a
Schaken
Dammen
Bridge
Filatelie
B
BflT MS
I
1
II
Ridder Jan
V
‘t
w
ök/
I
I 4
ZATERDAG 16 SEPTEMBER 1972
19
Erbij
18
£V
IJ
11
♦ij
E
«O
8
i
i
l
i.
r
'QOQj
’t
ET.
ridder
het land
van
naar
V
te
1
SPASSKI
p©OOOOOOOOOOOOOOOOT*> X XX«»xvY)OOOOOOOOOrr>ööOOC
aoocoooooorr
FISCHER (aan zet)
-3000
B. DUKEL
SPASSKI
j
82)
s
Spasski glashard, dat de stelling voor hem
gewonnen was.
In de 14e partij was na Spasski’s 20e zet
Dd8-f6 de volgende stelling ontstaan:
de
de
de
II. A. Greveraars (Eindhoven)
Zwart: 6 stukken op 8, 17, 20, 27, 29, 31.
Wit 7 stukken op 23, 34, 38, 43, 44, 45, 48.
met
van
Zwart: 15 stukken op 1, 3, 5, 9, 10, 13
tot en met 19, 23, 24. 29.
Wit: 15 stukken op 25, 26. 27, 28, 30. 32,
33, 35, 38, 41, 42, 46, 48, 49, 44. Wit moet
de afwikkeling met beleid uitvoeren, met
de inleiding: 1) 25-20, 2) 27-21, 3) 32x12, 4)
12x14, 5) 48x8 en wint.
De heer G. Elsing stelt dit boek als
eerste prijs beschikbaar; onder de goede
oplossers te verloten, van de volgende drie
problemen.
het Nationale
oktober 1971
nagedachtenis
zelfs mee naar binnen. Na het ge
schal van een trompet, kwam een
boodschapper de troonzaal binnen,
boog zich voor de keizer en vroeg
hem, of deze wilde luisteren naar
een spoedbericht. „De Noormannen
zijn de rivier opgevaren en plunde
ren de dorpen en steden.Sire.”
Keizer Karei gaf bevel, met een
leger er op af te gaan.
Ridder Jan kon z’n oren niet gelo
ven. Hoe kon die boom spreken? En
hoe zouden de bomen hem bij ridder
Geert kunnen brengen?
Een paar zware takken bogen zich
voorover, pakten ridder Jan op en
zwiepten hem over de bomen, over de
HOE HETEN ZE? Hoe heten de
kinderen van Jumbo, de olifant? In de
bloemen staan de eerste letters van
hun naam. In de vakjes boven Jumbo
staat de rest van hun namen. Hoe
heten ze?
Je hoeft de oplossing niet in
sturen!
qoH ua nog ‘uaf ‘wij :Suissojdo
dat Lf4 dan ongedekt komt te staan. Een
mogelijk vervolg ware geweest 22) Dd5
Te8 met de hoogst onaangename dreiging
23) Pf2: en de3:, terwijl ook g7-g5 er
in blijft zitten.
Dit alles in aanmerking nemende is de
veronderstelling gewettigd dat de door
Fischer gespeelde zet 21) Le2-b5 helemaal
geen blunder is geweest, maar een diep
doordachte poging, er nog het beste van
te maken. Want na: 21) Df6xb2. 22)
Lb5xc6 Pe4-c3! (de fameuze tussenzet).
23) Da4-b4 Db2xb4. 24) a3xb4 b7xc6. 25)
Lf4-e5 (Wit kan de verloren pion niet
heroveren met 25) Tel? wegens Pe2t) 25)
Pc3-b5. 26) Tfl-cl Tf8-c8. 27) Pf3-d4
is een eindspel ontstaan, waarvan
geenszins vaststaat dat zwart met zijn
pluspion dit kan winnen. Op de speelavond
zelf oordeelde Donner tijdens zijn toelich
ting dat zwart glad gewonnen stond, maar
later bleek dat dit op z’n minst dubieus
was. Na b.v. 27) Pd4: 28) Ld4: f6 is
de stand nog vol problemen, omdat de
witte toren eventueel via de a-lijn kan
binnendringen. Jammer dat ons dit eind
spel werd onthouden, doordat Spasski hier
een échte blunder maakte. Na 27)
f7-f6? verspeelde hij nl. op kinderlijke
wijze zijn pluspion. Er volgde 28) Le5xf6
Pb5xd4 of 28) gf6: 29) Pb5: 29) Lf6xd4
en alle aardigheid was er af.
Laten we eindigen met de stelling, in
welke de 13e partij werd afgebroken.
FISCHER
COOOCX>XXXXXXX)OOC>CCCX>C<XXX>CXXX£^^
g tÉ O ft üf «kW I
dorpen,
Geert.
En druk dat ridder Jan het daar
gekregen heeft!
Hij heeft zich daarna nooit meer
verveeld. Hij verveelde zich zelfs niet
meer, nadat hij thuis gekomen, weer
niets te doen had. Want dan ging hij
denken aan de tijd, die hij bij buur
man Geert had doorgebracht, dank zei
de storm en de bomen.
Na de valkenjacht, die Karei de
Grote gehouden had, ging de Keizer
met zijn volgelingen naar zijn bui
tenverblijf, het Valkhof, waar ze
een maaltijd zouden gebruiken.
Wouter ging ook mee. Hij mocht
op de
mooiste stoel en zat daar alleen maar
te zitten. Meer was er niet te doen. Jan
dacht daar diep over na en mompelde:
„Wat zal ik eens gaan doen. Waarmee
kan ik laten zien, wat een ridder hoort
te zijn?” Hij riep de hofmaarschalk bij
zich en sprak er met hem over. „Gaat
u eens een wandelingetje maken, of
wat bloemen plukken in de tuin,” zei
de hofmaarschalk. Maar ridder Jan
vond dat niet ridderachtig genoeg.
„Gaat u dan wat paardrijden in het
bos. Misschien beleeft u daar eens wat”,
sprak de hofmaarschalk weer.
Ridder Jan dacht daar even over na
en vond dat wel een idee. Hij liet zijn
paard zadelen en vertrok naar het bos,
nagewuifd door zijn hofmaarschalk.
Het bos was erg groot en donker. Er
stonden bomen in, die zo groot waren
als kerktorens, maar ook heel- dicht
struikgewas. Ridder Jan vond het wel
leuk in het bos. Hier had hij tenminste
wat te doen, want hij vond het alle
maal een beetje griezelig en kon hij
dus griezelen.
Plotseling begon de wind harder te
waaien. De takken van de bomen
zwiepten en zwaaiden. Ridder Jan zag
het niet alleen, maar hij voelde ze ook.
Het stormde zo hard, dat die takken
hem om de oren sloegen.
„Zwiep,” deed een tak en ridder Jan
lag op de grond. Zijn paard steigerde
Vorige week hebben wij omstandig ge
schetst, voor welk een onmogelijke taak
de journalisten van de dagbladpers en het
duo prof. Euwe-Muhring van Teleac heb
ben gestaan, toen zij heet-van-de-naald
en achtervolgd door de chronometer in de
noodzakelijkheid verkeerden, zinnig com
mentaar te leveren op de partijen, gewis
seld tussen ’s werelds twee sterkste scha
kers, Fischer en Spasski.
Het kon niet anders dan dat er fouten
»n verkeerde taxaties werden gemaakt en
het begon dan ook al in de eerste partij.
Nadat Fischer op de 29ste zet met zijn
loper, in een pot-remisestand, plotseling
een besmette pion op h2 nam, waarna die
loper verloren ging geen rechtgeaard
schaker zal dit moment ooit vergeten
ontstond er een gecompliceerd eindspel
van loper tegen enkele pionnen.
Bouwmeester taxeerde dit in zijn stu
deercel te Vleuten aanvankelijk als voor
delig voor de pionnen van Fischer, wiens
koning gevaarlijk opdrong. Maar al spoe
dig manifesteerde zich de macht van de
snelvoetige raadsheer en toen na 38) La3-
c5 de stelling van diagram 1 was ontstaan,
wijzigde zich dit oordeel.
FISCHER (aan zet)
De pointe is dat 38) b7-b6 onmid
dellijk verliest wegens 39) Lb6:! ab6: 40)
a5! en één van de witte pionnen promo
veert, b.v. 40) Kd5 41) a6 enz.
Ondanks deze simpele winstvoortzetting
waren er toch commentatoren naar wij
menen Euwe en in ieder geval Jongsma in
de Telegraaf die 38) b6 wilden
weerleggen met 39) a5, doch na ba5: 40)
La7: Kd5 is de afloop nog helemaal niet
duidelijk. Want de loper moet de a-pion
blijven observeren en pion b5 valt. En
dat terwijl zwart na 39) Lb6: kon opge
ven.
Fischer vervolgde met 38) a7-a6 39)
b5-b6! f6-f5. 40) Kg3-h4 f5-f4. Afgebroken
en door velen op remise getaxeerd (o.a.
door Euwe), doch na de hervatting bewees
III. Zwart: 9 stukken op 1, 6, 9, 11, 18.
19 24 25 45.
Wit: 9 stukken op 17, 27, 28, 31, 34, 38,
40, 41, 42.
De oplossingen moeten uiterlijk een
week na het verschijnen van deze rubriek
worden ingezonden; adres van de damre-
dakteur: B. Dukel. Wijk aan Zeëerweg
125, IJmuiden.
In een vriendschappelijk partijtje tus
sen T. Tielrooy in Driehuis met de Zwit-
serse-Nederlandse grootmeester Andreas
Kuyken kwam het volgend boeiend spel-
verloop voor.
Zwart: T. Tielrooy: 3, 4, 6, 9, 12, 13, 14.
16, 21, 25, 26, 27, 35.
Wit: A. Kuyken, ook 13 st.: 15, 20, 23.
29, 32, 34, 36, 38, 39, 40, 42, 44, 46.
In deze stand met wit aan zet is 46-41
niet speelbaar wegens het verrassend of
fer 25-30 en na 13-19 staat wit verloren.
In de partij werd gespeeld: 34) 42-37 6-
11, 35) 29-24 13-18, 36) 34-29 25-30? loopt
argeloos in de val. 37) 36-31 30x28, 38)
31x33 14x25, 39) 15-10 4x15, 40) 37-31
26x28, 41) 33x4 en de Zwitser won.
Bridgevraag Oost is gever,
allen kwetsbaar, paren wedstrijd. De west-
speler heeft:
AB3 Q A 2 O V 8 5 4 3 0 V 7 2
Oost één schoppen NZ passen west
twee ruiten oost drie klaver wat moet
west nu bieden? Antwoord elders op deze
pagina.
Antwoord op bridgevraag: Het probleem
wordt het scherpst belicht als wij de oost-
hand kennen. Die was S/HV8752, H/87,
R/Geen, K1/AHB83. West bood vier schop
pen (na drie klaver) en oost, onzeker over
de hartenpositie, de troefsteun en de plaats
van klavervrouw, paste. Zo werd een slem
gemist, dat velen zouden missen. West be
weerde: Ik heb kracht aangegeven. Dat
mag waar zijn, hij heeft het niet op de
juiste wijze gedaan. Over drie klaver moet
west drie harten zeggen steunt hij later
de schoppens sterk, dan is het zeker dat
het hartenbod een controlebod (cuebid)
was. Door bijvoorbeeld: West drie harten
oost drie schoppen west vijf schop
pen geeft west dan aan dat het enige
lek nog in ruiten zit. Daar oost renonce in
die kleur heeft, is het geen probleem meer
om zes schoppen te zeggen. Een moeilijke
biedserie, maar een eenvoudiger manier
om topcontroles, slemmogelijkheden en
goede aansluitingen kenbaar te maken, is
er niet. Tenzij u slem gewoon wilt gokken,
maar dan zit u wel eens in beide handen
met twee rode verliesslagen.
probletnen van deze actieve wed
strijdleider zijn bijzonder geschikt voor
beginnende oplossers.
Als 2e prijs stelt de heer A. Douma
I. A. Greveraars (Eindhoven)
Zwart: 10 stukken op 8, 11, 16, 18, 19,
23, 24, 25, 26, 30.
Wit: 10 stukken op 27, 28, 31, 32. 33, 35,
38, 39, 40, 42.
wit speelt en wint. Geldt voor alle drie
vraagstukken.
De
geleden gelukte het aan de Franse
geleerde Jean Francois Champollion
(1790-1832) de Egyptische hiëroglie
fen te ontcijferen. Ter herinnering
hieraan wordt op 16 oktober een
zegel van 0.90 Fr. in omloop ge
bracht. Hierop zien wij het portret
van Champollion, omringd door
Egyptische teksten, (afbeelding)
MONGOLIË. Naar aanleiding van
de Olympische Spelen 1972 werden
8 luchtpostzegels en een velletje
uitgegeven met voorstellingen van
verschillende sportbeoefenaars: 10
m. hardloopsters, 15 m. boksers, 20
m. judoka’s, 25 m. hoogspringers, 30
m. doelschutters60 m. worstelaars,
80m. gewichtheffers en 1 T. vlag
van de Mongoolse Volksrepubliek.
Het souvenirvelletje van 4 T. toont
een vrouwelijke boogschutter, (af
beelding)
ZWITSERLAND. Om de aandacht
op twee Zwitserse instellingen te
vestigen, de bescherming van de
burgerbevolking en de luchtwacht-
reddingsdienst, verschijnen op 12
september twee zegels: 10 Rp. em
bleem van de „Zivilschutz” en 30
Rp. de helikopter „Alouette III” van
de luchtwacht. (afbeelding)
De zon scheen op het smalle bospad,
waar Johan het everzwijn
de afgevallen bladeren
bij elkaar aan ’t harken was.
Hij maakte een grote hoop
en harkte steeds maar door.
Johan hield van harken,
hij voelde zich echt in z’n sas.
Hij harkte alles bij elkaar,
totdat hij plotseling hoorde roepen
Hij stopte vlug en kijk:
Op z’n hark zat Flip de das.
„Wel potvermieren”, zei de das.
„Je harkte me gewoon omver.
Kijk nu eens naar m’n arme neus
en naar m’n nieuwe jas.”
Johan zag een grote scheur
in Flip z’n nieuwe jas.
En over Flip z’n arme neus
liep een hele diepe kras.
„Sorry Flip, ik was zo druk aan
harken,
dat ik helemaal vergat
om er aan te denken,
dat ik niet alleen in ’t bos wa'
„Ga maar lekker zitten
in de berg met bladeren.
Ik ga wel even pleisters kopen
voor je kras en nieuwe jas”.
Ridder Jan verveelde zich. Hij had
niets te doen, al heel lang. Het was
vrede in het land en buiten het land
van ridder Jan. De mensen waren
allemaal erg tevreden. De hofmaar
schalk deed zijn werk uitstekend. De
hofnar was de beste die te vinden was
De dokter had niet veel te doen, want
de onderdanen van ridder Jan waren
goed gezond.
Ridder Jan vond er niet veel aan in
zijn land. Regeren hoefde niet, want
alles ging vanzelf wel goed.
Hij zat in zijn ridderzaal
aan de gevallenen in de tweede
wereldoorlog. Eveneens kwam een
zegel van 3 Fr. uit, waarop het
nieuwe gebouw van het gerechtshof
van de Europese Gemeenschappen
te Luxemburg-Kirchberg is voorge
steld. Beide zegels zijn door Pierre
Béquet te Versailles ontworpen.
AUSTRALIË. Drie zegels van 7 v.
en een zegel van 35 c. vormen
samen een serie die ter gelegenheid
van de Olympische Spelen 1972 ver
krijgbaar is. De zegels tonen gesti
leerde sportbeoefenaars resp. een
hardloper, een zwemmer, een roeier
en een paardrijder.
VERENIGDE STATEN. Het
eeuwfeest van het postorderbedrijf
in de V.S. geeft aanleiding tot het
uitgeven van een zegel van 8 c. op
27 september. Voorgesteld wordt
een landelijk postkantoor annex
winkel van een eeuw geleden. Het
75-jarig bestaan van de „Parent Tea
cher Association” werd gevierd
door een zegel van 8 c. De zegel
toont een schoolbord, waarop met
krijt de woorden „P.T.A. Parent Tea
cher Association 18911972 U.S.
8 c.”.
FRANKRIJK. Honderdvijftig jaar
MONACO. Twee zegels „strijd
tegen de drugs” zagen het licht, de
eerste waarden van een reeks die
totaal twaalf zegels zal omvatten,
waarvan er ieder half jaar t.e.m. 31
december 1974 twee in omloop zul
len komen. De beide zegels, 0.50 en
0.90 F., geven symbolische voorstel
lingen. Zij zijn pas in december a.s.
verkrijgbaar in de postzegelhandel.
(afbeelding)
WEST-DUITSLAND. Naar
aanleiding van het Internationale
Jaar van het Boek 1972 werd een
tegel van 40 Pf. uitgegeven met de
voorstelling van een opengeslagen
boek. De in meerkleurige offset uit
gevoerde zegel is ontworpen door
Beat Knoblauch uit Vellmar. (af
beelding).
LUXEMBURG. —Op 11 septem
ber verscheen een zegel van 3 Fr.
met voorstelling van
Monument, dat in
werd ingewijd ter
Stelling na 41) Lc4-d5.
Zwart is twee pionnen vóór en vooral
die op a2 is een reus. Zijn b- en c-pion-
nen staan klaar voor de opmars. Vandaar
dat omstreeks middernacht Bouwmeester
murw van zes uren analyseren, on
overzichtelijke varianten en tientallen te
lefoontjes meende dat Spasski wel
zonder hervatting zou capituleren. Maar
in werkelijkheid kwam er één van de in
teressantste eindspelen op het bord, die
het schaakspel ooit heeft opgeleverd.
Pas toen Spasski omstreeks de 70e zet
een steek liet vallen, kon Fischer de partij
toch nog winnen.
Zo faalden ook de grootsten en zullen zij
op het schaakbord altijd blijven falen.
Want de problematiek gaat ons bevattings
vermogen te boven en is dat niet precies
wat wij schakers eigenlijk willen?
MR. E. SPANJAARD
De Kikke-zet dankt zijn naam aan de
Noordhollandse speler D. Kikke. Spelers
die niet op de hoogte zijn van de verras
singen en onverwachte wendingen van
briljant slagspel, moeten het boek van
wijlen J. B. M. J. Eekhoud „De combina
tie regeert het damspel” maar eens bestu
deren. Hieronder een voorbeeld van de
„Kikke-zet” vanuit het openingsspel.
1) 34-30 20-25, 2) 39-34 14-20, 3) 33-28
18-23, 4) 31-27 20-24, 5) 37-31 15-20, 6, 41-
37 12-18?
Wit wint nu twee stukken met
combinatie 7) 34-29, 8) 31-26. Met
slagkeuze van deze combinatie heeft
wedstrijdspeler voorsprong, als deze met
de gehele afwikkeling van de Kikkezet op
de hoogte is. Het volgend partij fragment
is leerzaam.
Bridgevraag
West gever, NZ kwetsbaar, viertallen
wedstrijd. De zuidspeler heeft:
4 10 8753 Q 4 O A V 10 9 7 4 M
West één harten noord twee klaver
oost twee harten wat moet zuid doen?
Antwoord elders op deze pagina.
Antwoord op bridgevraag: In de praktijk
bood zuid twee schoppen, daarna ging het:
noord drie harten en iedereen paste.
Dat bleek geen succes voor NZ, want zij
hadden vijf ruiten kunnen maken. Noord
had:
02 H V 5 OHB82 A V 10 8 5
Het twee schoppenbod van zuid was on
juist: hij mag aannemen dat zijn partner
weinig in schoppen heeft, want mét kracht
in die kleur had noord kunnen doubleren
op één harten. Zuid had dus gewoon drie
ruiten moeten bieden, al was het maar
op grond van het oude principe dat je
beter een mooie lange sterke kleur kunt
bieden, dan een kortere slechte kleur.
Deze positie gaf tijdens de partij aan
leiding tot scherpe commentaren. Fischer
speelde hier 21) Le2-b5 een zet die
door de meesten als een ernstige blunder
werd gekwalificeerd. Terecht? Laten we
eerst eens teruggaan naar de opening van
de partij BogoljubovGothilf, die in
1925 te Moskou werd gespeeld. Dat ging zó:
1) d4 d5. 2) c4 c6. 3) Pf3 Pf6. 4) e3 Lf5.
5) cd5: cd5: 6) Pc3 e6. 7) Pe5 Pbd7?
Tegenwoordig weet iedere wedstrijdscha-
ker, dat zwart zich hier slechts staande
kan houden met 7) Pfd7! Na de door
Gothilf gespeelde, voor de hand liggende,
zet volgde nl. krachtig: 8) g4! Lg6. 9) h4
en zwart kon zijn loper slechts redden
met 9) h6, doch na 10) Pg6: fg6:
bleef hij zitten met een geruïneerde ko-
nirjgsvleugel, wat snel tot verlies leidde.
Wat heeft die opening nu met de dia-
gramstelling te maken? Alles! Volgens de
critici zou 21) Lb5 een ernstige blunder
van Fischer zijn geweest en zou hij daar
bij zwarts tussenzet 22) Pc3 hebben
overzien. Zij adviseerden 21) Dc2 om pion
b2 te dekken. Edoch, dan zou Lf4 in
soortgelijke moeilijkheden zijn gekomen
als Gothilfs raadsheer te Moskou. Zie 21)
g5! 22) Lg3 h5 en nu is wits situatie
na 23) h3 (of h4) Pg3: 24) fg3: nog de-
plorabeier dan die van Gothilf indertijd,
omdat zwart aanstonds 24) Le3t kan
spelen. Inplaats van 23) h3 (h4) viel nog
23) Tdl te proberen, om na 23) h4 24)
Td5: (nu staat Pe4 in) Te8. 25) Le5 te
kunnen spelen en wit redt zich nog. Van
daar dat zwart na 23) Tdl eerst Td8
speelt (Lg3 loopt niet weg). Volgens En-
klaar (Volkskrant) ware wits beste kansen
dan nog geweest het kwaliteitsoffer 24)
Td5: Td5: 25) De4: en wit kan vechten,
doch blijft vanzelfsprekend in het nadeel.
Terug naar de diagramstelling. Wit had
pion b2 ook kunnen dekken met 21) Db3
maar dat heeft weer een ander be
zwaar, alweer gebaseerd op de ongeluk
kige positie van Lf4. Sterk is nu nl. 21)
d4en wit kan niet op d4 slaan om
en rende in z’n angst voor het takken-
geweld weg, het stormende bos uit.
Daar lag ridder Jan midden tussen de
doornen van een struik. En de wind
blies nog meer en de takken bogen nog
verder door. Weer kreeg ridder Jan
een flinke tik van zo’n tak.
„Au,” riep Jan. „Moet dat nou!”
„Ja, dat moet,” bromde een dikke
boom, die vlak bij ridder Jan stond.
„Dat moet, want u verveelde zich toch
zo? En vervelen hoeft helemaal niet,
als je maar goed om je heen kijkt. Je
moet niet zo op je stoel blijven zitten,
man. Je moet niet alleen maar naar je
eigen landje kijken, of daar alles goed
blijft gaan. De wind vertelde ons, dat
er in het land van je buurman zoveel
werk is, dat ridder Geert het niet
alleen aan kan. Ga jij daar maar
helpen, ridder Jan. Wij brengen je er
wel heen.”
BERMUDA. Met voorstellingen
van verschillende zeevissen waarop
bij de Bermuda-Eilanden jacht
wordt gemaakt, kwamen vier zegels
in circulatie; de waarden zijn 4, 15,
18 en 24 c. De zegels zijn door
Maynard Reece ontworpen.
YEMEN-VOLKSREPUBLIEK.
Ter gelegenheid van de Dag van de
Politie werden twee zegels verkrijg
baar gesteld: 25 f. parade van drie
politieagenten en 80 f. meisjes van
de volksmilitie bij een militaire pa
rade. Zij verschenen ook in de
vorm van een miniatuurvelletje,
waarvan de verkoopprijs 150 fils
bedroeg, (afbeelding)
OOSTENRIJK. In verband
het Internationale Congres
Kleine Tuinders te Wenen zag een
zegel van 2.50 Sch. het licht. Ge
toond wordt een tak met twee ap
pels. De ontwerper is Carlos Riefel,
de graveur Alfred Nefe.
CAYMAN-EILANDEN. Rege
ringsgebouwen zijn voorgesteld op
een serie van vier zegels op papier
met watermerk CA Block: 5 c. en
25c. Court House Building, 15 c. en
40 a. Legislative Assembly Building.
F