VERDUISTERING VAN HET PASTOR-AMBT
Tal van oorzaken:
wetenschap, techniek etc.
De Wereldraad van Kerken in Utrecht en Haarlem
Thema: conciliariteit
specialisatie, welvaart,
Maatschappelijk
Specialisatie
Maar toch...
Nieuw godsbegrip
Nieuwe inzichten
Haarlem
Utrecht
Geen gewoonte
14
ZATERDAG 29 JULI 1972
Erbij
Een van de grote problemen waar de kerk in Neder
land in de naaste toekomst voor zal komen te staan, is
het tekort aan pastores. Binnen de r.-k.-kerk begint
het proces van de vergrijzing langzaam maar zeker op
gang te komen. De jaarlijkse aanwas van jonge pries
ters staat al een aantal jaren praktisch stil, waardoor
de continuïteit van het priesterambt in gevaar dreigt
te komen. Velen zullen onmiddellijk stellen, dat hier
van het verplichte celibaat (het verplicht ongehuwd
zijn van de priester) de oorzaak is. Dit lijkt te snel ge
redeneerd. Want als dat waar zou zijn, zou binnen de
reformatorische kerken het probleem van de pastor
(dominee) niet aanwezig zijn. Het tegendeel is echter
waar. Ook binnen de reformatorische kerken heeft men
helaas ernstig te kampen met een steeds groeiend te
kort aan (gehuwde) pastores. Dit ondanks het feit, dat
jaarlijks vele jonge mannen af studeren aan de theolo
gische faculteiten der universiteiten. De meesten van
hen zoeken een functie in het maatschappelijk leven;
weinigen stellen zich beschikbaar voor het ambt bin
nen de kerk. Het probleem ligt dus dieper.
Tussen de algemene vergaderingen of assemblees van de Wereldraad
van Kerken, die om de 6 a 7 jaar gehouden worden, vergadert praktisch
elk jaar het centrale comité, dat het eigenlijke beleidsorgaan van de
Wereldraad vormt. Dit bestaat momenteel uit 120 leden, die volgens een
bepaalde verdeelsleutel de aangesloten kerkenfamilies en gebieden/
werelddelen vertegenwoordigen en voor elke zittingsperiode (van 6 a
7 jaar dus) nieuw gekozen of herkozen worden.
r\czE PAGINA, die één keer per maand verschijnt «n p<aats var de wekelijkse pagina Geestelijk Leven,
A.H. BEEMER,
Deken van Haarlem
MAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAMAAJWUWWUUUUAIUUUUAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAAIUUUUUUU^
DR. W. A. VISSER 'T HOOFT
7
Uit deze summiere opsomming blijkt
al, dat deze vergadering zich bezig
houdt met de uitvoering en de uitwer
king van de besluiten, die in 1968 op
de assemblee van Uppsala genomen
Als reactie hierop kwam de kreet: God
is dood. Hoewel deze leuze pijnlijk, zo
niet godslasterlijk overkwam bij de ge
lovige mens, goéd verstaan zit er wel
iets in. Namelijk God zoals de mensen
zich hadden gedacht, is niet zo. Hij is
anders. Hij is Liefde, die de mens in
het leven heeft gezet om iets van Zijn
Wezen te doen oplichten in de liefde
en dienstbaarheid van mensen onder
ling; die de mens heeft bestemd voor
eeuwig leven, want liefde is eeuwig- In
onze tijd moet de mens dan ook gelo
vend en biddend telkens weer de Va
der vragen om zijn Geest, de Geest
van liefde en dienstbaarheid, de Geest
van Jezus Christus. De mens is immers
naar Zijn beeld geschapen. Helaas zijn
vele mensen blijven steken en hebben
geen weet van deze nieuwe gelovige
gedachte over God. Het trieste van deze
gang van zaken is, dat God voor velen
niet meer leeft. Bijgevolg is de verte
genwoordiger van God, de pastor, voor
hen een nietszeggende vreemde figuur
geworden. Ligt hier niet een facet van
de reden, waarom het kerkelijk ambt
van pastor de jonge man van vandaag
niet meer boeit?
ook hier een vorm van verduistering
van het pastor-ambt.
Uit bovenstaande kan men zich de
vraag stellen, of de pastor momenteel
nog functioneert. Ik dacht van wel!
Misschien heeft hij nü meer kans zich
waar te maken dan vroeger. Natuurlijk
behoudt hij zijn speciale functie in
eredienst en liturgie. Daarnaast meen
ik vooral ook in het maatschappelijk
leven.
Ondanks onze niet eerder gekende
welvaart, ondanks al onze instellingen
en specialismen, hebben wij nog geen
welzijn geschapen. De mens is minder
gemeenschaps-mens en meer individu
alist geworden. Ook het materialisme
heeft een ieder op een of andere wijze
geïnfecteerd. Hierdoor ontstaan nieuwe
vormen van nood, van geestelijke nood.
Eenzaamheid, niet begrepen worden,
niet in tel zijn, zich gepasseerd voelen,
verwaarloosd worden, spanningen en
frustraties enz. vragen om méér dan
een wetenschappelijke aanpak alleen.
Hiervoor zijn diepere waarden nodig-
Dit alles vraagt om geloof; niet om
berusting, maar om positieve aanvaar
ding. Dit vraagt om een man Gods, die
in liefde en onbaatzuchtigheid dienst
baar wil zijn. Dit vraagt om een pas
tor.
Aan alle kerken in Haarlem is ge
vraagd, om in het kader van en tijdens
deze Wereldraad vergadering in Utrecht
op zondag 20 augustus de oecumene in
alle kerkdiensten aan de orde te stel
len.
In eredienst en liturgie neemt de
pastor nog altijd een duidelijke
plaats in. In tal van andere sec
toren is het ambt verduisterd.
u.
daarom
Volgens deze gedachtengang moest
de pastor van zijn voetstuk af, niet
langer meer boven de mensen staan,
maar er tussen- Geen man van status,
maar een man van keiharde dienst
baarheid. Ik meen, dat deze gedachte
ten grondslag heeft gelegen aan het
feit, dat enige jaren terug de priester
zijn. Maar ook zal aandacht besteed
worden aan de voorbereiding van de
algemene vergadering, die in 1975 in
Djarkarta gehouden wordt. Zo ligt er
een voorstel om op die komende as
semblee het thema „vrijheid’ aan de
orde te stellen.
Belangrijke discussies zijn te ver
wachten over de vraag van een even
tuele voortzetting van het anti-racis-
me-programma met een tweede budget
van 500.000 dollar, en over een voorstel
aan regeringen en kerken in het Wes
ten om alle investeringen in Zuidelijk
Afrika terug te nemen.
In vroegere dagen waren de pasto
rieën gesloten huizen- Men belde niet
gauw aan om een pastor te spreken te
krijgen. De grote tuin met het lange
pad, de hoge stoep of de stilte van het
huis, nodigden hiertoe niet bepaald uit.
Gelukkig gingen vele pastores op huis
bezoek, zodat er wel contact was. Soms
ook na de dienst achter in de kerk of
op het kerkplein. Vandaag de dag is
veelduldig huisbezoek een onmogelijk
heid geworden. Wil men contact met
een pastor, dan zal men naar hem toe
moeten gaan, of hem bellen voor een
afspraak. Maar dit gebeurt niet veel,
omdat het in vroeger dagen niet ge
leerd is; men is het niet gewoon. Dit
plaatst de pastor in een isolement,
hetgeen ook meewerkt aan de verduis
tering van het ambt.
wordt door de redactie afgestaan aan de kerken in onze regio. Met name het r -k dekenaat Haarlem en
de Regionale Raad van Kerken te Haarlem en omstreken hebben op deze plaats de gelegenheid opiniëren
de artikelen over actuele ontwikkelingen in hun gebied te publiceren. Maar ook bijdragen van andere reli
gieuze stromingen zijn welkom. De redactie beperkt zich er toe het materiaal te verzamelen
nisch te verwerken. Kopij voor deze pagina, die op de laatste zaterdag van de maand in „Erbij” wordt
opgenomen, dient uiterlijk een week vóór de verschijning ter redactie te zijn.
In vroeger dagen was de priester, de
dominee de vertrouwensman voor de
gelovige mens. Door zijn ambt als
vertegenwoordiger van God, alsmede
door zijn lange opleiding, stond hij
boven de mensen. Hij was het die
gevraagd werd in alle voorkomende
moeilijkheden van welke aard dan ook.
Hij was een man van gezag; het was
een eer als hij zo maar eens aankwam.
Hij was dienstbaar op talloze terreinen
van het geestelijk en maatschappelijk
leven. Thans is het echter zo, dat onze
maatschappij zich enorm heeft gespeci
aliseerd. Men heeft deskundigen op alle
terrein. Er zijn psychiaters, psycholo
gen en maatschappelijke werksters: er
zijn medisch opvoedkundige bureaus,
bureaus voor levens- en gezinsmoei
lijkheden, schoolpsychologische dien
sten enz, enz. Het ligt voor de hand,
dat men zich in voorkomende gevallen
tot de deskundige wendt. Men heeft de
pastor, die voor al deze disciplines niet
is opgeleid, niet meer nodig. Ook de
charitatieve sector heeft voor hem veel
al afgedaan. Op materieel gebeid heeft
de sociale wetgeving allerlei voorzie
ningen getroffen, die het vroegere
werk overbodig maken. Misschien ligt
Vooral na de oorlog hebben weten
schap en techniek een hoge vlucht
genomen. Dit heeft op het leven van
de huidige mens grote gevolgen: veel
wat voorheen mysterie was, kan nu
worden verklaard; alsmede een verre
gaande specialisatie op alle terreinen.
In vroeger dagen waren heel wat zaken
duister voor de mens. In zijn kleinheid,
angst en afhankelijkheid richtte de
mens zich in smeekgebed tot God. De
Almachtige werd in iedere noodsituatie
gevraagd om bescherming en uitkomst.
Het spreekwoord „nood leert bidden”
ontstaat niet zomaar. Door de ontwik
keling van de laatste tijd voelt de mens
zich bekwaam en onafhankelijk.- Bad
men vroeger om bij onweer gespaard
te blijven van blikseminslag, thans, nu
men het verschijnsel kan verklaren en
de bliksemafleider heeft bedacht, denkt
de mens niet meer aan bidden, eh
slaapt rustig verder. Zo kan men tal
van voorbeelden noemen, waaruit
blijkt, dat de mens God niet nodig heeft
omdat hij het zelf wel weet of kan. Het
idee, dat God in iedere nood helpt als
men Hem vraagt, heeft door de sterke
benadrukking ervan, eigenlijk een cari-
catuur van God gemaakt. Oneerbiedig
gezegd: God fungeerde als Sinterklaas.
In deze dienst zal de vroegere secre-
taris-generaal en huidige ere-president
van de Wereldraad, dr. W. A. Visser ’t
Hooft, die in Haarlem geboren is, voor
gaan. Zijn preek draagt ais titel „De
Kerk van Petrus, Paulus en Johannes”
en zal handelen over de betekenis van
de oecumenische beweging en van de
verschillende geestelijke gaven, die
tezamen de rijkdom van het evangelie
uitdrukken. Na de dienst zal er gele
genheid zijn met hem over dit onder
werp van gedachten te wisselen.
TH. J. HOOGEVEEN
brengt verslag uit over haar bemoeie
nissen met de milieu-conferentie van
de V.N. in Stockholm en zal ook, in
aansluiting op de in Driebergen gehou
den Helder Camara-conferentie, spre
ken over geweldloze structuurveran
deringen in de maatschappij. De com
missie voor interkerkelijke hulp zal
over de steunverlening aan Bangla
Desj rapporteren.
en opmaak-tech-
Het antwoord was kort en bondig:
„God is onze Vader, die in de Hemel
is.” Het is duidelijk dat door dit den
ken God de mens nabij is gebracht- Hij
is onze vader die op de uitkijk
staat (parallel van de verloren zoon,
Lucas 15, 11-32.) Het Oude Testament
verhaalt reeds dat God de mensen zo
nabij is, dat hun namen staan geschre
ven in de palm van Gods hand. Jezus
Christus is zijn Zoon. Hij leert ons
bidden: „Onze Vader die in de hemel
zijt....” Hij is onze Broeder, die niet
Ook de aanvragen van enkele kerken
voor het lidmaatschap van de Wereld
raad zullen behandeld worden. Over
een eventueel lidmaatschap van de
R.K. Kerk zal een rapport ter tafel
komen, dat is opgesteld door een ge
mengde commissie van Wereldraad en
Vatikaan. De commissie-leden zelf ko
men in dit rapport tot de conclusie dat
er geen bezwaren zijn tegen een lid
maatschap van de R.K. Kerk. Zal deze
kerk dan toch eens tot deelneming
gaan besluiten? Of zal zij zich nog
blijven beperken tot een vertegenwoor
diging met gedelegeerde waarnemers,
zoals ook nu op de vergadering in
Utrecht het geval zal zijn?
Een van de vruchten van de nieuwe
theologie is, dat God dichter bij de
mens is gekomen. In de geloofsbelijde
nis van de Apostelen: „Ik geloof in
God de almachtige Vaderis de
nadruk verschoven van almachtig naar
Vader. Direkt na de oorlog kwam dit
tot uitdrukking in de katechismus, die
op alle r.k. scholen werd geleerd. Tot
1948 leerde men het antwoord op de
vraag „Wat is God?” aldus: „God is de
oneindig volmaakte geest, Schepper,
Heer en Bestuurder van hemel en
aarde, van Wie alle goeds voorkomt.”
Na 1948 luidde de vraag: „Wie is God?”
Een werkgroep van de Regionale
Raad van Kerken te Haarlem e.o. heeft
voor onze regio een preekschets aange
boden, waarvan de pastores gebruik
kunnen maken voor hun kerkdienst.
Maar ook is er een regionale oecume
nische dienst voorbereid, die op die
zelfde zondag te 19.00 uur gehouden
wordt in de Grote of St. Bavokerk.
Het leven van de mens is voortdu
rend aan veranderingen onderhevig -
de mens wordt ouder, de mens krijgt
andere inzichten door ervaring. Bij ge
volg verandert ook steeds de samenle
ving, omdat deze uit veranderlijke
mensen bestaat. Andere inzichten ont
staan voortdurend op allerlei terrein,
wetenschap, techniek enz- Ook de theo
logische inzichten ontkomen niet aan -
het proces van de verandering. Hoewel
de goddelijke openbaring dezelfde
Dit centrale comité vergadert dit
jaar van 13 tot 23 augustus in het
congrescentrum te Utrecht. Vanaf be
gin augustus zijn de leden van de
verschillende commissies reeds aanwe
zig om de laatste hand te leggen aan
de rapporten, die aan het centrale
comité moeten worden voorgelegd. Zo
zal b.v. de commissie voor internatio
nale zaken verslag uitbrengen over de
geslaagde bemiddeling in Soedan en de
vraag aan de orde stellen, of en hoe
een bijdrage te leveren is aan een
Europese veiligheidsconferentie. De
commissie voor kerk en samenleving
In Utrecht zal het thema „conciliari
teit” centraal staan. Dit begrip werd in
Uppsala al geïntroduceerd door de
commissie voor geloof en kerkorde
(Faith and Order) en is nu uitgediept
in een rapport over „toewijding aan de
gemeenschap”. Men wil er de term
„dialoog” mee vervangen, om er het
vrijblijvende karakter van de wereld
raad mee om te buigen. Met „conciliari
teit” wil men uitdrukken vast beslo
ten te zijn om tot elkaar te komen, de
gemeenschap ernstig te nemen, met het
doel om eens te komen tot een wereld-
concilie van kerken, dat bindende be
sluiten kan nemen.
Op de agenda van deze vergadering
staan ook enkele praktische punten,
zoals de verkiezing van een opvolger
voor Eugene Carson Blake, die als
gekomen is om gediend te worden,
maar om te dienen. De Apostel Johan
nes, oud-testamentisch opgevoed, leer
ling van Jezus, schrijft op hoge ouder
dom in zijn eerste brief: „Nooit heeft
iemand God aanschouwd.... God is lief
de.... Als wij elkander liefhebben, blijft
God in ons en is zijn liefde in ons
volkomen.” Johannes stelt, dat God
aanwezig is en ervaren wordt in de
mens van goede wil: in echte liefde en
dienstbaarheid.
Maar God kwam onder ons als mens
in de persoon van Jezus Christus. Ook
Hij echter werd door de gelovige mens
op een afstand gezet; Hij is immers
God onder ons, evenbeeld van Gods
Majesteit, zetelend aan zijn rechter
hand. Hoewel verrezen blijft de Heer
onder ons in Zijn kerk. Het is dan ook
vanzelfsprekend, dat de bedienaren van
de kerk, de priester en de dominee, op
een of andere wijze gingen delen in
Zijn grootheid. De pastores zijn d e
vertegenwoordigers van God, de bedie
naren der sacramenten, de verkondi
gers van Gods Woord. Hoewel uit de
mensen genomen, stonden zij boven
de mensen, waren zij mensen van aan
zien. Het is dus niet ondenkbaar dat in
het verleden vanuit dit theologische
denken, vele jongens en jonge mannen
zich geroepen voelden voor dit hoge
ambt. Het was tevens een eer voor de
ouders en familieleden.
secretaris-generaal van de Wereldraad
moet aftreden, en de financiën, die
blijkbaar niet alleen op plaatselijk
vlak maar ook op wereldniveau een
probleem zijn.
blijft en de waarheden niet verande
ren, is de menselijke benadering hier
van wél veranderlijk. Er ontstaan
andere benaderingswijzen en in
zichten. Als men de Evangelies
Zandachtig leest, proeft men de dyna
miek die daar uit spreekt. Men leze
b.v. Mattheus hoofdstuk 5. „Denk niet
dat ik gekomen ben om Wet en Profe
ten op te heffen. Ik ben niet gekomen
om op te heffen, maar om de vervul
ling te brengen.” Jezus geeft een ande
re inhoud aan dezelfde waarheden.
Hierna zegt Hij dan ook: „Gij hebt
gehoord dat tot onze voorouders
is gezegd.... Maar Ik zeg u....”.
De nieuwe theologie geeft
geen nieuwe leer, maar is een tastend
zoeken naar een eigentijds verstaan
van Gods Woord, de Bijbel of H.
Schrift. En dit zal noodwendig van tijd
tot tijd verschillen.
zijn zwarte kostuum en het priester
boord, de kloosterling zijn habijt heeft
afgelegd, met alle risico van dien. Hij
wilde onherkenbaar zijn aan zijn kle
ding, herkenbaar aan zijn inzet en
dienstbaarheid.
De tijd ligt nog niet zo ver achter
ons, dat bijna iedere Nederlander weet
had van het bestaan van God en
bijgevolg een diep geloof had in God
almachtig, de Schepper en Heer van
alles dat bestaat. Het ijdel gebruik van
zijn naam: God, zelfs van zijn wezen:
almachtig, werd als vloeken - dus als
zondig - ervaren. God was als gevolg
van de eeuwenoude theologie en de
mentaliteit der vorige eeuw, de onge
naakbare, oneindige, almachtige God, de
Rechter van goed en kwaad. Op deze
wjjze stond God, de Majesteit in de
hoge, oneindig ver af van de mens.
W