WETHOUDER ZIET GEEN VERSCHIL TUSSEN LAMMERS VAN TOEN EN NU De aristocraten komen niet meer in de Kalverstraat bitteren 43 si WEER REL ROND MOSTERD 99 SJAKIE ZINCT IN EIGEN CLUB PLANTSOEN OP PARKEERGARAGE „BICKERS" BEDANKEN MEKAAR PLEIDOOI VOOR WIJK-T.V. 1 i* I DONDERDAG 30 NOVEMBER 1972 23 22 F I I ------ ONDER REDACTIE VAN ROLF STALLING/ I HAN LAMMERS maakt een te vreden indruk. De zaken aan het Prinsenhof lopen immers naar wens. Het mag dan waar zijn dat de actiegroep Sterke Arm hem vo rige maand in de Dapperbuurt nog voor rotte vis uitschold en dat de intellectuele achterban duidelijk moeite heeft met de voormalige scherpslijper van „De (kritische) Groene”, orgelspeler en mede schrijver van het boekje „De macht van de rode rug”, aan de an dere kant is het wel ook zo dat het wonen in de binnenstad nieuwe kansen krijgt, de metrosores be perkt is, grondspeculanten de achterdeur worden uitgeschopt en er in de Nieuwmarktbuurt toch maar mooi geen opstand is uitge broken. En dat was de sinds twee jaar tussen stadhuis en Wibaut- huis, kroondomein van Publieke Werken, pendelende PvdA-wet- houder van Stadsontwikkeling en Kunstzaken hartstochtelijk voor speld. L lïkX 1 soms je mond houden Komt De dagtaak van Lammens. Sjakie Schram (links) en Joop van de Marei. van Wat gaat er met Carré gebeuren? uitgespeculeerd ia® da Hoe denkt Lammers als wethouder de historie in te gaan? LATER veranderde dat. Jawel, de bal lotage was er nog wel maar daarmee werd toch heel duidelijk de hand ge licht. Wat kreeg je? Je eigen kennissen werden lid. Jan de Bakker en Piet de schilder, jongens die wat geld hadden verdiend. Begrijpt u, wat ik bedoel? waar door de huurliberalisatie geen wo ningdistributie meer mogelijk is, dan zet dat een enorme domper op de slagvaar digheid van het stadsbestuur, dat hier voor door zijn eigen bevolking verant woordelijk wordt gesteld”. Wat denkt hij over het PvdA-voorstel om de binnenstad ’s morgens voor het verkeer af te sluiten? U HEEFT gezegd dat de binnenstad geen vrij jachtterrein is voor grondspe- culanten, maar hoe kan de gemeente dat tegen gaan? „Door duidelijke bestemmingsuitspra- ken, waaraan krachtig de hand wordt gehouden. (Grinnikend) Ik heb nu een aantal gevallen van mis-speculatie mee gemaakt en die makkers zitten nu met een enorme steen op hun maag. Er is ook het soort ondernemer, dat het meest gebaat is bij duidelijke bestuursuitspra- ken. Maar al die anderen, die door de mazen van het net proberen te glippen, zullen heel duidelijk de boot missen”. „Ik heb helemaal geen zin de historie in te gaan. OPNIEUW hevige beroering in de gelederen van de Amsterdamse Bejaarden Partjj na het optreden van raadslid J. Mosterd in een tv-programma van de Boeren Partij, waarin hy zijn aanhang adviseerde op boer Koekkoek te stem men. Het is al de zoveelste rel rond de heer Mosterd, die eerst collega-raadslid J. Dom („Mosterd trad wat raar op in de raad”) met zich zag breken en later als partijvoorzitter werd afgezet. Het bestuur van de BP heeft hem nu ge royeerd, maar onverstoorbare Mosterd heeft laten weten, dat hy rustig in de raad blijft zitten. Zolang zjjn gezondheid dat tenminste toelaat, heeft hjj eraan toegevoegd. DE GEMEENTE wil de gedachte, dat auto’s niet op straat maar in parkeer garages thuis horen, ondanks de tegenslagen in de Bjjlmer niet loslaten. Bij een complex van 333 huizen, dat volgend jaar op Kattenburg wordt gebouwd, komen namely k ook parkeergarages met een capaciteit voor 363 auto’s. Op de daken van de slechts één verdieping hoge garages komen plantsoenen en wandelpaden. Naast de huur van 280 moeten de bewoners nog eens f 35 voor hun parkeerplaats betalen. Overigens zijn op Kattenburg, de eerste Amster damse saneringsbuurt die volledig plat is gegaan, ook nog 250 maisonette, woningen in twee lagen gepland. KAREL ziet het verval van het esta blishment in verenigingsverband met lede ogen aan. Hij is als een wachter bij het dodenpaleis. Soms, een enkele keer per week, dwarrelt er nog wel eens een dinertje voor een paar heren op leeftijd binnen en met behulp van een bejaarde kok en een bejaarde kelner arrangeert hij dat. Nu zit hij weer voor het raam. Ik heb het erg rustig, zegt hij met een stem waarin afgrijzen doorklinkt. Nogmaals, mijn vrouw is dood en mijn kinderen zitten een eind weg. Laatst zouden m’n kleinkinderen uit Canada overkomen maar ook dat feest ging niet door. Weet u, je hebt geen doel meer waar je voor werkt. Ik kan wel duizend gulden extra verdienen maar wat moet ik daarmee? Vorige zomer w^s ik in Spanje, maar ook daar zit je in je eentje. WIJST met een doodgraversgezicht naar buiten waar enkele baardige figu ren passeren. De nieuwe leden van de sociëteit, zegt hij. Een wrange grap „De stad heeft recht op een hele goede dienst van PW maar ook op een wils krachtig Stadsbestuur. Het behoeft geen twijfel dat, als je twee van die kwali- teitspolen weet in te bouwen, er dan kreeg je echter toch nog wel vijf cent op een kopje. Het sociëteitsleven is altijd je van hèt geweest. Een speciaal beroep. Je bent opgegroeid met de aristocratie, het be tere publiek. Nu kun je wel eens denken: kerel val dood, maar je kunt het nooit zeggen. Neem nou een kelner met een sjagrijnig gezicht. Dat kon ge woon niet. Tegenwoordig is dat allemaal anders. Ze houden de klok in de gaten. Maar in mijn tijd wachtte je tot de laatste klant vertrokken was en die had nooit haast. discussie ontstaat. Doorslaggevend is dat het bestuur de beslissingen neemt. Na tuurlijk zijn er spanningen geweest, maar die spanningen worden wat duide lijker naarmate de bestuursvisie sterker afwijkt van wat vorige generaties heb ben gedaan. Ik heb daar nooit tragisch over gedaan, maar het zijn altijd de buitenstaanders van wie je hoort: god god. wat hebbie het moeilijk. Zoiets zul je me nooit horen zeggen. Ik vind het een móórdbaan, maar je moet niet den ken dat je het freewheelend kunt doen”. moest, je het heb ’.n ai bevel de heren toet; ok niet zo <r op kon neiaren. Soms nou hij i» „Dat is ook zo. De uitspraken van het stadsbestuur zijn vaak vervat in niet alledaagse termen. Soms is dat verdui veld irritant, maar je ontkomt er niet aan. Omdat we van zoveel Haagse zaken op de hoogte zijn, zijn we inderdaad het actie-comité dat het best van schietka toen is voorzien. Men kijkt ook niet altijd even vrolijk als we er binnen stappen, maar mijn ervaring met Buck (de staatssecretaris die zich om stadsver nieuwing bekommert r.s.) is, dat er met die man voor de stad goede zaken te doen zijn. Bij Udink ligt dat anders. Ik heb het gevoel, dat die niets heeft gesnapt van wat er in zo’n stad speelt en van volkshuisvesting als zodanig. Zijn nota’s lijken niet op een schaduw van de antwoorden op problemen. Als Udink denkt de vraagstukken op te lossen door met de huren te manipuleren en Am sterdam te omsluiten met een gebied, Hoe denkt hij het vertrouwen van de Amsterdamse toneelwereld in zijn be leid, dat in het begin naar veler mening nogal wat ondoordachte beslissingen in hield, te kunnen herstellen? „Carré blijft gewoon Carré. We heb ben het voor de stad en het burenge beuren willen redden en dat is met de aankoop gelukt. Misschien, dat we er in de toekomst een beetje meer opera gaan doen”. NA JAREN van actie nu toch ook vrolijke reacties van het Bickerseiland, waar „Oom Joop” en de zijnen de dreiging van nog meer woningen verplette rende kantoorgebouwen hebben kunnen afwentelen. „Beste vrienden”, zo staat er boven een brief aan ons rubriekje, „na drie jaar geploeter met de gemeente hebben we eindelijk de bouwvergunning gekregen, die losgestoten is voor negentien goede en betaalbare woningen op het terrein van de zand- en grint- handel aan de Bickersgracht. Deze woningen zijn ontworpen en doorgedouwd dank zij de hulp van zo velen en vooral dank zij de hulp en vastberadenheid van alle buurtbewoners. We mogen mekaar bedanken. Kom voor de aardigheid zo dadelijk even op de hoek een gratis pilsje pakken, aangeboden door vrienden van de westelijke eilanden”. een vieze mop „Die begint ’s morgens om half negen en eindigt soms om negen uur, maar vaak ook veel later. Buurtvergaderingen hebben de neiging uit te lopen en daar zien ze me nog wel eens”. (Hij praat met respect over de kennis van zaken, waar mee actiegroepen zich «ww^festeren. ,,Ze hebben donders goed in de gaten, waar het om draait”) De oud-student theologie, 40 jaar nu maar nog steeds jongensachtig, beweegt zich geconcentreerd door zijn lichte stadhuiskamer, waar twee flessen sherry en wijn in de hoek staan. Met felheid bestrijdt hij de opvaatting, dat er ver schil zou zijn tussen de Lammers van nu en de radicaal polemiserende Nieuw Linkser van toen. „Men moet mij maar eens het verschil aantonen tussen wat ik toen zei en wat Ik nu doe. Het beleid, waar ik toen achter stond, wordt nu gewoon uitge voerd. Bij sommige dingen stond ik toen wat eenzaam en zo heb ik altijd geroe pen: het klimaat van de volkshuisvesting vergeten jullie. Als er nu een stad is, die zich fel verzet tegen allerlei huisves- tingsrichtlijnen van Den Haag is dat Amsterdam wel. Ook op het punt van de gemeenschapsinvloed op financie ringsmiddelen zijn we aanzienlijk radi caler geworden. Ja, die aanvallen: ik heb zelf bij een krant gewerkt en weet heel goed hoe er een mystificatie van een persoon kan ontstaan. Maar wie is men? U mag hier eigenlijk met komen, fluistert hij. Dat is streng verboden. Zelfs voor mijn familie, voegt hij er voor alle zekerheid aan toe. Daarom mag zijn naam niet in de krant want het is riskant om je op zijn leeftijd nog moeilijkheden op de hals te halen. Noem me maar Karei, zegt hij en schuift voor het raam, waar hij vrijwel dagelijks in zijn eentje zit om de indrukken van het jachtige buitengebeuren te consumeren. Dan begint hij aan een monoloog. „Niet meegevallen, maar onoverkome lijk is het ook niet gebleken. Je moet je heel goed realiseren dat er van vrijblij vendheid geen sprake kan zijn. Je bent gekozen op een verkiezingsprogram en wezenlijke elementen daaruit moet je trachten waar te maken. Sommigen ver geten dat wel eens, maar voor mij blijft het program toevallig wel vers één. Het is wel zo, dat de materie wel eens stugger blijkt dan je bij het opstellen van de plannen dacht”. HOE VINDT hij de schimpscheut In Elseviers Magazine, dat Lammers voor 223.000 gulden het grachtenhuis van Hans Wiegel aan de Leldsegracht heeft gekocht? „Het is een vieze mop om je daarmee te pakken. Kuijpers (wethouder Volks- HET IS alweer heel lang geleden, dat de aristocraten er voor de laatste maal een kaart e kwamen leggen, maar des ondanks zorgt „Karei” er met onuitput- Een helse schel kondigt de komst van de concierge aan. Een man in een streepjespak en de meewarige gelaatsuit drukking van iemand, die net zijn hond begraven heeft. In de grote speelzaal is' de tijd voor het meubilair nog voor de fin de siècle blijven stilstaan. Strenge vorsten uit de vorige eeuw kijken van de muren op ons neer. terug op de kritiek op zijn beleid. „Kijk, de hele zaak is in bewe ging en dan krijg je dat automatisch. Juist door de hoeveelheid van ontwikke lingen is het niet altijd mogelijk ieder een duidelijk te maken welke beleidslij nen je uitstippelt. Het komt ook voor dat je in het belang van de stad wel eens je mond moet houden. Logisch dat dit vervelend is voor mensen die zeggen: ik wil het nu weten. Daarom begrijp ik die korzeligheid ook wel. waarmee je soms wordt aangekeken. Aan de andere kant dacht ik, dat we een heel andere en duidelijker koers varen dan in het verleden is gebeurd. Het respect voor de woonfunctie is evident”. (Beroemt zich later tijdens het gesprek op zijn goede verstandhouding met actiegroepen, die hem een tip geven als er iets onregelma tigs in de buurt gebeurt). HET IS alweer erg lang geleden dat jolige zangerd Sjakie Schram van „Glaasje op” en andere meerijders tegen jeugdvriend Joop van de Marei zei: „Het zou toch fijn zijn als we samen een tent konden beginnen”. Nu is het zo ver, want het Amsterdamse duo kocht de Diamond Club, die in De Poort van Amsterdam aan de Nieuwezijds Voorburgwal is te vinden en op 1 januari open zal gaan. „Het wordt”, zegt Joop, „een nachtclub met een orkestje, waar je ge zellig kunt zitten of dansen en voor een redelijke prijs 2,25 voor een pilsje) wat kunt drinken en eten”. Toch wel een verschil met de vorige eigenaar, die er op de Parijse Lido-toer ging en vijftien gulden voor een pilsje vroeg. Joop en Sjakie hebben het niet zo op striptease voorzien. Sjakie: „Dat komt er bij ons niet in. We zijn alle nachtzaken in Amsterdam afgeweest, maar overal ont moet je die striptoestanden. Je bent nauwelijks binnen of er komt gelijk al een vrouw naast je zitten met een fles champagne. Ik vind dat je elkaar met dit soort zaken recht in de ogen moet kunnen kijken. Als de mensen zich hier af gezet voelen, spijker ik de zaak gelijk weer dicht”. Volgens hem wordt het swingen geblazen in de nieuwe nachtclub, waar nog een Hongaars restaurant naast komt te zitten; De barkeeper is in elk geval een goeie: Wim Keizer, die nu nog bij Schiller werkt. Sjakie is van plan gewoon met zijn optredens in het land door te gaan, maar toch zal hij ook vaak aan de Nieuwezijds staan te zingen. „Ik verwacht”, zegt hij, „dat er toch een hoop mensen naar Sjakie Schram komen kijken en dat is alvast meegenomen”. De sociëteit verloopt helemaal, me neer. De aristocraten zijn allemaal fo rensen geworden. Ze wonen buiten en moeten met de auto. Tijd voor een rustig borreltje is er niet meer bij. Als kind zat hij al in het vak. Ergens in een buitensociëteit in het oosten. Een aanko mend kelnertje, die zich het vuur uit zijn sloffen liep. Ze werden er knecht genoemd en stonden als een lakei achter het gebeuren. IJ HEEFT in een Parool-interview ge zegd het college van B. en W. als Amsterdams beste actiegroep te zien. Moet hij vaak concessies doen bij zaken, die hij liever anders had gezien? Maar ja, het werd te moeilijk. Ik heb een heel zwaar leven achter de rug met nooit eens een vrije avond en daarom zei ik tegen mijn vrouw (ze is nu dood): we moeten maar wat kalmer aan gaan doen. Ik dacht e^erst aan een kantine in een of ander bedrijf, maar toen er hier iets vrij kwam, heb ik gauw gesollici teerd. Het verschil tussen een kantine en dit is nogal groot, begrijpt u? waarvan hij achteraf een beetje schrikt. Hij haalt er gelijk de aristocraten weer bij. Het is toch jammer dat ze niet meer komen bitteren. Hun namen zijn van vader op zoon op de muur ingelijst, maar als ik die wat aandachtiger wil bekijken, springt Karei overeind. Dat mag beslist niet, zegt hij op een toon waarop vroeger melaatsen van de deur werden gehouden. Hij wil wel kwijt dat veel leden in het buiten land verblijven, maar dat hun status vereist dat ze lid blijven. Het is een traditie, meneer. We passeren de leestafel, waar de tijdschriften eveneens al jaar en dag onaangeroerd liggen. Die gooi ik er bin nenkort ook uit, want het heeft geen zin meer, meent Karei, waarna hij op de drempel vraagt of zijn toch wel onge wenste gast soms meer over het socië teitsleven wil weten. „Ik ken iemand die er erg lang in heeft gezeten. Die heeft nu een café bij het eindpunt van lijn 13 (Lacht veelbetekenend) „De samen werking tussen mij en de fractie is meer dan voortreffelijk. De fractie is je eerste thuis en als ik met problemen zit, ga ik eerst met hen praten. We kennen hier geen Rotterdamse toestanden”. Vroeger was je de onderdaan maar je had er toen ook het soort publiek voor. Met je ene been stond je binnen en met je andere buiten de deur. Dat ook. Je had het weliswaar in elk beroep, maar vooral met deze mensen. Als je niet beviel, lag je er zo uit. Je stond dus in de hoek want was je als werknemer nu eigenlijk? Niets, meneer. De zaak ging 's morgens om zes uur dicht, maar op hetzelfde ogenblik ook weer open. Vaak werkte je 36 uur aan een stuk. Je kinderen zag je niet meer, maar je moest we’ want van de fooien tocht ■'uk niet zo v op kon opera in Carré Hoe voelt hy het als hij op vergade ringen met een hoop woonellende wordt opgescheept, terwijl hij weet dat er op korte termijn feitelijk weinig aan te doen is? huisvesting r.s.) wordt verweten, dat hij te goedkoop woont en nu zit ik ineens in een woning die te duur is. Moeten Kuijpers en ik dan samen onder de brug van het Vondelpark gaan sla pen?” „Concessies nee. Ik zou graag hebben, en daar streef ik ook naar, dat de Amsterdamse grond compleet in ge meenschapsbanden zou zijn. Voor een vitaal deel van de stad, juist het kwets bare oude binnenstadsgebied, is dat ech ter niet zo. Met dat gegeven moet je werken al geeft het wel eens rechten aan mensen, waarvan je vindt dat ze die eigenlijk niet zouden mogen hebben”. „De hele kwestie van de Schouwburg- bespeling was allang een onopgeloste zaak en ik heb toen gewoon de knoop doorgehakt. Daar heb ik geen spijt van, want hoe je de zaak ook bekeek: je kreeg sowieso keet in Amsterdam. Je had de'situatie van „Rijwiel ziet fiets en fiets ziet rijwiel”. Zoals het was, kon het niet doorgaan. Als toneel. Men moet gewoon weten, dat het stadsbestuur niet tot in den treure teerhartig is. Nu zegt het departement: wat Amsterdam in 1974 gaat doen, kan maatgevend zijn voor wat er in het hele land gaat gebeuren”. DE RAADSFRACTIE van D’66 vindt, dat de gemeente experimenten met kabeltelevisie zoals in de Bijlmer moet steunen. Daarom moet het ge meentebestuur volgens deze partij bij CRM op spoed aandringen bij het ont werpen van een regeling voor kabelomroep Voor de Bijlmer is daarmee een sociaal belang gediend. Waarom? „De stedebouwkundige opzet voert tot een verschraling in het leef- en relatiepatroon: buiten de Bijlmer leven en in be tonnen hokjes tv-kijken en slapen. Bovendien is er de aanwezigheid van tal rijke, min of meer bedreigde en gediscrimineerde groepen", aldus D’66-nota, waarin voorts staat, dat de Bijlmer een onmenselijk en getto-achtig woongebied lijkt. Wijktelevisie zou kunnen bijdragen tot de oplossing voor talrijke pro blemen, is de conclusie. Is de overgang van de Journalistiek naar de rol van drijver van een zo machtig bolwerk als Publieke Werken (PW) hem meegevallen? „Dat zeg ik er altijd bij. Ik hou niet sprookjes en men heeft mij vaak genoeg horen zeggen, dat de stad aan het vervallen is. Het enige wat ik belo ven kan is, dat we onze uiterste best doen de huren zo laag mogelijk te houden. Het is levensgevaarlijk om te vertellen, dat je er wel voor zult zorgen want, daarvoor is het zelfbestuur van de stad als lagere overheid veel te gering”. telijk geduld voor dat de speelkaarten en niet te vergeten de lucifers in hun koperen houdertjes elke dag opnieuw keurig gerangschikt op de afgestofte ta fels liggen. Je kunt immers nooit weten. Het lijkt wel alsof dit introverte socië teitsgebouw zich van de drukke Kalver straat heeft afgewend, want de toegang is weggemoffeld in een vochtige steeg en het is bepaald niet de bediendeningang. DE MACHT van een wethouder is vrij groot, maar die van PW ook. Geeft dat spanningen? „We zijn veel radicaler geworden ■A W»,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

IJmuider Courant | 1972 | | pagina 23