VERVUILER PARIJS FRANKRIJK alleen heeft lak eigen belang s /I Sis ■Mm Ji 3|. ft ■wüpw*.’' w;?P? 1 w® Ik™ ft» 4it ?£x ,i 11 Mte ’3SB 'F 12 r 'f Vacuum It?-. belangenconflict Rijnakkoord Gezichtsverlies Vervuiler betaalt Kritisch BS J - 1 W r- - v' !,»ij i -f' ii aL, •f X i l- >0. je Rijnwater in een rechtsvacuüm I MR. D. LASONDER JAAP FABER. ‘I ttl Hl’H l b ■Mïïdsi van mr. I ,'A ••JiH fcn( «r mijnen in de Elzas. En wat dat voor enorme risico’s voor ons drinkwater inhoudt, hebben we dit jaar en vorig jaar aan den lijve kunnen ondervin den. !I<K En dan de kwestie van de kosten van deze opslag. Het principe ’de ver vuiler betaalt’ is niet alleen in ons land al enige tijd geleden aanvaard, maar wordt ook over onze grenzen algemeen als juist en rechtvaardig ge accepteerd. Nu is echter overeengeko men dat verreweg het grootste deel van de kosten moet worden gedragen Een Fransman is nu eenmaal over het algemeen wat egocentrisch inge steld. Je ziet dat op allerlei gebied: Als er, om een voorbeeld te noemen, in de EEG iets moet gebeuren wat Frankrijk niet zint, dan doen ze daar gewoon niet aan mee, proberen ze van alles om de zaak tegen te houden. Ze willen wel samenwerken als iedereen naar het Franse pijpen danst, dan vinden ze alle* prachtig. Ze laten zich uitsluitend leiden door het Franse belang: en, nogmaals, Frankrijk heeft geen belang bij de kwaliteit van het Rijnwater. „We moeten met beide benen op de grond blijven staan en on* realiseren dat er hier sprake is van een belangen conflict. Frankrijk heeft bij de Rijn een totaal ander belang dan wij en de Bondsrepubliek. We moeten ons afvra gen: I» Frankrijk bereid zich in het belang van andere staten bepaalde of fers te getroosten. Dat is echter, naar nu wel overduidelijk is gebleken, niet het gevat Frankrijk meent zijn eigen belangen zonder meer te kunnen laten prevaleren boven die van andere lan den. Maar ja, chauvinisme is dan ook een Fran* woord. Mr. Lasonder ziet overigens nog een mogelijkheid om Frankrijk tot de orde te roepen: concurrentie. „In het noor den van ons land zijn kalivondsten ge daan. Het zou denkbaar zijn die vond sten te exploiteren en op de internatio nale markt te brengen en Frankrijk met lage prijzen van de markt te drukken. Dat moet dan desnoods maar met steun van de regering: in dat opzicht weten de Fransen zelf ook van wanten als het aankomt op het be schermen van hun eigen produkten. Bij vermindering van de afzet zou men in de Elzas dan wel moeten overgaan tot inkrimping van de produktie en dus tot beperking van de vervuiling. Een grapje tenslotte dat in internatio nale conferentiekringen is geboren: Als de Batavieren aan het begin van onze jaartelling over een goeie plano loog hadden kunnen beschikken, waren ze nooit de Rijn komen afzakken. Dan hadden ze zeker de moeite genomen om tegen de stroom op naar het zuiden te peddelen. Daar waren ze in ieder geval zeker geweest van de belangrijk ste levensvoorwaarde: schoon drinkwa ter. Daar hadden de leden van de Franse delegatie het al zeer moeilijk met hun wat eigenwijze politiek inzake de kern proeven. De twee grote kernmogendhe- den, de Verenigde Staten en de Sovjet unie, hebben al tien jaar geleden afge zien van kernproeven in de dampkring, gewoon omdat ze ervan overtuigd wa- ren geraakt dat het belang van het mensdom als geheel dat noodzakelijk maakte. Maar Frankrijk is er pas na dien mee begonnen en gaat er nog altijd rustig mee door. En toen er in Stockholm op werd aangedrongen dat Parijs de proefnemingen zou staken, hebben ze de tests gewoon korte tijd uitgesteld: op die manier zou het, dachten ze, wat ’geruislozer” verlopen”. Maar daar moet je doorheen kijken en je afvragen: welk resultaat dan en wat kopen we daar nu allemaal voor’ Het resultaat is naar mijn mening volsla gen nihil geweest. Het komt er op neer dat Frankrijk tot 1975 volkomen carte blanche heeft gekregen en dus nog eens twee jaar kan doorgaan met het onbeperkt lozen van kalizouten bij de ConCUïTCntÏG door de landen die het slachtoffer zijn van de wandaden van de vervuiler Frankrijk. Vlak voor de conferentie in Stock holm begon kwamen ze, totaal onver wacht en tot ieders verbazing, met de toezegging, dat de nieuwe Franse kern energiecentrales, die ze uitgerekend op een eilandje in de Rijn bouwen, niet met (Rijn)water maar met lucht zouden worden gekoeld. Maar nauwe lijks was de milieuconferentie afgelo pen of die belofte werd prompt inge trokken en werd bekend dat de Franse centrales toch met water zullen wor den gekoeld. En de thermische veront reiniging door deze centrales is enorm.” Op volkenrechtelijk gebied, waar du* eigenlijk sprake is van „ongeschreven wetten”, bestaat dit rechtsvacuüm ech ter niet. Mr. Lasonder: „Als je wat Frankrijk nu aan het doen is aan de volkenrechtelijke kaak zou stellen, zou waarschijnlijk blijken dat het totaal onrechtmatig te werk gaat”. Overigens hebben ze tot nu toe nog nooit één kilo zout niet in de Rijn geloosd. Het enige waartoe ze nog wel eens bereid zijn is, als de waterstand van de rivier bijzonder laag is, de lozingen tijdelijk op te schorten. Maar als het water dan weer stijgt, komt er wel een dubbele hoeveelheid zout in de rivier terecht. Zodoende is de kwaliteit van het water nooit eens echt goed, maar varieert steeds van slecht tot zeer slecht. Volgens vele internationale deskundigen op het gebied van het volkenrecht, onder wie de Leidse hoogleraar professor Van Panhuys, is de manier waarop Frankrijk nog steeds de Rijn met kalizouten vervuilt, volken rechtelijk volstrekt ontoelaat baar. Het zou zeer gewenst zijn als Nederland, mogelijk in samenwerking met West-Duits- land, de suggestie van professor Van Panhuys zou overnemen en een internationaal proces tegen Parijs zou aanspannen om de Fransen er toe te brengen ein delijk eens aandacht te gaan be steden aan de kwaliteit van het Rijnwater, voor zo ongeveer twintig miljoen mensen de bron voor hun dagelijks drinkwater. Aldus mr. D. M. J. Lasonder in Bloemendaal, die zich vele jaren persoonlijk heeft ingezet ter be scherming van de drinkwater- kwaliteit in Nederland en een actief man op het gebied van de milieubescherming en de mi lieuhygiëne, in het bijzonder deskundig inzake de volken rechtelijke kanten die aan deze kwesties vastzitten. „Dit Rijnakkoord moet je zeer kri- „Het is droevig maar waart Frankrijk interesseert zich totaal niet voor de kwaliteit van het Rijnwater. Voor Frankrijk is de Rijn niets anders dan een open riool waarin het zijn vuil kwijt moet. Vuil dat dan doorstroomt naar de andere oeverstaten, in het bijzonder Nederland en West- Duitsland, die nu juist voor een groot deel hun drinkwater uit deze rivier moeten halen. Frankrijk put niet of nauwelijks drinkwater uit de Rijn en heeft nu al tientallen jaren lang laten blijken dat het lak heeft aan de last die zijn buren ondervinden van de enorme chloorbelasting van het water: zo’n duizend wagonladingen ka- liumzouten worden gemiddeld dagelijks in de Rijn geloosd”. Welnu, dan moeten we een dergelijk belang maar in het leven roepen. Voor de kwaliteit van het water bestaat echter, aldus mr. Lasonder, geen enkele rechtsregel, althans geen geschreven rechtsregel. En dat i» ei genlijk toch wel hoogst merkwaardig al* je nagaat dat we hier in Europa leven op de bakermat van de Westeuropese beschaving en dat er In andere delen van de wereld in dit opzicht wel bindende regelingen zijn getroffen. Maar hier, in onze West europese civilisatie, waarvoor Frank rijk, overigen* waarschijnlijk wel te recht, zich nogal eens op de borst slaat, 1» er in dit opzicht nog steeds sprake van een rechtsvacuüm, in ieder geval van een wetsvacuüm. In dit verband is het wel aardig te constateren dat Frankrijk wel een bindend verdrag heeft gesloten met Zwitserland over het op peil houden van de kwaliteit van het Rhónewater. Maar ja, de Rhone stroomt dan ook door Frankrijk en een bilateraal verdrag met Zwitser land komt hun dus in dit opzicht goed van pas.” U;’ „«Ssieiii-? Na 1975 wil Frankrijk een deel van die zouten - lang niet alles, in ieder geval minder dan de helft - gaan opslaan. (In silo’s?) Maar wat is min der dan de helft? En wat gaat er gebeuren bij een eventuele produktie- verhoging van de mijnen? Misschien gaan ze de produktie straks wel zoda nig opvoeren dat er na 1975, ook als er een deel niet meer wordt geloosd, toch nog meer zout in de Rijn komt dan nu al het geval is. kan gebeuren door het aanspannen van een internationaal proces. Dan wordt het wel een tastbaar Frans belang omdat ze alles zullen doen om onder een veroordeling door het Internatio nale Hof van Justitie in Den Haag en een eventueel toe te kennen eis tot schadevergoeding uit te komen. Dan hebben ze plotseling wel belang bij het redelijk schoonhouden van de rivier en zullen zo mogelijkerwijs wel bereid zijn bepaalde offers te brengen ter voorkoming van nog grotere offers in de vorm van schadevergoedingen, nog afgezien van het gezichtsverlies dat ze bij een eventuele veroordeling zouden lijden. Deze suggestie is nu al een jaar geleden door professor Van Panhuys gedaan en is destijds overgenomen door de frakties van alle politieke partijen in de Tweede Kamer. Het is zelfs zover gekomen dat de Nederland se parlementariërs zich tot hun Franse collega’s hebben gewend met het ver zoek nu eindelijk eens wat te gaan doen. Maar het Franse antwoord was: Hé, dat is hier verkeerd bezorgd. Dit had kennelijk in Bonn terecht moeten komen.... Wat er verder met de aan beveling is gedaan, weet ik niet. Ik weet alleen dat er sindsdien helemaal niets is gebeurd.” „Het is overigens te hopen dat Ne derland het pas gesloten Rijnakkoord van Den Haag zal verwerpen. En dat is zeer goed mogelijk. Tenslotte leven we in ons deel van het stroomgebied ge lukkig in een democratie, waar de regering uiteindelijk toch de wil van de gekozen volksvertegenwoordigers zal moeten volgen, al ligt dat in Frankrijk wel even anders: iedereen weet dat de rol van het parlement daar tot een minimum is gedegradeerd. Je hebt daar een wat merkwaardige staatsvorm die meer op een dictatuur lijkt dan op een democratie. 4,.-» |:;'ulii1 tisch bekijken. Het is ook zo jammer dat er na dergelijke conferenties nooit eens een duidelijk communiqué wordt uitgegeven waarin staat op welke pun ten men het precies oneens was en waar men nog tot een compromis heeft kunnen komen. Nu staat er eigenlijk alleen maar: er is resultaat geboekt. „Frankrijk heeft op milieugebied overigens al heel wat gezichtsverlies moeten lijden. Denk maar eens aan de internationale milieuconferentie die de ze zomer in Stockholm is gehouden. - 'Af- Voor het stroomgebied van de Rijn bestaat, althans wat de waterkwaliteit betreft, een juridisch vacuüm. Er zijn wel andere rechtsregelingen voor het stroomgebied van de rivier getroffen. Zo bestaat nog steed* de Acte van Mannheim, die het scheepvaartverkeer internationaal regelt en, lach niet te hard, er is selfs nog een „salmtractaat” vaa kracht dat het vissen op salm tussen de verschillende oeverstaten aan allerlei voorschriften en bepalingen bindt. We weten allemaal dat er al lang geen salm meer in de Rijn awemt. ill H|lli||!|" - z -Sj .r 1 ■iasiiBsW’ J •HHh!

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1972 | | pagina 13