Twintig kunstenaars in Haarlemse Vishal
Broekpakken domineren
EXPRESSIE IN STOF EN
in
Italiaanse wintermode
REALISME IN SOORTEN
5
:r
SCHOTSE RUIT MOET VARIATIE
IN HERENGARDEROBE BRENGEN
9
3
3
3
0
KAMPERMAN
daar blijft n mens gezond bij!
Haar modejournaal AA/VVVVVVVVWYV^^
:n
F -
HAMMERFELD
JAZZ-FESTIVAL
i
I
9
DINSDAG 18 JULI 1972
Materie-puur
i
Materie uitgebeeld
Geestelijke realiteit
In drie dimensies
BONTSPECIALISTEN
HAARLEM Er is in de beel
dende kunst vanouds stofuitdrukking
als expressiemiddel. Denk maar aan
de weergeving van textiel in onze
Gouden eeuwse schilderkunst. Er is
ook de uitdrukking van de stof, de
stof die zichzelf blijft. Dan belandt
je in de schilderkunst van de laatste
jaren, waarin de eigenheid van de
materie in reliëfs en objecten wordt
benut. Er is ook de tegenstelling tus
sen geest en stof, de natuurlijke
tegendelen (geen tegenstellingen per
se) in de kunst. De tentoonstelling
„Twintig in de Vishal” legt ongewild,
maar wél door de aanwezigheid van
veel textiel of het weergeven daar
van de klemtoon op het aanzien van
„stoffelijkheidsvarianten”. Het is
niet zo’n toeval, elders vindt men
het ook.
De prachtige nieuwe collectie
bontmantels van Kamperman
is NU geheel compleet. Bont
in vele modellen van strak modern
tot tijdloos luxueus.
Komt u daarom NU eens kijken
en passen en ervaar onze speciale
zomerprijzen.
Uw nieuwe mantel of bolero
bewaren wij desgewenst gratis
tot de winter in onze bontkluis.
(Van een medewerkster)
ROME De Italiaanse mode
ontwerpers vinden dat de vrouw
het de komende winter overdag
maar zonder jurk moet doen. Op
de derde dag van de Italiaanse
modeweek gaven de ontwerpers
Biki, Balestra, Riva, Sarli en Di
Lassaro duidelijk de voorkeur aan
broekpakken en combinaties van
wijde rokken, blouses en vrij lange
jasjes met brede schouders. De
rokken bleven iets boven de knie.
En mocht u in de kast nog een
midi-jas hebben hangen, dan moet
nu toch echt de schaar erin want
in de fraaie feestzaal van het Ro
meinse Grand Hotel waar de mee^.
te Italiaanse modeontwerpers deze
week hun nieuwe wintercreaties
showen, heb ik geen enkele midi-
creatie meer gezien.
i
2
a
a
RATIE
ADVERTENTIE
ADVERTENTIE
HEIN STEEHOUWER
Op de „ouderwetse” wijze, maar weer
nieuw omdat het superrealisme nu ineens
in is, werkt Eric de Nie met stof. Hij
Lid Stichting Bontwaarborg,
uw waarborg voor onze vakmanschap.
Wagenweg 11 Haarlem - Tel. 31 20 86
100 meter van Houtplein, parkeren
voor de deur!
Een plastiek van Henk Klein, uitge
voerd in non-figuratief beschilderd
metaal op de voorgrond. Tegen de
wand een der schilderijen van Ben
Glas.
Het jazz-programma vermeldt verder de
groepen Blue Sound Jazz, Keith Tippet,
The Barrelhouse Jazz Band, het Paul Bley
Trio, en Marion Brown.
Hij liet zijn mannequins varengroene
satijnen overhemdblouses in reebruine
flannel pakjes dragen.
EEN GEWELDIG APPLAUS kregen
Biki’s lange zwarte aprés ski japonnen
die hij met rijksdaalder-grote noppen
van wit vistram had geappliceerd, De
Objecten, maar dan in miniatuur, zijn
de sieraden van Corry Borst, kortgeledlen
ook al geprezen om haar structuurtegen-
stellingen in klein bestek, zowel tussen de
metalen onderling als tussen metaal en
steen.
Christien Peursum hinkt op twee ge
dachten. Van haar is er weefwerk in
touw, niet beter dan wat vele anderen
ook doen. En dan zijn er haar kleurige
reliefs, waarvan vooral haar poppenkast
een bijzonder plezierig werkstuk is.
Ivonne Harren vervolgt eenvoudig haar
weg met „spinachtige” weefsels, zoals we
die nu al enige jaren van haar kennen en
die beminnelijk blijven.
haring
SOFIA LOREN STUURDE maandag
haar bepaald minder mooie zusje naar
de show van Biki, het Milanese mode
huis waar ze vrijwel al haar kleren
koopt. Ze kon zelf niet komen omdat
ze nog met de verfilming van de
musical „De man van La Mancha be-
Sofia’s zuster, die kort geleden van de
zoon van Mussolini scheidde, viel tus
sen de vele prominente showbezoek-
sters nauwelijks op. Want zoals ge
woonlijk kwam weer de hele Romeinse
high-society kijken omdat Biki altijd
voor iets bijzonders zorgt.
Ook heftig, maar dan meer in de zin
van uitbuiting, zoals kinderen schilderen,
komt het werk van Han Kuiper over. Op
een bepaalde wijze lijkt het ook naïef,
maar het mist helaas volkomen de speels
heid en kleurkracht, die naïeven zo ple
zierig maakt. Ook in zijn polychroom-
beelden blijft zijn kleurgebruik te vuil
om te kunnen boeien.
Het hier tonen van vier verkeerd begre
pen stijlen in vier olieverven van John
Portielje moet maar als een vergissing
worden beschouwd, zolang hij zelf blijk
baar niet weet wat hij wil.
piert in een droge stijl de stofuitdrukking
van een „Tweemaal gewassen spijkerpak
en schildersezel” tot op de laatste draad
textiel uit Ook zijn etsen getuigen van
eenzelfde „stoffelijke” belangstelling. Hij
is de picturale tegenpool van de bovenge
noemden, maar met behoud van de steri
liteit, het opzettelijk-vervelende tot norm
verheven.
Peter Klapwijk doet dan in tekeningen
heel anders. Hij doet net of hij patronen
voor japonnetjes tekent, maar door toe
voegingen trekt hij zijn voorstelling in
het absurde. Bij hem geen textiel om der
wille van de werkelijkheid, maar juist
andersom.
Weer anders de materie voor zich laten
spreken doet Karei Slingervoet in geheel
unikleurig donkerbruine panelen met
structuurverf, waarin amper een ritmisch
reliëf is aangebracht, dat aan spijkergaat-
jes doet denken. Het is de uiterste conse
quentie van een stijl, waar hij na
tuurlijkerwijze aan toe is gekomen. Hoe
nog verder? Ik hoop dat hij het weet.
dan gedroomd. Daarvoor heeft het ook
teveel herinneringen aan de pop-art van
andere Amerikanen. Het is een knap uit
gevoerd intelligent spel, met (net als bij
vele anderen hier) teveel herhalingen van
één motief.
Ook iets van pop, maar dan meer
gelegen in het nadrukkelijk naar voren
brengen van dagelijkse motieven in een
aangezette stijl (echter ook als expressio
nisme te zien) komt Ruud Cornelisse hier
sprekend voor de dag met taferelen uit
het gezinsleven. Hij werkt nog steeds met
dunne olieverf als een grafisch gehanteerd
uitdrukkingsmiddel.
eenvoudige maxi-overhemd japonnen
zullen onder de fraaie naam „Sneeuw
in de nacht” voor ruim ƒ1.000 in
Biki’s boetiek in St. Moritz worden
verkocht, pie creaties zijn voor mo
dieuze ski-liefhebsters natuurlijk heel
gemakkelijk na te maken, net als trou
wens zijn zwarte maxi-overhemdjur-
ken die hij met vilt, met sneeuwpop
pen of langs de zoom met een hele
strook groene sparren had geappli
ceerd.
VOOR OVERDAG WAREN er ook
bij de overige ontwerpers ongelooflijk
veel broekpakken. Broekpakken in een
geheel nieuwe stijl en vooral geschikt
voor vrij lange vrouwen. De nieuwe
Italiaanse winterpantalons zijn name
lijk zo wijd dat de schoenen er bijna
in verdwijnen. Ze zijn om de heupen
ook breder dan de mannen-pantalons
die alleen beneden de knie wat ruimer
zijn gesneden. Sarli, Balestra en Biki
lieten alleen maar matrozenbroeken
met aangeknipte maagband zien. En
over de brede maagbanden werden
smalle ceintuurtjes of satijnen strikken
gedragen. De pantalons combineerden
de Italiaanse couturiers met satijnen
overhemdblouses e n een flink aantal
parelsnoertjes, die voor de winter ab
soluut onmisbaar zijn.
RENATO BALESTRA KEERDE met
zijn collectie weer helemaal terug naar
het begin van de jaren ’60 toen men
mantels met kraag en manchetten van
zwarte of pastelkleurige vos zo beeldig
vond. Kortom het hele modebeeld zal
de komende winter wat zachter wor
den. Aan het begin van de Italiaanse
modeweek hadden naast oranje, varen
groen en kobaltblauw de pasteltinten
duidelijk de overhand. De meeste ont
werpers gebruiken angora, kasjmier,
mohair en flanel. Vooral Biki zorgde
bij het mantelpakje voor verrassende
combinaties van verschillende stoffen.
DE ROKKEN ZIJN er bij alle cou
turiers een stuk wijder op geworden.
Er waren gerende klokkende en ge
plooide rokken maar Biki zorgde ge
heel onverwachts bij zijn cocktailkle-
ding voor de terugkeer van de petty-
coat die hij de komende winter bij zijn
zwarte taftzijde etagejurkjes wil ver
kopen.
over of onder het overhemd worden
gedragen, want Valentino vindt dat de
mannen zelf meer met hun kleren
moeten doen.
VOOR ’s AVONDS ziet hij nog wel
iets in een zwart kostuum, als het
tenminste van fluweel met een inge
schoren ruitje is. Maar de hippe heren
boetieks van het Piazza di -Spagna
vinden Valentino weer veel te conser
vatief. Niet alleen omdat hij voor het
eenvoudigste overhemd ruim 200 gul
den vraagt, maar ook omdat zij zijn
kleren veel te sophisticated vinden. De
ze winkeltjes doen o p het gbniloekh
ze winkeltjes doen op het o genblik
geweldige zaken met spijkerpakken,
waarvan de pantalons en de jasjes in
de vorm van zonnen en wat kinderlijk
getekende landschappen met metalen
nagels en zilveren pailletten zijn ge
borduurd.
ttische
strook,
rekken
IEAUS
'ALEN
UIZEN
tr. tel-
1 Jean le Noble (hier meer bekend van
vroegere bronsjes) gaat in het poneren
van de eigenwaarde van de stof het verst
in abstracte zin Hij heeft hier een paar
panelen, waarin gerimpeld gespannen tri-
cot-geweven stof samengaat met absoluut
glad formica en aluminium strip. Het
persoonlijke in de kunst is hier zover
mogelijk teruggedrongen, want iedereen
kan het praktisch zonder scholing nadoen.
Daarmee zou deze manier van werken de
meest „gesocialiseerde” zijn, ware het niet,
dat verreweg de meeste kijkers het moei
lijk aanvaarden, omdat ze de kunstenaar
juist de mens achten te zijn die hen in
verwondering brertgt omdat hij iets kan
wat zij niet kunnen. Het is dus tegelijker
tijd een samengaan van „sociaal” en „aller
individueelst” en deze spanning is de
charme van werk als dit.
Wat ik hierboven schijf geldt dan ook
voor sommige anderen. Fred Benjamins
stelt in een chroomlijst een T-shirt ten
toon. Ook hier moet het „ding” het dus
weer zelf doen. Het is herkenning van de
stof die we allen dragen, tegelijk met de
vervreemding textiel nu zó aan te treffen.
Het zou een vondst zijn geweest, als het
de laatste jaren al niet door zovelen was
gedaan. Maar Benjamins heeft ook andere
dingen, zo bijvoorbeeld het sterk intrige
rende „Gesloten triptiek”, beweegbaar sta
len lijstwerk, dat op slot zit en grote
doeken, slechts versierd met een enkel
randje kleur, waardoor het schilderslin-
nen dank zij de tegenstelling ineens een
eigen klemtoon krijgt.
Het schilderslinnen. of canvas, wordt
nog nadrukkelijker geponeerd in een reliëf
van Nancy Talbot, die het strooksgewijs
aan elkaar heeft genaaid. Ook in andere
gevallen met opgieplakt folie moet de
materie het zelf doen, al is het dan in
samenspraak met potlood en wat kleur.
Overigens allemaal variaties op de elders
reeds verlaten mode-stijlen van het laat
ste decennium. Leuk als verrassing, maar
een steriele basis.
ROERMOND Het zevende Hammer-
feld jazz-festival te Roermond op 4, 5 en
6 augustus a.s., brengt drie primeurs voor
Nederland. Het zijn de 13 man sterke big
band Chris McGregor’s Brotherhood of
Breath, het kwintet van de Argentijnse
tenor-saxofonist Gato Barbier en de nieu
we combinatie Jean-Luc Ponti (viool) -
Tony Williams (drums).
Veel belangstelling was er voor dit
hoed-ontwerp van Biki. De hoed,
vallend uit een kroontje achter op
het hoofd, bedekt hals en schou
ders.
Puur-nonfiguratieven komen steeds
minder voor. Hier zijn er nog twee. Al-
phons Tel toont beschilderde reliëfs, waar
in het ritme van strepen wordt opgevan
gen en ondersteund door cirkelvormige
motieven. Ik mis hier helderheid en
kleurkracht, die wel te vinden zijn in het
plaatstalen object van Henk Klijn, „ver
sierd” met een blokmotief in halftinten,
wél decoratief-estetisch, maar geen enkel
winstpunt ten opzichte van wat door an
deren al veel vroeger is gedaan.
Van een monumentaal object naar de
andere „plastici” is een kleine stap. Mari
anne Souwerbren is hier met werk, dat ik
dit jaar ook besprak ter gelegenheid van
exposities in Zandvoort en Bloemendaal.
Ik wil nu alleen wijzen op haar humor in
een „doorgezaagd weesmeisje”, twee bij
elkaar horende figuurhelften in plexiglas
doosjes. Een nieuwe variatie dp stapelbare
elementen, die anderen altijd als abstrac
ties maken.
Als er verderop van „stof” sprake is,
komt dat aan de ordfe bij de échte textili-
anten en hun wandkleden, want de pictu
rale stofuitdrukking is bij de overigen
niet het belangrijkste punt. Wél de steeds
meer groeiende nijging naar het surrealis
tische, het meest hardop en „klassiek”
beleden door André Gouw, die binnen zijn
stijl steeds verder groeit naar een eigen
droomwereldbeeld dat steeds interessanter
wordt, omdat hij aan uitdrukkingskracht
gaat winnen.
Eveneens surrealistisch mag men nu
Gerrit van Dijk zien, daarnaartoe gegroeid
in een steeds meer verfijnde aquarelleer-
stijl. Uitstekend werk, waarin estetiek en
de wrangheid van het onderwerp een
grote artistieke spanning opleveren.
Aan hem verwant, maar dan in het
poëtische (en wellicht meer magisch-realis-
tisch in ouderwetse zin) is de fijnzinnig
schilderende Ronald Ruseler met schelp
jes, steentjes en menselijke figuratie, ook
in zo’n pregnante aquarelleertechniek.
In één adem, maar dan binnen de
mogelijkheden van de etstechniek, moeten
we hierbij Loes van Goor noemen, die
zich steeds vrijer en tegelijk eenvoudige?
gaat uitdrukken in surreële zin. Een soort
grafische kamermuziek met goed toege
paste disharmonieën, want ze legt de
klemtoon op de bedreigingen binnen ons
aller wereldbeeld.
Jos Verkruisen met kleuretsen valt ook
binnen het kader van de genoemden. Hij
drukt zich echter meer in de taal van het
sprookje uit, bizar-illustratief en tevens
visionair en ook al knap gedaan.
Magisch-realistisch in de „gewone” zin
van het woord is nog altijd Ben Glas, nu
met een groot en zeer precies en „droog”
weergegeven NS-station. Het heet „Bedra
ding” en drukt in ogenschijnlijk optimisti
sche halftinten verlangen naar de verte
en beklemming van het nabije uit. Het is
een spanningspatroon dat telkens bij Ben
Glas terugkeert en door hem knap en
consciëntieus wordt gehanteerd.
Op een andere manier, met terugkeren
de elementen doet de Amerikaan Bob
Whittemore dat. Hij poneert volle vrou
wenborsten, tegen typisch Haarlemse ge
bouwen, veel eerder als motief gevonden,
Tenminste, dat vinden Coccoli, Brio
ni en Litrico, die dit weekeinde met
ag een aantal andere herenkleding
ontwerpers hun nieuwe wintercollec
ties showden. Ze hielden hun kostuums
in klassieke, Engelse stijl en dat was
nu precies de concessie waar Valentino
niets voor voelt. De Romeinse playboys
en andere beroemdheden die tot zijn
vaste klanten behoren, verkoopt hij het
liefst sportieve combinaties, zoals
zwart-wit gestreepte fantasie-overhem-
den met bijbehorende zwart-wit ge
nopte mouwloze truitjes. Die truitjes
met ronde hals kunnen naar verkiezing
De mode-ontwerper Nobïlio kwam
bij de presentatie van de Italiaanse
herfst- en wintercollectie in Rome
met bontmantels voor heren en
avondkleding in bont voor de
dames.
HAARLEM Veel mensen
denken dat de mode alleen iets
voor vrouwen is, maar in Rome
weten ze wel beter. Sinds de be
kende Italiaanse modeontwerper
Valentino vorige maand in de Via
Condotti een herenboetiek opende,
staan er steeds zoveel mannen
voor de etalage, dat het verkeer
voortdurend vast loopt. Voor man
nen zoekt Valentino het vooral in
gemakkelijke combinaties. Van
daar dat koning Constantijn, Her
bert von Karajan, Marcello Mas-
troianni, Omar Sharif en Petefl
Fonda, die met tientallen andere
jet-setters tot de vaste klanten
kring van Valentino behoren, geen
„zondags pak” kunnen vinden.
Het traditionele donkerblauwe
kostuum is er bij Valentino hele
maal uit. Hij vindt dat mannen het
zelfs niet meer met Kerstmis kun
nen dragen.
OP EEN PARTY voor zijn vrienden
aan het begin van de Italiaanse mede
week liet hij dit weekeinde zien dat
mannen in goed gekozen, sportieve
combinaties ook net zo goed „gekleed”
kunnen zijn. Wat dacht u van een
sportjasje in een Schotse zwart-witte
vensterruit, gecombineerd met een
zwart overhemd, een das in een zwart
wit pepitaruitje en een witte pantalon?
U kunt zelf zien hoe mooi die combi
natie is, want waarschijnlijk zal Ma-
stroianni zo’n sportensemble in Roman
Polanski’s nieuwste film, „Whatt”, gaan
dragen. Schots-geruite flannel jasjes
zijn voor de komende winter trouwens
helemaal „in”. De Italiaanse modeont
werpers zijn ervan overtuigd dat ze
met ruiten de garderobe van de meest
conservatieve mannen meer kunnen
variëren.
IN DE HERENMODE, die jarenlang
maar per millimeter veranderde, zijn
trouwens n og een paar o pmerkelijk
nieuwe punten. Mannen die de komen
de winter modieus willen zijn, dragen!
Overhemden met hoge boorden;
Korte, brede dassen met grote
knopen
Jasjes met zeer brede revers;
Pantalons met beneden de knie
wijd-uitlopende pijpen.