Met de
Aswandam
kwam de
moderne
landbouw
en het gif
Europa’s trekvogels
vinden de dood
aan de Nijl
Gebrek aan ruimte leidt tot agressie
I. ’S?E,
I
K
1 s I
I1»,» Jr
11:
Él
I
b
L JE
MM
M<;::'
Bijen
Wb
IlS
-.SB
R IS EEN TIJD geweest dat
in Egypte meer soorten vo
gels voorkwamen dan in
menig ander land. Die toestand
heeft minstens 5000 jaar geduurd.
Dat blijkt uit de magnifieke en
biologisch beschouwd verbluffend
juiste afbeeldingen van vogels op
reliëfs en schilderingen uit graven.
Ook een aantal hiëroglyfen heeft
de vorm van een bepaalde vogel:
een gans, valk, uil bijvoorbeeld,
of de Ba-vogel, die een deel van
de menselijke ziel uitmaakte.
Bh
Nijl niet vervuild
i
3 -i
-
iiiiiiiiiii'iiii
De grote Egyptische uil. Schitterende typering op een Saïtisch reliëf.
Hiii
iiiiüülü
Het duivenhuis. Er zijn nog maar weinig duiven.
De vogel, offer voor de góden.
P5I
ll' - - «MM». 'i'lWlMlIWIElitlM
(Van onze wetenschappelijke
medewerker)
ve boer kan men zich dit wel voorstel
len; die ziet in iedere zaadetende vogel
nu eenmaal een doodsvijand.
In januari zaten we aan de rand van
een bonenakker en keken toe hoe men
Het heeft er veel van dat de dieren,
die onder normale condities hun agres
sie naar buiten plegen te richten, om
de strijd om het bestaan in hun voor
deel te kunnen beslechten, toen onder
genoemde abnormale omstandigheden
hun overgeërfde agressie tot haar recht
deden komen door haar naar binnen te
richten.
zwaluwen verjaagde. Dat gebeurde niet
met vogelverschrikkers of iets derge
lijks. Een paar jongens en mannen
deden niets anders dan met een oerou
de „vogelzweep” knallen en ontzaglijk
brullen. De zwaluwen trokken er zich
weinig van aan. Ze aten geen bonen
dit even terzijde maar wel de bijen
die honing uit de bonebloesem puur-
Of soms aangeleerd? Deze stoutmoe
dige vraag heeft de anthropoloog Lea
key onlangs onder de loep genomen.
Hij meent dat agressie binnen de soort
vreemd was aan de apelijke of aap
mensachtige voorouders van de mens.
Ml
tere vluchtkans. Emmerinck meent dat
vele gevangenissen in de Verenigde
Staten te vergelijken zijn met de over
bevolkte apekooien in zijn experiment.
Zolang menselijke gevangenen in sterk
overbevolkte verblijven worden gehou
den, bestaat er heel weinig kans, dat ze
zich normaal zullen leren gedragen,
zegt hij. Ook bij de mens schijnt een
mini-verhouding tussen individu en
leefruimte het agressiecentrum te prik
kelen met alle gevolgen van dien. De
„uitspattingen” en ruzies in flatgebou
wen en in overbevolkte kantoorruim
ten zouden deze hypothese ondersteu
nen.
den. En van die bijen waren er zo
bitter weinig dat je ze niet eens meer
hoorde zoemen, terwijl vroeger het ge
luid van insecten als een zacht gebrom
in de lucht placht te hangen. En ineens
drong het feit in zijn volle verschrik
king tot ons door: wat weinig bijen
En wat verschrikkelijk weinig zwalu
wen!
w HM
Nu heeft men in de laatste tijd ook
de condities bestudeerd, die een ver
hoogde agressie doen ontstaan. Ver
moedend dat agressie iets te maken
heeft met de verhouding tussen het
die het tot zijn beschikking heeft, heb
ben Emmerinck en medewerkers vier
apen ondergebracht in kooien die
normaal voor slechts één aap bestemd
waren. Het biochemisch onderzoek, gaf
daarna een ander patroon van hormo
nen te zien, het teken van een ongewo
ne stress (geestelijke druk, spanning).
Na verloop van tijd steeg de agressie-
graad alarmerend. Men was zelfs ge
dwongen de dieren te scheiden, omdat
een van de vier gedood dreigde te
worden. In grotere verblijven overge
bracht, vertoonden ze veel minder
agressie. Toen deze onverhoopt toch
Van dat moment af werden wij er
met onze neuzen op gedrukt en besef
ten wij wat we de laatste anderhalf
jaar hadden gemist: de vogels. Waar
waren de duivenzwermen, die ’s nachts
sliepen in de prachtige oude duiven
huizen en in de ruïnes der Ptolemeeërs
in de tempel van Medinet Haboe?
Waarom hoorden we nooit meer dat
geluid van scheurende zijde, dat zo
typerend is voor een snel overtrekken
de groep van duizenden duiven? Waar
om had onze gastheer Sjeik Ali abd-el
Rassoel een totaal leeg vogelhuis en
hield hij nu alleen in een paar kooien
wat duiven voor de pot? Die hij nota-
bene in Luxor aan de overkant van de
Nijl moest gaan kopen? Hij die vroeger
zes- tot zevenhonderd duiven in zijn
oeroude duivenhuis bezat
De tuin van Sjeik Ali is beroemd in
heel Boven-Egypte. Daar ontmoet el
kaar alles wat te maken heeft met
archeologie en liefde voor de immense
momumenten van het oude Thebe.
Daar komt ook iedereen die van rust,
stilte en de woestijn houdt. In die tuin
staat een aantal palmen en sycomoren.
En daarin huisde sinds de bomen be
gonnen te groeien een uitgezóchte mas
sa vogels: uilen (de kleine grijze van
Athene vooral), bonte en zwarte kraai
en, bulbuls, mussen, vliegenvangers en
nog veel meer. Het enige wat er nu
nog rest is een handvol mussen en
twee of drie hoppen die, van gedroogde
mest levend, minder vatbaar lijken
voor de dood door vergiftiging.
En waar waren de zwaluwen? De
zwaluwen uit Europa, ook uit Nederland
die hier in wolken verschenen als de
hemel rood kleurde met de zonsonder
gang? Waar ze eens bij duizenden over
de akkers scheerden, zien we ze nu met
enige tientallen.
Waar zijn al die kuifleeuwe
riken die we, wandelend in de woes
tijn, zo b edrijvig voor ons uit zagen
wippen? En de talloze bulbuls met
hum muzikale kreten? En de patrijzen,
die als dikke dames zich schommelend
over de afgeoogste akkers voortbewo
gen, zoekend naar wat de arenleessters
hadden nagelaten? De kleine grijze ui
len, die je ’s nachts zo konden laten
schrikken met hun geruisloze vlucht
en schelle kreten? We zijn al blij als
we er ééns één zien zitten op de
hoogste toppen der tempels. Wat hun
veel grotere soortgenoten betreft,
waarvan er één al jaren de piramide
van Mycerinus bewoonde tegën de
schemering kon je hem daar plechtig
zien rondstappen in Gizeh zagen we
geen grote uilen meer, evenmin als bij
iH;
Agressie is voor het biologisch leven
geen vreemd verschijnsel. Ze heeft
zelfs een „schuilplaats” gevonden in de
z.g. hersenstam, één der oudste delen
van het cerebrale (hersen)systeem, van
waaruit ze voor de dag kan komen na
prikkeling van haar centrum. Agressie
wordt vaak beschouwd als een noodza
kelijk kwaad voor de strijd om het
bestaan. Agressie zou dan ingeboren
zijn.
Aboe Roasj waar we er ook een stel
wisten te zitten. Voor hen kwam het
einde met de vergiftigde ratten en
muizen.
We waren gewend tussen het rijpen
de graan, in hoofdzaak tarwe in Bo
ven-Egypte, ’s winters grote en nogal
lawaaiige ooievaars bij tientallen te
zien rondstappen. Uit de irrigatiegoot-
jes haalden ze hun maaltijden aan
kikkers en kleine visjes op; tussen het
graan vingen ze ook wel kleine mui
zen. Maar de kikkers aten vergiftigde
vliegen en dat bekwam de ooievaars
weer kwalijk. Het sonore kikkerkoor
van de Egyptische nachten is dan ook
al sinds een jaar verstild Ze verdwe
nen tegelijk met de ijsvogels die nu
nog maar heel zelden uit struikjes en
bomen het water van de kanalen en
greppels induiken.
In Egypte zijn de heilige vogels van
góden en farao’s, de buizerden, valken,
en de arenden, tot een zo klein getal
teruggebracht dat je ineens opmerkt:
hé, een buizerd terwijl je er vroeger
amper naar kéék. Toen dreven er op
iedere omhoogstijgende luchtzuil grote
elegante roofvogels in eindeloze krin
gen rond terwijl hun telescoopogen
naar voer zochten: ratten, muizen, kui
kens en jonge vogeltjes.
Het is iets heel griezeligs wat daar
langs de Nijl gebeurt. Want niet de
rivier is vervuild zoals ik tot mijn
verbazing nogal eens lees, maar wel
het land. Zo lang men uit de Nijl
dagelijks vissen blijft ophalen van zes
tig tot negentig centimeter lang valt
het heus wel mee. Bovendien is er
langs de Nijl, met uitzondering van
Aswan en Helwan geen industrie van
betekenis zoals in het westen het geval
is. Die zal er echter zeker wel komen.
Mogelijk is de redenering gebaseerd op
het onweerlegbaar feit dat het ooste
lijk bekken van de Middellandse Zee
snel achteruit gaat waar het de vis
stand betreft. Dit was voorspeld. De
Nijl loost namelijk niet meer de enor
me massa’s slib van voorheen, die het
ideale voedsel voor visbroed bevatten.
Dit slib blijft nu achter, dankzij de
Aswan-dam.
Maar de vogels uit Europa, de tallo
ze trekvogels die het bij ons al moei
lijk hebben maar die tot nu toe in
Egypte een ideale overwinteringsplaats
hadden sinds honderden eeuwen ook
onze eigen Nederlandse vogels, leggen
het loodje. En wat moet daaraan wor
den gedaan?
BOB TADEMA SPORRY.
Alles wat daar langs de Nijl fladder
de, vloog en zwom, nestelde en kwin
keleerde kon men tot voor drie jaar
met moderne ogen aanschouwen met
één uitzondering: de ibis. Deze voor de
oude Egyptenaren heilige vogel komt
nu alleen nog maar voor in Zuid-
Soedan en op enkele plaatsen in
Libië. Wat de moderne toerist voor een
ibis houdt hun wijsgemaakt door
alwetende gidsen is de kleine witte
koereiger.
Drie jaar geleden begon echter een
einde te komen aan de vogelrijkdom
van Egypte. Toen werd namelijk de
grote dam van Aswan in werking ge
steld. De Nijl had geen overstromingen
meer, voor het eerst sinds honderddui
zenden jaren. Hoe lang de overstro
mingen weg zullen blijven is een uiter
aard pikante vraag. Rivieren zijn nu
eenmaal „eeuwiger” dan technische
produkten. Oók de Negev, óók de Sa
hara kenden eens geweldige bevloei
ingswerken, waarvan men nu de resten
vindt indien men weet waar en hoe te
zoeken. Ze waren aangelegd door de
Romeinen, de grote technici van die
tijd. En ook zij meenden dat die „eeu
wig” waren.
In Egypte is met de Aswan-dam een
nieuwe tijd ingeluid, een tijd van met
sprongen groeiende industrie en nog
harder groeiende, bovenal moderne
landbouw. In bepaalde gebieden wor
den nu vier oogsten per jaar binnenge
haald. Maar met de moderne landbouw
kwamen ook de insecticiden, de pesti
ciden en de kunstmest. En voor de
vogels van Egypte betekende dat kort
en goed massamoord over de hele dui
zend kilometer lengte van Delta en
Nijlvallei. Het vreemde en verontrus
tende is dat er maar bitter weinig
Egyptenaren geschrokken zijn van dit
feit. Alleen van de nog altijd primitie-
Ze leerden het, naar hij veronderstelt,
nog geen 40.000 jaar geleden aan, nadat
ze begonnen waren in kleine groepjes
samen te leven. Harlow van het Regio
nal Primate Research Center van de
universiteit van Wisconsin denkt er
echter anders over. Hij en Deets van
de universiteit van Pittsburgh hebben
op de laatste vergadering der AAAS
(American Association for the Ad
vancement of Science) te Philadelphia
de gedachte gelanceerd, dat „agressie
in de mens is beland als een duurzaam
en grondig bestanddeel van zijn biolo
gisch, primatelijk (apelijk) erfdeel.”
Een
experiment met apen, die, sinds de
geboorte werden geïsoleerd. De dieren
begonnen, na bedreigd te zijn door
buiten schot gebleven onderzoekers,
vijandelijkheden te vertonen jegens
mensen in het algemeen. Bij gebrek
aan een beschikbaar object in hun
geïsoleerde kooien reageerden ze hun
vijandelijkheden, respectievelijk agres
sie af op hun eigen lichaam. Ze beten
zichzelf en gooiden zich met geweld
tegen de tralies. Deze apen, zo zeggen
onderzoekers, hadden nooit de kans in
agressie onderwezen te worden, dat wil
zeggen met agressie-opwekkende situa-
De mens snakt naar ruimte. Het
voortdurend kijken naar een muur
maakt hem al opstandig, het staren
over de wijde vlakten naar de einder
fii'" M
en
Erbij
“F;“"‘TwiiiiiiiiSm
4uu>h<. .nUWH”
‘•.MMZL''"
«•w*