Oost-Duitsland oppermachtig bij het roeien
SEX- EN BIERSTOP VOERDE
NIEUW-ZEELAND NAAR GOUD
Niet-sprinter Balk toch
vierde
bevalt Mieke
Nieuwe boot
Jaapies goed
Olympische
Spielerei
„Bronzen” Ruud Stokvis kan
rapport over topsport maken
Br
Hm
Clubliefde
-Si
MAANDAG 4 SEPTEMBER 1972
Dopingscontrole
Andere methode
vrmn
vmn/mrmmmnfm.
lan
Seagren
Knock out
Lieve snoet
Ad rem
uuu
-J/l
iwn
(Van onze sportredactie)
Ceremonie van de twee zonder stuurman. Links Zwitserland
uoppyui Oost-Duitsland
■staqois-B^nquaufln'y sjtpaj u»
te
sn
in
>P
<r
JOOP VAN DEN BERG
IMI
:r
n
d
n
Nu had ik nog het geluk, dat de
Er vielen zondag op de persconferen-
s
II
IK
ïf
ie
d
t
t
ti
B
kan er ook een halve gebraden kip in
verorberen, of er een brief in schrijven
aan je vrouw: „Lieve snoet. Vanoch
tend heb ik in mijn serie 1500 meter
een tijd gemaakt van 18 min. 12,17 sec.
Je mag me feliciteren, want daarmee
heb ik een gouden medaille gehaald in
Helsinki, 20 jaar geleden, met de Ame-
Ik heb al eens een Finse bokser, die
een enorm pak slaag kreeg van een
Keniaan, de partij zien winnen doordat
hij kans zag de Keniaanse wenkbrauw
open te schaven. Technisch knock-out,
et
r)
i
l.
51
is
d
a
n
i.
e
g
’68, ’69, ’70 en ’71 en vorig jaar wereld
kampioen op de tandem, samen met Ot
to.
Toch wist Balk in de drie ritten de
Oostduitsers uit te schakelen.
In de halve finale was Balk kansloos
tegen Morelon.
>n
ia
5S
n
’Y
r
a
i-
n
n
I
et
st
ra
ïn
re
m
at
ra
et
je
tz
s-
m
el
ie
BS
at
Ik
or
e-
?r
is
a.
Ie
ti.
,7
d,
5t
Zoals u al gelezen hebt, of nog lezen
zult, is Bob Seagren, de Ramses Shaffy
onder de polsstokhoogspringers, slechts
tweede geworden doordat met name
onze ir. Adje Paulen na enkele slalom-
beslissingen uiteindelijk Seagrens pols
stok („pole”, in het Engels) verbood. Op
de persconferentie, die hij samen met
Toch was de stemming uiterst opgewekt
in het Nederlandse wielerkamp, want chef
d’equipe Arie van Vliet, coach Frans
Mahn en de renners konden elkaar voor
houden dat Nederland zelden zoveel suc
ces heeft gehad in het olympisch sprint-
toernooi. Natuurlijk: Arie van Vliet deed
het in 1936 nog beter (goud op de 1000
meter-tijdrit en zilver op de sprint), maar
geschreven: „Do you think that not the
poles but the Paulens must be banis
hed?” („Vindt u dat niet de polsstok
ken maar de Paulens moeten worden
verboden?”). Met grote hoekige letters
schreef Bob Seagren eronder: Yes
(Engels voor: Ja). Een kostbaar docu
ment, dat ik zal vermaken aan het
atletiekmuseum („The Ir. Ad Paulen
Museum”).
De 29-jarige Mieke Jaapies heeft de
olympische ervaring van Mexico in haar
bagage zitten. Dat scheelt wel het een en
ander. „Ik weet hoe ik het allemaal moet
doen. Je hoeft hier aan niets anders te
denken dan aan kanovaren. We kunnen
gezellig met elkaar opschieten”.
Handig ontwijkt de Wormerveerse het
antwoord op de vraag hoe de samenwer
king met bondstrainer Venhorst (volgens
het officiële olympische deelnemersboek
aanwezig als transportleider) is en zij
haar eigen trainer niet in de buurt heeft.
„Ik heb zelf ervaring genoeg om mijn
training te kunnen regelen”.
De nieuwe boot, die zij zich door steun
van het Zaanse bedrijfsleven heeft kun
nen aanschaffen, bevalt uitstekend. En als
zij niet in de boot zit, doet ze aan condi
tietraining. Minstens elke dag een rondje
hardlopen rond de roei- en kanobaan. En
buiten het trainen? „O, er is hier genoeg
te doen”. Komen er wel eens mannen in
het vrouwendorp? „Stel je voor, dat ge
beurt niet”.
Mieke Jaapies vindt die afzetting rond
het vrouwenkwartier overigens een ach
terlijke zaak. „Laat ze het maar open
gooien. De meisjes die dat willen kunnen
toch ook zo in het mannendorp overal
binnenlopen”.
gouden-medaillewinnaar Wolfgang
Nordwig uit de DDR hield, met het air
van de overwinnaar (hij moest drie
keer zoveel handtekeningen zetten als
Nordwig, de erbarmenswaardige), heb
ik hem op een gegeven ogenblik mijn
eerste Engelse woordspeling voorge
legd. Op een blaadje papier had ik
(Van onze sportredactie)
MÜNCHEN Toen de zwarte duivels-acht van Nieuw-Zeeland vorig
jaar in Kopenhagen het Europese kampioenschap had gewonnen, stonden
er 24 kratten pils klaar vanwege een serie weddenschappen.
Roeiwater noch pils vormde een probleem voor de Nieuwzee-
landers. Als voorbereiding voor de Olympische Spelen kwamen
de erkende feestgangers uit de roeiwereld vroeg naar Duits
land. Voordat het Olympische dorp open was, logeerden ze in
een hotel in de buurt. Daar werd na het roeien aardig wat aan
ontspanning gedaan. Toen het echter ernst ging worden, liet chef de mis
sion Joe McNamenin weten, dat bij het intreden van het dorp een sex-
en bierstop werd ingevoerd. Na zaterdag schuimde de pils weer rijkelijk.
En terecht. De duivels-acht was oppermachtig en rukte het veld zó uit
elkaar, dat het vlaggeschip van de Westduitse natie, de Adam-acht, naar
een diep vernederende vijfde plaats werd afgevoerd.
Clubliefde drijft hen daartoe, want op
zaterdag 9 september willen zij met hun
vereniging deelnemen aan de Nederlandse
clubkampioenschappen. Optimistisch liet
Ponsteen zaterdagavond op de olympische
wielerbaan weten: „Als Henk Poppe en ik
erbij zijn, hebben we natuurlijk een aar
dige kans clubkampioen van Nederland te
worden”.
Voor Alberto Demiddi was het een
dag van kommer en ellende. De Argen
tijn, die al twee jaar alles wint wat er
te varen valt, werd in het olympische
toernooi verpletterd door de kracht-
roeiende Rus Yuri Malishev. Huilend
stapte de Argentijn uit de boot, waar
radioverslaggevers uit zijn land hem
door Ar-gen-ti-na te scanderen pro
beerden op te beuren. Tevergeefs.
Grote winnaars bij deze regatta wer.
den, wat men ook kon verwachten, de
Oostduitsers. Met drie gouden, een zil
veren en drie bronzen plakken ver
dwenen ze naar het olympisch dorp.
West-Duitsland bleef steken op één
gouden en bronzen plak, een smade
lijke nederlaag rijker.
en kracht mee bij de dubbel-twee, dat
de Noren en Oostduitsers slechts om
het zilver en brons konden vech
ten.
nog nooit had de Oranje-formatie twee
man bij de laatste acht.
Bij die laatste acht schenen de Neder
landers echter kansloos tegen het sprint-
geweld van de andere sterren. En inder
daad had Peter van Doorn (26) uit Berli-
cum geen schjjn van kans, toen hij in de
kwartfinale moest aantreden tegen de ab
solute meester Daniël Morelon (28), sedert
1966 de onaantastbare wereldkampioen en
op de spelen van Mexico al omhangen
met twee gouden medailles (sprint en
tandem, samen met Trentin).
Klaas Balk trof het in de kwartfinale
weilswaar iets beter, maar de deskundigen
wisten natuurlijk dat de onervaren Balk
(hij is pas dit seizoen echt gaan baan-
sprinten) bepaald niet de grote favoriet
was in het duel met Jurgen Geschke (29),
Oostduits sprintkampioen in 1964, ’66. ’67,
In de finale werd het Morelon toch
uiterst lastig gemaakt door de sluwe Au
straliër Nicholson, die via overwinningen
op de Deen Niels Fredborg en de Rus
Phakadze in de eindstrijd was gekomen.
Morelon won de eerste rit overtuigend. In
de tweede scheen de Fransman 10 meter
voor de finish in geslagen positie, maar
wipte toen toch nog naast Nicholson. Een
finishfoto was nodig om uit te maken dat
Morelon inderdaad gewonnen had. Maar
Nicholson had Morelon in die laatste rit
wel gedwongen de snelste tjjd van het
toernooi te maken.
Luynenburg en Stokvis, een duo dat na
Mexico nog wat aansukkelde (in 1966
hadden ze brons in Bied gewonnen) en
tenslotte uit elkaar ging. Tot aan dit
seizoen. De Amsterdammers vonden el
kaar weer en besloten nog één keer te
proberen revanche op zichzelf te nemen,
in München. Het ging moeizaam (coach
Aad Koning: „In het begin waren er meer
downs dan ups”), maar langzaam aan
ties met de winnaars en winnaressen
weer enkele aardige antwoorden te no
teren. Aan Lasse Viren werd gevraagd
hoe het te verklaren was dat de Fin
nen weer zulke goede lange-afstandlo-
pers hebben? Antwoord van Viren: „De
Finnen hebben ontdekt dat je met trai
ning veel kan bereiken”. Aan 800 me-
ter-winnares Hildegard Falck werd ge
vraagd wie die jongen was, die men de
laatste dagen aan haar zijde had ge
zien? Haar antwoord: „Mijn talis
man”
Andere vraag aan Hilde Falck: „Tij
dens de race ontstond er een situatie
die nogal wat beroering op de tribune
verwekte. Hebt u daar iets van ge
merkt en hebt u later in de race nooit
de angst gehad dat u ingesloten zou
raken?”. Antwoord van Hilde Falck:
„Nein”. Tenslotte een vraag die aan
Heide Rosendahl werd gesteld, omdat
de journalisten zich afvroegen (althans
sommige) waarom het zo lang duurde
voordat de winnaars op de persconfe
rentie verschenen. „Hoe lang duurt
zo’n dopingonderzoek?”, was de vraag
En het antwoord van Heide luidde
„Tot ’t komt”.
rikaan Ford Konno (18.30,3) als smade
lijke tweede. Tot schrijfs, je Ed
win”.
(Van onze sportredactie)
MÜNCHEN. Met een
jongensachtige, ontwa
pende brutaliteit, die hem
onmiddellyk de sympa
thie en de toejuichingen
van het publiek bracht,
suisde Klaas Balk (22) uit Badhoeve-
dorp zaterdagavond op de Olympi
sche wielerbaan verrassend naar de
vierde plaats in het sprinttoernooi.
Verrassend, omdat Balk ruim een
maand geleden nog tegen baancoach
Frans Mahn riep: „Ik ben helemaal
geen pure sprinteren vervol
gens hemel en aarde bewoog om
toch alsjeblieft op de Olympische
1000 metertijdrit uit te mogen komen
en niet op de sprint!
Een andere Nieuwzeelandse ploeg, de
vier zonder stuurman, deed het ook al
zo voortreffelijk. Dit viertal dwong de
gouden Dresdener wonderboot, die al
zes jaar achter elkaar alle gouden me
dailles wegsleepte (met een uitzonde
ring in 1969) tot een geweldige krachts
inspanning. Dank zij een formidabele
eindspurt konden de Oostduitsers als
eerste binnenvaren. West-Duitsland
werd derde.
Het Amsterdamse duo had aanvankelijk,
na zijn come-back, wat raar aangekeken
tegen deze verandering bij het nummer
twee-zonder. Er moest gewoon anders ge
roeid worden. Pas in de finale had het
Nederlandse tweetal zich totaal op die
andere strijdmethode ingesteld. Luynen
burg: „We hebben aanvallender gevaren
dan ooit. Het is eigenlijk de eerste race
die we zo hebben gemaakt”. En dan
merkwaardig om dat van zulke „oude”
Maar terwijl de Fransman Morelon (na
tuurlijk weer goud), de Australiër Nichol
son (zilver) en de Rus Phakadze (brons)
daar op de wielerbaan in München gehul
digd werden, stelde Klaas Balk in een
kleedkamer onder de tribune tot zijn ei
gen stomme verbazing vast: „Het ging
waarachtig zó goed, dat ik dacht een
grote kans op die bronzen plak te hebben.
Jammer, ik kon die ontzettende demarra
ge van Phakadze niet opvangen en toen
was het gebeurd. En die Rus heeft na
tuurlijk ook veel meer routine dan
ik”.
kwam de kwaliteit weer boven drijven,
toen de conditie groeide. Uiteindelijk werd
in München de top van het seizoen be
reikt.
Roel Luynenburg: „Wij waren nu ster
ker dan in Mexico, zowel technisch als
conditioneel. Maar er wordt nu sneller
dan toen geroeid. Je kunt dit nummer
eigenlijk niet meer vergelijken met de
Mexicaanse periode. In die jaren kon je je
races nog varen als een skiffeur, kon je
de zaak tactisch bekijken. Nu is elke
wedstrijd een doorgezette sprint, waarin
nauwelijks nog tijd is voor tactische grap
pen”.
heet dat. Ik dacht toen: zoiets mos nit
magge, want die Fin woont toch al in
een huis met verantwoorde meubels,
terwijl voor zo’n Keniaan dank zij een
bokssucces de hele wereld kan open
gaan.
Neem bijvoorbeeld Mohamed Gam-
moudi, 34 jaar, in 1964 zilver op de
10.000 meter, in 1968 brons op de 10.000
meter en goud op de 5.000 meter. In
Tunesië reed ik vorig jaar met een bus
door zijn geboortedorp, dat ook Gam-
moudi heette. Niet ver er vandaan was
een stadion dat het Gammoudi-stadion
heette. En toen we, na even in het
stoffige dorp te hebben stilgestaan,
weer verder reden, liep honderden me
ters langszij van de bus een knokige
jongen van een jaar of 15 mee, met
een verbeten gezicht en inachtneming
van de gewenste Gammoudi-stijl met
de lange grijppassen. Af en toe keek
hij naar ons op en riep: „Gammoudi,
Gammoudi”. Hij wou Gammoudi zijn.
Want Gammoudi-zijn betekent wat in
een land als Tunesië.
Zondag wou hij ongetwijfeld niet
Gammoudi zijn, want Gammoudi strui
kelde over de Fin Viren, met zijn pas-
toe-meubels thuis. Viren viel, sprong
op en won de race in een nieuw
wereldrecord. Gammoudi viel, bleef
even overbluft liggen, ging toen met
een halve ronde achterstand weer ver
der, maar gaf met nog 11 ronden te
lopen op. Technisch knock-out, zou je
zoiets kunnen noemen.
NICO SCHEEPMAKER
MÜNCHEN. Mieke
Jaapies is bljj dat ze net
als Maria van der Holst-
Bljjlevens eindelijk het
wedstrijdwater op kan. Dins
dag gaat dat gebeuren. De
kanovaarster uit Wormer-
veer heeft zich zeer serieus op haar tweede
Olympische optreden voorbereid. Men kon
haar elke dag, onmiddelljjk na de roei-
wedstryden, op de baan van Schleiszheim
zien trainen. .Ik heb het hardstikke druk
gehad. Ik kwam tijd tekort”.
De Westduitse Bullen-acht hield, zo
als te verwachten was, het prestige nog
enigszins hoog. De vier reuzen met
stuurman wonnen onbedreigd voor de
DDR en Tsjecho-Slowakije. Coach
Bantle is nu de nieuwe „Adam” van
Duitsland. De twee met stuurman le
verde geen problemen op voor favoriet
Oost-Duitsland. De Tsjechen en Roe
menen waren al blij met zilver en
brons. De Russische skiffeur Timosjinin
gaf zijn collega Korsjikov zoveel vaart
plaatselijke favoriet Hans Fassnacht in
de eerste serie meteen een olympisch
record zwom, dat met 16.38,9 op naam
stond van Mexico-winnaar Mike Bur
ton. Nu is er niets zo betrekkelijk als
een olympisch record natuurlijk, want
zijn voornaamste kenmerk is dat het al
vier jaar oud is, wat vooral in de
zwemsport betekent dat er sprake is
van een antiquiteit.
Fassnacht zwom Burtons olympische
record „aan flarden”: 16.34,63, een ver
schil dus van ruim 4 seconden. Me
dunkt. Maar hij haalde er toch niet de
finale mee, want er waren acht zwem
mers die harder zwommen. Graham
Windeatt uit Australië verbeterde Fas
nachts prille record met precies 35
seconden oftewel ruim een halve mi
nuut en dus ook alle andere zeven
finalisten verbeterden dat oude olym
pische record met groot gemak. Zelfs
onze bloedeigen Ton van Klooster, die
met 16.34,77 vijfde werd in zijn serie,
verbeterde het Mexico-record van Bur
ton ruimschoots en kon toch nog zes
seconden boven zijn persoonlijke re
cord blijven.
Geen briljant resultaat dus, al over
trof hij toch nog Edwin Borja van de
Philippijnen, die in de eerste serie
laatste werd met een tijd van 18.12,17,
waarmee hij ruim twee minuten lang
zamer was dan winnaar Graham Win
deatt. Twee minuten verschil, daar kan
je een boel in doen. Bijvoorbeeld 200
meter zwemmen, als man zijnde, of 800
meter hardlopen, als vrouw zijnde. Je
Met „veteraan” Phakadze (al in 196S
Russisch sprintkampioen en in 1965 we
reldkampioen voor de overheersing van
Morelon begon) mocht Balk vervolgens
duelleren om het brons. En weer was er
die brutaliteit, die het publiek gek van
enthousiasme maakte: Balk daagde met
een tussensprintje de Rus uit die zeker
400 meter voor de streep al door ging,
maar die toch door de veel jongere Balk
gepakt werd in de laatste 10 meter. Balk
later: „Als wegrenner heb ik een ijzeren
conditie. In zo’n lange sprint ben ik in het
voordeel, omdat ik de pure snelheid mis.
Maar toen ik die eerste rit van de Rus
gewonnen had, kwamen de zenuwen. Mijn
keel zat volkomen dicht. Ik kon niet meer
slikken”.
Die onervarenheid werd Klaas Balk
noodlottig. Phakadze, die de laatste jaren
niet meer zo in de aandacht stond, maar
die nu een sterke come-back beleefde, liet
zich nu niet meer intimideren door de
brutaliteit van Balk, won de tweede rit en
vervolgens ook de beslissende derde rit
(de belle).
(Van een sportredactie)
MÜNCHEN. De clubliefde van Her
man Ponsteen en Henk Poppe (beiden uit
Nijverdal) is niet gering. Hoewel ze de
Olympische Spelen tot en met de sluitings
plechtigheid mogen bqwonen, zullen ze
toch niet op maandag 11 september met
de andere Nederlanders per chartervlieg-
tuig naar Nederland terugkeren, maar
reeds donderdag naar Nijverdal afrei
zen.
Daniel Morelon: snelste Olympische
sprinter.
MÜNCHEN Doctorandus Ruud Stok
vis kan zich nu gaan richten op het
schrijven van zijn sociologisch rapport
over het bedrijven van topsport. „Ik
moet”, zo zei hij, „nog wel even afstand
nemen van de topsport. Dan kan ik objec
tiever oordelen”. Stokvis heeft de eind
streep van zjjn roeicarrière en topsport-
loopbaan gemarkeerd met een bronzen
olympische plak. Dat deed hem zaterdag
in Oberschleiszheim zichtbaar goed. Sa
men met Roel Luynenburg had hij dan
toch nog een olympische schijf veroverd,
waar dat in Mexico door ziekte van Luy
nenburg („Normaal hadden we toen goud
gepakt”) was mislukt.
roeiers te horen: „Het was bij ons nog een
gemis aan ervaring tot nu toe”.
In de eindstrijd vertrokken Luynenburg
en Stokvis dan ook zeer snel om de greep
op het veld niet te verliezen (normaal zijn
ze slow-starters). Dat had repercussies aan
het einde, toen de wonderlijk knap roei
ende Zwitsers Bachmann-Fischer pas
14 dagen samen hun spurt inzetten.
Luynenburg: „We hadden ons kruit te
vroeg verschoten. We zagen de Zwitsers
wel komen, maar konden niet harder”.
Het werd dus brons achter de Duitsers
Brietzke en Mager en de Zwitsers.
Stokvis wreef tevreden over de medail
le, toen hij werd gehaald voor de doping
controle. Dat werd zijn laatste officiële
daad. Hij had er meer moeite mee dan
met het roeien...
Coach Koning moet nu naar andere
mannen uitzien. Misschien dat Luynen
burg nog blijft: „Ik weet nog niet of ik
zal stoppen of niet”.
De 40.000 man publiek floot zijn
Adammen, die een soort badmutsen
hadden opgezet om nog sneller te gaan,
uit. Het was een pak slaag, waar nog
jaren over gepraat zal worden (in het
roeiwereldje). De Amerikaanse Har-
vard-studenten werden (fotofinish)
tweede en de DDR derde. Op de tribu
ne zat Adam’s erfvijand Kuhlmey-Bec-
ker, die hem voor een kwakzalver uit
maakte te grijnzen.
Als atletiek de moeder der sporten is
die als een kloek over het welzijn van
de olympische sporten waakt, dan mag
zwemmen toch wel als de vader wor
den beschouwd. Fatsoenshalve ben ik
dus een keer naar zwemmen gegaan,
zonder deze mooie sport natuurlijk een
eerlijke kans te geven, want na een
serie 4 x 100 meter wisselslag bij de
dames, die meteen een olympisch re
cord opleverde, stuitte ik op de series
van de 1500 meter heren vrije slag.
Dan is vader echt op zijn saaist.
Zwemmers zowel als toeschouwers
krijgen het heen en weer van het
monotone baantjestrekken, de zwem
mers kampen duidelijk tegen de ele
menten water, tijd, slaap en verveling
(in deze volgorde) en als toeschouwer
ga je je al gauw afvragen waarom ze
het water niet bevriezen en de smalle
ijzers onderbinden, want dan kan je in
dezelfde tijd van ongeveer 16 minuten
makkelijk 10.000 meter afleggen in
plaats van 1500 meter. Het maakte op
mij wel een heel rustieke indruk: ik
miste dat klankkastgebler, dat ik mij
uit mijn eigen zwembadjeugd nog zo
goed herinner, zelfs begon ik op den
duur een hengelaar aan de kant te
missen, die steeds verstoord zou opkij
ken als langskomende zwemmers zijn
vissen zouden verjagen.
A.-:’
-
iinnr*tH'ri,nriTfrtr
F W