Reformatorische verontrusten
massaal tegen „verlinksing
MASSALE STEUN VOOR
BELEID BISSCHOPPEN
JJ
Hervormde
synode
bijeen
Gesprek
Simonis-
Willibrord
Na opmerkingen vicaris Kuipers
k
MAN OP DE
PREEKSTOEL
NIET ZO
MAAR TE
VERTROUWEN
ZATERDAG 18 NOVEMBER
Erbij
1972
16
ür Gewaad
Marxisme
Roomsen
Polarisatie
L
Communist
Jongeren
2
november
Julianahal
„Als mondige bejaarde wil ik getuigen, dat ik achter het beleid
van de kardinaal sta, omdat hij veel meer ruimte geeft aan het
eigen geweten”. „Dank zij een soepele houding zonder prijs-
geving van de principes heeft u veel katholieken voor de kerk
behouden”. Willekeurige citaten uit een berg van vijfhonderd
brieven, die de Haarlemse vicaris dr. H. W. J. Kuipers kreeg naar
aanleiding van een gesprek in het KRO-radioprogramma „Kruis
punt”. Mgr. Kuipers zei daarin onder meer niet te begrijpen waar
om mensen, die hun volle vertrouwen aan de bisschoppen gaven,
dit niet in Rome of bij de bisschoppen kenbaar maakten. Hij noem
de het opvallend, dat vrijwel uitsluitend mensen, die tegen het be
leid van de Nederlandse bisschoppen zijn, dit eerder en feller in
Rome lieten weten. De reacties waren overstelpend: naast de vijf
honderd brieven, die hijzelf ontving, vond kardinaal Alfrink bij
zijn ochtendpost enkele duizenden brieven. Ook de andere Neder
landse bisschoppen en Rome kregen een grote hoeveelheid brieven
en briefkaarten. Een hierover wat onthutste vicaris Kuipers: „Ik
had het eigenlijk niet als een oproep bedoeld, achteraf realiseerde
ik me pas, dat je het als zodanig kon beschouwen”.
De moeilijkheden tussen bis-
schop Simonis van Rotterdam en
de St. Willibrordvereniging de
officiële r.-k. instantie voor oecu
mene in Nederland over een
door de televisie uitgezonden
eucharistieviering met „open com
munie” in de Bernadettekerk in
Rijswijk op 5 november, lijken een
oplossing nabij, nu mgr. Simonis
heeft toegestemd in een gesprek
met de vereniging.
Maandag 20 november komt de
hervormde synode voor haar vier
dagen durende najaarszitting bij
een in het centrum „Hydepark” in
Driebergen. Tot de belangrijkste
agendapunten behoren een nota
over het belijden van de kerk, een
tweede behandeling van het rap
port over het ambt en een bood
schap van de synode naar aanlei
ding van het in 1971 verschenen
Getuigenis.
Omgetumd
h
„Geef ons gena, geef ons gena,
o Heer, en red ons tot uw eer. Wij
zijn reeds moe van al de schamp’re
woorden, die wij van smaders
hoorden”. Zesduizend verontrus
ten uit de gereformeerde gezindte
laten dit gebed uit de 123ste psalm
aanzwellen als een orkaan. Ze zijn
op de vroege zaterdagmorgen van
de elfde november naar de
Utrechtse Julianahal gekomen
voor het door de stichting Neder
land van de International Council
of Christian Churches op touw ge
zette Reformatorisch Getuigenis.
De christelijk-gereformeerden, de
gereformeerde bonders, de veront
ruste gereformeerden, de buiten-
verbanders, enkele „linksen” in de
gereformeerde gemeenten en een
aantal gewone vrijgemaakten.
Verdeeld over verschillende ker
ken, maar deze dag gemeenschap
pelijk in het doel: getuigen tegen
het verval op het terrein van kerk
en theologie, de zedelijke verwor
ding en in het algemeen de ver
linksing van het openbare leven.
wp
Een bomvolle Jaarbeurshal
wordt
De
aangegrepen
om
pauze
L.Ji
Het aantal
RONALD KRAAYEVELD
BERT VAN PANHUIS
Onder de aanwezigen bevond zich ook
GPV’er Jongeling.
het
nog
Maar uit de brieven klinkt niet
alleen een blij-zijn. Uit veel brie
ven, die vicaris Kuipers ontvangen
heeft, blijkt een angst, dat de koers
De confessioneel-hervormde dominee
W. Glashouwer (voorzitter E.O.) laat
geen stuk heel van veel collega’s. „De
man op de preekstoel kun je niet
zo maar meer vertrouwen. Het gewaad
is geen waarborg meer dat het Woord,
wordt verkondigd.” Huurlingen, geen
echte herders zijn bijvoorbeeld de mid-
den-orthodoxen, die hij midden-vrij-
zinnig noemt. Onzuiverheid in de leer
ziet hij ook bij ouderlingen en diake
nen en zelfs in gezinnen. Het ergste is
het volgens ds. Glashouwer gesteld met
de scholen, waar de geest der tijd veel
overwinningen boekt. „De christelijke
school is in handen van de vijand, die
daar zijn vergif zaait. De satan zet al
zijn krachten in”, toomt hij.
Ds. van Pagee mag dan als legerpre-
dikant goed kunnen samenwerken met
de aalmoezenier, dit nemen zijn volge
lingen niet. De man wordt hardhandig
van de microfoon weggesleept en door
enkele heethoofden de trappen afge
duwd. Andere protesteerders van de
kleine kerk van de Hoogeveense domi
nee Taverne - want het is deze ultra
orthodoxe splintergroep, die in de gere
formeerde eenheid komt stoken - krij
gen eenzelfde behandeling. De sprekers
hebben in hun vurige tirades tegen de
„linksen” de gevaren ter rechterzijde
uit het oog verloren. Er wordt nog
lang nagemokt over deze inval.
Vicaris Kuipers slaakte zijn ver
zuchting, toen tijdens het ge
noemde radioprogramma gesproken
werd over de mogelijke oorzaken
van het vertekende beeld, dat men
in het buitenland en in Rome van
de Nederlandse kerkprovincie heeft.
Een beeld, dat bijvoorbeeld in Rome
aanleiding werd tot een benoeming
als die van bisschop Gijsen in Roer
mond.
Van verdeeldheid blijkt echter op de
toogdag niet. Ds. Velema haalt al me
teen flink uit in zijn toespraak. „Wij
mogen geen omgeturnde kerk willen
hebben. De Bijbel wordt vervormd,
aangepast. De mens heerst tegenwoor
dig over de Schrift in plaats van de
Schrift over de mens. „Een grote boos
doener is naar zijn mening de Wereld
raad, die met leer en praktijk de
kerken infecteert. „De wetsverachting
is zo schrikbarend toegenomen, dat,
wat vroeger zonde was nu een recht
van de moderne mens is geworden”, zo
bezweert hij zijn gehoor, er op wijzend
dat er tegenwoordig weinig goeds te
vinden is. „De moderne mens drinkt
zich dronken aan de gifbeker der zon
de en in die beker zitten onder meer
de topsport, de sexuele moraal, de
geldzucht en de drugs”. De hand wordt
nog even in eigen boezem gestoken,
getuige het „ook wij hebben gezon
digd”. De predikant roept op tot het
vormen van een gebedskordon en een
getuigenis „want de anti-christ is onder
ons”.
De massa krijgt een instructieles,
hoe de huurling weer op het rechte
spoor te krijgen is. Er moet voor hem
gebeden worden, hij moet op zijn vrij
zinnigheid worden aangesproken. Als
hij zich dan nog niet bekeert moeten
de gemeenteleden hem de rug toekeren
en elders gaan kerken waar de zuiver
heid nog wel is. Belangrijk zijn de
gebedsbijeenkomsten en de diensten
waar men met gelijkgezinden samen is.
„We worden weer gemeenten in de
catacomben”, aldus roept ds. Glashou
wer het beeld van de eerste christen
gemeenten op. Tijdens de collecte, die
naar later zal blijken ruim f 22.000,-
opbrengt, speelt de organist „Een vaste
burcht is onze God”. Iedereen rijst op
en fel bruisend klinkt het „Gods
Woord houdt stand in eeuwigheid en
zal geen duimbreed wijken. Beef, Sa
tan! Hij, die ons geleidt, zal u de vaan
doen strijken.”
Het heeft heel wat voeten In de
aarde gehad, voor dit gezamenlijk op
treden kon beginnen. Bij de ICCC, de
orthodoxe tegenhanger en tegenstander
van de Wereldraad van Kerken, is
slechts één Nederlands kerkgenoot
schap aangesloten, de Christelijk Gere
formeerde Kerken. Voorzitter ds. J. H.
Velema vertelt zijn gehoor dat enige
jaren geleden al pogingen zijn onder
nomen voor een soortgelijke manifes
tatie.
Het angstinspreken komt tot een cli
max als ds. Wurmbrand stelt dat links
een halt moet worden toegeroepen.
„Anders zal er iemand opstaan die zegt
rechts te zijn, maar die in feite een
communist is. En dan krijgt Nederland
dezelfde verschrikkingen als Oost-Eu-
ropa en China”. De vergadering is aan
het eind van de toogdag rijp voor een
verklaring dat onderwerping aan het
goddelijk gezag en standvastigheid te
gen verlinksing en verpolitisering nodig
is. Het donderend applaus bewijst dat
de ICCC-manier van „reformatorisch
getuigen” volkomen ondersteund wordt
door de gereformeerde gezindte.
naast broodjes en koffie ook verant
woorde lectuur in te slaan. Zeker nu
de geschenkenmaand weer nadert. De
boeken over Wurmbrand en die tegen
de evolutieleer en de nieuwe theologie
gaan grif van de hand.De EO-stand
heeft minder belangstelling, waar
schijnlijk omdat de meesten al lid zijn.
Achter de microfoon is plotseling een
stemmig geklede man verschenen, die
de aanwezigen oproept het psalmvers
„Want deze Gods is onze God” aan te
heffen. Niemand koestert enige arg
waan tot de voorzanger gaat spreken.
„De christelijk gereformeerden horen
hier niet. Ze hebben ds. van Pagee in
hun midden, die met de roomsen
heult”, schreeuwt hij de verbijsterde
menigte toe.
Maar al had vicaris Kuipers het
misschien niet zo bedoeld, zijn
waardering voor de, wat hij met
enige aarzeling noemt „adhesiebe
tuigingen”, wil hij beslist niet onder
stoelen of banken steken. „Uit ver
reweg de meeste brieven, vaak heel
persoonlijk en bewogen, zie je een
blij-zijn met de nieuwere, minder
autoritaire koers in de
Nederlandse katholieke kerk. Ach
teraf vind ik het symptomatisch dat
zovelen op grond van enkele zinne
tjes in een radioprogramma in deze
mate gereageerd hebben. Het heeft
geapelleerd aan iets, wat onder een
grote groep gelovigen leeft: velen
van hen wilden graag hun stem
laten horen en zagen nu een aanlei
ding om dat te doen”, aldus vicaris
Kuipers.
De ICCC kreeg nul op het rekest,
„men was er nog niet rijp voor”. De
leus „Wat ons bindt is belangrijken dan
wat ons scheidt” wordt in de gerefor
meerde gezindte echter steeds meer
gehoord en toen de ICCC ten tijde vah
de vergadering van de Wereldraad in
Utrecht het idee kreeg een „getuigenis”
te houden was er meer animo bij
geestverwanten. Toch blijft het een
riskante zaak, want in de christelijk
gereformeerde kerken zelf bijvoorbeeld
wordt het lidmaatschap van de ICCC
al jaren fel gekritseerd.
jongeren op het totaal
van de briefschrijvers is nogal klein
uitgevallen. „Ik kan me dat wel
voorstellen”
Ondanks een uitdrukkelijk verzoek
aan bisschop Simonis, voorafgaand aan
de eucharistieviering, van pastoor C.
Roeleveld, secretaris van de Wille-
brordvereniging, om reacties op de „o-
pen communie” af te wachten en dan
eventueel gezamenlijk te reageren,
kwam mgr. Simonis daags na de om
streden televisieuitzending met een
sterk afwijzend communique, waarin
hij de gang van zaken onaanvaardbaar
noemde.
Zoals zo vaak is de voorman van
de bonders, ir. J. van der Graaf, die als
eerste na de pauze het woord krijgt,
het meest genuandeerd en minst dema
gogisch zijn rede. Hij wijst op de
gevaren van marxistische invloeden in
de kerk, maar dan als ondersteuning
van zijn uitspraak dat de kerk zich
aan geen enkel politiek stelsel mag
conformeren. „Het is de zondeval van
onze tijd dat de kerk zich met bepaal
de machten verbroedert”. De kerk
heeft de verkondiging ingeruild voor
het vrijblijvend gesprek. Christendom
en communisme lijken elkaar te vin
den, in onze kerk wordt al gezegd dat
Marx niet gemist kan worden. Dat
betekent niet dat ons westerse kapita
listische systeem alles is. „Ook onze
samenleving is ziek, de bestaande orde
bij ons mist al evenzeer recht en
gerechtigheid. De grote kwaal van onze
tijd is dat men zich bij de kwalen en
nood neerlegt en er mee leert leven”.
Ir. Van der Graaf wil in plaats van de
verontrusting liever de bevrijding pre
ken omdat de kwade machten door
Christus zijn overwonnen. De booschap
van de hoop moet worden gebracht.
Maandagavond komt de kwestie van
de ambten in de kerk opnieuw aan de
orde, nu in verband met de reacties uit
de kerk op het studierapport-Berkhof
over het ambt, dat reeds in februari
1969 door de synode werd behandeld.
In verband met nogal uiteenlopende
reacties heeft het moderamen van de
synode oud-praeses dr. G. de Ru ge
vraagd, een objectief-wetenschappelij-
ke samenvatting van de reacties uit de
classicale vergaderingen op te stellen.
Dinsdagochtend komt voor de tweede
maal het rapport over de toelating tot
het Heilig Avondmaal in bespreking,
samen met de reacties op dit stuk uit
kerkeraden en classes. De eerste be
handeling vond in juni 1971 plaats.
’s Middags komt opnieuw de synoda
le boodschap met betrekking tot het
Gétuigenis in behandeling. Nadat in
oktober 1971 het Getuigenis verschenen
was, besloot de hervormde synode in
november van dat jaar bij de behande
ling van het stuk, een „boodschap ter
voorlichting en bemoediging van de
gemeenten” uit te zenden. Maar een in
februari 1972 verschenen eerste con
cept van een dergelijke boodschap
werd niet aanvaard. Er werd daarom
opdracht gegeven tot herschrijving van
het stuk. Het resultaat daarvan komt
nu in behandeling.
me
zegt vicaris Kuipers,
..voor veel jongeren is een kerk die
met zichzelf bezig is niet zo interes
sant.”
De ICCC komt na dit rustige betoog
met haar grote troef tegen alles wat
links is: ds. Richard Wurmbrand, een
lutheraan, die jarenlang in Roemeense
gevangenissen heeft gezeten en daar
door een traumatische angst voor het
communisme heeft. In heftige, door ds.
Maris vertaalde, zinnen fulmineert hij
tegen de Wereldraad van Kerken, die
het sociale evangelie preekt en geld
geeft aan dieven en moordenaars in
Afrika. Hij maakt de raad voor leuge
naar uit en schildert de aanwezigen
(„valt u niet flauw”) martelingen in de
Sovjet-Unie en China. In China zijn
meer dan een miljoen christenen ver
moord, terwijl naar zijn mening
apartheidsbeleid in Zuid-Afrika
nooit een slachtoffer heeft geëist.
De nota „De weg van het belijden
der kerk”, die de eerste dag aan de
crde komt, is opgesteld door ds. F. H.
Landsman, secretaris-generaal van de
Hervormde kerk, na de behandeling in
de juni-synode van de kwestie Gere
formeerde Bond en Generale Kas.
Toen de betreffende financiële over
eenkomst met de Gereformeerde Bond
ter sprake kwam, werd door verschil
lende synodeleden op het principiële
aspect van de overeenkomst gewezen.
Er werd op aangedrongen, dat de syno
de geen organisatorische besluiten zou
nemen zonder het geheel van het gees
telijk beleid ten aanzien van het sa
menleven van verschillende modalitei
ten in de kerk in ogenschouw te ne
men. Eind oktober is de nota door het
breed moderamen aanvaard.
Op de vraag in hoeverre zijn als
oproep opgevatte opmerking een
bijdrage gaat leveren aan polarisatie
juist omdat er met zijn opmer
king een eind gemaakt kan worden
aan de situatie, dat uitsluitend te
genstanders van het beleid in Rome
oekendheid genieten, antwoordt
hij: „Dat weet je natuurlijk nooit
Tegenstellingen zijn er, maar als
polarisatie verharding daarvan zou
betekenen, dan zou ik dat ten zeer
ste betreuren”.
In aansluiting daarop liet pastoor F.
Bank van de Bernadettekerk weten,
dat er in Rijswijk reeds jarenlang een
nauwe samenwerking bestaat tussen
r.k., hervormde en gereformeerde
christenen. Ook „open communie”, deel
name aan eikaars avondmaal of eucha
ristie, is er reeds enkele jaren gebrui
kelijk, zonder dat dit moeilijkheden
gaf.
Dezelfde week zei pastoor C. Roele
veld op een persconferentie in Utrecht
het onjuist te vinden, dat de bisschop
nu met disciplinaire maatregelen kwam
en daarmee de groeiende oecumenische
verhoudingen doorkruiste.
Bisschop Simonis heeft nu in een
KRO-radiouitzending gezegd, dat de
wijze waarop hij per communiqué rea
geerde „misschien niet zo gelukkig'
was.
Mgr. Simonis zei tenslotte, dat hij
ook met kardinaal Alfrink gaat praten.
Zoals bekend ging kardinaal Alfrink
tijdens het Pastoraal Concilie in Nord-
wijkerhout eens voor in een intercom-
munie-dienst.
die de Nederlandse bisschoppen nu
varen, door allerlei (bijvoorbeeld
Romeinse) maatregelen praktisch
onmogelijk gemaakt zou kunnen
worden. Of, zoals een bejaarde man
schreef: „Ik krijg de indruk, dat de
Nederlandse katholieke kerk de uit
zichtloze strijd moe wordt”.
Vicaris Kuipers: „Of die angst dat
dit zou kunnen gebeuren reëel is,
weet ik niet. Maar op grond van
recente gebeurtenissen kan ik me
het wel indenken”.
1