Reactor Centrum Nederland hoopt voor de zomer
achthonderd vaten voor verzending gereed te hebben
AFVOER VAN RADIOACTIEF DUMP AFVAL
GAAT VIA HAVEN VAN IJMUIDEN
Speciaal toezicht
tijdens transport
H
rW
<1
llSfè' --
o
1
'tt
■1
I
4”
i
Bib
IP4
■'i
ai
■i
I
wlBI
„Weinig straling
uil
ski’
i i
en ongevaarlijk”
e
t
B't
DRUK PAK
PROF. J. PELSER:
VERWERKING
BETON
SPECIALE KELDER
I»
t
i
L
<4
II;
A,'
ï-
Ki
L4, - -
lil
liiil
iia 4
LkJl
4
ZATERDAG 8 APRIL 1972
BP
(Van een onzer verslaggevers)
iiiMg
f
3
IJ
s
iNNlMw^x
ÖffiKi
Of#'
ff
X'
••‘jMa
'U/'''
OM» s
u
JF 'lü
IJMUIDEN Ook deze zomer weer zal via de haven van IJmuiden
radioactief afval worden afgevoerd voor dumping in de Atlantische
Oceaan. Het betreft hier stoffen met een geringe stralingskracht. Boven
dien is dit vuil hermetisch verpakt in zware stalen olievaten, welke zijn
af gedicht met beton. Dit gebeurt in het Reactor Centrum Nederland in
Petten, waar een speciale afdeling zich bezig houdt met de verwerking
van deze stoffen. Op een nog bekend te maken datum zal een speciaal ge
charterd schip de haven van IJmuiden binnenlopen, waarna de volgens
deskundigen niet gevaarlijk zijnde lading met vrachtwagens wordt aan
gevoerd. Afgaande op de ervaringen opgedaan in 1967, 1969 en 1971 zal het
schip binnen vierentwintig uur weer de haven verlaten. Bij het vervoer
over de weg en tijdens het beladen van het schip zullen speciale functiona
rissen toezicht houden. Gezien de degelijkheid van de verpakking en alle
andere veiligheidsmaatregelen acht men de vrees voor bestraling of be
smetting ongegrond. Helemaal als men bedenkt dat al deze afvalstoffen
in aanraking zijn geweest met radioactief materiaal dat in ziekenhuizen en
laboratoria wordt gebruikt, bijvoorbeeld voor het genezen van mensen.
ML,
I
Deze stoffen dikwijls zogenoemde isotopen worden meestal met nor
male besteldiensten gebracht, hetgeen mogelijk is door speciale, wettelijk
goedgekeurde verpakkingsmethoden. Het dumpen in diepe troggen in de
Atlantische Oceaan gebeurt in Westeuropees verband en wordt georgani
seerd door de „European Nuclear Energy Agency” (ENEA), welke in 1967
voor het eerst een gezamenlijke afvoer regelde. Het schip „Topaz” reisde
toen tijdens verscheidene tochten langs vijf havens, namelijk Newhaven
(Engeland), Emden (Duitsland), IJmuiden (Nederland), Zeebrugge (Bel
gië) en Cherbourg (Frankrijk). In totaal werden toen 35.790 volgestorte
vaten ingeladen. Deze grote hoeveelheid werd midden op de oceaan gestort
in water van vijf kilometer diepte.
f2. -
••B^S
r.
E
Si
i'-.
V.
sas
ha.
I
7WV"‘,
X.
f;
•'i
i
op
18.
XL
Sn-
..«tefc'
wBWlMWaiBi!!!
0X1
i
B-iljSSlfe feai.
p J
|p 4
■S,
I).
k.
strumentje dat bezoekers bij zich moeten
dragen, zodat later de opgelopen hoeveel
heid straling kan worden gemeten.
Er zijn bepaalde voorwaarden waaron
der dit mag worden gedaan. Zo moet het
vrachtcompartiment van de auto geschei
den zijn van de bestuurscabine, terwijl
altijd een veiligheidsfunctionaris meereist.
Deze controleert voor het inladen zeer
nauwkerurig of het afval in de door het
reactorcentrum beschikbaar gestelde va
ten verpakt is, terwijl eveneens wordt
gemeten of de straling niet te hoog is en
de vaten aan de buitenkant „schoon” zijn.
Voor hoogradioactieve stoffen is de cen
trale ophaaldienst verplicht speciale toe
stemming aan de minister te vragen. Bo
vendien staat altijd een apart omgebouw
de wagen ter beschikking, die volgens
professor Pelser nog nooit gebruikt is.
Volgens hem hebben deze transporten
Zo’n vijfhonderd vaten staan al
klaar voor vervoer naar IJmuiden.
Het dumpen in de Atlantische
Oceaan gebeurt met behulp van
een speciale installatie.
a-
.4,
1-
te
ze
en
D.
ra*
/e
e*
T.
il.
it
er
!Z.
e-
te
a).
u
a-
et
je
'5.
a-
8,
»n
1-
ce
e-
d?
ti
er
!3-
00
21.
IS.
is
fl.
it.
lis
n-
e-
en
:ie
au
•te
35,
35.
31.
ge
51-
1-
2,
ar
/-
et
ze
m
i-
14.
U
1-.
n.
x.
jI.
-
as
sn
o.
■o.
:s.
il,
>3,
In Nederland wordt al het radioactief
afval door een centrale ophaaldienst ver
zameld. Professor ir. J. Pelser, technisch
directeur van het Reactor Centrum Ne
derland, zegt hierover: „Het betreft hier
uitsluitend afval van een lage of middel
hoge radioactiviteit. U weet dat in de
Nederlandse ziekenhuizen en laboratoria
radioactieve stoffen worden gebruikt. Elk
jaar ontstaat er een grote hoeveelheid
materiaal die hiermee in aanraking is
geweest, zoals handdoekjes, injectiespui
ten, watten, papiertjes, handschoenen en
zovoorts. Dit afval neemt veel ruimte in
beslag. Van de minister heeft de centrale
ophaaldienst permanente toestemming dit
alles op te halen, hetgeen met normale
vrachtwagens van besteldiensten gebeurt.”
r
V,
-
En als dit afval dan na verloop van
tientallen jaren eventueel zou vrijkomen,
kunnen we gerust aannemen dat de stra
ling aanzienlijk verminderd of verdwenen
is. Er bestaan zogenoemde halfwaarden-
tijd-tabellen, waarin voor elke radioactie
ve bron is vastgelegd in hoeveel dagen of
jaren de straling met de helft vermindert.
Voor sommige stoffen is deze tijd kort,
voor andere weer langer. In ieder geval
staat vast dat de straling steeds minder
wordt.
Terugkomend op de publikaties rond de
centrale van Dodewaard zegt professor
Pelser: „Ik heb het idee dat vooral milieu
deskundigen het niet helemaal eens zijn
met de toegestane hoeveelheid straling.
Maar we kunnen alleen maar de Kerne
nergiewet hanteren en de daarin eestelde
toelaatbare grens van de radioactiviteit
aanhouden. En dat gebeurt in Nederland
zorgvuldig”.
- f
De in Petten aangevoerde vaten worden
opgeslagen in een loods. Regelmatig wordt
dit afval verwerkt, waarbij afgelopen
dinsdag een van onze verslaggevers aan
wezig was. Hem werd, toen hij vanuit een
controlepost dit procédé volgde, een zoge
noemde pendosismeter uitgereikt, een in-
I
Economische Zaken: „We denken
dat Volksgezondheid in Leid-
schendam daar alles van afweet.
We geven u het telefoonnummer”.
Ir. W. J. Kolstee, inspecteur van
de Volksgezondheid (Leidschen-
dam): „Wat wilt u weten? Vraagt
u maar. U kunt alle inlichtingen
krijgen”.
Eenzelfde reactie tenslotte bij het
Reactor Centrum Nederland.
In deze ruimte worden de vaten
door mannen, gehuld in speciale
drukpakken, met behulp van een
pers in kleine pakketten schroot
veranderd.
„weinig om het lijf.” Hij is van mening
dat eerder gedane publikaties enigszins
overdreven zijn. Hierover zegt hij: „In
Nederland liggen wij wat de kernenergie
betreft duidelijk voor op de andere indu
strieën, waar dikwijls de afvoer van afval
stoffen ongecontroleerd plaats heeft. We
moeten gewoon ontzettend blij zijn dat er
op dit gebied goede voorschriften gebun
deld zijn in de Kernenergiewet. Als je dit
boekwerk leest het is helaas niet te
„lezen,” maar ja dan kom je tot de
conclusie dat de controle in ons land zeer
groot en doeltreffend is. Bij die transporten
van deze nauwelijks radioactieve stoffen
loopt niemand gevaar. Ook de chauffeur
niet. Bovendien wordt iedereen ten over
vloede regelmatig gecontroleerd. Het is
jammer dat de besteldienst Stad Alkmaar
n.v. door al die publiciteit in een wat
kwaad daglicht is komen te staan.”
-
S
Voor het transport naar IJmuiden is
volgens professor Pelser een tijdschema
opgezet, waarbjj me n°P minuut nauw
keurig werkt. Al met al komen de
vaten niet eens op de kade. Ze worden
gelijk van de auto in de boot geladen.
Nadat het schip wegevaren is, worden
door controleurs met geigertellers metin-
geen verricht
-
r HÉ:
-
ademgehaald. Ten overvloede moet nog
vermeld worden dat de lucht die uit het
compartiment wordt gezogen, verschillen
de keren terdege wordt gezuiverd.
Wanneer men deze ruimte verlaat,
wordt eerst een soort overall uitgetrokken
en achtergelaten. Daarna wordt men com
pleet met drukpak onder een douche af
gespoeld, zodat de laatste stofdeeltjes ver
dwijnen. Tenslotte wordt de straling
naar men zegt in de ruimte nauwelijks
aanwezig gemeten.
Dat in deze hel verlichte ruimte de
kans op stofbesmetting veel groter is dan
het gevaar van straling, wordt veroor
zaakt door de grote drukpers waarmee
twee of drie vaten met een inhoud van
negentig liter per stuk tegelijk in elkaar
worden gedrukt. Het afval wordt verpul
verd, waarbij geringe hoeveelheden fijn
stof worden verspreid. Op deze manier is
in de loop der jaren het vertrek vervuild
geraakt.
Van de vaten blijft een klein pakketje
schroot over, dat met behulp van een
takel in een groot vat van tweehonderd
liter wordt gestapeld. Dit stalen vat wordt
via een luchtsluis naar binnen gebracht
en nadat het is gevul.d weer naar buiten
gerold en met een plastic kap overtrok
ken. Wanneer genoeg vaten overigens
voorzien van betonijzer verzameld zijn,
worden ze in verschillende etappes volge
goten met beton. Met rode letters wordt
onder het vatnummer de stralingsintensi
teit en het gewicht geschilderd. In een
loods staan op het ogenblik al zo’n vijfho-
neerd volgegoten vaten op verzending te
wachten. Men denkt deze zomer zo’n klei
ne achthonderd vaten af te kunnenvoeren.
Voor dit artikel is contact opge
nomen met een groot aantal over
heidsdiensten en een vervoersonder
neming. Bij het inwinnen van inlich
tingen werden de volgende reacties
genoteerd.
Een woordvoerder van de Rijks-
havendienst uit IJmuiden: „Ja dat
gebeurt inderdaad via IJmuiden.
Maar ik wil daar niets over zeg
gen. Daar ga ik in mijn eentje niet
tussen staan. Vraag het maar aan
die hoge omes!”
Een inspecteur van Volksgezond
heid uit Leiden belast met het
toezicht op de hygiëne van het
milieu: „Ach dat wordt allemaal
veilig verpakt. Of dat via IJmui
den gaat? Ik weet het niet. Dat
zou ik eens moeten opzoeken. Ik
heb daar niet zoveel tijd voor en
zin in”.
In een afgescheiden ruimte staan twee
mannen die wat de kleding betreft lijken
op maanreizigers. Ze hebben een soort
ruimtevaartpak aan dat hen erg dik
maakt door de lucht die erin wordt gebla
zen. Over hun hoofd dragen zij plastic
helmen. De ruimte, waarin zij werken,
wordt in verband met de grote hoeveel
heid besmet stof op onderdruk gehouden,
zodat dit vuil niet door het gebouw kan
worden verspreid. Teneinde de mannen
tegen stofbesmetting te beschermen is
men dit drukpak, waarvan de plastic
hoofdkap zit, gaan gebruiken. Er wordt
dus via een apart luchtaanvoersysteem
W/Z
W,
De directeur van „Stad Alkmaar
n.v.”: „Geen publiciteit meer!”
De voorlichtingsdienst van het mi
nisterie van Verkeer en Water
staat: „Ja, dat weten wij niet pre
cies. V kunt contact opnemen met
onze afdeling Gevaarlijke Stof
fen”.
De afdeling Gevaarlijke Stoffen:
„Ja, daarvoor moet u bellen met
Economische Zaken of Volksge
zondheid”.
geklaagd dat radioactief afvalwater
door Petten geloosd te dicht onder de
kust zou komen. Voor een goed begrip
moet hier onderscheid gemaakt worden
tussen koelwater en radioactief afvalwater.
Het koelwater, afkomstig uit het Noord-
hollands Kanaal wordt op een speciale ma
nier (secundair systeem) langs de reactor
geleid waardoor het niet radioactief kan
worden. Dit water wordt naar zee afge
voerd. Het is alleen iets warmer dan het
zeewater.
Het eigenlijke reactorwaiter (primair sys
teem) wordt steeds weer gebruikt in een
gesloten circuit. Ander radioactief water,
bijvoorbeeld van laboratoria en bestemd
voor afval, wordt eerst opgeslagen in bas
sins. Hier kan het uitwerken volgens de
halfwaardentijd-formule. Daarna wordt
het gezuiverd met speciale apparatuur en
dan via de pijpleiding geloosd. De radio
activiteit van dit water is te verwaarlozen.
In de Kernenergiewet staan bovendien zo
genoemde „bovengrenzen” vermeld. Zo
mag bij het lozen van radioactief water in
Nederland de totale hoeveelheid radioacti
viteit niet meer zijn als 15 mCi per dag
met een maximale concentratie van 2 x
10-4 Ci/m3, hetgeen neerkomt op vijfen
zeventig kubieke meter water per vieren
twintig uur.
Men zei dat reeds jarenlang nauwelijks
vervuild water wordt verwerkt. Regelma
tige onderzoekingen van schelpdieren en
vissen hebben uitgewezen dat er geen
enkele sprake is van invloeden.
Barsten de vaten niet open wanneer ze
eenmaal de zeebodem op vijfduizend me
ter diepte bereiken? Professor Pelser:
„Nee! Allereerst zijn de vaten zelf al
berekend op de daar aanwezige druk van
vijfhonderd atmosfeer. Door de construc
tie van het vat en het betonijzer is het
mogelijk de klap op te vangen. In Enge
land heeft men proeven gedaan door dit
dumpen met een filmcamera te volgen.
Het bleek dat de vaten keurig op de
bodem belandden. Er wordt op het ogen
blik ook onderzocht of het zeewater het
beton niet aantast. Men hoeft daar niet
bang voor te zijn. Opgehaalde scheeps
wrakken van beton uit de Eerste Wereld
oorlog verkeren nog in prima staat.
-
--X--
Materiaal met een hoge radioactiviteit
bijvoorbeeld afkomstig van de kernre
actors wordt daaroom niet in vaten
geperst, maar blijft hier op het terrein
in een speciale kelder bewaard, totdat ze
aanzienlijk zijn uitgewerkt. Gedurende de
acht jaar dat wij hier in Petten draaien,
is er één kelder van vierhonderdvijftig
kubieke meter volgeraakt met dit hoogra
dioactieve afval. We beginnen nu aan
onze tweede kelder en daar zullen we wel
weer acht jaar mee doen. Als deze ruimte
vol is, wordt de eerste voor zover
mogelijk geleegd en dan kunnen we
opnieuw voort”.
Eergisteren is op een vergadering van
het Productschap voor vis en visproducten
44>'
b'4. s -
H
I
l'lp
Os
is
.=r;
-
ir
9.
5.
I
e;
i-
ij