrijpen.
Met zijn boek wil hij een poging in die
richting doen.
Tot zover een citaat uit het jongste werk van de Amster
damse sociologie-hoogleraar professor Wertheim „Evolutie en
revolutie”. Onlangs vierde hij zjjn 25-jarig jubileum als hoog
leraar aan de Universiteit van Amsterdam; tegelijkertijd
verscheen zijn boek bij de Kritiese Bibliotheek/Van Gennep
op de markt.
claudia steater
PVWIAA/VUVVVVVUVVVVVVVVVM
j
onjuist. Ze schreven toen
nu nog steeds helemaal
ELSEVIER-AMSTERDAM
Dr. Pierre Fournier: „Wat te doen
tot de dokter komt?” raadgevingen
voor eerste hulp. Mevrouw Th. Bak-
van Sonderen, arts heeft het boek
vertaald. Een heel handig en duidelijk
boekje, waarin je snel even kunt op
zoeken hoe in eerste instantie bij een
ongeluk, van welke aard ook, te han
delen. Nuttig voor elk gezin om aan te
schaffen en ergens onder handbereik te
deponeren.
GEBOREN
Sander P. z.v. P. Mink en I. Visser; Do
minique A. E. d.v. P. A. M. van den Berg
en M. A. T. Tijburg; Maria M. d.v. N. J.
van der Laan en A. M. Steen; Kristan C.
d.v. R. A. Westen en A. A. M. Rupert; Ta
mara K. d.v. R. P. A. Zwetsloot en K. O.
M. Halewijn; Maureen H. d.v. A. Struve
en T. Talsma; Misha z.v. A. G. R. Oote-
man en I. M. Petrus; Johannes A. C. z.v.
C. M. F. van lersel en H. C. M. Luijten;
Heidi H. d.v. A. P. M. Sprengers en J. van
der Kruijssen; Sandra L. Y. d.v. J. C. Pij
nen en L. Y. Muusse; Francis J. z.v. J. A.
Duijnker en M. G. P. Verrijt; Jeroen z.v.
L. C. Voorma en L. Bobeldijk; Anna M. L.
d.v. J. H. M. Nelissen en G. J. G. Velser-
boer; Roger E. z.v. H. M. Manche en L. M.
Buwalda; Bertolt z.v. W. B. van der Grijn
Sanden en C. Stumm; Annemieke L. d.v.
F. C. van den Berg en R. W. v. d. Kuil;
Michael z.v. P. M. van Gelderen en J. A.
A. Wennekes; Albertus C. S. z.v. J. Fre-
riks en J P. M. Molenaar; Daniella M. d.v.
G. Budruni en A. G. van Luijn; Elisabeth
C. d.v. W. Schrijver en C. v. d. Reijken;
Christian B. F. z.v. F. J. Freijser en L. A.
R. Graff; Robertus J. z.v. J. N. C. de Jong
en A. M. H. Schellevis; José M. z.v. G.
Mesa Polo en M C. Ariza Sanchez.
ONDERTROUWD: Hendrikus Snijders
en Hendrika J. Langbroek; Johannes C. C.
v. d. Zwet en Geertje Boerma.
GETROUWD: Hendrik W. van der Moo-
len en Simonia A. M. van der Kolk; Jo
hannes B. C. Minnebo en Elizabeth Schu-
lenberg; Jan T. Wentink en Adriana M.
Ruighaver; Frit J. M. Hilgers en Beatrice
Michiels van Kessenich; Jan P. Muntje-
werf en Maria C. Hendriks.
OVERLEDEN: Ricardo A. Happe, 8 jaar;
Adriana P. Vink, 73 jaar, weduwe van F.
H. Esser; Jacobus Rijkhoff, 72 jaar.
boekenboekenboekenboekenl
boekenboekenboekenboekenl
boekenboekenboekenboekenl
boekenboekenboekenboekenl
boekenboeken
boekenboeken WIJ ONTVINGEN
boekenboeken
boekenboekenboekenboekenl
boekenboekenboekenboekenl
boekenboekenboekenboekenl
boekenboekenboekenboekenI
Anthony C. z. v. J. van der Veen en
R. J. Struik; Michael C. J. z. v. C. J.
Brasser en E. J. M. Schouten; Hans z. v.
H J. R. Schram en A. E. M. Nouwens;
Simon J. z. v. S. E. J. Demmers en A.
T. M. van Lint; Anja d. v. H. van der
Logt en G. Kooistra; Natasja d. v. J.
Koning en H. van den Outenaar; Perry z.
v. G. H. Brasser en E. A. Bijl; Maria C.
d. v. A. Padin Vidal en M. Barca Ro-
driguez; Esther d. v. J. Tijman en J. van
Veen.
ONDERTROUWD
W. G. Andree en J. M. M. Schellevis;
L. J. Linch en S. J. d’Arnault; A. Borst
en G. Noteboom; A. Tienkamp en E. Pol
dervaart.
GETROUWD
J. W. E. G. Leunk en P. W. M. Dudink;
R. W. A. Muijden en E. W. M. de Munk;
F H. van Rensen en L. Aue; L. H. Henne-
man en J. Swaager; P. Florio en M. Schel
levis; F. M. Dekker en C. C. Dudink; J.
J. M. Steltenpool en E. C. M. Spanjaard;
R. G. Nossin en R. Eikel.
OVERLEDEN
M. L. Weideman, 41 jaar, gehuwd met
A. C. van Sleeuwen; H. C. van Baarsen,
71 jaar; A. P. Vink, 73 jaar, gehuwd ge
weest met F. H. Essers; A. de Ruiter, 88
jaar, gehuwd geweest met F. J. Ummels;
C. M. Snel, 63 jaar.
In uw blad van 2 maart was een artikel
te lezen over de prijzenswaardige vereen
voudigde spelling. Ach, wat wordt onze
taal mooi! Geen enkele verwarring is
meer mogelijk. Het Nederlandse volk, sa
mengesteld uit alleen debielen, kan niet
meer leren schrijven, zoals het eens was.
Wanneer men zegt: hij wort, dan moeten
we het ook aandurven, om alles over
boord te gooien en in het meervoud te
zeggen: wij worten wij vermijten enz.
Anders komt men onherroepelijk tot fou
ten. Bevreemd zullen onze kinderen wan
neer ze Frans leren, zeggen: „Hé, ons
woord doeane komt van douane”, om van
latijn helemaal maar niet meer te spre
ken. Neen heren, laten we nu even radi
caal zijn en aan dit deel van ons volk
voldoening geven, door tegelijkertijd hun
spreektaal, schrijvend ook in te voeren.
Wai kenne dan schraife lautgieters, slao-
gers, electrieijns, binnen waordefolle min-
se, sai helpe ons, door het eutoefene fan
hun beroep, sai reparere ons dak. onze
lectriciteit of lefere ons goed flais. Hai
hep daarfour een diplomao op se naom
staon. Even flink zijn heren, het gaat er
bij ons allen in als koek. Dat zult U in de
toekomst zien.
als een wezenlijk bestanddeel ingebouwd. De Westerse wereld
ziet revolutie daarentegen als een element, dat vreemd is
aan de maatschappelijke werkelijkheid.
varen deze theorie te verwarren met de
werkelijkheid. In een bijzonder helder
laatste gedeelte van het boek toetst hij
zijn eerder geformuleerde theorieën aan
zeer scherpe analyses van de Chi
nese en Sovjetrussische visies op revo
lutionaire ontwikkelingen in Zuidoost-
Azië, een van de specialisaties van
Wertheim. Hij komt daarbij tot verras
sende conclusies, die een goed beeld
geven van de enorme ideologische kloof
tussen Rusland en China.
WERTHEIM HAALT het stoffig ge
worden begrip emancipatie (bevrijding
van de mens van zijn afhankelijkheid
van de natuurkrachten) uit de studeer
kamer, poetst het op en toont vervol
gens aan dat deze overal en te allen
tijde aanwezige emancipatie de be
slissende factor is bij zowel revolutie
als evolutie. Revolutie staat niet tegen
over evolutie, maar ligt in het verleng
de ervan, zo meent Wertheim. Revo
lutie, waarbij dus de factor geweld niet
essentieel is, is te begrijpen als een
soms noodzakelijke en onontkoombare
versnelling van het emancipatieproces,
nodig om verstarring en stagnatie in dit
proces te keren.
Wertheim ontpopt zich in „Evolutie
en revolutie” als een sociale weten
schapper, die geen genoegen neemt met
het ontwikkelen van alleen een theore
tisch model over voorspelling van revo
luties, met de daaraan verbonden ge-
Het belang van het boek wordt al gauw duidelijk als je
beseft dat veel discussies over de zin van ontwikkelingshulp
in de Westerse wereld beheerst worden door de angst voor
het uitbreken van revoluties in de Derde-Wereldlanden. Ont
wikkelingshulp dient in veel gevallen om de ontwikkeling
van deze landen te bevorderen langs wegen van geleidelijk
heid en is als zodanig gericht op vermijding van revoluties,
die het militaire en politieke machtsevenwicht in de wereld
zouden kunnen verstoren.
'«si
W%A7WWWW\A/\A/WWWW'
l X.
In het artikel van mevrouw Petra Was-
senberg-Clarijs: „Oranjekeramiek is uit de
tijd” staat in eerste kolom „werd aan alle
Nederlandse schoolkinderen verstrekt”.
Dit moet volgens mij zijn: Amsterdamse
kinderen, want die kregen het alleen.
Achter op het bord staat dan ook: „Het
verheugd Amsterdam aan zijne kinderen”.
M. C. DE JONG, Haarlem.
Met stijgende ergernis las ik het artikel
van John Bindels in de krant van 4-3-’72.
Moet Sjef Janssen zonodig het verwar
ringstichtende woord milieuslachtoffers”
gebruiken? Ten eerste zijn de werklozen
zoals uit het begin van het artikel
blijkt voor een groot gedeelte slachtof
fer geworden van de slechte samenwer
king in de chemische bedrijven. Ten
tweede zijn milieuslachtoffers de mensen
die psychisch en fysiek de gevolgen on
dervinden van het slechte milieu. En niet
de werklozen, die hun baan zijn kwijtge
raakt aan de herziening van milieuscha-
dende gewoontes van een hoogconjunc
tuur. De laatste twee alinea’s van NVCI-
woordvoerder Bunte zijn misdadig.
Bij de verbranding van plastiek komen
nog altijd chloor- en fluorgassen vrij,
bovendien is een gedeelte in het geheel
niet te vernietigen. Zijn vergelijking met
de stilettofabrikant gaat gewoon niet op,
omdat de stilettofabrikant wel degelijk
verantwoordelijk is. Hij produceert im
mers moordwapens! Plastiek verpakking
is fataal. Het niet gebruiken ervan hoeft
geen bossen te kosten. We zullen minder
moeten verpakken. Sinds ik milieubewust
ben gaan kopen, vul ik een halve vuilnis
bak in de week, daarvoor twee volle
vuilnisemmers in de week. Heus het kan.
Het milieubewustzijn werd echter niet
door dit artikel gestimuleerd.
TH. KORTEKAAS, Haarlem.
ADVERTENTIE
SPECTRUM-UTRECHT.
Drs. A. J. Middelkoop: Nederlands-
Esperanto-Woordenboek (Prisma)
A. P. French: Speciale relativitets-
theorie” (Prisma-Technica).
Katharina Dalton: „De Menstruatie-
cyclus” (Prisma-Kennis/Ontwikkeling).
A. W. BRUNA-UTRECHT.
Een Bruna-boek vol kostelijke ver
halen van Jan Brusse over hoe kan
het anders „Leven en Parijs laten
leven” met tekeningen van Mark
Brusse. De bundel is nieuw, maar ver
schillende verhalen erin zullen de lezer
bekend voorkomen en herkennen uit
zijn verschillende rubrieken als „Qui
mal y pense” of „Paris vous parle.
Maar toch, met de „Parijzenaai van
de Butte Montmartre” is het goed
mee-filosoferen over Parijs en over
heel Frankrijk kortom, een verruk
kelijk bundeltje.
Nu de emoties over de drie in Breda
wat zijn geluwd, wil ik er toch nog iets
over zeggen, want emoties zijn het toch
wel geweest, vooral wraak-emoties. Ach,
begrijpelijk is het wel, de echte volksaard
is nog niet anders: we kunnen in zulke
toestand geen echte bezinning, objectieve
beschouwingen verwachten. Wat is er
eigenlijk nog in de mens, hoe reageert hij
feitelijk nog. Niet veel anders dan zijn
pre-historische voorvader. Maar een beetje
bezinning wil ik toch wel proberen wakker
te maken. Wie zijn wij eigenlijk zelf? En
dan bedoel ik ons eigen Nederlandse volk.
En zijn geschiedenis. We hoeven niet zo
heel ver terug te gaan, niet naar de jaren
van de Oostindische Compagnie. Welnee.
Atjeh is ver genoeg! Daar vocht een trots
volk met een oude cultuur heldhaftig voor
zijn vrijheid en werden dorpen en dessa’s
door onze Nederlandse „helden” platge
brand en de bewoners neergesabeld. Toch
staan er voor deze helden standbeelden in
ons land. We leven nu en we leefden toen
in een christelijk land en als na weer zo’n
overwinning uit de kerken een dankgebed
opsteeg, schreef de niet-christelijke Mul-
taituli: „Maar God, met zoveel wee begaan,
nam de offers van zo’n dag niet aan”. Maar
ach, het is gemakelijker in de kerk te zit
ten dan in het geloof te staan.
H. J. P. VAN HOUTE, Haarlem
POGINGEN OM REVOLUTIE te vermijden mislukken on
danks deze ontwikkelingshulp nog wel eens. Volgens Wert
heim zijn ze zelfs gedoemd te mislukken, omdat de hulpver
leners uitgaan van een maatschappijbeeld, waarin de mense
lijke verhoudingen als harmonisch en stabiel worden gezien.
Wertheim is het hardgrondig oneens met dit maatschappij
beeld en laat dit in zijn boek duidelijk blijken. Dat heeft hij
trouwens al eerder gedaan, wat hem prompt de titel „de rode
prof” bezorgde. Immers, alleen in het marxisme is revolutie
AD. DONKER-ROTTERDAM.
Jan van Herpen: ,,’t Is historisch” 60
radio causerieën over onderwerpen uit
de geschiedenis.
LEOPOLD-UITGEVERIJ
HAAG.
Johan Fabricius: „Goldoni”, herinne
ringen van een oude pruik. 2de druk
van deze roman over de achttiende
eeuwse toneelschrijver Carlo Goldini
en zijn avontuurlijk, romantisch en
rumoerig leven. Vereerd en verguisd
stierf Goldoni tenslotte vergeten en in
armoede in Parijs. Maar later kreeg hij
toch nog als „Papa Goldoni”. een
standbeeld in zijn geboorteplaats Vene
tië.
Louis Couperus: „Nippon”. In 1923
verschenen na zijn grote wereldreis,
die hij op verzoek van de - Haagsche
Post maakte naar Nederlands-Indië,
China en Japan. Het zijn zijn reisbrie
ven die in boekvorm zijn uitgegeven.
In: „Oostwaarts”, (al eerder genoemd)
die van Ned. Indië, In Nippon, die van
China en Japan. Deze paperback-uitga-
ve is een fotografische herdruk. Rico
Bulthuis schreef de inleiding.
Anna Taylor: „Ondanks wind en te
genweer” de geschiedenis van een bo-
hémien-huwelijk.
Marianne Benninck: „Overspel”, ro
man over een kinderloos echtpaar, dat
door middel van overspel van de
vrouw het zo begeerde kind trachten
te verwerven, waarvan de gevolgen
achteraf moeilijk te verwerken blijken.
Vida Heard: „Ook u kunt slapen”,
Slapen zonder slaapmiddelen te gebrui
ken. Willy Corsari zorgde voor de ver
taling.
(Van onze redactie in Amsterdam)
AMSTERDAM. „Prawü! Der he-
meldonderweder”, heet het achtste
Bommelboek dat van de hand van
Marten Toonder bij de Bezige Bij is
uitgekomen. Toonder woont tegen
woordig in Ierland, „een land van ver
halenvertellers”, zegt hij, „waar ik me
alleen nog maar bezighoud, ook in de
toekomst, met Bommel en Tom Poes”.
SINDS IN 1959 bij Elsevier de Ency
clopedie voor fotografie en cinemato
grafie verscheen, is er ontzettend veel
gebeurd. De kleurenfotografie werd ge
perfectioneerd, de flitstechniek uitge
breid met elektronenflitser en flits-
blokje, de volautomatische en de cas
sette-camera deden hun intrede, er
kwamen hoger gekwalificeerde, met de
computer berekende objectieven, de
elektronische en magnetische beeldre
gistratie maakte een snelle revolutie
door, er kwamen nieuwe beeldformaten
foto: 6 x 7 en film: super 8). Het is
dan ook niet te verwonderen dat on
langs bij Focus Elsevier de totaal her
ziene en vergrote Foto- en Filmency-
clopedie is uitgekomen.
Het is een lijvig standaardwerk
(ruim 600 pagina’s, 1350 foto’s en teke
ningen m zwart-wit en kleuj) dat
uniek voor ons land en een van de
weinige soortgelijke werken in Europa
is. Door het toegepaste systeem- rond
5000 alfabetische trefwoorden en ver
wijzingen kunnen amateur zowel als
vakman snel informatie krijgen over
de meest uiteenlopende facetten van
foto- en cinematografie.
Niet alleen de verschillende procédés
materialen, hulpmiddelen, systemen en
technieken worden behandeld maar
ook de historie van film en fotografie
en de richtingen en stromingen daarin,
zoals abstracte, creatieve en subjectieve
fotografie, avant-garde en under
groundfilm.
Bijna honderd deskundigen hebben
meegewerkt aan deze robuuste ency
clopedie in afwashare leren band Een
vollediger naslagwerk kan men zich
nauwelijks denken
De nieuwe Bommel op litterair reu
zenpocketformaat de 400ste reuzen
pocket heeft een eerste oplaag van
30.000 exemplaren. De heer G. Lubber
huizen, directeur van de Bezige Bij,
rechtvaardigde het besluit Bommel als
litteraire reuzenpoket te doen ver
schijnen: „Iemand die, zoals Marten
Toonder, lid is van de Maatschappij
der Nederlandse Letterkunde, is erkend
als litterator. Daarom achten wij de
tekst een ruime plaats waardig, hoe
spiïtig het ook is dat de tekeningen
wat lijden onder de verkleining”.
Toonder: „Ik ben nooit terecht „strip-
fabriek” genoemd, zelfs niet in de tijd
dat ik, met mijn medewerkers, zo’n 15
strips verzorgde. Elke strip komt na
melijk moeizaam en na heel hard wer
ken tot stand”.
„Ik ben nooit aan een gewoon boek
begonnen”, aldus Marten Toonder,
„omdat ik' wantrouwen heb tegen de
taal. De echte mooie Nederlandse taal
is verouderd en wordt vervangen door
germanismen en anglicismen. Ik
licht mijn bedoelingen daarom liever
toe met tekeningen”.
(Van onze redactie in Amsterdam)
een voorwoord voor „Zoem
„Mits juist gebruikt, kan dit
een waardevolle bondgenoot
Mag ik even inhaken op het artikel van
Jack Brokaar betreffende de nieuwe spel
ling? (Uw krant van 2 maart). De heer
Brokaar begaat hier namelijk in zijn in
leiding over het oude Egypte een kapitale
fout door schrijven te verwarren met
spellen. Het „opgescheept zitten met een
geweldig moeilijk probleem” valt nogal
mee, want zelfs moderne egyptologen le
zen hiëroglyfen zoals wij heit oudere, oude,
nieuwe, nieuwere en nieuwste (is dat
goed???) spelling doen. Bovendien werd
het Egyptisch ook nog zonder klinkers
geschreven. Mogelijk een fijn ideetje om
in te dienen? Dan wordt het nóg gemak
kelijker.
De „hoge” positie van de schrijvers
moeten we wel met een paar korrels zout
nemen. In de eerste plaats oordeelde het
onderwijzend personeel uit die tijd dat
„de oren van een leerling op zijn rug
zaten”, zodat gemakzuchtige knaapjes het
niet gemakkelijk hadden. Daarna begon
een schrijver helemaal onderaan en klom
op eigen kwaliteiten omhoog. Daarbij
konden enkelen van hen héél hoog ko
men, maar dat er ooit één met een koning
begraven werd is een fictie. Dat is nooit
gebeurd. Wél zijn er enige schrijvers op
geklommen tot farao, hetzij door een
huwelijk met de juiste prinses, hetzij door
ordinaire usurpatie. Dat iedere farao kon
schrijven was uiteraard een vereiste.
Uit het langzame hiëroglyfenschrift
ontwikkelde^ zich het veel snellere, wat
cursieve hiëratische schrift, maar ieder
teken stelit een bepaalde hiëroglyfe voor.
Eerst heel veel later ontstond het demo-
tisch, een schrift dat in hoofdzaak in de
handel werd gebruikt. De hiëroglyfen ble
ven echter bestaan als officieel schrift
voor beelden, monumenten, papyrussen en
andere documenten. Gedurende de laatste
eeuwen raakte men de kluts kwijt en
begon men „geheimzinnige” nonsens te
schrijven, omdat men de juiste betekenis
van de vele hiëroglyfen niet meer kende.
Het Griekse alfabet had de zaak verdre
ven. Met SPELLEN had dat alles echter
bitter weinig te maken. En dat het „gewo
ne volk” demotisch zou hebben geschre
ven is ook
precies
niet!
Voor wie
voudiger spelling en waarom niet nu
we toch bezig zijn vertaal ik de
onderste zin even in een eventuele aller
modernste spelling: n dt ht gwn vlk
dmtsch z hbbn gschrvn s k njst. z schrvn
tn pres Is ng stds hlml nt!
Daar is „als de mijt de kaas snijt mijt
de mijt de mijt” helemaal niks bij! En
dat is dan zo modern!
AMSTERDAM. Rijd eens hele
maal tot het eindpunt met de tram,
ook al hoef je daar niet te zijn. Luister
een carillon-concert eens uit en loop
niet snel door omdat je denkt dat je er
geen tijd voor hebt.
Dat is de raad, die Ruud Coc en
Henk van Teylingen u geven in hun
boekje „Zoem zoem, naar al die leuke
dingen waar u geen tijd voor hebt”.
„Zoem zoem” is uitgegeven door Be
zige Bij in samenwerking met de Bij
enkorf ter gelegenheid van de boeken
week. Franka van der Loo zorgde zoor
de illustratie bij dit ludieke boek
werkje.
J. A. M. Mathijsen (erkend zielkun-
doloog ook wel psychiater genoemd)
schreef
zoem”
boekje een waardevolle
zijn in de strjjd tegen „beschavings-
ziekten”, zoals maagzweren, hoge
bloeddruk, rugpijnen, astma, darm
krampen, slaapstoornissen en andere
vormen van onwel-zijn”.
Gelukkig heer Biesheuvel, is
arts, dat blijkt zeer duidelijk
verkeerde diagnose. Er zullen,
begrijpelijk, wel enige slachtoffers van
het door ons volk zo gehate fascisme
behept zijn met een haatsyndroom. Doch
waar u de moed vandaan haalt zonder
enige medische kennis, ons volk daaraan
lijdende te achten gaat boven mijn pet, en
doet mij denken aan een kwakzalver. Een
groot deel van ons volk is wellicht, en
gelukkig maar, wel lijdende aan een syn
droom, doch dan niet van haat-, maar
van een voorzichtigheidssyndroom. Mocht
het toch een haatsyndroom zijn, dan niet
tegen fascisten of oorlogsmisdadigers,
maar tegen het afschuwelijke (fascisme)
en dat behoorde u als politicus te weten,
of u is een slecht politicus. Het fascisme
is niet dood jammer genoeg en het Neder
landse volk moet daar dan ook zeer
voorzichtig mee zijn en daarom moeten
hun kornuiten niet de kans krijgen om
bij de vrijlating van de 3 zijde te kunnen
spinnen. Ik ontmoet in de bejaardensoos
overigens zeer nette fatsoenlijke mensen,
die nu nog spreken over dat jodentuig
terwijl ze als katholieken maar eventjes
vergeten dat hun voorganger Jezus toch
ook tot dat zelfde jodendom behoorde.
Nee, zeer voorzichtig met dat tuig en niet
vrijlaten, de straf kan niet groot genoeg
zijn en hun makkers moeten geen kans
krijgen de vrijlating uit te buiten in welk
opzicht dan ook
Volgens een bericht in uw blad stelt het
nieuwe C.PN.-lid N. Dudink vragen aan
B. en W. over de „Partnerschaft” tussen
Beverwijk en Neuwied. Voortzetting van
deze verbintenis stelt de heer Dudink
afhankelijk van overwegingen, die hij
heeft geput uit de actuele discussies rond
de drie oorlogsmisdadigers in Breda.
Namens het afdelingsbestuur van de
Beverwijkse P.P.R. stel ik er prijs op
hierbij enige kenttekeningen te plaatsen.
Reeds bij de begrotingsbehandelingen in
1970 verklaarde ons raadslid, mevr, van
Oostveen, namens de P.P.R. weinig waar
de te hechten aan een uitwisseling tussen
gemeenteraden alleen. Zij kreeg daarin
geen bijval. De ook door de P.P.R. gewens
te verbroedering echter wordt onzes inziens
veel meer bereikt door contacten van
gelijksoortige verenigingen hier ter stede
met die van daar. Ook bij de begrotings
behandeling voor 1972 stemde de P.P.R.-
vertegenwoordigster tegen de post van
4000, die was uitgetrokken om op kos
ten van de gemeenschap contact te onder
houden als gemeenteraad met het ge
meentebestuur van Neuwied. Vanzelfspre
kend hebben wij geen enkel bezwaar
tegen contacten, die door gemeentebe
stuurders op eigen kosten onderhouden
worden.
Daarentegen uitte mevr, van Oostveen
haar waardering voor het zetten van een
eerste stap in de richting van een gedeel
telijke subsidiëring van Jeugdcontacten,
namelijk 25 percent van de reiskosten.
Overigens bleek er reeds in 1969 volgens
opgave van B. en W zelf een veel hoger
bedrag dan f 4000 gemoeid te zijn ge
weest met de uitwisseling van beide ge
meentebesturen.
In tegenstelling tot de mening, die nu
kennelijk in C.P.N.-kringen leeft, hebben
wij geen behoefte een abrupte beëindiging
van de „Partnerschaft” met Neuwied op
zich. Wij zijn slechts inzoverre verheugd
dat de P.P R.-vertegenwoordigster in de
raad niet meer alleen staat als zij kritisch
afstand neemt van een door vele inwo
ners van Beverwijk minder gewaardeerde
begrotingspost.
P. C. DIJKMAN DULKES, Beverwijk.
u geen
uit uw
en zeer
W'