xxxiiil
i
I
I
j®
rifft ©etflfck
1M iutb-
föïttcmbacL
F
tefatffiwrn
ttMvtWC.
öïc
ff*-].. UMj:
SI
I
3
Ji
fc
fiirftlicbcrjti SBacbfen
frefteit»
&et>ruckt öurcb ufft
15
voor
Anoniem
1
3
Nog een citaat
Moderne
opvatting
r-H
O
Schrijftaal basis
vertaling
lp
fytil «langen? ficj
erbarmen/fmfr ibfen tne
«jefaftcjen Xoitb er tfcttn
fet'nen Gon/bauon toirfr gjacob W
ne fcan/tmb SJfrael ficj fretten,
Smette
I JB^nfeJleburglfiimfer Sött/ etn
gutette&r to# ttaffén/ Grfcilffbfme
I fre$ ana aller not/ tic fcat 6e>
troffeft/ $3er altbofe feint»/ mitatift
I ere i^tmeint/groe macjt tn ticilifl/
feite graufam ruflnngifi/ auff ert» i(t
■nicjtfeïnogleicjen,
We bnfer matje iflnicjte get Jan/
I vair fint» gar bafo fcerloren €o flreie
I far Wtorrecjteman/ton 6ote Jae
felbo erforen/gragfiu tter tor i cv
I M«|l/t>er
n
NIEUWE TESTAMENT 450 JAAR
GELEDEN GEPUBLICEERD
ZATERDAG 16 SEPTEMBER 1972
Erbij
Dit boek wil
in eenvoud
flï
F
o
B
1
tè
;Z
L-j
Titelblad van de volledige uitgave van Luthei’s bijbelvertaling van 1534.
Tekst en melodie van „Een vaste burcht is onze God”,
nmr,X'irM\
■■rv.
ifi
overgezet zijn.
Luther
In de verschillende staten van
Europa is de algemene taal, de
standaardtaal, de bovengewestelij
ke taal of welke naam men er ook
aan wil geven, op verschillende
wijze en zeker op verschillende tij
den ontstaan. In Frankrijk is het
dialect van Parijs en omgeving de
algemene landstaal geworden; in
Engeland waar de staatkundige
eenheid vroeg tot stand kwam en
waar Londen vanouds een centrale
plaats innam, waren de omstan
digheden gunstig voor het ont
staan van het zogenaamde Stan
dard English.
Maar in het grote Duitsspreken
de gebied van Midden-Europa ont
brak een dergelijk centrum. Ber
lijn had natuurlijk pretenties,
maar de oude Rijkshoofdstad We
nen. gunde die niet aan de parvenu.
En dan was er de hofstad Mün
chen die evenveel rechten kon la
ten gelden als het kerkelijke cen
trum Keulen. De Duitse eenheid
en dan nog zonder Oostenrijk
dateert pas van 1871 en dat is een
der oorzaken dat de Duitse taal
eenheid veel minder sterk is dan
de Engelse en de Franse.
De Deense taalgeleerde Jesper-
sen heeft eens gezegd dat hij de
beste uitspraak van zijn taal heeft
Botte» wort
Wciht twiff.
i
trsittf mtint,grasntdcbt vk vÜLft/eingrdufcmru
van wie men niet kan horen uit
welk deel van het land hij afkom
stig is. Bij het Duits kan men
deze maatstaf niet aanleggen.
Daarvoor zijn de verschillen in uit
spraak tussen beschaafde Duitsers
uit bijvoorbeeld Noord- en Zuid-
Duitsland te merkbaar.
Titelpagina van het in september 1522 verschenen „Neue Testament
Deutsch”.
Ij
<S
JÖE
*7 i
Vetroffat11* 1Der F™?’ W*
ItïïH
tinjijteburgijfonfcr Gotten gutewthr
Erhilffi vnsfrey dusdUernot}dieynsiqt bdt
ftunS ift^.ferdiftmcbtfiins^kKben,
r
ic;
In dit opzicht is hij veel moderner
•I- -*
Toch is beschaafd Duits met welke
uitspraak dan ook een betrekkelijk uni
forme taal. En tot die relatieve eenheid
heeft veel bijgedragen de vertaling die
Maarten Luther wij zeggen altijd
Luther met de u van ulevel, maar we
moesten natuurlijk Loether zeggen met
de oe van koek in de eerste helft
van de 16e eeuw, om precies te zijn op
21 september 1522, nu 450 jaar geleden
in een oplage van 3000 exemplaren
publiceerde. Het betrof hier het Nieu
we Testament; het Oude volgde later.
De prijs was anderhalve gulden, een
voor die tijd hoog bedrag, want voor
anderhalve gulden kon men toen twee
geslachte kalveren kopen of er een
jaar een dienstbode voor houden. Toch
was het Nieuwe Testament in korte
tijd uitverkocht, evenals de onmiddel
lijk opgelegde herdruk van weer 3000
exemplaren. Tot 1534 verschenen in
Wittenberg nog 17 drukken en in an
dere steden nog 52.
De zogenaamde Septemberbijbel ver
scheen anoniem. Het kan dus niet de
naam van de vertaler geweest zijn die
Dit is de kern van de zaak: het was
er Luther niet om te doen de moge
lijkheden van de oorspronkelijke tekst
zo nauwkeurig mogelijk weer te geven,
maar om de lezer de betekenis van die
tekst te doen begrijpen. Geen slaafse
navolging, maar een vrije en vooral
begrijpelijke weergave streefde hij na.
Van sommige bijbelboeken is het manu
script der vertaling bewaard gebleven
en daaruit is te zien dat Luther veelal
eerst de tekst zo letterlijk mogelijk
overzette en daarna de vertaling ging
omwerken tot beter Duits.
en vrijer dan velen zijner tijdgenoten
en zeker dan de predikanten die in
dezelfde tijd in Nederland aan de zoge
naamde Statenvertaling werkten. Zij
schrijven dan ook: uit de overvloed
van het hart spreekt de mond. Geheel
in overeenstemming met de opvatting
dat de bijbeltekst voor de leek begrij
pelijk moet worden gemaakt is voor
Luther de gedachte dat op aarde geen
duidelijker boek geschreven is dan de
Heilige Schrift, helder als de zon, ver-
ii
2
Over de tekst Matth. 12:34 bijvoor
beeld zegt hij het volgende: „Volg ik
nu de ezels, dan leggen zij mij de
letters voor en ik zou moeten vertalen:
uit de overvloed van het hart spreekt
de mond. Maar is dat Duits? Welke
Duitser verstaat dat? Wat is dat voor
een ding: overvloed van het hart? Dat
kan geen Duitser zeggen of hij moest
willen zeggen dat hij een al te groot
hart heeft of te veel hart, hoewel ook
dat nog niet juist is. Want „overvloed
van het hart" is geen Duits, evenmin
als „overvloed van het huis, overvloed
van de kachel” enz. Maar moeder
thuis, de gewone man zegt: „Waar het
hart van vol is, daar loopt de mond
van over”. Dat is goed Duits. En ik heb
overal getracht Duits te spreken, maar
ik ben helaas niet overal geslaagd.
Het was voor de verstaanbaarheid en
de verspreiding van Luthers bijbelver
taling een gelukkige omstandigheid dat
hij in een gebied woonde waar een ge
meenschappelijke taal aan het groeien
was die langzamerhand de drie voor
naamste streektalen: het opper-, het
middel- en het nederduits zou gaan
bundelen. De vorstelijke kanselarijen
deden hun best zich zo uit te drukken
dat hun taal voor zoveel mogelijk
onderdanen verstaanbaar was. Het was
vooral de taalvorm die de Saksische
kanselarij ontwikkelde die in grote de
len van Duitsland betrekkelijk gemak
kelijk werd begrepen.
geleken by onze lichten. In datgene
waarop het aankomt, zegt hij, is dit
boek volkomen doorzichtig. En zijn
taak was die helderheid in zijn verta
ling te behouden.
Let eens op de tekst, zegt Luther,
waarin de engel Maria groet en zegt:
„Gegroet zijt gij, Maria, vol genade, de
Heer is met u”. Zo zijn die woorden
tot nu toe heel slecht vertaald. Maar is
dat goed Duits? Zegt een Duitser ooit:
„gij zijt vol genade?” En welke Duitser
verstadt: „vol genade”? Hij moet den
ken aan een vat vol bier of een zak
vol geld. Daarom heb ik vertaald: „du
holdselige”, opdat een Duitser verstaan
kan wat de engel met zijn groet be
doelt. Maar nu worden de Papisten
woedend op mij, dat ik de groet van
de engel heb bedorven, hoewel ik nog
niet eens het beste Duitse woord heb
gegeven. Want, had ik ddt genomen,
dan zou ik de groet zó hebben overge
zet: „God groet u, lieve Maria”. Want
dat wil de engel zeggen en zo zou hij
gesproken hebben als hij Duits gespro
ken had.
-W' t
J**’’*
i
Men moet, zeide hij, niet aan het
Latijn of Grieks vragen, hoe men Duits
moet spreken. Men moet de moeders in
huis, de kinderen op straat, de gewone
man op de markt vragen en er goed op
letten hoe zij spreken. Daarnaar moet
men vertalen. Natuurlijk kwam Luther,
zoals elke nauwgezette en gewetens
volle vertaler, voor talloze moeilijkheden
te staan. Op allerlei speciale terreinen -
munten, vogelsoorten, gesteenten en
andere - voelde hij zich een leek en
dus vroeg hij aan velen raad, soms
met, soms zonder succes.Es ist uns oft
begegnet dasz wir vierzehn Tage, drei,
vier Wochen haben ein einziges Wort
gesucht und gefragt und haben’s den-
Deze officiële schrijftaal was voor
Luther de basis van zijn Duits, maar
volstrekt niet meer dan de basis. De
grote verdienste van Luther is dat hij
die dorre ambtenarentaai „de geest
heeft ingeblazen”. In woordkeus en
zinsbouw moest hij een eigen weg
zoeken. Daarbij richtte hij zich tot de
eenvoudigen in den lande, die immers
de taal van het Evangelie moesten
verstaan.
de verkoop zo heeft gestimuleerd.
Evenmin was het de eerste Duitse
bijbelvertaling. Maar deze overzetting
uit het Grieks bood iets wat in geen
vorige te vinden was: zij sprak geen
Grieks met Duitse woorden, maar de
eigen taal van het volk. Luther zelf
heeft dat op onnavolgbare wijze duide
lijk gemaakt.
noch zuweilen nicht gefunden, schrijft
hij aan een vriend.
Merkwaardig is dat hij tot zijn einde
aan zijn vertaling heeft gewerkt, merk
waardig omdat onze Statenvertalers
geen tittel of jota wilden wijzigen in
hun vertaling die in een reuk van
heiligheid stond. Luther daarentegen
liet niets na om zijn werk te vervol
maken. Ja. wekelijks kwam een com
missie van deskundigen, door hem
ingesteld, in zijn woning bijeen om een
door de leden van te voren bestu
deerde tekst te bespreken en zo nodig
te corrigeren. „Mijn Sanhedrin” noem
de Luther dit gezelschap. De verta
ling van het Nieuwe Testament heeft
Luther in twaalf weken tijdens zijn
„gevangenschap” op de Wartburg vol
tooid, een onbegrijpelijke prestatie.
Over het Oude Testament deed hij
twaalf jaar. En daarbij komen nog zijn
liederen en psalmberiimingen waaron
der Ein feste Burg ist unser Gott het
vermaardst geworden is. Het was in
1939 al vertaald in 184 talen, misschien
heeft het nu de 200 al gehaald. Men
heeft het Het Protestantse Volkslied
genoemd en De Lutherse Internationale.
Er bestaat een hele polemiek over de
vraag wie Luther heeft bedoeld met
der alte böse feind, wiens wapenen list
en heerszucht zijn. Is het Karel V met
zijn medestanders op de Rijksdag te
Worms? Is het de Turkse sultan Soli-
man II die diep in Europa doordrong
en voor de poorten van Wenen ver
scheen?
Is het Paus Leo X die Luther met
zijn banvloek trof? Of moet men
werkelijk aan de Satan denken die,
zoals de hervormer in 1527. het jaar
van vele beproevingen, schreef „met al
zijn macht tegen mij woedt”? De laat
ste theorie schijnt op het oeenhlik de
waarschijnlijkste te ziin. Met de bij
belvertaling heeft Een vaste Burcht
slechts in zoverre te maken dat het
lied een vrije bewerking is van psalm
46. Maar in een beschouwing van Lu
thers werk, hoe beperkt ook, mag zij
niet ontbreken Zoals in feite de gehele
vertal’ru» van de be^dn toc+„-nonfen is
ook Een vaste burcht een loflied op
Gods goedheid en trouw.
DR. P. H. SCHRÖDER
ua- vJ
p®
A B i