1 h I ZATERDAG 8 APRIL 1972 4 De wind wierp bij vlagen nijdige regenstriemen tegen de ruit van de bloemenkiosk. Het water droop uit de goot langs het glas, waarop met sierlijke gotische letters „Ru dolf Goliat, bloemenhandel” ge schilderd was, en spoelde de bruine tegels van het buitenkozijn schoon, voordat het plassen vorm de op de stoeptegels. Goliat had al voor vijven het licht moeten aandoen, ofschoon het op deze tijd van het jaar toch eigenlijk tot ruim zes uur daglicht moest zijn. De forensenstroom was nog niet losgebroken uit het sta tion vlak om de hoek, maar Goliat verwachtte vandaag niet veel van zijn handel. Hij zat mistroostig tussen zijn bloemen, zijn kleine, forse figuur gebogen, steunend met de handen op de knieën, als of hij op het punt stond een aan loop te nemen. Zo zat hij altijd, want zijn rug was pijnlijk als hij achterover leunde. Versleten wer vels. Het waren blijkbaar wervels van niet zo beste kwaliteit ge weest, want ze hadden eigenlijk langer dan vierenvijftig jaar mee gemoeten zonder te verslijten. deVMR n k is van dagely verso uw eigendom. seconde, geen ien, ieer te >rk- ler- rala •ge- nde ien de te er ■rkt nde jm) iels het lui- en- ka- ;ge- in- -uit de- liet dse ;e- as- nd es- aor de en, en ok iu- be- ve- eid idt. in ;al- i. an ten en, in jke >ei- ;n- en :en >en lie tan ire- ren r.k. ra nk iet en !Ó- de te de rts later bekende hij dat hij haar een duw heeft geven. Hij was later zo in de war dat hij zijn paraplu op de plaats van !»em ontdekt welke paraplu van u is, zeg het me dan. Want alleen de waarheid is van belang, meneer Goliat. Wij zoeken alleen de waarheid. U be wijst niemand een dienst door die waarheid voor ons verborgen te hou den. Geloof me, meneer Goliat, alleen de waarheid is van belang. Nu wist hij dus zeker dat dit een val was. Het lot van Stoph hing af van dit moment. Maar hoe kon Stoph iets te maken hebben met de dood van zijn vrouw, als die veertig kilometer ver weg in een rivier gevallen was op ongeveer dezelfde tijd als die waarop Stoph bloemen voor haar kocht in Goliats Bloemenhandel? Het duizelde hem. Hij zou Stoph willen redden door de waarheid of door een leugen, maar hij wist niet wat de uitkomst zou zijn. Alleen de waarheid is van belang, meneer Goliat. Hij greep een van de beide paraplu’s en keerde zich om. Dit is de mijne. Ik zie het nu. Waaraan ziet u dat dit uw exem plaar is? De stalen punt aan het uiteinde is licht gebogen. Ik herinner me hoe dat gekomen is. De punt bleef vastgeklemd zitten tussen twee stoeptegels. Juist. Ons laboratorium had die af wijking ook vastgesteld. Het is inder daad het enige verschil. U hebt ons prachtig geholpen, meneer Goliat. Wat... hoe...zit het nou? Wat is nu bewezen of niet bewezen? Ik zal u in diep vertrouwen vertel len wat er aan de hand is. Maar u moet me beloven er met niemand over te praten. Natuurlijk. Meneer Stoph heeft, nadat het lijk van zijn vrouw was opgevist, bekend dat hij getuige is geweest van haar verdrinking. Hij wist dat zijn vrouw op reis was gegaan, want zij had hem op zijn kantoor opgebeld om hem te zeggen dat zij zou weglopen. Uit haar verwarde opmerkingen had hij opge maakt dat ze naar Dieburg zou reizen. Hij dacht dat ze naar haar zuster zou gaan en hij besloot haar na werktijd na te reizen. Hij kocht bloemen voor haar, zoals hij iedere dag deed, want het arme schepsel leefde in voortdu rende angst dat hij niet meer van haar zou houden vanwege haar toestand. Ja, inderdaad, een tragische geschiedenis. Maar hij was tegen zessen bij mij in de winkel. Hoe kon hij in die korte tijd.... We hebben het nagegaan. Het was krap, maar het ging net. Er vertrekt twee minuten voor zes een trein naar Dieburg. De reis duurt vijftig minuten, drie tussenstations inbegrepen. Het horloge van mevrouw Stoph was op anderhalve minuut voor zeven uur stil blijven staan. Krap, maar in theorie kan het allemaal. Stoph beweerde dat zijn vrouw geen zelfmoord heeft ge pleegd, maar dat ze is uitgegleden. Wij vonden dat zeer twijfelachtig, maar was het toch wel hij wist niets af stoeptegels waren binnen geschoten, eigenlijk toe? Het was een gok ge weest. Alleen de waarheid is belangrijk, maar is het belangrijk dat iemand die waarheid kent? Soms wel, dacht hij. Bijvoorbeeld mevrouw Stoph en de waarheid van dagelijks verse bloemen. Geen seconde, geen haar op m’n hoofd! Zo’n goeie klant als u geef ik graag crediet. Maar ik dachtnou ja, het kost u nogal wat, zo iedere dag. Ik heb altijd prompt betaald aan het eind van de week. Daar gaat het ook niet om, meneer Stoph. Ik zit een beetje tegen mijn eigen belangen in te kletsen. Zand erover! Ja, zand erover. Dat is het beste. Zand erover Er zullen niet veel mannen zijn die hun vrouw zo verwennen, zou ik zeg gen. Zand erover, meneer Goliat Het ging steeds harder regenen en de lucht was inktzwart. Toen de eerste forensentreinen binnengelopen waren, werd het een rennen en hollen op straat van mensen met opgeslagen kra gen en druipende paraplu’s, die een goed heenkomen zochten in bussen en trams. Niemand piekerde erover, bloe men te kopen. Maar klokslag half zes kwam meneer Stoph drijfnat binnen. Vanmorgen vergeten een paraplu mee te nemen, meneer Stoph? Ja. Het was redelijk weer. Ik zal proberen een bus te nemen. Ik kan in dit weer niet gaan lopen. ongeluk gebeurd. Meneer Stoph kon onmogelijk iets ernstigs hebben mis dreven. Misschien was hij wel ver moord! Meneer Stoph was niet vermoord. Brigadier Dücker vertelde na vijven op het bureau kortweg waar het om ging. Mevrouw Stoph was dood. Zij was verdronken in een riviertje en de politie had kunnen vaststellen waar zij te water was geraakt. Het was op een plek in de buurt van Dieburg, veertig kilometer van haar woning. In Dieburg woonde haar zuster, maar zij was daar niet geweest. Het was vrijdagavond gebeurd, omstreeks zeven uur. Me vrouw Stoph was al maanden zwaar moedig en sterk neurotisch. Zij leed aan een ongeneeslijke ziekte, en de politie veronderstelde zelfmoord. Is het waar dat de heer Stoph iedere dag bloemen bij u kocht? Ja, iedere dag, behalve zaterdags. En zondags natuurlijk. Al jaren. Hij sloeg nooit over. Kwam hij vrijdagavond ook? Jawel. Hoe laat? Op zijn gewone tijd. Hoe laat precies, meneer Goliat? Tegen zessen denk ik. Weet u het niet nauwkeuriger? Nee, het was altijd zo tussen half zes en zes uur. Merkte u iets bijzonders aan hem? Niet dat ik weet. Praatte hij over zijn vrouw? Over iets speciaals? Nee. Alleen over de margrieten. Hij kocht margrieten. Bleef hij lang in uw winkel? Een paar minuten. Vijf of zes mi nuten. Maakte hij de indruk dat hij haast had? Niet speciaal. Hij was nooit erg spraakzaam. Maar haast, nee. Mevrouw Stoph moet van huis ge gaan zijn voordat haar man thuis kwam. Een buurvrouw hoorde om vier uur de buitendeur en het tuinhekje. Ze heeft de trein van drie voor vijf geno men. Een stationsbeambte van Dieburg herinnert zich dat hij haar heeft zien uitstappen. Ze zag er een beetje opval lend uit, in een lange zwarte mantel en met een witte sjaal om haar hoofd. Op de plek waar zij te water is Op de plek waar zij te water is geraakt werden haar tas, haar paraplu en haar handschoenen gevonden, ver spreid over een kleine afstand langs de oever. Er waren sporen van andere voetstappen dan die van haar, maar het regende die avond en het was een modderige zaak daar. Waarom vraagt u mij al die dingen over meneer Stoph? Denkt u dat hij Wij gaan alleen mogelijkheden na, meneer Goliat. Ik ga u nu een belang rijke vraag stellen. Had meneer Stoph een paraplu bij zich, toen hij de mar grieten kwam kopen? Een paraplu? Nou Goliat zocht vertwijfeld naar woor- U kunt een paraplu van me lenen, als u wilt. Oja, dat is erg vriendelijk. Graag. Dan blijven de margrieten ook droog. Hoeveel geld krijgt u? Het is weer vrijdag. Vrijdag betaaldag. Ja, ik heb het opgeschreven. Meneer Stoph knoopte zijn natte jas los en grabbelde in zijn zakken. Hij leek nerveus en gespannen. Zijn bril was halverwege zijn neus gezakt en dat gaf hem een onnozel uiterlijk. Deze margrieten zijn sterk en blij ven het hele weekeinde mooi. Ik kan de paraplu best missen tot maandag. Ik breng hem maandagochtend te rug. Maar noch maandagochtend, noch maandagavond kwam meneer Stoph opdagen. Het was stralend weer en Goliat maakte zich geen zorgen over de paraplu. Het was een exemplaar van de goedkoopste Japanse soort, in ieder warenhuis voor minder dan een tientje te koop. Maar hij vroeg zich wel af waarom meneer Stoph geen bloemen kwam kopen. Waarschijnlijk had hij kou gevat in dat hondeweer. Goliat stelde zich voor hoe meneer Stoph hoestend en niezend tot zijn neus onder de dekens lag weggedoken, terwijl mevrouw Stoph hem verwende met hete grocs en gloeiende kruiken. In ruil voor die dagelijkse bloemen. Ook dinsdag en woensdag verscheen meneer Stoph niet. Goliat hoorde pas op donderdag wat er gebeurd is. Om elf uur in de morgen kwam een bleke, sombere man in een wijde re genjas de bloemensalon binnen. Hij wachtte onbeweeglijk bij de deur, tot de winkel geen klanten meer had, en kwam toen naar de toonbank waar hij Goliat een legitimatiebewijs onder de neus hield. Goliat las het woord „Re cherche” boven een pasfoto met een blauw stempel. Bent u meneer Goliat, de eigenaar van deze zaak? Om u te dienen, jawel. Kent u een zekere meneer Stoph? Stoph? Ik ken een meneer Stoph die wel eens bloemen bij me koopt. Deze? Goliat staarde naar de foto die de man hem voorhield. Hij zag meneer Stoph met zijn uitgezakte wangen en zijn dunne, sliertige haar. Voor en opzij, met en zonder bril. Jawel. Deze meneer Stoph ken ik. Er kwamen klanten binnen. Kunt u na vijven op het bureau komen? Ik wil een paar vragen stellen. Vraagt u maar naar brigadier Dücker. Ik schrijf de naam even voor u op. Goliat bleef achter met het kaartje tussen zijn vingers. Het speet hem dat hij niet meteen had gevraagd wat er met Stoph aan de hand was. Het ging tenslotte om een klant. Hij had moeten informeren waar het om draaide. Dan had hij zich enigszins kunnen voorbe reiden. Hij wilde Stoph geen moeilijk heden bezorgen. Misschien was er een den. Hij vond er geen. Weet u het niet meer? Jawel. Ik weet het heel goed. Hij was doornat en ik heb hem mijn paraplu geleend. Juist. Dat heeft de heer Stoph ons ook verteld. Weet u ook waarom de heer Stoph zonder paraplu was? Hij had hem die ochtend thuisgela- ten, omdat het redelijk weer was. Juist. Het is allemaal erg eenvoudig. U begrijpt dat wij de verklaringen van meneer Stoph ambtshalve moeten veri fiëren. Ik ben u zeer dankbaar voor uw medewerking. U kunt nu gaan, meneer Goliat. Goliat stond opgelucht van zijn stoel op en ging naar de deur. Maar toen hij de hand op de deurklink legde, hield de stem van brigadier Dücker hem terug. Eén moment nog, meneer Goliat. U verbaast mij een beetje. Huh? Waarom vraagt u uw paraplu niet terug? Mijn parapluO ja. Zenuwen, denk ik. Ja, mijn paraplu. Kan ik hem meenemen? Natuurlijk. Hij is Daar ligt hij. Brigadier Dücker wees naar een ta feltje in de hoek. Er lagen twee keurig opgerolde paraplu’s op. Goliat schuifelde naar het tafeltje, terwijl hij zijn ogen onafgebroken op de twee paraplu’s gevestigd hield. Het was of een gloeiend hete bloedstroom langzaam opsteeg uit zijn buik naar zijn hoofd. Dit was het moment waar op hij gewacht had en dat hij gevreesd had met de verlammende zekerheid van groot onheil. Hij wist dat hij in een val gelopen was. De politie wist wat zij deed. Het herkennen en aan wijzen van zijn eigen paraplu was zonder twijfel het sluitstuk van een bewijs. Een bewijs waarvan? Een be wijs va nschuld of onschuld van die arme meneer Stoph met zijn zieke, levensmoede vrouw en zijn ellende van dag in- dag-uit, zijn bloemen, zijn martelgang naar een huis waarin de dood rondwaarde. Let u goed op, meneer Goliat. De paraplu’s zijn bijna niet van elkaar te onderscheiden. Vergis u niet. De paraplu’s waren precies hetzelfde. Massaprodukten van goedkoop maak sel, met imitatie-leren handkrukbekle- ding, beide tamelijk nieuw, onbescha digd, wel vaak gebruikt maar zonder enig persoonlijk kenmerk. Goliat nam ze in zijn handen, deed ze zorgvuldig allebei verscheidene keren open en dicht, keek aan de binnen- en aan de buitenkant. Inspecteerde de stalen ba leinen en het mechanisme. Hij vond geen enkel verschil Ik weet niet welke van mij is, ik zie geen enkele aanwijzing. Dat zou jammer zijn. Kijkt u nog eens goed. Het is erg belangrijk. En als u op een of andere manier De bloemenhandel was niet zo’n rus tig bestaantje als buitenstaanders dachten. Dat zitten in de kiosk en verkopen was eigenlijk maar een klein stukje van het werk. Het halen van de bloemen op de veiling en het sjouwen en opbergen en op de kar laden en afladen en alles wat eraan voorafging, was een zwaar karwei. Te zwaar voor deze soort wervels blijkbaar. Maar het ging nog. Als hij voortdurend voorover bleef zitten ging het nog best. Hij zou vanavond niet al te dikwijls behoeven op te staan. Er kwam geen hond met dit weer. Geen hond, behalve dan na tuurlijk meneer Stoph. Meneer Stoph kwam iedere dag, weer of geen weer, en dat ging nu al jaren zo. Goliat had eens berekend wat hij al die tijd aan meneer Stoph verdiend had. Het was een enorm bedrag, ook al kocht me neer Stoph altijd een boeketje tamelijk goedkoop spul. Het is maar voor één dag, meneer Goliat. Ze houden het best wat langer, als u een asperientje in het water oplost. Een asperientje? Nee, dat lijkt me niet nodig. Ik koop liever verse. Mijn zegen hebt u, allicht! Ik ver koop liever dan dat ik ermee blijf zitten. Maar ik dacht Bent u bang dat u uw geld niet krijgt? het misdrijf liet liggen. Of liever: üw paraplu. Zijn eigen paraplu stond al die tijd bij hem thuis in de hal, vertelde hij. Dus u had mijn getuigenis hele maal niet nodig! Meneer Stoph heeft alles bekend waarom moet ik als argeloos burger dan op deze manier nog bijdragen tot zijn veroordeling? Is het niet erg genoeg allemaal? Alleen de waarheid is belangrijk, meneer Goliat. U hebt ons aangetoond dat dat hele verhaal van meneer Stoph een verzinsel is. Het was namelijk de andere paraplu, die wij in Dieburg hebben gevonden. Mevrouw Stoph heeft die van huis meegenomen. Het regende pijpestelen toen zij om vier uur wegging. Meneer Stoph is een merkwaardig man. Hij heeft gepro beerd zijn vrouw de schande van zelf moord te besparen. En zelf voor moord op te draaien? Maar dat is waanzin. Misschien wel. Meneer Goliat, is het eigenlijk ook niet een beetje waanzin om iedere dag bloemen voor je vrouw te kopen? Hij probeerde nooit om ze twee dagen goed te houden. Lieve hemel. Hij had toch kunnen proberen om ze twee dagen goed te houden. Er zijn middeltjes voor. Ook in de liefde is alleen de waar heid belangrijk, meneer Goliat. Goliat wandelde naar huis met de paraplu als een wandelstok in de rech terhand. Hij was niet gewend om met een paraplu te lopen. Hij dacht na over de wijze woorden van brigadier Dücker: alleen de waarheid is belang rijk. Voor wie belangrijk? Voor me neer Stoph leek het leven niet belang rijk genoeg meer om zich nog druk te maken over waarheden en onwaarhe den. Voor de politie? De politie was zeer tevreden als ze de waarheid ont dekte. Maar ze sloot daarna de waar heid op in een dossier en niemand keek er ooit meer naar om. Alleen die waarheid van iedere dag verse bloemen, ja. Die was belangrijker dan al of niet gebogen punten van paraplu’s. Het was niét belangrijk dat deze paraplu, waarmee hij nu liep te wandelen, niet eens van hem was. Die verbogen punt had hij al gezien toen de twee paraplu’s zo keurig naast el kaar op het tafeltje lagen. Misschien zijn paraplu, maar van die punt. Die hem zomaar Wat deed het

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1972 | | pagina 15